Kamervraag 2011Z15730

Het bericht 'Onderwijsassistent kan niet begrijpend lezen

Ingediend 22 juli 2011
Beantwoord 6 september 2011 (na 46 dagen)
Indiener Jack Biskop (CDA)
Beantwoord door Marja van Bijsterveldt (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (CDA)
Onderwerpen basisonderwijs onderwijs en wetenschap
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z15730.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-3531.html
1. De Telegraaf, 20 juli 2011.
  • Vraag 1
    Heeft u kennisgenomen van het bericht «Onderwijsassistent kan niet begrijpend lezen»?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Hoe beoordeelt u de resultaten van het Amsterdamse onderzoek, dat nog niet de helft van de onderwijsassistenten op Amsterdamse basisscholen een voldoende haalt voor een toets begrijpend lezen?

    Dat vind ik zorgwekkend. Ik vind het dan ook een goede zaak dat de Amsterdamse schoolbesturen bijscholing organiseren ter verbetering van de taalvaardigheid van hun onderwijsassistenten.

  • Vraag 3
    In hoeverre acht u de resultaten van het Amsterdamse onderzoek representatief voor het kennisniveau van onderwijsassistenten in de rest van het land?

    Omdat het onderzoek alleen in Amsterdam is uitgevoerd, kan ik over de representativiteit geen uitspraken doen.

  • Vraag 4
    Kunt u bevestigen dat in het onderzoek door de koepelorganisatie voor Amsterdamse schoolbesturen in het primair onderwijs gebruik is gemaakt van een toets, die aansluit bij de nieuwe exameneisen die vanaf schooljaar 2013–2014 aan mbo'ers worden gesteld? Klopt het dat in de afgelopen jaren in het mbo extra is geïnvesteerd in taal en rekenen? In hoeverre acht u deze extra inzet geslaagd gezien de resultaten van het Amsterdamse onderzoek?

    De koepelorganisatie geeft inderdaad aan dat de toets die zij aan de onderwijsassistenten van de basisscholen hebben voorgelegd is afgestemd op de nieuwe exameneisen voor Nederlandse taal in het mbo.
    In het mbo wordt inderdaad vanaf 2010 volop geïnvesteerd in taal- en rekenonderwijs. Alle studenten die vanaf 2010–2011 met de mbo-opleiding Onderwijsassistent zijn begonnen, krijgen voortaan taal- en rekenonderwijs dat afgestemd is op de nieuwe referentieniveaus. Vanaf 2013–2014 zullen deze referentieniveaus centraal worden geëxamineerd.
    De onderwijsassistenten die in Amsterdam zijn getoetst, hebben nog niet kunnen profiteren van mijn gevoerde beleid. De Amsterdamse onderzoeksresultaten bevestigen wel de noodzaak van het door mij ingezette beleid voor taal en rekenen in het mbo.

  • Vraag 5
    Overweegt u op grond van deze onderzoeksresultaten het beleid ten aanzien van het taalonderwijs op het mbo nader aan te scherpen? Zo ja, op welke wijze dan? Zo nee, waarom niet?

    Het tijdpad voor invoering van de referentieniveaus, zoals ik in mijn antwoord op vraag 4 heb geschetst, getuigt reeds van de hoge prioriteit die ik geef aan een goede beheersing van taal en rekenen.

  • Vraag 6
    Ziet u binnen de bestaande kaders mogelijkheden om te zorgen dat onderwijsassistenten die de komende jaren afstuderen een voldoende taal- en rekenniveau hebben? Hoe denkt u dit te gaan bereiken?

    Ja, mijn beleid gericht op de referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen in het mbo betekent dat onderwijsassistenten die in 2014 hun mbo-diploma behalen, aan de hand van resultaten van centrale examens Nederlandse taal en rekenen, kunnen aantonen over voldoende taal- en rekenvaardigheden te beschikken. Ook de in 2012 of 2013 afgestudeerde onderwijsassistenten hebben taal- en rekenonderwijs achter de rug. Zo hebben deze studenten verplichte schoolexamens Nederlands afgelegd, en hebben zij taal- en rekenonderwijs gehad in het kader van hun beroep en ter voorbereiding op een eventuele doorstroom naar de Pabo.

  • Vraag 7
    Op welke wijze denkt u onderwijsassistenten, die in het verleden zijn afgestudeerd, op een voldoende niveau van taal en rekenen te brengen?

    Schoolbesturen zijn verantwoordelijk voor de kwaliteit van hun personeel. Indien wordt geconstateerd dat de onderwijsassistenten werkzaam op een basisschool onvoldoende bekwaam zijn op het terrein van taal en/of rekenen, is het de verantwoordelijkheid van het schoolbestuur om te zorgen voor bijscholing.

  • Vraag 8
    Als in hetzelfde bericht wordt aangeduid dat Amsterdam werkt aan een ambitieus plan om de kwaliteit van het onderwijs te verhogen, onder andere door het verbeteren van het resultaat van de Cito-toets, welke lessen kunnen uit deze aanpak dan worden getrokken voor alle basisscholen en zo mogelijk ook voor het mbo?

    De plannen van Amsterdam om de kwaliteit van het onderwijs te verhogen en het resultaat van de Cito-toets te verbeteren sluiten heel goed aan op mijn actieplan Basis voor presteren. Met dit actieplan wil ik stimuleren dat alle basisscholen hogere ambities stellen op het terrein van de leerprestaties en meer opbrengstgericht werken. Ook sluiten de plannen van Amsterdam goed aan bij mijn beleid voor taal en rekenen voor het mbo.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2011Z15730
Volledige titel: Vragen van het lid Biskop (CDA) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Onderwijsassistent kan niet begrijpend lezen» (ingezonden 22 juli 2011).
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20102011-3531
Volledige titel: Vragen van het lid Biskop (CDA) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Onderwijsassistent kan niet begrijpend lezen» (ingezonden 22 juli 2011).