Kamervraag 2014Z04357

Het bericht dat de vrijstelling van de pensioenpremie voor gelegenheidswerkers onder druk staat

Ingediend 10 maart 2014
Beantwoord 11 juni 2014 (na 93 dagen)
Indieners Helma Lodders (VVD), Cora van Nieuwenhuizen (VVD)
Beantwoord door Jetta Klijnsma (staatssecretaris sociale zaken en werkgelegenheid) (PvdA)
Onderwerpen ouderen sociale zekerheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2014Z04357.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20132014-2172.html
  • Vraag 1
    Bent u bekend met de nieuwsbrief van de Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland (LTO) van 6 februari 2014 waarin wordt aangeven dat voor gelegenheidswerkers van 21 jaar of ouder er met ingang van 1 april 2014 geen vrijstelling meer van toepassing is voor de pensioenpremie?

    Ja.

  • Vraag 2
    Klopt het dat de vrijstelling van pensioenpremies bij gelegenheidswerkers (van maximaal 8 weken arbeid) bij het Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw in strijd is met de Algemene Wet Gelijke Behandeling? Welke argumenten liggen hieraan ten grondslag?

    Het Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw (BPL) heeft blijkbaar de inschatting gemaakt dat de vrijstelling van pensioenpremie bij gelegenheidswerkers in strijd met de wet is. Ik ken de precieze overwegingen niet. Of de vrijstelling van pensioenpremie bij gelegenheidswerkers al dan niet in strijd met de wet is, is uiteindelijk aan de rechter.

  • Vraag 3
    Deelt u de mening dat de huidige werking van de regeling voor gelegenheidswerkers voor werkgevers enorm belangrijk is om flexibel in te spelen op de werkzaamheden?

    Ik kan mij voorstellen dat de huidige regeling door werkgevers als belangrijk wordt aangemerkt om flexibel in te kunnen spelen op de werkzaamheden omdat het laten vervallen van de pensioenpremievrijstelling tot hogere kosten zal leiden.

  • Vraag 4
    Deelt u de opvatting dat het niet langer toestaan van de pensioenpremievrijstelling in het kader van de gelegenheidsarbeid een zeer grote lastenverzwaring voor het bedrijfsleven is en dat de betaalbaarheid van de piekarbeid hiermee zwaar onder druk komt te staan? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 3.

  • Vraag 5
    Wat vindt u van het feit dat sociale partners in overleg zijn om te zoeken naar een alternatieve regeling? Ziet u mogelijkheden om uitvoering te geven aan de premievrijstelling conform de voorwaarden van de huidige vrijstelling onder de gelegenheidswerkers die niet in strijd is met de Algemene Wet Gelijke Behandeling?

    Het is wat mij betreft een goede zaak dat sociale partners in overleg zijn om te zoeken naar een alternatieve regeling. Ik heb begrepen dat er een principe-akkoord is bereikt, dat ter goedkeuring is voorgelegd aan de achterban en wordt getoetst op juridische haalbaarheid. Ik kan daarom nog niet ingaan op de inhoud van het principe-akkoord, maar ik kan er wel het volgende over opmerken.
    Het is van belang dat de regeling past binnen de kaders van de Pensioenwet en de gelijke behandelingswetgeving. Onderscheid op grond van het al dan niet tijdelijke karakter van een arbeidsovereenkomst is verboden, tenzij er sprake is van een objectieve rechtvaardiging voor dat onderscheid (legitiem doel, passend en noodzakelijk middel). Het is aan de sociale partners om de objectieve rechtvaardiging uit te werken en te onderbouwen. Daarbij kunnen zij het College voor de Rechten van de mens om advies vragen. Uiteindelijk is het aan de rechter om te oordelen over de inhoud van de regeling.

  • Vraag 6
    Wat betekent het (in financiële zin) als werkgevers zich genoodzaakt zien om pensioenpremies te gaan betalen voor gelegenheidswerkers?

    Ik kan mij voorstellen dat het laten vervallen van de pensioenpremievrijstelling tot hogere kosten zal leiden (premies, uitvoeringskosten, administratieve lasten). Het is de vraag of de voordelen van pensioenopbouw voor de betreffende groep werknemers opweegt tegen deze nadelen. Het is aan de sociale partners in de sector om deze afweging te maken.

  • Vraag 7
    Deelt u de zorg dat als er geen oplossing komt voor deze kwestie de betaalbaarheid van piekarbeid zwaar onder druk komt te staan? Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u voornemens om hier wat aan te doen?

    Gelet op het feit dat er een principe-akkoord is bereikt, heb ik er vertrouwen in dat sociale partners een oplossing vinden voor deze kwestie. Het akkoord zal definitief zijn na goedkeuring door de achterban en na een uitgebreide juridische toets. Vervolgens zullen het pensioenreglement en de verplichtstelling van BPL aan het akkoord worden aangepast. Ik heb als Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in deze kwestie alleen een rol in het traject van wijziging van de verplichtstelling.

  • Mededeling - 25 april 2014

    Hierbij deel ik u mede dat de beantwoording van de Kamervragen van de leden Lodders en Van Nieuwenhuizen-Wijbenga (beiden VVD) over «het bericht dat de vrijstelling van de pensioenpremie voor gelegenheidswerkers onder druk staat» niet binnen de gestelde termijn van drie weken mogelijk is omdat ik de uitkomst van het overleg tussen sociale partners over een alternatieve oplossing wil afwachten. Ik verwacht deze uitkomst binnen afzienbare termijn.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2014Z04357
Volledige titel: Het bericht dat de vrijstelling van de pensioenpremie voor gelegenheidswerkers onder druk staat
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20132014-2172
Volledige titel: Antwoord op vragen van de leden Lodders en Van Nieuwenhuizen-Wijbenga over het bericht dat de vrijstelling van de pensioenpremie voor gelegenheidswerkers onder druk staat