Gepubliceerd: 23 april 2025
Indiener(s): Fleur Agema (minister ) (PVV)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-36725-XVI-2.html
ID: 36725-XVI-2

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 tot en met 3

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2025 wijzigingen aan te brengen in:

de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport:

de begrotingsstaat inzake de agentschappen van dit ministerie;

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. Agema

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1. Leeswijzer

De mutaties in deze suppletoire begroting bestaan uit herschikkingen binnen de begrotingsuitgaven, overboekingen van en naar andere begrotingshoofdstukken, financieringsverschuivingen en middelen die ten laste of ten gunste van het generale beeld aan de begroting van VWS worden toegevoegd of vrijvallen.

De gepresenteerde cijfers sluiten aan bij de Voorjaarsnota 2025, die de Minister van Financiën aan de Tweede Kamer aanbiedt (Kamerstukken II, 36 725, nr.1).

Om de leesbaarheid van de toelichting op de beleidsartikelen te bevorderen zijn de volgende uitgangspunten toegepast:

  • Naast de politiek en beleidsmatig relevante mutaties worden mutaties op de instrumenten toegelicht op basis van onderstaande grenzen voor het totale mutatiebedrag voor de uitgaven en ontvangsten. Hiermee wordt aangesloten bij de RBV 2025.

  • De verplichtingenmutaties worden op artikelniveau toegelicht.

Tabel 1 Ondergrenzen conform RBV

Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen

Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)

Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)

< 50

1

2

=> 50 en < 200

2

4

=> 200 < 1.000

5

10

=> 1.000

10

20

Voor wat betreft de uitgaven en ontvnagsten behorend tot de Premiegefinancierde Zorguitgaven worden mutaties die groter zijn dan € 10 miljoen toegelicht.

2. Beleid

2.1. Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties

Begrotingsgefinancierde zorguitgaven

Tabel 2 Overzicht belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2025 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)

Uitgaven

Art.nr.

Uitgaven 2025

Uitgaven 2026

Uitgaven 2027

Uitgaven 2028

Uitgaven 2029

Uitgaven 2030

Vastgestelde begroting 2025

 

36.498.950

38.549.208

40.212.715

42.624.570

44.789.641

44.804.652

Instandhouding liquiditeitspositie NRG Pallas

2

76.261

0

0

0

0

0

Backpay weduwen KNIL-militairen en ambtenaren

11

50.000

0

0

0

0

0

RSV-immunisatieprogramma

1

29.100

26.200

25.400

24.900

24.300

24.000

Subsidieregeling medisch noodzakelijke zorg aan onverzekerden (SOV)

2

26.000

27.000

27.000

26.000

25.000

25.000

Wisselkoers BES-eilanden

4

16.881

19.096

18.555

16.650

12.997

– 5.102

Dekking OCW begroting

11

15.070

15.070

15.070

15.070

15.070

15.070

Uitspraak kosten kinderopvang pleegouders

5

7.300

7.300

7.300

400

400

400

Stijgende aantallen abortussen

1

4.986

8.719

8.635

8.635

8.635

8.635

Nieuwe directie Open Overheid

10

492

18.377

18.926

9.000

9.000

9.000

Uitstel vervanging abonnementstarief Wmo

-

0

– 225.000

0

0

0

0

COVID-19 vaccinatieprogramma

1

0

140.000

0

0

0

0

PGB2.0

10

0

33.500

32.500

0

0

0

Zorguitgaven BES-eilanden

4

0

22.114

17.651

15.295

18.532

21.050

Inzet vrijwilligers in de palliatieve terminale zorg

3

0

6.000

8.000

10.000

17.000

17.000

Meerkosten nieuwbouw PALLAS

2

0

0

96.559

94.087

125.735

104.596

Overige mutaties

 

106.000

1.169.216

1.201.321

235.023

507.596

3.273.624

Stand 1e suppletoire begroting 2025

 

36.781.040

40.041.800

41.689.632

43.079.630

45.553.906

48.297.925

Instandhouding liquiditeitspositie NRG Pallas

Er is sprake van een verslechterde balans van het bedrijf NRG PALLAS ten opzichte van de oorspronkelijke businesscase van 2021. Hierdoor wordt in 2025 € 76,3 miljoen aan toegevoegd aan het budget.

Backpay weduwen KNIL-militairen en ambtenaren

Er wordt een eenmalige reservering van € 50 miljoen getroffen ten behoeve van de backpay voor weduwen van voormalig KNIL-militairen en ambtenaren in Nederlands-Indië. Voor deze mutatie ontvangt uw Kamer de onderbouwing conform de werkwijze Beleidskeuzes uitgelegd (CW3.1) voordat hierover wordt gestemd.

RSV-immunisatieprogramma

Het streven is om in het najaar 2025 te starten met het vaccineren van baby’s in hun eerste levensjaar. De uitvoering en de kosten voor de vaccins zijn hoger uitgevallen dan van tevoren geraamd. De meerkosten hiervoor bedragen in 2025 € 29,1 miljoen, aflopend naar € 24 miljoen in 2030. Daarna is er structureel € 21,9 miljoen beschikbaar.

Subsidieregeling medisch noodzakelijke zorg aan onverzekerden (SOV)

Het CAK vergoedt zorgkosten aan zorgaanbieders die medisch noodzakelijke zorg verlenen aan onverzekerde personen. Op basis van de uitgavenrealisatie in 2024 verwacht het CAK dat deze uitgaven vanaf 2025 hoger uitvallen dan het beschikbare budget. Het budget voor 2025 wordt met € 26 miljoen verhoogd. Structureel wordt het budget met € 25 miljoen verhoogd.

Wisselkoers BES-eilanden

Door een gewijzigd wisselkoerseffect met de BES-eilanden, is er een tegenvaller van € 16,9 miljoen in 2025, aflopend naar € 13 miljoen in 2029. In 2030 leidt het tot een meevaller van € 5,1 miljoen.

Dekking OCW begroting

Ter dekking van de terugdraaiing van de bezuinigingen op de OCW-begroting, heeft VWS een taakstelling gekregen van € 15,1 miljoen structureel. Deze taakstelling wordt structureel ingevuld bij de 1e suppletoire begroting van VWS.

Uitspraak kosten kinderopvang pleegouders

Een recente gerechtelijke uitspraak heeft bepaald dat pleegzorgaanbieders kosten voor kinderopvang als bijzondere kosten van pleegouders moeten vergoeden. Er wordt in de jaren 2025 tot en met 2027 € 7,3 miljoen toegevoegd aan het Gemeentefonds, zodat pleegzorgaanbieders deze kosten kunnen dekken. Structureel wordt vanaf 2028 € 0,4 miljoen toegevoegd aan het Gemeentefonds.

Stijgende aantallen abortussen

Door een stijging in het aantal uitgevoerde zwangerschapsafbrekingen in abortusklinieken, nemen de totale kosten van de subsidieregeling abortusklinieken toe. Omdat er de komende jaren rekening gehouden moet worden met een verhoogd aantal zwangerschapsafbrekingen, wordt het budget opgehoogd met structureel € 8,6 miljoen.

Nieuwe directie Open Overheid

Ter financiering van de nieuwe directie Open Overheid wordt structureel € 9 miljoen vrijgemaakt.

Uitstel vervanging abonnementstarief Wmo

De invoering van de inkomens- en vermogensafhankelijke eigen bijdrage Wmo 2015 kan niet eerder dan per 1 januari 2027 plaatsvinden. Dit leidt tot een besparingsverlies in het Gemeentefonds van € 225 miljoen euro. Dit wordt vanaf de VWS-begroting overgeheveld naar het Gemeentefonds.

COVID-19 vaccinatieprogramma

Er worden middelen vrijgemaakt om in 2026 uitvoering mogelijk te maken voor het COVID-19 vaccinatieprogramma. Dit kost incidenteel € 140 miljoen. Voor deze mutatie ontvangt uw Kamer de onderbouwing conform de werkwijze Beleidskeuzes uitgelegd (CW3.1) voordat hierover wordt gestemd

PGB2.0

Omdat het beheer van PGB 2.0 in ieder geval tot en met 2027 in het beheer van VWS blijft, is budget voor personeel en het aanhouden van doorlopende contracten en licenties blijvend benodigd. Om de huidige werkzaamheden te kunnen blijven uitvoeren is hiervoor in 2026 en 2027 respectievelijk € 33,5 miljoen en € 32,5 miljoen benodigd.

Zorguitgaven BES-eilanden

Er komt structureel € 21 miljoen extra budget beschikbaar voor de toegenomen zorguitgaven op de BES-eilanden voor zowel de prijsstijging als de volumegroei.

Inzet vrijwilligers in de palliatieve terminale zorg

Er wordt structureel € 17 miljoen toegevoegd aan de subsidieregeling om de tegemoetkoming voor de inzet, opleiding en coördinatie van de vrijwilligers in organisaties voor palliatieve terminale zorg te kunnen voortzetten.

Meerkosten nieuwbouw PALLAS

Op basis van meer gedetailleerde kosteninformatie is er een herberekening van de verwachte bouwkosten uitgevoerd. Deze herberekening leidt tot een verhoging van de raming van de bouwkosten van € 421 miljoen, verspreid over meerdere jaren. De stijging komt met name door hogere kosten die volgen uit het detailontwerp, langere doorlooptijd, hogere indirecte kosten en prijsstijgingen van materialen en arbeid.

Tabel 3 Overzicht belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2025 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
 

Art.nr.

Uitgaven 2025

Uitgaven 2026

Uitgaven 2027

Uitgaven 2028

Uitgaven 2029

Uitgaven 2030

SPUK MEOZ

1

30.100

0

0

0

0

0

Bevolkingsonderzoeken 2024

1

11.000

0

0

0

0

0

Surplus eigen vermogen CIBG

9

10.800

0

0

0

0

0

Surplus eigen vermogen RIVM

9

10.000

0

0

0

0

0

Toelichting

SPUK MEOZ

Uit de verantwoording van gemeenten over 2023 blijkt dat een deel van de beschikbare middelen voor de SPUK MEOZ niet tot besteding is gekomen. Hiervoor ontvangt VWS € 30,1 miljoen terug.

Bevolkingsonderzoeken 2024

In 2024 zijn minder bevolkingsonderzoeken naar borstkanker verricht dan waar in de raming mee rekening was gehouden. Het aantal bevolkingsonderzoeken naar baarmoederhalskanker en darmkanker was hoger dan geraamd. Per saldo leidt dit tot een incidentele terugontvangst in 2025 van € 11 miljoen.

Surplus eigen vermogen CIBG

Het eigen vermogen van het CIBG is hoger dan maximaal is toegestaan conform de regeling agentschappen. Het surplus leidt tot een incidentele terugontvangst van € 10,8 miljoen voor VWS.

Surplus eigen vermogen RIVM

Het eigen vermogen van het RIVM is hoger dan maximaal is toegestaan conform de regeling agentschappen. Het surplus leidt tot een incidentele terugontvangst van € 10 miljoen voor VWS.

3. Beleidsartikelen

3.1. Artikel 1 Volksgezondheid

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 4 Budgettaire gevolgen van beleid art. 1 Volksgezondheid (bedragen x € 1.000)
   

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

1.602.511

3.151

1.605.662

141.111

1.746.773

238.501

88.099

34.392

57.627

1.158.806

                       
 

Uitgaven

2.268.650

3.151

2.271.801

74.306

2.346.107

250.481

95.099

99.392

57.627

1.290.785

                       

1.10

Gezondheidsbeleid

937.936

– 1.458

936.478

41.329

977.807

72.116

52.365

64.182

25.590

503.503

 

Subsidies (regelingen)

57.696

0

57.696

– 1.470

56.226

0

0

– 32

– 32

45.424

 

(Lokaal) gezondheidsbeleid

57.696

0

57.696

– 1.470

56.226

0

0

– 32

– 32

45.423

 

Overige

0

0

0

0

0

0

0

0

0

1

 

Opdrachten

5.950

0

5.950

642

6.592

– 430

– 415

– 415

– 415

4.780

 

(Lokaal) gezondheidsbeleid

5.950

0

5.950

642

6.592

– 430

– 415

– 415

– 415

4.780

 

Bijdrage aan agentschappen

175.608

– 881

174.727

6.244

180.971

253

90

– 26

32

177.303

 

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

142.536

575

143.111

2.977

146.088

100

100

100

100

153.935

 

RIVM: Wettelijke taken en beleidsondersteuning zorgbreed

31.594

– 1.456

30.138

3.446

33.584

252

83

– 63

– 34

22.480

 

Overige

1.478

0

1.478

– 179

1.299

– 99

– 93

– 63

– 34

888

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

390.653

– 577

390.076

36.050

426.126

72.639

53.075

64.655

26.005

182.521

 

ZonMw: Programmering

390.653

– 577

390.076

35.635

425.711

72.224

52.660

64.240

25.590

182.106

 

Overige

0

0

0

415

415

415

415

415

415

415

 

Bijdrage aan medeoverheden

308.029

0

308.029

– 137

307.892

– 346

– 385

0

0

93.475

 

Lokale aanpak

307.874

0

307.874

– 137

307.737

– 346

– 385

0

0

93.320

 

Overige

155

0

155

0

155

0

0

0

0

155

1.20

Ziektepreventie

1.127.631

4.676

1.132.307

25.690

1.157.997

167.002

31.590

25.958

23.540

624.177

 

Subsidies (regelingen)

425.924

8.000

433.924

5.507

439.431

47.740

– 760

– 760

– 760

343.014

 

Ziektepreventie

66.982

8.000

74.982

29.507

104.489

47.740

– 760

– 760

– 760

8.273

 

Bevolkingsonderzoeken

248.402

0

248.402

0

248.402

0

0

0

0

252.433

 

Vaccinaties

110.540

0

110.540

– 24.000

86.540

0

0

0

0

82.308

 

Opdrachten

94.101

0

94.101

– 29.876

64.225

5.000

0

0

0

2.535

 

Ziektepreventie

83.139

0

83.139

– 29.740

53.399

5.000

0

0

0

2.535

 

Pandemische paraatheid

10.962

0

10.962

– 136

10.826

0

0

0

0

0

 

Bijdrage aan agentschappen

452.733

– 3.324

449.409

94.961

544.370

50.262

32.350

26.718

24.300

278.628

 

RIVM: Opdrachtverlening aan kenniscentra

174.971

– 1.222

173.749

112.578

286.327

27.016

7.467

1.818

0

93.329

 

RIVM: Bevolkingsonderzoeken

59.824

– 598

59.226

– 240

58.986

– 240

0

0

0

60.738

 

RIVM: Vaccinaties

151.038

– 1.504

149.534

49.510

199.044

25.658

24.883

24.900

24.300

124.548

 

Pandemische paraatheid

66.887

0

66.887

– 66.887

0

– 2.172

0

0

0

0

 

Overige

13

0

13

0

13

0

0

0

0

13

 

Bijdrage aan medeoverheden

141.563

0

141.563

– 31.592

109.971

64.000

0

0

0

0

 

Pandemische paraatheid

71.533

0

71.533

– 31.280

40.253

0

0

0

0

0

 

Overige

70.030

0

70.030

– 312

69.718

64.000

0

0

0

0

 

Vermogensverschaffing/-onttrekking

13.310

0

13.310

– 13.310

0

0

0

0

0

0

 

Afwikkeling Intravacc

13.310

0

13.310

– 13.310

0

0

0

0

0

0

1.30

Gezondheidsbevordering

160.044

0

160.044

2.352

162.396

2.597

2.439

675

– 100

114.876

 

Subsidies (regelingen)

76.577

0

76.577

2.877

79.454

1.613

1.492

1.492

702

48.298

 

Preventie van schadelijk middelengebruik

29.213

0

29.213

630

29.843

0

0

0

0

15.630

 

Gezonde leefstijl en gezond gewicht

26.981

0

26.981

1.490

28.471

927

775

775

0

14.178

 

Letselpreventie

5.132

0

5.132

2.157

7.289

686

717

717

702

4.850

 

Bevordering van seksuele gezondheid

12.326

0

12.326

200

12.526

0

0

0

0

12.657

 

Overige

2.925

0

2.925

– 1.600

1.325

0

0

0

0

983

 

Opdrachten

13.137

0

13.137

– 2.093

11.044

– 882

– 965

– 817

– 802

4.664

 

Gezondheidsbevordering

13.137

0

13.137

– 2.093

11.044

– 882

– 965

– 817

– 802

4.664

 

Bijdrage aan agentschappen

2.823

0

2.823

1.568

4.391

1.866

1.912

0

0

122

 

Overige

2.823

0

2.823

1.568

4.391

1.866

1.912

0

0

122

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

876

0

876

0

876

0

0

0

0

877

 

Overige

876

0

876

0

876

0

0

0

0

877

 

Bijdrage aan medeoverheden

66.631

0

66.631

0

66.631

0

0

0

0

60.915

 

Heroïnebehandeling op medisch voorschrift

16.711

0

16.711

0

16.711

0

0

0

0

14.920

 

Seksuele gezondheid

49.920

0

49.920

0

49.920

0

0

0

0

45.995

1.40

Ethiek

43.039

– 67

42.972

4.935

47.907

8.766

8.705

8.577

8.597

48.229

 

Subsidies (regelingen)

37.925

0

37.925

4.888

42.813

8.719

8.635

8.489

8.489

43.167

 

Abortusklinieken

23.784

0

23.784

4.934

28.718

8.719

8.635

8.635

8.635

28.770

 

Medische ethiek

14.141

0

14.141

– 46

14.095

0

0

– 146

– 146

14.397

 

Opdrachten

2.399

0

2.399

0

2.399

0

0

0

0

2.400

 

Medische ethiek

2.399

0

2.399

0

2.399

0

0

0

0

2.400

 

Bijdrage aan agentschappen

2.715

– 67

2.648

47

2.695

47

70

88

108

2.662

 

CIBG: Uitvoeringstaken medische ethiek

2.715

– 67

2.648

47

2.695

47

70

88

108

2.662

                       
 

Ontvangsten

102.059

0

102.059

41.100

143.159

0

23.685

0

0

40.610

Toelichting

Verplichtingen

De opdrachtbrief RIVM 2025 is in 2025 verzonden in plaats van 2024. Hiervoor wordt het verplichtingenbudget in 2025 verhoogd met € 413,2 miljoen. Het verplichtingenbudget wordt daarnaast in 2025 verlaagd door het vastleggen van (meerjarige) verplichtingen in 2024 voor de jaren 2025 en verder. Hiervoor zijn verplichtingen in 2024 naar voren gehaald uit het jaar 2025. Dit betreft onder andere € 59 miljoen voor de opdrachtenbrief NVWA 2025, € 18,5 miljoen voor de subsidie preventie schadelijk middelengebruik, € 28,5 miljoen voor de subsidie Voeding en Gezond Gewicht, € 17 miljoen voor de Heroïnebehandeling op medisch voorschrift, € 12 miljoen voor de gezondheidsbescherming, € 18 miljoen voor de bevolkingsonderzoeken, € 27 miljoen voor de SPUK seksuele gezondheid, € 50 miljoen aan verplichtingenruimte voor opdrachtverlening aan het RIVM en € 60 miljoen voor de vaccinaties aan het RIVM.

Tezamen met een aantal kleinere mutaties wordt het verplichtingenbudget op artikel 1 met € 141,1 miljoen verhoogd.

1. Gezondheidsbeleid

Bijdrage ZBO’s/RWT’s

ZonMw: Programmering

In de 1e suppletoire begroting 2024 zijn voor 2025 te veel middelen ingeleverd voor het ZonMw-programma Kwaliteitsgelden 2024–2026. Hiervoor wordt het budget nu opgehoogd met € 5,2 miljoen. Daarnaast is sprake van een overboeking voor het ZonMw-programma Voor Elkaar! van circa € 4,1 miljoen t/m 2028. Voor het stimuleren van de kennisontwikkeling en onderzoeksinfrastructuur ten dienste van de beweging die met VVTB (Verbetering en Verbreden Toets op Basispakket) voor € 14,3 miljoen in 2025. Meerjarig wordt hier tot en met 2029 minimaal € 24,6 miljoen voor vrijgemaakt. Voor het programma Goed Gebruik Geneesmiddelen valt van 2028 tot 2030 € 2 miljoen vrij. Deze middelen zijn niet nodig om het programma uit te voeren.

Tezamen met een aantal kleinere mutaties wordt het budget voor 2025 voor bijdrage ZBO’s/RWT’s verhoogd met € 36,1 miljoen.

2. Ziektepreventie

Subsidies

Ziektepreventie

In totaal is er voor het COVID-vaccinatieprogramma € 140 miljoen beschikbaar in 2026. Dit bedrag wordt over verschillende instrumenten binnen artikel 1 verspeid.

Voor het uitvoeren van het COVID-vaccinatieprogramma en voor de aanschaf van COVID-vaccins is het budget in 2026 eenmalig verhoogd met € 40 miljoen. Het gaat hier om de kosten voor de coördinatie van het Covid-vaccinatieprogramma door de GGD-GHOR.

Om de mensen die lijden aan een Post-Acuut Infectieus Syndroom (PAIS) te kunnen blijven ondersteunen, wordt in 2026 € 8,5 miljoen vrijgemaakt.

Tezamen met een aantal kleinere mutaties wordt dit budget met € 29,5 miljoen verhoogd.

Vaccinaties

Voor de vaccinatie van ouderen tegen pneumokokken is € 24 miljoen overgeheveld van het instrument subsidies naar het instrument bijdrage aan agentschappen. Dit vaccinatieprogramma valt onder het RIVM en wordt door hen uitgevoerd.

Opdrachten

Ziektepreventie

Voor de aanschaf van COVID-19 vaccins door het RIVM is € 31,6 miljoen overgeheveld naar het instrument Bijdrage aan agentschappen RIVM: Opdrachtverlening aan kenniscentra. Daarnaast betreft dit een verhoging van het budget voor de verbouwing van locaties voor opslag en distributie van vaccins en aanverwante producten. De kosten betreffen € 3,9 miljoen.

Tezamen met een aantal kleinere mutaties wordt dit budget met € 29,7 miljoen verlaagd.

Bijdrage aan agentschappen

RIVM: Opdrachtverlening aan kenniscentra

Voor de RIVM programma’s Informatievoorziening Infectieziektebestrijding (€ 16,8 miljoen), Pandemische paraatheid (€ 33,8 miljoen) en Landelijke Functionaliteit Infectieziekten (LFI) (€ 15,9 miljoen) zijn middelen overgeheveld van bijdrage aan agentschappen «Pandemische Paraatheid» naar het «RIVM: Opdrachtverlening aan kenniscentra».

Verder zijn middelen toegevoegd ten behoeve van Rotavirusvaccinatie (€ 13,9 miljoen), Implementatieplan RS vaccinatie en pneumokokken (€ 2,3 miljoen), Implementatie kosten HPV virus (€ 1,1 miljoen) en overige programma's (€ 20,3 miljoen).

Als laatste betreft dit de kosten voor het uitvoeren van het COVID-vaccinatieprogramma en voor de aanschaf van COVID-vaccins. Het gaat hier om onder andere het uitvoeren van de coördinerende taken en de aanschaf van de vaccins door het RIVM. De kosten voor 2026 bedragen € 31 miljoen.

Tezamen met een aantal kleinere mutaties wordt dit budget met € 112,6 miljoen verhoogd.

RIVM-vaccinaties

Ten behoeve van de uitvoering van het vaccinatieprogramma pneumokokken voor ouderen door het RIVM is € 24 miljoen overgeboekt vanaf subsidies naar vaccinaties. Daarnaast is er sprake van een tegenvaller bij het RSV-immunisatieprogramma. Voor 2025 betreft dit € 29,1 miljoen hogere kosten dan van tevoren geraamd. De kosten lopen af van € 26,2 miljoen in 2026 naar € 24 miljoen in 2030. Daarna is er structureel € 21,9 miljoen beschikbaar. Ook wordt per saldo het budget van RIVM asset met € 8,5 miljoen verhoogd in 2025.

Tezamen met een aantal kleinere mutaties wordt het budget in totaal met € 49,5 miljoen verhoogd.

Pandemische Paraatheid

Voor de uitvoering van de RIVM programma’s Informatievoorziening Infectieziektebestrijding (€ 16,8 miljoen), Pandemische paraatheid (€ 33,8 miljoen) en Landelijke Functionaliteit Infectieziekten (LFI) (€ 15,9 miljoen) wordt in totaal € 66,9 miljoen overgeheveld naar RIVM: Opdrachtverlening aan kenniscentra.

Bijdrage aan medeoverheden

Pandemische Paraatheid

Het programma Informatievoorziening Infectieziektebestrijding is belegd bij het RIVM en GGD-GHOR. Ten behoeve van de uitvoering van het programma door GGD-GHOR is € 31,3 miljoen beschikbaar gesteld aan deze partijen.

Overige

Hieronder vallen kosten voor het uitvoeren van het COVID-vaccinatieprogramma en voor de aanschaf van COVID-vaccins. Dit zijn de kosten voor het uitvoeren van de vaccinatiecampagne door de GGD’en. De kosten voor 2026 bedragen incidenteel € 64 miljoen.

Vermogenverschaffing/-onttrekking

Afwikkeling Intravacc

Bij de verkoop van Intravacc aan FDI is overeengekomen dat ook een bedrag aan Intravacc B.V. als vermogensverschaffing wordt overgemaakt. Aangezien deze bijdrage in 2024 is geëffectueerd, valt het budget van € 13,3 miljoen in 2025 vrij.

3. Gezondheidsbevordering

4. Ethiek

Subsidies

Abortusklinieken

Door een stijging in het aantal uitgevoerde zwangerschapsafbrekingen in abortusklinieken, nemen de totale kosten van de subsidieregeling abortusklinieken toe. Omdat er de komende jaren rekening gehouden moet worden met een verhoogd aantal zwangerschapsafbrekingen, wordt het budget opgehoogd met structureel € 8,6 miljoen.

Ontvangsten

In totaal wordt het ontvangstenbudget verhoogd met € 41,1 miljoen in 2025. Het gaat om twee terugontvangsten vanuit bevolkingsonderzoeken (€ 11 miljoen) en de SPUK MEOZ (meerkosten energie openbare zwembaden) van € 30,1 miljoen. Uit de verantwoording van gemeenten over 2023 blijkt dat een deel van de beschikbare middelen voor de Brede SPUK niet tot besteding is gekomen. Dit leidt tot een verwachte ontvangst in 2027 van circa € 23,7 miljoen.

3.2 Artikel 2 Curatieve Zorg

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 5 Budgettaire gevolgen van beleid art. 2 Curatieve Zorg (bedragen x € 1.000)
   

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

5.079.188

20.002

5.099.190

604.756

5.703.946

208.439

154.057

175.005

132.307

4.725.399

                       
 

Uitgaven

4.268.747

20.002

4.288.749

– 45.317

4.243.432

– 156.581

78.272

66.030

173.311

4.884.595

                       

2.10

Kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg

513.586

19.752

533.338

23.469

556.807

– 65.731

104.516

115.191

141.399

428.992

 

Subsidies (regelingen)

194.785

20.200

214.985

– 14.911

200.074

– 20.334

– 9.977

4.820

2.344

171.805

 

Medisch specialistische zorg

75.106

0

75.106

– 1.155

73.951

– 3.777

308

554

– 1.400

79.564

 

Curatieve ggz

13.311

200

13.511

5.371

18.882

3.864

5.856

5.856

5.856

22.226

 

Eerstelijnszorg

9.386

0

9.386

– 2.861

6.525

270

– 751

0

0

8.743

 

Lichaamsmateriaal

24.566

0

24.566

90

24.656

– 180

– 180

– 180

0

23.857

 

Medische producten

72.416

20.000

92.416

– 16.356

76.060

– 20.511

– 15.210

– 1.410

– 2.112

37.415

 

Opdrachten

23.551

0

23.551

1.781

25.332

4.818

4.985

5.266

5.288

18.563

 

Medisch specialistische zorg

12.514

0

12.514

2.735

15.249

5.405

5.100

5.150

5.150

7.248

 

Curatieve ggz

2.136

0

2.136

– 669

1.467

– 430

– 115

116

138

2.589

 

Eerstelijnszorg

1.661

0

1.661

– 205

1.456

0

0

0

0

1.300

 

Lichaamsmateriaal

2.205

0

2.205

– 1.157

1.048

– 1.157

– 1.000

– 1.000

– 1.000

984

 

Medische producten

5.035

0

5.035

1.077

6.112

1.000

1.000

1.000

1.000

6.442

 

Bijdrage aan agentschappen

24.534

– 448

24.086

3.870

27.956

2.413

3.741

5.596

6.277

24.195

 

aCBG

6.165

– 62

6.103

475

6.578

147

500

2.113

2.683

5.913

 

CIBG

18.119

– 386

17.733

3.395

21.128

2.266

3.241

3.483

3.594

18.282

 

Overige

250

0

250

0

250

0

0

0

0

0

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

4.716

0

4.716

0

4.716

0

0

0

0

2.585

 

Overige

4.716

0

4.716

0

4.716

0

0

0

0

2.585

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

1.000

0

1.000

0

1.000

0

0

0

0

500

 

Overig

1.000

0

1.000

0

1.000

0

0

0

0

500

 

Leningen

0

0

0

97.505

97.505

95.602

82.153

55.822

42.473

20.836

 

Leningen Pallas

0

0

0

97.505

97.505

95.602

82.153

55.822

42.473

20.836

 

Vermogensverschaffing/-onttrekking

265.000

0

265.000

– 64.776

200.224

– 148.230

23.614

43.687

85.017

190.508

 

Kapitaalverschaffing Pallas

265.000

0

265.000

– 64.776

200.224

– 148.230

23.614

43.687

85.017

190.508

2.34

Ondersteuning van het zorgstelsel

3.755.161

250

3.755.411

– 68.786

3.686.625

– 90.850

– 26.244

– 49.161

31.912

4.455.603

 

Subsidies (regelingen)

146.733

250

146.983

16.278

163.261

31.807

29.801

25.853

24.936

82.898

 

Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen

1.816

0

1.816

0

1.816

0

0

0

0

1.545

 

Regeling medisch noodzakelijke zorg onverzekerden

96.640

0

96.640

20.000

116.640

32.250

29.250

26.000

25.000

67.267

 

Regeling veelbelovende zorg

26.807

0

26.807

0

26.807

0

0

0

0

11.551

 

Medisch specialistische zorg

199

0

199

4.100

4.299

0

– 200

– 147

– 64

0

 

Medisch specialistische zorg

440

0

440

0

440

0

0

0

0

0

 

Curatieve ggz

0

0

0

0

0

0

0

0

0

2.534

 

Eerstelijnszorg

11.230

0

11.230

– 122

11.108

– 443

751

0

0

0

 

Overige

9.601

250

9.851

– 7.700

2.151

0

0

0

0

1

 

Bekostiging

3.467.308

0

3.467.308

– 4.000

3.463.308

– 57.400

– 9.500

– 14.500

19.000

4.262.909

 

Rijksbijdrage 18-

3.397.700

0

3.397.700

0

3.397.700

– 53.400

– 5.500

– 10.500

23.000

4.196.800

 

Zorg illegalen en andere onverzekerbare vreemdelingen

69.608

0

69.608

– 4.000

65.608

– 4.000

– 4.000

– 4.000

– 4.000

66.109

 

Inkomensoverdrachten

20.530

0

20.530

0

20.530

0

0

0

0

17.105

 

Overgangsregeling FLO/VUT ouderenregeling ambulancepersoneel

20.430

0

20.430

0

20.430

0

0

0

0

17.005

 

Overige

100

0

100

0

100

0

0

0

0

100

 

Opdrachten

101.255

0

101.255

– 81.064

20.191

– 65.257

– 46.545

– 60.514

– 12.024

74.277

 

Risicoverevening

2.580

0

2.580

0

2.580

0

0

0

0

2.290

 

Uitvoering zorgverzekeringsstelsel

11.308

0

11.308

0

11.308

0

0

0

0

783

 

Medisch specialistische zorg

370

0

370

– 370

0

– 358

– 150

– 150

– 150

0

 

Curatieve ggz

1.173

0

1.173

– 408

765

– 405

– 137

– 137

– 138

0

 

Eerstelijnszorg

115

0

115

0

115

0

0

0

0

115

 

Passende Zorg

84.133

0

84.133

– 81.003

3.130

– 64.964

– 47.097

– 60.591

– 12.079

68.793

 

Overige

1.576

0

1.576

717

2.293

470

839

364

343

2.296

 

Bijdrage aan agentschappen

8.917

0

8.917

0

8.917

0

0

0

0

9.339

 

CJIB: Onverzekerden en wanbetalers

8.917

0

8.917

0

8.917

0

0

0

0

9.339

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

10.418

0

10.418

0

10.418

0

0

0

0

9.075

 

Sociale Verzekeringsbank: Onverzekerden

7.966

0

7.966

0

7.966

0

0

0

0

7.982

 

Overige

2.452

0

2.452

0

2.452

0

0

0

0

1.093

                       
 

Ontvangsten

78.701

0

78.701

0

78.701

0

0

0

0

87.171

Toelichting

Verplichtingen

In de Veegbrief 2024 is voor subsidies medisch specialistische zorg aanvullend € 33 miljoen aan verplichtingenbudget naar voren gehaald. Het verplichtingenbudget voor 2025 is hierdoor met € 33 miljoen verlaagd. Deze verhoging wordt nu gecorrigeerd door het verplichtingenbudget uit 2030 te schuiven naar 2025.

Een herberekening van de verwachte bouwkosten voor Pallas laat een toename van kosten zien verspreid over meerdere jaren. Hiervoor wordt het verplichtingenbudget in 2025 met ongeveer € 422 miljoen verhoogd.

Voor Passende Zorg hebben er in de afgelopen jaren mutaties plaatsgevonden waarbij wel het kasbudget maar niet het verplichtingenbudget is verhoogd. Voor 2025 wordt het verplichtingenbudget verhoogd met € 67 miljoen, aflopend naar € 55 miljoen in 2029.

Tezamen met kleinere mutaties wordt het verplichtingenbudget in 2025 met € 604,8 miljoen verhoogd.

1. Kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg

Subsidies

Curatieve ggz

Een beperkt deel van het programmabudget voor het dossier verwarde personen stond gereserveerd binnen de premiegefinancierde uitgaven. Aangezien de afgelopen jaren de uitgaven voor dit programma voornamelijk op de VWS-begroting zijn geweest en dit ook de verwachting is voor toekomstige jaren, worden de middelen structureel overgeheveld naar de begrotingsgefinancierde uitgaven. Het budget wordt hierdoor in 2025 met € 6,4 miljoen verhoogd (€ 5,9 miljoen structureel).

Tezamen met een aantal kleinere mutaties wordt dit budget met € 5,4 miljoen verhoogd.

Medische Producten

In de zomer van 2024 is een meerjarige verplichting aangegaan voor IPCEI Health. Om de middelen in het juiste kasritme te zetten, wordt uit de jaren 2025 t/m 2027 voor in totaal € 6,2 miljoen verschoven naar 2028 t/m 2030.

Voor het programma medicatieoverdracht moeten langdurige verplichtingen aangegaan kunnen worden met ICT-leveranciers. Om deze verplichtingen aan te kunnen gaan dient er voor € 6,1 miljoen aan kasbudget uit 2025 naar 2028 te worden verschoven. Daarnaast wordt er geld vrijgemaakt voor een Pilot IHSI Medical devices. Hiermee komt beter zicht op de komst van risicovolle medische technologie. De pilotfase loopt in 2025 en 2026. Indien de pilotfase succesvol blijkt, zijn ook structurele middelen voor latere jaren gereserveerd ten hoogte van circa € 1 miljoen per jaar.

Voor een pilot van twee jaar (2025 en 2026) om antimicrobiële middelen uit te zonderen van de Geneesmiddelenvergoedingslimiet wordt in 2025 € 3 miljoen, in 2026 € 6 miljoen en in 2027 € 3 miljoen overgeheveld naar de premiegefinancierde uitgaven. Hiermee wordt onderzocht in hoeverre de vergoedingslimieten effect hebben op de beschikbaarheid van deze antimicrobiële middelen.

In totaal wordt het budget voor Medische Producten in 2025 met € 16,4 miljoen verlaagd.

Leningen

Leningen Pallas

Tot voor kort was er voor Pallas uitsluitend een budget voor vermogensverschaffing met daarin de totale beschikbare middelen voor Pallas. In de loop van 2025 wordt de deelneming NRG PALLAS B.V. opgericht. Vanaf dan vindt financiering plaats met zowel eigen vermogen als vreemd vermogen. Deze middelen worden verschoven vanuit Vermogensverschaffing. Voor 2025 bedraagt dit € 97,5 miljoen en aflopend tot € 20,8 miljoen in 2030.

Vermogensverschaffing/-onttrekking

Kapitaalverschaffing Pallas

Met name door de stijging in de hogere kosten die volgen uit het detailontwerp, langere doorlooptijd, hogere indirecte kosten en prijsstijgingen van materialen en arbeid, vallen de kosten voor Pallas € 421 miljoen hoger uit. Dit bedrag is verspreid over meerdere jaren (van € 96,6 miljoen in 2027 naar € 104,6 miljoen in 2030).

Daarnaast wordt voor de instandhouding van de liquiditeitspositie van NRG (€ 76,3 miljoen in 2025) beschikbaar gesteld.

Verder worden beschikbare PALLAS-middelen (€ 97,5 miljoen en aflopend tot € 20,8 miljoen in 2030) overgeheveld naar Leningen.

Als gevolg van een aangepaste liquiditeitsprognose voor het Pallas project zijn de middelen in een nieuw kasritme gezet. Hierbij is € 106,7 miljoen uit 2025 en 2026 doorgeschoven naar 2030.

3. Ondersteuning van het zorgstelsel

Subsidies

Regeling medisch noodzakelijke zorg onverzekerden

Het CAK vergoedt zorgkosten aan zorgaanbieders die medisch noodzakelijke zorg verlenen aan onverzekerde personen. Op basis van de uitgavenrealisatie in 2024 verwacht het CAK dat deze uitgaven ook in de jaren vanaf 2025 hoger zullen uitvallen dan het beschikbare budget. Dit komt bijvoorbeeld door grotere bekendheid van de regeling. Het budget wordt daarom met € 26 miljoen verhoogd in 2025 en structureel met € 25 miljoen. Hiernaast wordt het budget voor medisch noodzakelijke zorgkosten voor ontheemden uit Oekraïne in de jaren 2025 tot en met 2027 aangepast. Het gaat daarbij om een verlaging met € 6 miljoen in 2025 en een verhoging in 2026 met € 5,3 miljoen en een verhoging met € 2,3 miljoen in 2027.

Bekostiging

Rijksbijdrage 18-

De Rijksbijdrage 18- wordt voor 2026 en verder bijgesteld. In 2026, 2027 en 2028 betreft het een neerwaartse bijstelling van respectieve € 53,4 miljoen, € 5,5 miljoen en € 10,5 miljoen. Structureel wordt de Rijksbijdrage 18- verhoogd met € 159,3 miljoen.

Zorg illegalen en andere onverzekerbare vreemdelingen

Het CAK vergoedt zorgkosten aan zorgaanbieders die medisch noodzakelijke zorg verlenen aan in betalingsonmacht verkerende vreemdelingen die vanwege hun verblijfsstatus zijn uitgesloten van toegang tot de sociale zorgverzekeringen. Op basis van de uitgavenrealisatie in 2024 wordt verwacht dat deze uitgaven vanaf 2025 € 4 miljoen lager uitvallen dan het beschikbare budget.

Opdrachten

Passende Zorg

Er wordt over de jaren 2026–2030 € 197 miljoen verdeeld om kennisontwikkeling en onderzoeksinfrastructuur te stimuleren ten dienste van de beweging die met VVTB (Verbeteren en verbreden toets op het basispakket) is ingezet. Om het programma in het juiste ritme te zetten vindt er een kasschuif plaats van € 39 miljoen naar latere jaren. Omdat niet het hele budget benodigd blijkt te zijn in 2025, valt er in dat jaar € 20 miljoen vrij. Daarnaast wordt er voor het stimuleren van kennisontwikkeling en onderzoeksinfrastructuur € 14,3 miljoen overgeheveld naar artikel 1 «ZonMw Programmering».

Tezamen met kleinere mutaties wordt het budget in 2025 met € 81 miljoen verlaagd.

3.3 Artikel 3 Langdurige Zorg en ondersteuning

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 6 Budgettaire gevolgen van beleid art. 3 Langdurige Zorg en ondersteuining (bedragen x € 1.000)
   

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

18.973.029

– 11.453

18.961.576

3.256.181

22.217.757

2.278.232

2.139.794

1.924.651

2.233.598

31.864.456

                       
 

Uitgaven

19.864.052

– 11.453

19.852.599

– 761.557

19.091.042

556.132

239.661

– 754.716

– 557.702

29.349.865

                       

3.10

Participatie en zelfredzaamheid van kwetsbare groepen

486.683

– 5.000

481.683

– 56.958

424.725

– 39.030

– 50.335

– 75.352

– 1.150

317.507

 

Subsidies (regelingen)

48.398

– 4.000

44.398

50.079

94.477

– 14.453

– 21.449

– 54.235

10.197

53.178

 

Toegang tot zorg en ondersteuning

8.630

0

8.630

16.249

24.879

11.308

6.104

3.046

439

8.517

 

Passende zorg en levensbrede ondersteuning

2.454

0

2.454

– 2.454

0

– 2.119

– 2.211

– 1.749

– 1.731

0

 

Inclusieve samenleving

27.964

– 4.000

23.964

15.602

39.566

– 43.441

– 46.553

– 72.130

– 4.923

19.408

 

Kennis en informatiebeleid

9.109

0

9.109

20.923

30.032

20.189

21.604

17.022

16.838

25.253

 

Overige

241

0

241

– 241

0

– 390

– 393

– 424

– 426

0

 

Opdrachten

141.013

– 1.000

140.013

– 47.951

92.062

876

– 7.076

– 11.555

– 9.923

73.803

 

Bovenregionaal gehandicaptenvervoer

64.090

0

64.090

5.291

69.381

5.169

4.847

9.055

10.669

68.950

 

Toegang tot zorg en ondersteuning

2.369

0

2.369

– 2.369

0

– 2.360

– 1.871

– 1.956

– 1.962

0

 

Passende zorg en levensbrede ondersteuning

4.854

0

4.854

– 4.854

0

– 4.841

– 2.877

– 3.008

– 3.017

0

 

Inclusiviteit

48.329

0

48.329

– 41.117

7.212

14.375

– 391

– 8.245

– 8.194

0

 

Kennis, informatie en innovatiebeleid

1.649

0

1.649

– 1.649

0

– 1.642

– 1.650

– 1.725

– 1.730

0

 

Overige

19.722

– 1.000

18.722

– 3.253

15.469

– 9.825

– 5.134

– 5.676

– 5.689

4.853

 

Bijdrage aan agentschappen

24.929

0

24.929

– 17.572

7.357

– 13.520

– 11.629

– 565

3.994

4.887

 

Overige

24.929

0

24.929

– 17.572

7.357

– 13.520

– 11.629

– 565

3.994

4.887

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

14.581

0

14.581

14.811

29.392

15.184

11.676

11.355

11.458

26.072

 

Doventolkvoorzieningen

14.581

0

14.581

4.471

19.052

3.522

3.528

3.531

3.486

18.100

 

Participatie en zelfredzaamheid kwetsbare groepen

0

0

0

10.340

10.340

11.662

8.148

7.824

7.972

7.972

 

Bijdrage aan medeoverheden

178.712

0

178.712

22.725

201.437

7.633

– 1.307

– 18.602

– 15.126

159.567

 

Oekraïne

0

0

0

28.016

28.016

7.004

0

0

0

0

 

Overige

178.712

0

178.712

– 5.291

173.421

629

– 1.307

– 18.602

– 15.126

159.567

 

Storting/onttrekking begrotingsreserve

79.050

0

79.050

– 79.050

0

– 34.750

– 20.550

– 1.750

– 1.750

0

 

Stimuleringsregeling wonen en zorg

79.050

0

79.050

– 79.050

0

– 34.750

– 20.550

– 1.750

– 1.750

0

3.21

Langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten

19.377.369

– 6.453

19.370.916

– 704.599

18.666.317

595.162

289.996

– 679.364

– 556.552

29.032.358

 

Subsidies (regelingen)

300.919

– 1.914

299.005

58.293

357.298

85.657

100.242

93.785

21.700

133.858

 

Zorg merkbaar beter maken

193.767

– 3.639

190.128

58.293

248.421

74.957

87.542

79.085

0

45.086

 

Kennis, informatie en innovatiebeleid

31.420

– 1.361

30.059

0

30.059

4.700

4.700

4.700

4.700

23.412

 

Palliatieve zorg en ondersteuning

75.732

3.086

78.818

0

78.818

6.000

8.000

10.000

17.000

65.360

 

Bekostiging

18.816.800

0

18.816.800

– 767.900

18.048.900

498.400

179.400

– 774.500

– 579.600

28.675.800

 

Bijdrage in de kosten van kortingen (BIKK)

6.016.800

0

6.016.800

32.100

6.048.900

– 51.600

– 20.600

– 24.500

20.400

7.425.800

 

Bijdrage Wlz

12.800.000

0

12.800.000

– 800.000

12.000.000

550.000

200.000

– 750.000

– 600.000

21.250.000

 

Opdrachten

30.073

– 3.086

26.987

– 345

26.642

9.000

9.000

0

0

8.307

 

Zorgdragen voor langdurige zorg

30.073

– 3.086

26.987

– 345

26.642

9.000

9.000

0

0

8.307

 

Bijdrage aan agentschappen

718

0

718

– 5

713

– 4

– 5

– 8

– 11

483

 

Algemeen

718

0

718

– 5

713

– 4

– 5

– 8

– 11

483

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

201.859

– 1.453

200.406

4.852

205.258

2.109

1.359

1.359

1.359

213.910

 

Uitvoeringskosten Sociale Verzekeringsbank

56.541

0

56.541

4.244

60.785

2.109

1.359

1.359

1.359

53.824

 

Uitvoeringskosten Centrum Indicatiestelling Zorg

145.318

– 1.453

143.865

608

144.473

0

0

0

0

160.086

 

Bijdrage aan medeoverheden

27.000

0

27.000

506

27.506

0

0

0

0

0

 

Overige

27.000

0

27.000

506

27.506

0

0

0

0

0

                       
 

Ontvangsten

8.376

0

8.376

0

8.376

0

0

0

0

8.062

Toelichting

Verplichtingen

Om het naar voren halen van verplichtingenbudget in de 2e suppletoire begroting te voorkomen, wordt het verplichtingenbudget voor de Rijksbijdragen Wlz en BIKK eenmalig in het goede verplichtingenritme gezet. Om dit te bewerkstelligen zal het verplichtingenbudget 2025 eenmalig worden verhoogd met € 3,3 miljard. Dit is de uitvoering van de toezegging die is gedaan naar aanleiding van verschillende Kamervragen over de 2e suppletoire begroting 2024. Dit heeft als doel om het hele jaar door een realistische verplichtingenstand te hebben.

Tezamen met een aantal kleinere mutaties wordt het verplichtingenbudget in 2025 met € 3,3 miljard verhoogd.

1. Participatie en zelfredzaamheid van kwetsbare groepen

Door een structuurwijziging binnen artikel 3 vinden een aantal technische verschuivingen van budgetten plaats. Het totaalbudget is hierdoor niet gewijzigd.

Subsidies

Toegang tot zorg en ondersteuning

Door een technische schuif van budgetten binnen artikel 3 wordt het budget voor dit subsidieonderdeel opgehoogd met € 16,2 miljoen. Subsidies die hier onder vallen zijn bijvoorbeeld Veilig Thuis, Vrouwenopvang, Stichting werken en mantelzorg, Respijtzorg en de uitvoering aan het Amendement Straatdokters.

Inclusieve samenleving

Door een technische schuif van budgetten binnen artikel 3 wordt het budget voor dit subsidieonderdeel opgehoogd met € 15,6 miljoen. Hieronder vallen subsidies als de Stimuleringsregeling Technologie in Ondersteuning en Zorg (STOZ), Fonds Woon coöperaties, Leefomgeving en Digitale vaardigheden burgers. Daarnaast wordt er € 68 miljoen overgeboekt naar het begrotingsonderdeel «Langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten» voor de subsidie Stimuleringsregeling Zorggeschikte woningen.

Kennis en informatiebeleid

Door een technische schuif van budgetten binnen artikel 3 wordt het budget voor dit subsidieonderdeel opgehoogd met € 20,9 miljoen. Hieronder vallen subsidies als Werkplaatsen sociaal domein, instellingsubsidies Movisie, luisterlijn en de Zonnebloem.

Opdrachten

Inclusiviteit

De meerkosten in het sociaal domein voor Oekraïense ontheemden worden voor 2025 met € 7,2 miljoen opgehoogd. Daarnaast wordt deze regeling met 1 jaar verlengd tot en met het eerste kwartaal 2027. Dit leidt tot een verhoging van het budget van € 30,6 miljoen in 2026 en € 9,4 miljoen in 2027.

Door een technische schuif binnen de VWS-begroting wordt het budget voor dit opdrachtenonderdeel verlaagd met in totaal € 41,1 miljoen.

Bijdrage aan agentschappen

Overige

Door een technische schuif van budgetten binnen artikel 3 wordt het budget voor CIBG, RVO en Justis met € 17,6 miljoen verlaagd.

Bijdrage aan ZBO’s/RWT’s

Participatie en zelfredzaamheid kwetsbare groepen

Door een technische schuif van budgetten binnen artikel 3 wordt het budget voor participatie en zelfredzaamheid kwetsbare groepen opgehoogd met in totaal € 10,3 miljoen. Hiervan worden onder andere diverse regelingen bekostigd zoals invoering van de EDC, RDI Europese Toegankelijkheidsrichtlijn, Gratis VOG en de uitvoeringsregeling STOZ.

Bijdrage aan medeoverheden

Oekraïne

Door een technische schuif van budgetten binnen artikel 3 wordt het budget voor Oekraïne met € 28 miljoen opgehoogd. Dit betreft de meerkosten die gemeenten in 2025 maken ten behoeve van zorg voor Oekraïense ontheemden.

Storting/ontrekking begrotingsreserve

Stimuleringsregeling wonen en zorg

Een bedrag van € 79,1 miljoen in 2025 is overgeheveld naar de juiste plek in de begroting. Deze middelen hebben voornamelijk betrekking op de subsidieregeling Zorggeschikte Woningen en behoren toe aan artikel 3 begrotingsonderdeel «Langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten».

2. Langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten

Subsidies

Zorg merkbaar beter maken

De Stimuleringsregeling voor Zorggeschikte Woningen (SZGW) ondersteunt woningcorporaties en zorgaanbieders bij de bouw en transformatie van woningen. In het kader van het Woon- en Zorgakkoord (WOZO) hebben het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en andere betrokken partijen vastgesteld dat er tot en met 2030 290.000 woningen voor ouderen moeten worden gebouwd, waarvan 40.000 zorggeschikte woningen. Voor de periode van 2023 tot en met 2028 is er in totaal € 312 miljoen beschikbaar gesteld voor de realisatie van deze zorggeschikte woningen. In de Voorjaarnota is het gereserveerde budget voor de jaren 2025 tot en met 2028 verhoogd met: € 68 miljoen voor 2025, € 79,7 miljoen voor 2026, € 77,8 miljoen voor 2027 en € 59,5 miljoen voor 2028.

Daarnaast vindt op dit artikelonderdeel een kasschuif plaats van 2025 en 2026 naar 2027 en 2028. Dit betreft middelen voor de Gespecialiseerde Cliëntondersteuning (GCO) van circa € 9 miljoen. Ook heeft een kasschuif van 2025 naar 2027 van € 5,9 miljoen voor Medisch-generalistische zorg (MGZ) in de regio plaatsgevonden.

Palliatieve zorg en ondersteuning

Dit betreft een ophoging van het budget voor de subsidieregeling palliatieve terminale zorg en geestelijke verzorging thuis. Er wordt structureel € 17 miljoen toegevoegd aan de subsidieregeling om de tegemoetkoming voor de inzet, opleiding en coördinatie van de vrijwilligers in organisaties voor palliatieve terminale zorg te kunnen voortzetten.

Bekostiging

Bijdrage in de kosten van kortingen (BIKK)

De Bijdrage in de Kosten van Kortingen (BIKK) is bedoeld om het Fonds langdurige zorg (Flz) te compenseren voor gederfde premie-inkomsten door de toename van heffingskortingen. Naar aanleiding van de CPB-raming over de omvang van de heffingskortingen in het CEP 2025 wordt de raming van de BIKK voor 2025 verhoogd met € 32,1 miljoen. Voor de jaren 2026, 2027 en 2028 is de raming van de BIKK verlaagd met respectievelijk € 51,6 miljoen, € 20,6 miljoen en € 24,5 miljoen. Structureel wordt de raming verhoogd met € 204,6 miljoen.

Bijdrage Wet langdurige zorg

De Rijksbijdrage Wlz is bedoeld om te voorkomen dat er tekorten ontstaan in het Fonds langdurige zorg (Flz). Op basis van nieuwe informatie over de inkomsten en uitgaven van het fonds in 2024 en 2025 en op basis van het vastgestelde jaarverslag van het Flz over 2023 is de verwachting dat het fondstekort over 2025 lager uitvalt dan werd geraamd in de ontwerpbegroting. De raming van de Rijksbijdrage Wlz voor 2025 wordt daarom verlaagd met € 800 miljoen. Voor de daaropvolgende jaren is de raming van de Rijksbijdrage eveneens bijgesteld.

Opdrachten

PGB 2.0

Omdat het beheer van PGB 2.0 in ieder geval tot 2027 in het beheer van VWS blijft, blijft budget benodigd voor het aanhouden van doorlopende contracten en licenties. Om de huidige werkzaamheden te kunnen blijven uitvoeren is hiervoor in 2026 en 2027 jaarlijks € 9 miljoen nodig.

Bijdrage aan ZBO’s/RWT’s

Gevolgen gerechtelijke uitspraak RDAH

Na een gerechtelijke uitspraak en navolgende wetswijziging is het vanaf 2026 niet meer mogelijk om gebruik te maken van de Regeling dienstverlening aan huis (RDAH) binnen het PGB. Dat betekent dat een grote groep budgethouders die werkgever zijn, vanaf dat jaar ook verplicht zijn een premieafdracht te doen voor werknemersverzekeringen. De SVB voert het trekkingsrecht uit voor het PGB en moet haar werkzaamheden en ICT-voorzieningen aanpassen blijkt uit de uitvoeringstoets. Deze kosten bedragen structureel € 4,6 miljoen, waarvan € 3,3 miljoen naar het Fonds langdurige zorg gaat.

3.4 Artikel 4 Zorgbreed Beleid

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 7 Budgettaire gevolgen van beleid art. 4 Zorgbreed Beleid (bedragen x € 1.000)
   

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

1.384.287

– 13.277

1.371.010

– 195.807

1.175.203

– 104.241

100.827

35.295

34.804

1.209.363

                       
 

Uitgaven

1.553.178

– 13.277

1.539.901

– 50.501

1.489.400

48.451

100.786

35.295

34.804

1.209.363

                       

4.10

Positie cliënt en transparantie van zorg

86.193

– 125

86.068

– 12.230

73.838

– 2.932

– 3.010

– 2.581

– 107

71.928

 

Subsidies (regelingen)

71.855

– 125

71.730

– 9.783

61.947

– 4.440

– 4.499

– 4.056

– 1.527

56.244

 

Patiënten- en gehandicaptenorganisaties

44.275

0

44.275

– 4.151

40.124

– 4.440

– 4.499

– 4.056

– 1.527

49.949

 

Transparantie van zorg

27.580

– 125

27.455

– 5.632

21.823

0

0

0

0

6.295

 

Opdrachten

4.154

0

4.154

– 2.372

1.782

1.582

1.599

1.640

1.640

5.700

 

Transparantie van zorg

1.696

0

1.696

– 1.687

9

1.800

1.800

1.800

1.800

3.851

 

Overige

2.458

0

2.458

– 685

1.773

– 218

– 201

– 160

– 160

1.849

 

Bijdrage aan agentschappen

10.184

0

10.184

– 75

10.109

– 74

– 110

– 165

– 220

9.984

 

CIBG

10.184

0

10.184

– 75

10.109

– 74

– 110

– 165

– 220

9.984

4.20

Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

675.972

– 10.000

665.972

– 72.085

593.887

8.401

62.703

– 3.932

– 6.753

544.002

 

Subsidies (regelingen)

640.370

– 10.000

630.370

– 69.134

561.236

12.424

69.135

2.526

– 324

516.542

 

Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

454.313

– 10.000

444.313

– 67.016

377.297

13.062

69.135

2.526

– 324

224.492

 

Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

174.001

0

174.001

0

174.001

0

0

0

0

292.050

 

Overige

12.056

0

12.056

– 2.118

9.938

– 638

0

0

0

0

 

Opdrachten

17.379

0

17.379

– 3.283

14.096

– 4.356

– 4.280

– 4.220

– 4.100

11.531

 

Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

17.159

0

17.159

– 3.133

14.026

– 4.206

– 4.280

– 4.220

– 4.100

11.511

 

Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

20

0

20

0

20

0

0

0

0

20

 

Overige

200

0

200

– 150

50

– 150

0

0

0

0

 

Bijdrage aan agentschappen

16.185

0

16.185

2.310

18.495

2.311

– 176

– 262

– 347

15.869

 

CIBG

16.185

0

16.185

2.310

18.495

2.311

– 176

– 262

– 347

15.869

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

1.978

0

1.978

– 1.978

0

– 1.978

– 1.976

– 1.976

– 1.982

0

 

ZiNL

1.978

0

1.978

– 1.978

0

– 1.978

– 1.976

– 1.976

– 1.982

0

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

60

0

60

0

60

0

0

0

0

60

 

OECD

60

0

60

0

60

0

0

0

0

60

4.30

Informatiebeleid

253.274

– 125

253.149

2.099

255.248

– 1.570

– 400

– 370

– 368

89.650

 

Subsidies (regelingen)

86.133

– 125

86.008

1.884

87.892

0

0

0

0

55.064

 

Informatiebeleid

80.025

– 125

79.900

1.785

81.685

0

0

0

0

55.064

 

Overige

6.108

0

6.108

99

6.207

0

0

0

0

0

 

Opdrachten

147.994

0

147.994

– 5.997

141.997

– 5.761

– 236

– 235

– 253

27.207

 

Informatiebeleid

142.726

0

142.726

– 3.425

139.301

– 3.215

0

0

0

23.112

 

Overige

5.268

0

5.268

– 2.572

2.696

– 2.546

– 236

– 235

– 253

4.095

 

Bijdrage aan agentschappen

18.340

0

18.340

6.212

24.552

4.191

– 164

– 135

– 115

7.379

 

Informatiebeleid

18.340

0

18.340

6.212

24.552

4.191

– 164

– 135

– 115

7.379

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

807

0

807

0

807

0

0

0

0

0

 

Overige

807

0

807

0

807

0

0

0

0

0

4.40

Inrichting zorgstelsel

312.173

– 3.027

309.146

4.768

313.914

– 236

1.715

6.624

6.778

277.747

 

Opdrachten

619

0

619

0

619

0

0

0

0

622

 

Overige

619

0

619

0

619

0

0

0

0

622

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

311.554

– 3.027

308.527

4.768

313.295

– 236

1.715

6.624

6.778

274.519

 

CAK

145.195

– 1.452

143.743

2.916

146.659

– 495

1.463

6.603

6.778

130.824

 

NZa

77.151

– 758

76.393

440

76.833

0

0

0

0

73.043

 

ZiNL

87.808

– 804

87.004

1.412

88.416

259

252

21

0

69.285

 

CSZ

1.400

– 13

1.387

0

1.387

0

0

0

0

1.367

 

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

0

0

0

0

0

0

0

0

0

2.606

 

EZ: ACM

0

0

0

0

0

0

0

0

0

2.606

4.50

Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland

225.566

0

225.566

26.947

252.513

44.788

39.778

35.554

35.254

226.036

 

Subsidies (regelingen)

4.366

0

4.366

368

4.734

528

518

462

407

4.739

 

Algemeen

4.366

0

4.366

368

4.734

528

518

462

407

4.739

 

Bekostiging

211.679

0

211.679

25.117

236.796

40.280

35.631

31.530

31.404

213.117

 

Zorg en welzijn

16.231

0

16.231

– 7.575

8.656

– 8.222

– 8.227

– 8.259

– 8.317

6.931

 

Zorg en welzijn

195.448

0

195.448

32.692

228.140

48.502

43.858

39.789

39.721

206.186

 

Opdrachten

97

0

97

973

1.070

3.641

3.641

3.641

3.641

3.740

 

Zorg

97

0

97

884

981

3.641

3.641

3.641

3.641

3.740

 

Welzijn

0

0

0

89

89

0

0

0

0

0

 

Bijdrage aan medeoverheden

9.424

0

9.424

489

9.913

339

– 12

– 79

– 198

4.440

 

Overige

9.424

0

9.424

489

9.913

339

– 12

– 79

– 198

4.440

                       
 

Ontvangsten

32.574

– 1.000

31.574

0

31.574

0

0

0

0

11.920

Toelichting

Verplichtingen

Met de 2e suppletoire begroting 2024 is voor subsidies de verplichtingenruimte verhoogd in verband met het aangaan van meerjarige verplichtingen voor de bekostiging van zorg op de BES-eilanden. Er is hiervoor € 67 miljoen aan verplichtingenbudget naar voren gehaald. Daarnaast is € 2,7 miljoen aan verplichtingenbudget naar voren gehaald om de verplichting voor subsidies ten aanzien van jeugd en sport op de BES-eilanden aan te kunnen gaan.

Met de subsidieregeling Werkgeverskosten Opleiden Wijkverpleging wordt de afspraak ingevuld uit het investeringsakkoord opleiden wijkverpleging (IOW) om het opleiden in de wijkverpleging te borgen. Om de middelen die hiervoor bestemd zijn zo doelmatig en doeltreffend mogelijk in te zetten wordt het verplichtingenbudget met € 60 miljoen vanuit 2025 naar 2027 geschoven.

Tezamen met andere mutaties wordt het verplichtingenbudget verlaagd met € 195,8 miljoen.

2. Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

Subsidies

Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

Met de subsidieregeling Werkgeverskosten Opleiden Wijkverpleging wordt de afspraak ingevuld uit het investeringsakkoord opleiden wijkverpleging (IOW) om het opleiden in de wijkverpleging te borgen. Om de middelen die hiervoor bestemd zijn zo doelmatig en doeltreffend mogelijk in te zetten wordt de bekostigingssystematiek aangepast van bevoorschotting naar betalingen achteraf, waardoor € 60 miljoen vanuit 2025 naar 2027 wordt geschoven.

Ook wordt € 9 miljoen budget toegevoegd aan de STOZ-regeling (Stimuleringsregeling technologie in ondersteuning en zorg) voor uitwerking in de jaren 2027 t/m 2029. Hiermee wordt de subsidie voortgezet die als doel heeft het werk van zorg- of ondersteuningsmedewerkers te besparen en verlichten door het toepassen van digitale of hybride processen. Zo wordt een bijdrage geleverd aan het terugdringen van het arbeidsmarkttekort.

Tezamen met een aantal kleinere mutaties wordt het budget met € 67 miljoen verlaagd.

5. Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland

Bekostiging

Zorg

Er wordt structureel extra budget vrijgemaakt voor de toegenomen zorguitgaven op de BES-eilanden voor zowel de prijsstijging als de volumegroei (structureel € 21,1 miljoen). Voor het versterken van eerstelijns huisartsenzorg wordt structureel budget beschikbaar gesteld (structureel € 0,6 miljoen) en er wordt incidenteel budget beschikbaar gesteld voor de renovatie van het zorgcentrum op Sint-Eustatius (€ 2,1 miljoen in 2025). Voor overlopende verplichtingen uit 2024 wordt het bekostigingsbudget in 2025 met € 6 miljoen opgehoogd. Ook is er een tegenvaller door een gewijzigd wisselkoerseffect met de BES-eilanden van € 16,9 miljoen in 2025, aflopend naar € 13 miljoen in 2029. Vanaf 2030 doet zich een meevallend wisselkoerseffect voor van structureel € 5,1 miljoen.

Tot slot is het budget structureel € 8,5 miljoen opgehoogd als gevolg van een technische mutatie vanaf bekostiging Jeugd, Welzijn en Sport.

3.5 Artikel 5 Jeugd

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 8 Budgettaire gevolgen van beleid art. 5 Jeugd (bedragen x € 1.000)
   

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

203.753

0

203.753

3.710

207.463

– 1.993

– 1.999

– 26

– 34

88.026

                       
 

Uitgaven

203.753

0

203.753

– 1.840

201.913

– 1.993

– 1.999

– 26

– 34

88.026

                       

5.30

Effectief en efficiënt werkend jeugdstelsel

203.753

0

203.753

– 1.840

201.913

– 1.993

– 1.999

– 26

– 34

88.026

 

Subsidies (regelingen)

157.175

0

157.175

– 1.806

155.369

– 1.982

– 1.982

0

0

51.964

 

Kennis en informatiebeleid

14.383

0

14.383

223

14.606

0

0

0

0

12.793

 

Jeugdbeleid

110.449

0

110.449

– 2.029

108.420

– 1.982

– 1.982

0

0

7.678

 

Jeugdstelsel

32.343

0

32.343

0

32.343

0

0

0

0

31.493

 

Opdrachten

11.126

0

11.126

– 173

10.953

0

0

0

0

7.127

 

Kennis en informatiebeleid

2.572

0

2.572

0

2.572

0

0

0

0

2.580

 

Jeugdbeleid

7.912

0

7.912

– 173

7.739

0

0

0

0

3.902

 

Jeugdstelsel

642

0

642

0

642

0

0

0

0

645

 

Bijdrage aan agentschappen

1.598

0

1.598

– 12

1.586

– 11

– 17

– 26

– 34

1.567

 

Overige

1.598

0

1.598

– 12

1.586

– 11

– 17

– 26

– 34

1.567

 

Bijdrage aan medeoverheden

33.589

0

33.589

416

34.005

0

0

0

0

27.102

 

Overige

33.589

0

33.589

416

34.005

0

0

0

0

27.102

 

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

265

0

265

– 265

0

0

0

0

0

266

 

Overige

265

0

265

– 265

0

0

0

0

0

266

                       
 

Ontvangsten

2.400

0

2.400

0

2.400

0

0

0

0

2.400

Toelichting

Verplichtingen

Ten behoeve van de toekenning van diverse (meerjarige) subsidies in 2024 is het verplichtingenbudget 2025 met € 9,1 miljoen verlaagd. Zoals toegelicht in de 2e suppletoire begroting 2024, betreft dit een technische mutatie die verder geen invloed heeft op het kasbudget en tevens geen risico vormt voor de gebudgetteerde uitgaven. Om verplichtingenruimte beschikbaar te hebben voor de continuïteitsregeling cruciale jeugdzorg, wordt het verplichtingenbudget in 2025 met € 14,6 miljoen verhoogd.

Tezamen met andere kleinere mutaties wordt het verplichtingenbudget in 2025 per saldo met € 3,7 miljoen opgehoogd.

3. Effectief en efficiënt werkend jeugdstelsel

Subsidies

Jeugdbeleid

Een recente gerechtelijke uitspraak heeft bepaald dat pleegzorgaanbieders kosten voor kinderopvang als bijzondere kosten van pleegouders moeten vergoeden. Er wordt in 2025, 2026 en 2027 € 7,3 miljoen beschikbaar gesteld als bijdrage voor de kosten die pleegouders maken voor kinderopvang en buitenschoolse opvang van hun pleegkinderen. Structureel vanaf 2028 betreft dit € 0,4 miljoen. Daarnaast wordt voor pleegouders in het vrijwillig kader middelen toegevoegd aan het Gemeentefonds zodat zij dezelfde vergoeding hebben. Dit kost € 5,9 miljoen voor de jaren 2025–2027 en structureel € 2,7 miljoen vanaf 2028.

Tezamen met een aantal kleinere mutaties wordt het budget in 2025 met € 2 miljoen verlaagd.

3.6 Artikel 6 Sport en Bewegen

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 9 Budgettaire gevolgen van beleid art. 6 Sport en Bewegen (bedragen x € 1.000)
   

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

387.213

– 46

387.167

28.065

415.232

9.580

350

– 250

0

413.210

                       
 

Uitgaven

429.253

– 46

429.207

33.065

462.272

9.580

350

– 250

0

413.210

                       

6.40

Sport verenigt Nederland

429.253

– 46

429.207

33.065

462.272

9.580

350

– 250

0

413.210

 

Subsidies (regelingen)

208.655

0

208.655

– 310

208.345

9.580

350

– 250

0

141.478

 

Sportakkoord

119.679

0

119.679

– 1.332

118.347

8.211

– 1.013

– 938

– 688

96.120

 

Duurzame en toegankelijke sportaccommodaties

74.272

0

74.272

0

74.272

0

0

0

0

29.095

 

Kennis en innovatie

14.704

0

14.704

1.022

15.726

1.369

1.363

688

688

16.263

 

Inkomensoverdrachten

18.375

0

18.375

0

18.375

0

0

0

0

18.451

 

Financiële voorziening topsporters

18.375

0

18.375

0

18.375

0

0

0

0

18.451

 

Opdrachten

5.452

0

5.452

375

5.827

0

0

0

0

4.320

 

Sportakkoord

5.202

0

5.202

353

5.555

0

0

0

0

4.069

 

Kennis en innovatie

250

0

250

0

250

0

0

0

0

251

 

Overige

0

0

0

22

22

0

0

0

0

0

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

4.723

– 46

4.677

0

4.677

0

0

0

0

4.624

 

Dopingautoriteit

4.723

– 46

4.677

0

4.677

0

0

0

0

4.624

 

Bijdrage aan medeoverheden

191.475

0

191.475

33.000

224.475

0

0

0

0

178.650

 

Duurzame en toegankelijke sportaccommodaties

191.475

0

191.475

33.000

224.475

0

0

0

0

178.650

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

500

0

500

0

500

0

0

0

0

500

 

Dopingbestrijding

500

0

500

0

500

0

0

0

0

500

 

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

73

0

73

0

73

0

0

0

0

65.187

 

Sportakkoord

73

0

73

0

73

0

0

0

0

65.187

                       
 

Ontvangsten

48.427

12.200

60.627

33.000

93.627

0

0

0

0

22.532

Toelichting

Verplichtingen

De bijstellingen op de verplichtingenmutaties hebben betrekking op de wijzigingen op de uitgaven (€ 32,7 miljoen). Daarnaast is in 2024 verplichtingruimte uit 2025 naar voren gehaald om verplichtingen administratief vast te leggen. Het gaat om een bedrag van € 5 miljoen. Het verplichtingenbudget zal met dit bedrag daarom naar beneden worden bijgesteld.

Tezamen met een aantal kleinere mutaties wordt het verplichtingenbudget in 2025 met € 28,1 miljoen verhoogd.

4. Sport verenigt Nederland

Subsidies

Sportakkoord

Voor het programma «Geef Bewegen de ruimte» wordt in 2026 € 7,7 miljoen vrijgemaakt om de reeds ingezette aanpak op bewegen verder vorm te geven.

De brede aanpak van racisme en discriminatie in de sport wordt gecontinueerd. Voor deze voortzetting wordt in 2026 € 1,6 miljoen ingezet.

Bijdrage medeoverheden

Duurzame en toegankelijke sportaccommodaties

Op de SPUK Stimulering Sport vindt jaarlijks een vaststelling plaats waaruit enerzijds terugvorderingen en anderzijds nabetalingen volgen. De vaststelling van de SPUK-regeling 2023 heeft in het najaar van 2024 plaatsgevonden. De nabetalingen vinden in 2025 plaats en worden betaald vanuit de ontvangsten als gevolg van de terugvorderingen. Via deze technische desaldering wordt het budget met € 33 miljoen verhoogd.

Ontvangsten

Op de SPUK Stimulering Sport vindt jaarlijks een vaststelling plaats waaruit enerzijds terugvorderingen en anderzijds nabetalingen volgen. De vaststelling van de SPUK-regeling 2023 heeft in het najaar van 2024 plaatsgevonden. De terugvorderingen vinden in 2025 plaats. Hiervoor wordt de ontvangstenraming met € 33,0 miljoen verhoogd.

3.7 Artikel 7 Oorlogsgetroffenen en Herinnering WO II

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 10 Budgettaire gevolgen van beleid art. 7 Oorlogsgetroffenen en Herinnering WO II (bedragen x € 1.000)
   

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

197.919

994

198.913

6.031

204.944

19.336

18.629

10.478

9.050

141.243

                       
 

Uitgaven

198.285

994

199.279

6.031

205.310

19.336

18.629

10.478

9.050

141.243

                       

7.10

De zorg- en dienstverlening aan verzetsdeeln. en oorlogsgetroffenen WOII en de herinnering aan WOII

26.073

1.000

27.073

450

27.523

13.605

13.660

6.345

6.345

30.400

 

Subsidies (regelingen)

24.965

1.000

25.965

450

26.415

13.605

13.660

6.345

6.345

29.291

 

Nationaal Comité

6.219

0

6.219

0

6.219

1.340

1.515

1.700

1.700

7.939

 

Nationale herinneringscentra

3.136

0

3.136

0

3.136

9.595

9.795

2.295

2.295

5.283

 

Herinnering Indisch Molukse Doelgroep

3.405

0

3.405

0

3.405

0

0

0

0

2.484

 

Zorg- en dienstverlening

7.222

0

7.222

0

7.222

0

0

0

0

6.863

 

Overige

4.983

1.000

5.983

450

6.433

2.670

2.350

2.350

2.350

6.722

 

Bekostiging

400

0

400

0

400

0

0

0

0

400

 

Overige

400

0

400

0

400

0

0

0

0

400

 

Opdrachten

482

0

482

0

482

0

0

0

0

483

 

Overige

482

0

482

0

482

0

0

0

0

483

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

226

0

226

0

226

0

0

0

0

226

 

Overige

226

0

226

0

226

0

0

0

0

226

7.20

Pensioenen en uitkeringen voor verzetsdeeln. en oorlogsgetroffenen WOII

172.212

– 6

172.206

5.581

177.787

5.731

4.969

4.133

2.705

110.843

 

Inkomensoverdrachten

161.817

0

161.817

5.581

167.398

5.731

4.969

4.133

2.705

100.695

 

Wetten/regelingen verzetsdeelnemers/oorlogsgetroffenen

161.817

0

161.817

5.581

167.398

5.731

4.969

4.133

2.705

100.695

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

10.395

– 6

10.389

0

10.389

0

0

0

0

10.148

 

Sociale Verzekeringsbank

9.769

0

9.769

0

9.769

0

0

0

0

9.791

 

Pensioen- en Uitkeringsraad

626

– 6

620

0

620

0

0

0

0

357

                       
 

Ontvangsten

3.339

0

3.339

0

3.339

0

0

0

0

3.339

Toelichting

Verplichtingen

De programma- en uitvoeringskosten voor de wetten en regelingen voor Verzetsdeelnemers en Oorlogsgetroffenen zijn hoger uitgevallen dan het beschikbare budget. Deze uitkeringen zijn gekoppeld aan wetten en regelingen en moeten te allen tijde uitbetaald worden aan gerechtigden. Het daarbijbehorende verplichtingenbudget in 2025 wordt met € 5,6 miljoen verhoogd.

Tezamen met een aantal kleinere mutaties wordt het verplichtingenbudget in 2025 met € 6 miljoen verhoogd.

1. De zorg- en dienstverlening aan verzetsdeeln. en oorlogsgetroffenen WOII en de herinnering aan WOII

Subsidies

Nationale herinneringscentra

Om het verhaal van de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust op een kwalitatief hoogwaardige manier te blijven vertellen en de plekken waar de verschrikkingen hebben plaatsgevonden levend te houden, wordt het budget structureel met € 6,3 miljoen opgehoogd.

Daarnaast wordt er in totaal € 15 miljoen aan middelen vrijgemaakt op de VWS-begroting (€ 7,5 miljoen in 2026 en 2027) om te werken aan de realisatie van het vernieuwingstraject Kamp Westerbork.

2. Pensioenen en uitkeringen voor verzetsdeeln. en oorlogsgetroffenen WOII

Inkomensoverdrachten

Wetten/regelingen verzetsdeelnemers/oorlogsgetroffenen

De programma- en uitvoeringskosten voor de wetten en regelingen voor Verzetsdeelnemers en Oorlogsgetroffenen zijn hoger uitgevallen dan het beschikbare budget. Deze uitkeringen zijn gekoppeld aan wetten en regelingen en moeten te allen tijde uitbetaald worden aan gerechtigden. Hierdoor moet het budget worden opgehoogd met € 5,6 miljoen en € 5,7 miljoen in 2025 en 2026. Structureel wordt het budget met € 2,7 miljoen verhoogd.

3.8 Artikel 8 Tegemoetkoming specifieke kosten

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 11 Budgettaire gevolgen van beleid art. 8 Tegemoetkoming specifieke kosten (bedragen x € 1.000)
   

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

7.057.449

0

7.057.449

729.417

7.786.866

588.000

774.900

839.200

902.600

10.316.749

                       
 

Uitgaven

7.057.449

0

7.057.449

729.417

7.786.866

588.000

774.900

839.200

902.600

10.316.749

                       

8.10

Tegemoetkoming specifieke kosten

7.057.449

0

7.057.449

729.417

7.786.866

588.000

774.900

839.200

902.600

10.316.749

 

Inkomensoverdrachten

7.057.449

0

7.057.449

729.417

7.786.866

588.000

774.900

839.200

902.600

10.316.749

 

Zorgtoeslag

6.969.500

0

6.969.500

729.417

7.698.917

588.000

774.900

839.200

902.600

10.228.800

 

Tegemoetkoming specifieke kosten

87.949

0

87.949

0

87.949

0

0

0

0

87.949

                       
 

Ontvangsten

0

0

0

659.200

659.200

637.800

662.200

706.600

747.300

786.000

Toelichting

1. Tegemoetkoming specifieke kosten

Inkomensoverdrachten

Zorgtoeslag

Op basis van actuele ramingen in het Centraal Economisch Plan (CEP) van het Centraal Planbureau (CPB) wordt de uitgavenraming zorgtoeslag meerjarig bijgesteld. Daarnaast is besloten de uitgavenramingen voortaan bruto te presenteren, waarbij ook de ontvangsten als gevolg van terugbetalingen in beeld worden gebracht. Dit leidt per saldo tot een stijging van de uitgavenraming voor 2025 met € 729,7 miljoen. Daarnaast is sprake van een wijziging in het toeslagenstelsel; het toeslagpartner-begrip is aangepast. De maatregel behelst het afschaffen van de regel dat mensen toeslagpartner worden als zij samenwonen met één andere volwassene en er daarnaast een minderjarig kind van één van beiden op het adres is ingeschreven. Hierdoor ontstaan nu veel onterechte partnerschappen (o.a. bij mantelzorgers en woningdelers) waardoor toeslaggerechtigden mogelijk duizenden euro’s aan ondersteuning mislopen in voornamelijk de zorgtoeslag en het kindgebonden budget. Met de maatregel worden ruim 10.000 toeslaggerechtigden geholpen. Dekking is gevonden door het verlagen van de vermogensgrenzen in de zorgtoeslag en het kindgebonden budget.

Ontvangsten

Er is besloten de uitgavenramingen zorgtoeslag voortaan bruto te presenteren, waarbij ook de ontvangsten als gevolg van terugbetalingen in beeld worden gebracht. Dit leidt tot een ontvangstenraming van € 659,2 miljoen in 2025, oplopend tot € 786 miljoen in 2030.

4. Niet-beleidsartikelen

4.1. Artikel 9 Algemeen

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 12 Budgettaire gevolgen van beleid art. 9 Algemeen (Bedragen x € 1.000)
   

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

52.714

– 420

52.294

548

52.842

4.968

5.060

5.060

5.060

36.811

                       
 

Uitgaven

61.082

– 420

60.662

581

61.243

5.060

5.060

5.060

5.060

36.811

                       

9.10

Internationale samenwerking

13.989

0

13.989

686

14.675

5.060

5.060

5.060

5.060

10.537

 

Bijdrage aan agentschappen

1.200

0

1.200

487

1.687

460

460

0

0

0

 

Overige

1.200

0

1.200

487

1.687

460

460

0

0

0

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

12.789

0

12.789

199

12.988

4.600

4.600

5.060

5.060

10.537

 

World Health Organization en Mondiale Gezondheidsstrategie

4.648

0

4.648

0

4.648

0

0

0

0

3.868

 

EMA

3.861

0

3.861

0

3.861

0

0

0

0

2.675

 

Overige

4.280

0

4.280

199

4.479

4.600

4.600

5.060

5.060

3.994

9.20

Verzameluitkering

105

0

105

– 105

0

0

0

0

0

0

 

Bijdrage aan medeoverheden

105

0

105

– 105

0

0

0

0

0

0

 

Overige

105

0

105

– 105

0

0

0

0

0

0

9.30

Eigenaarsbijdrage

41.988

– 420

41.568

0

41.568

0

0

0

0

21.274

 

Bijdrage aan agentschappen

41.988

– 420

41.568

0

41.568

0

0

0

0

21.274

 

Eigenaarsbijdrage RIVM

41.988

– 420

41.568

0

41.568

0

0

0

0

21.274

9.40

Begrotingsreserve achterborg WFZ-garanties

5.000

0

5.000

0

5.000

0

0

0

0

5.000

 

Garanties

5.000

0

5.000

0

5.000

0

0

0

0

5.000

 

Overige

5.000

0

5.000

0

5.000

0

0

0

0

5.000

                       
 

Ontvangsten

0

0

0

20.816

20.816

0

0

0

0

0

Toelichting

Ontvangsten

Het eigen vermogen van het RIVM en het CIBG is hoger dan maximaal is toegestaan conform de regeling agentschappen. Het surplus wordt afgeroomd. Dit bedraagt in 2025 respectievelijk € 10 miljoen en € 10,8 miljoen.

In totaal wordt het ontvangstenbudget verhoogd met € 20,8 miljoen.

4.2. Artikel 10 Apparaat Kerndepartement

Tabel 13 Apparaatsuitgaven Kerndepartement (bedragen x € 1.000)
   

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

594.460

12.618

607.078

14.649

621.727

61.677

55.546

16.291

15.997

461.297

                       
 

Uitgaven

597.978

12.618

610.596

23.408

634.004

61.990

55.559

16.291

15.997

461.297

                       
 

Personele uitgaven

479.624

9.512

489.136

21.745

510.881

49.969

47.013

13.316

13.118

347.543

 

waarvan eigen personeel

387.676

7.631

395.307

8.243

403.550

13.194

11.853

9.104

9.560

326.740

 

waarvan externe inhuur

88.882

1.750

90.632

13.458

104.090

36.775

35.160

4.212

3.558

17.614

 

waarvan overige personele uitgaven

3.066

131

3.197

44

3.241

0

0

0

0

3.189

 

Materiële uitgaven

118.354

3.106

121.460

1.663

123.123

12.021

8.546

2.975

2.879

113.754

 

waarvan ICT

24.914

350

25.264

2.638

27.902

9.570

6.180

1.372

1.352

20.125

 

waarvan bijdrage SSO's

63.465

2.531

65.996

2.772

68.768

3.349

3.313

3.278

3.242

67.557

 

waarvan overige materiële uitgaven

29.975

225

30.200

– 3.747

26.453

– 898

– 947

– 1.675

– 1.715

26.072

                       
 

Ontvangsten

8.802

369

9.171

2.800

11.971

0

0

0

0

9.035

 

Overige

8.802

369

9.171

2.800

11.971

0

0

0

0

9.035

Budgettaire gevolgen apparaatsuitgaven departement

Tabel 14 Nadere uitpsplitsing apparaatsuitgaven (Bedragen x € 1.000)
   

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

594.460

12.618

607.078

14.649

621.727

61.677

55.546

16.291

15.997

461.297

                       
 

Uitgaven

597.978

12.618

610.596

23.408

634.004

61.990

55.559

16.291

15.997

461.297

                       

10.30

Kerndepartement

431.483

14.265

445.748

15.017

460.765

49.186

48.277

14.892

14.828

301.235

 

Personele uitgaven

345.006

10.839

355.845

14.978

370.823

43.143

42.277

9.753

9.766

216.990

 

Eigen personeel

252.745

8.840

261.585

7.500

269.085

9.494

8.392

5.786

6.453

196.356

 

Eigen personeel

2.269

98

2.367

0

2.367

0

0

0

0

1.747

 

Externe inhuur

87.214

1.767

88.981

7.434

96.415

33.649

33.885

3.967

3.313

15.980

 

Overige

2.778

134

2.912

44

2.956

0

0

0

0

2.907

 

Materiële uitgaven

86.477

3.426

89.903

39

89.942

6.043

6.000

5.139

5.062

84.245

 

ICT

13.871

466

14.337

– 1.135

13.202

184

181

172

152

7.873

 

Bijdrage SSO's

59.116

2.573

61.689

1.804

63.493

3.349

3.313

3.278

3.242

63.313

 

Overige

13.490

387

13.877

– 630

13.247

2.510

2.506

1.689

1.668

13.059

10.40

Inspecties

125.776

– 1.260

124.516

3.486

128.002

9.687

4.317

– 1.613

– 1.823

119.684

 

Personele uitgaven

101.393

– 1.015

100.378

3.636

104.014

4.376

2.393

1.162

952

97.093

 

Eigen personeel

99.874

– 999

98.875

1.111

99.986

1.571

1.413

1.162

952

95.608

 

Externe inhuur

1.231

– 13

1.218

2.525

3.743

2.805

980

0

0

1.203

 

Overige

288

– 3

285

0

285

0

0

0

0

282

 

Materiële uitgaven

24.383

– 245

24.138

– 150

23.988

5.311

1.924

– 2.775

– 2.775

22.591

 

ICT

10.021

– 101

9.920

2.602

12.522

8.086

4.699

0

0

11.364

 

Bijdrage SSO's

3.950

– 40

3.910

0

3.910

0

0

0

0

3.851

 

Overige

10.412

– 104

10.308

– 2.752

7.556

– 2.775

– 2.775

– 2.775

– 2.775

7.376

10.50

SCP en Raden

40.719

– 387

40.332

4.905

45.237

3.117

2.965

3.012

2.992

40.378

 

Personele uitgaven

33.225

– 312

32.913

3.131

36.044

2.450

2.343

2.401

2.400

33.460

 

Eigen personeel

32.788

– 308

32.480

– 368

32.112

2.129

2.048

2.156

2.155

33.029

 

Externe inhuur

437

– 4

433

3.499

3.932

321

295

245

245

431

 

Materiële uitgaven

7.494

– 75

7.419

1.774

9.193

667

622

611

592

6.918

 

ICT

1.022

– 15

1.007

1.171

2.178

1.300

1.300

1.200

1.200

888

 

Bijdrage SSO's

399

– 2

397

968

1.365

0

0

0

0

393

 

Overige

6.073

– 58

6.015

– 365

5.650

– 633

– 678

– 589

– 608

5.637

                       
 

Ontvangsten

8.802

369

9.171

2.800

11.971

0

0

0

0

9.035

Toelichting Apparaatsuitgaven Kerndepartement

Kerndepartement

Personele uitgaven

Eigen personeel

De apparaatsbudgetten worden verhoogd vanwege de uitvoering van de Wet Open Overheid (WOO), en de parlementaire enquête corona. In totaal wordt hiervoor het budget in 2026 € 18,4 miljoen en in 2027 € 18,9 miljoen verhoogd. Vanaf 2028 loopt dit af tot structureel € 9 miljoen.

Externe inhuur

Vanwege de uitvoering van de WOO, en de parlementaire enquête corona wordt in 2026 en 2027 € 9 miljoen aan externe inhuur berekend en € 2 miljoen voor de jaren erna. Ook wordt er voor het PGB 2.0-domein € 24,5 en € 23,5 miljoen aan personeelsbudget toegevoegd voor 2026 respectievelijk 2027, waarmee de ontwikkeling van het PGB2.0 systeem wordt vormgegeven.

4.3. Artikel 11 Nog onverdeeld

Tabel 15 Budgettaire gevolgen van beleid art. 11 Nog onverdeeld (bedragen x € 1.000)
   

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

24

– 15.070

– 15.046

274.497

259.451

112.136

110.600

138.306

123.552

121.051

                       
 

Uitgaven

24

– 15.070

– 15.046

274.497

259.451

112.136

110.600

138.306

123.552

121.051

                       

11.4

Nog onverdeeld

24

– 15.070

– 15.046

274.497

259.451

112.136

110.600

138.306

123.552

121.051

 

Nog te verdelen

24

– 15.070

– 15.046

274.497

259.451

112.136

110.600

138.306

123.552

121.051

 

Loonbijstelling

0

0

0

181.424

181.424

69.979

70.867

101.609

88.161

81.542

 

Prijsbijstelling

24

0

24

28.003

28.027

27.087

24.663

21.627

20.321

24.439

 

Taakstellingen

0

– 15.070

– 15.070

15.070

0

15.070

15.070

15.070

15.070

15.070

 

Overige

0

0

0

50.000

50.000

0

0

0

0

0

                       
 

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

                       

Toelichting

4. Nog onverdeeld

Loonbijstelling

De ontvangen tranche loonbijstelling 2025 bedraagt € 250,6 miljoen, aflopend naar € 174 miljoen in 2030. Een deel van deze loonbijstelling wordt ingezet ter dekking van verschillende intensiveringen op de VWS-begroting, waaronder de inzet van vrijwilligers in de palliatieve terminale zorg.

Prijsbijstelling

De ontvangen tranche prijsbijstelling 2025 bedraagt € 28 miljoen, aflopend naar € 17,3 miljoen in 2030.

Taakstellingen

Dit betreft de invulling van de taakstelling op apparaat van € 15,1 miljoen in het kader van de terugdraaiing van de bezuinigingen op de OCW-begroting. Deze taakstelling wordt structureel ingevuld met de loonbijstelling op de VWS-begroting.

Overig

Er wordt een eenmalige reservering van € 50 miljoen getroffen ten behoeve van de backpay voor weduwen van voormalig KNIL-militairen en ambtenaren in Nederlands-Indië.

5. Premiegefinancierde Zorguitgaven

5.1. Inleiding

In dit hoofdstuk zijn de premiegefinancierde zorguitgaven en -ontvangsten binnen de Zvw en de Wlz, de uitgaven voor Wmo beschermd wonen uit het gemeentefonds en de middelen op de aanvullende post (AP) bij Financiën opgenomen en toegelicht.

In deze eerste suppletoire begroting 2025 worden de budgettaire ontwikkelingen voor de jaren 2025–2030 vanaf de stand ontwerpbegroting 2025 toegelicht.

In het regeerprogramma is afgesproken dat het bestaande zorgakkoord dat loopt tot en met 2026 wordt verbreed, geïntensiveerd en geconcretiseerd in een aanvullend zorg en welzijnsakkoord tot en met 2028, waarin we het verschil willen maken voor de mensen die zorg nodig hebben. In dit nieuwe akkoord staan de gelijkwaardigere toegang tot zorg en welzijn en het afwenden van het arbeidsmarkttekort centraal. Ook is afgesproken dat het kabinet het voortouw zal nemen tot een hoofdlijnenakkoord voor de ouderenzorg waarin de onbeheersbare arbeidsmarkttekorten worden afgewend en de ouderenzorg daarmee ook financieel houdbaar wordt. Voor beide akkoorden is het kabinet in een vergevorderd stadium van overleg met alle betrokken veldpartijen. De budgettaire verwerking zal plaatsvinden in de Ontwerpbegroting nadat de akkoorden – onder voorbehoud van parlementaire goedkeuring – zijn afgesloten. De Ontwerpbegroting zal worden voorgelegd aan de Kamer ter autorisatie.

Het PZ-hoofdstuk bestaat uit de volgende onderdelen:

• Paragraaf 5.1: Inleiding

In deze paragraaf is opgenomen de begrotingsstaat van de geraamde bruto zorguitgaven en de ontvangsten van de Zvw en Wlz, de uitgaven voor Wmo beschermd wonen en de AP middelen

• Paragraaf 5.2 Ontwikkeling van de netto premiegefinancierde zorguitgaven

In deze paragraaf wordt ingegaan op de ontwikkeling van de netto zorguitgavenvan van de Zvw en Wlz, de uitgaven voor Wmo beschermd wonen en de AP-middelen.

• Paragraaf 5.3: Verticale ontwikkeling van de premiegefinancierde zorguitgaven en -ontvangsten

In deze paragraaf wordt de verticale ontwikkeling van de Zvw, Wlz, Wmo beschermd wonen en de AP-middelen in drie aparte subparagrafen toegelicht. De onderdelen van deze subparagrafen zijn:

5.3.1. Zorgverzekeringswet (Zvw)

Hierin wordt de verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten toegelicht.

5.3.2. Wet langdurige zorg (Wlz)

Hierin wordt de verticale ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten toegelicht.

5.3.3. Wmo beschermd wonen en de AP-middelen

Hierin wordt de verticale ontwikkeling van de Wmo beschermd wonen en de AP-middelen toegelicht.

Verdieping van de zorguitgaven in sectoren

Het verdiepingshoofdstuk wordt integraal als open data beschikbaar gesteld op: Overzicht Datasets | Ministerie van Financiën – Rijksoverheid (rijksfinancien.nl). Hierin worden de financiële bijstellingen per sector tussen de ontwerpbegroting 2025 en de 1e suppletoire begroting 2025 voor de jaren 2025–2030 gepresenteerd en toegelicht.

5.1.1 Begrotingsstaat premiegefinancierde zorguitgaven

Begrotingsstaat van de premiegefinancierde zorguitgaven en de ontvangsten van de Zvw en Wlz, de uitgaven van de Wmo beschermd wonen en de AP-middelen.

Tabel 1 Begrotingsstaat Premiegefinancierde zortguitgaven van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2025 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)

Art.

Omschrijving

Vastgestelde begroting

   

Uitgaven

Ontvangsten

 

Totaal

107.996.870

5.935.017

11

Zorgverzekeringswet (Zvw)

66.766.996

3.395.217

12

Wet Langdurige Zorg (Wlz)

39.396.830

2.539.800

 

Wmo beschermd wonen

1.833.044

0

Bron: VWS-cijfers

5.2 Ontwikkeling van de netto premiegefinancierde zorguitgaven

In de onderstaande tabel is vanaf de stand ontwerpbegroting 2025 de ontwikkeling van de netto zorguitgaven Zvw, Wlz, Wmo beschermd wonen en de AP op hoofdlijnen te zien.

Tabel 2 Ontwikkeling van de netto zorguitgaven 2025–2030 (bedragen x € 1 miljoen)1
   

2025

2026

2027

2028

2029

2030

1

Netto zorguitgaven ontwerpbegroting 2025

102.427

108.296

118.049

124.372

131.048

131.048

2

Bijstellingen

– 365

– 565

– 774

– 604

– 995

6.551

 

Zorgverzekeringswet

5

– 505

– 494

– 333

– 674

3.583

 

Wet langdurige zorg

– 458

– 407

– 242

– 327

– 427

2.853

 

Wmo beschermd wonen

87

87

87

87

87

87

 

Aanvullende Post

0

260

– 125

– 31

20

28

3

Netto zorguitgaven stand 1e suppletoire begroting 2025 (= 1+2)

102.062

107.731

117.275

123.769

130.053

137.599

Bron: VWS

X Noot
1

Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Toelichting

Ten opzichte van de stand ontwerpbegroting 2025 zijn de netto zorguitgaven in 2025 neerwaarts bijgesteld met € 0,4 miljard oplopend tot € 1 miljard in 2029. In het jaar 2030 is sprake van een opwaartse bijstelling van € 6,5 miljard. Dit komt door de extrapolatie van het jaar 2029 naar het jaar 2030. Bij deze extrapolatie wordt rekening gehouden met de technische bijstellingen in 2030 t.o.v. 2029 met betrekking tot volumegroei, raming loon- en prijsbijstelling en doorwerking van eerdere beleidsmaatregelen.

In paragraaf 5.3 wordt de ontwikkeling van de netto zorguitgaven verder toegelicht.

5.3. Verticale ontwikkeling van de premiegefinancierde zorguitgaven en -ontvangsten

De verticale toelichting geeft een cijfermatig overzicht van de budgettaire veranderingen voor de jaren 2025 tot en met 2030, sinds het opstellen van de ontwerpbegroting 2025.

De afzonderlijke posten worden toegelicht als het hiermee gepaard gaande bedrag hoger is dan € 10 miljoen.

5.3.1 Verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten

De onderstaande tabel laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2025 de verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten van de Zvw zien. Onder de tabel is een toelichting van de verschillende mutaties opgenomen.

Tabel 3 Verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten 2025–2030 (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2025

2026

2027

2028

2029

2030

Bruto Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2025

66.761,6

70.504,1

75.152,0

78.273,9

82.467,8

82.467,8

             

Bijstellingen

           

Autonoom

19,2

– 394,9

– 230,5

– 247,6

– 395,9

– 561,9

Actualisatie Zvw-uitgaven (zie tabel 4)

7,2

– 142,2

– 112,2

– 82,2

– 62,2

– 62,2

Loon- en prijsontwikkeling

0,0

134,4

144,9

94,9

– 53,8

– 219,8

Actualisatie wijkverpleging

0,0

– 312,1

– 396,9

– 393,9

– 413,6

– 413,6

Actualisatie multidisciplinaire zorgverlening MDZ

0,0

0,0

6,9

6,9

6,9

6,9

Actualisatie geneeskundige geestelijke gezondheidszorg (GGZ)

0,0

0,0

201,7

201,7

201,7

201,7

Actualisatie Medisch-specialistische zorg (MSZ)

0,0

– 75,0

– 75,0

– 75,0

– 75,0

– 75,0

Tegenvaller RS-vaccinatie

12,0

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

             

Beleidsmatig

– 13,9

20,0

– 255,3

– 76,4

– 269,7

4.215,4

Dekking amendement t.b.v. OCW-begroting

0,0

0,0

– 315,0

– 315,0

– 315,0

– 315,0

Alternatieve invulling ombuiging subsidie bij- en nascholing medisch-specialisten

0,0

0,0

165,0

165,0

165,0

165,0

Besparingsverlies eigen risico

0,0

318,0

0,0

0,0

0,0

0,0

Transformatiemiddelen IZA

0,0

– 105,0

0,0

0,0

0,0

0,0

Meer tijd voor patiënt

0,0

– 2,6

– 20,1

– 30,0

– 43,3

– 9,5

Kasschuif transformatiemiddelen

0,0

– 180,0

0,0

180,0

0,0

0,0

Overboeking transformatiemiddelen

– 10,5

– 11,0

– 11,0

0,0

0,0

0,0

Pakketmaatregel geneesmiddelen

0,0

0,0

– 70,0

– 70,0

– 70,0

– 70,0

Overig beleidsmatig

– 3,4

0,6

– 4,2

– 6,4

– 6,4

– 4,2

             

Extrapolatie

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

4.449,1

             

Totaal bijstellingen

5,4

– 374,9

– 485,9

– 324,0

– 665,6

3.653,6

             

Bruto Zvw-uitgaven 1e suppletoire begroting 2025

66.767,0

70.129,3

74.666,1

77.950,0

81.802,2

86.121,4

             

Zvw-ontvangsten ontwerpbegroting 2025

3.395,2

3.323,1

1.584,6

1.601,6

1.619,2

1.619,2

             

Bijstellingen

           

Autonoom

0,0

12,0

7,9

8,9

8,6

8,3

Actualisatie eigen risico

0,0

– 4,2

– 2,5

– 1,9

– 2,6

– 3,3

Actualisatie kostenverdelingen raming eigen risico

0,0

16,2

10,4

10,8

11,2

11,6

             

Beleidsmatig

0,0

118,0

0,0

0,0

0,0

61,9

Besparingsverlies eigen risico

0,0

118,0

0,0

0,0

0,0

0,0

Extrapolatie

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

61,9

             

Totaal bijstellingen

0,0

130,0

7,9

8,9

8,6

70,2

             

Zvw-ontvangsten 1e suppletoire begroting 2025

3.395,2

3.453,1

1.592,5

1.610,5

1.627,8

1.689,4

             

Netto Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2025

63.366,4

67.181,1

73.567,4

76.672,3

80.848,6

80.848,6

Bijstellingen in de netto Zvw-uitgaven

5,4

– 504,9

– 493,8

– 332,9

– 674,2

3.583,4

Netto Zvw-uitgaven 1e suppletoire begroting 2025

63.371,8

66.676,2

73.073,6

76.339,4

80.174,3

84.432,0

Bron: VWS, Zorginstituut Nederland en NZa.

X Noot
1

Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Toelichting

Uitgaven

Autonoom

Actualisatie Zvw-uitgaven

Tabel 4 Actualisatie Zvw-uitgaven 2025–2030 (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2025

2026

2027

2028

2029

2030

Eerstelijnszorg

74,4

74,4

74,4

74,4

74,4

74,4

Tweedelijnszorg

– 11,9

– 11,9

– 11,9

– 11,9

– 11,9

– 11,9

Apotheekzorg en hulpmiddelen

– 118,0

– 118,0

– 118,0

– 118,0

– 118,0

– 118,0

Ziekenvervoer

– 28,6

– 28,6

– 28,6

– 28,6

– 28,6

– 28,6

Beschikbaarheidbijdragen opleidingen Zvw

– 80,0

– 80,0

– 50,0

– 20,0

0,0

0,0

Grensoverschrijdende zorg

171,3

21,9

21,9

21,9

21,9

21,9

Bijstellingen 1e suppletoire begroting 2025

7,2

– 142,2

– 112,2

– 82,2

– 62,2

– 62,2

Bron: VWS, Zorginstituut Nederland en NZa.

X Noot
1

Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

In tabel 4 is de post «Actualisatie Zvw-uitgaven» uit tabel 3 naar niet-IZA-sectoren uitgesplitst. Op basis van gegevens uit de vierde kwartaalrapportage 2024 van het Zorginstituut en informatie van de NZa zijn de Zvw-uitgaven geactualiseerd. De actualisatie leidt tot een structurele doorwerking van per saldo € 62,2 miljoen lagere uitgaven voor de niet-IZA-sectoren. Aanvullend wordt er in 2025 een incidentele tegenvaller bij de uitgaven voor grensoverschrijdende zorg (v.w.b. gedragsgerechtigden) verwacht en is er in de periode 2026 tot en met 2028 tijdelijk sprake van aflopende meevallers bij de beschikbaarheidbijdragen opleidingen Zvw. Bij enkele IZA-sectoren vindt een actualisatie plaats (zie hieronder) op basis van cijfers van het Zorginstituut. Een toelichting per sector is te vinden in het verdiepingshoofdstuk premiegefinancierde zorguitgaven (PZ), dat als open data beschikbaar wordt gesteld.

Loon- en prijsontwikkeling

De raming van de loon- en prijsontwikkeling is voor 2025 en verder aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).

Actualisatie wijkverpleging

Op basis van uitvoeringsinformatie van het Zorginstituut zijn de Zvw-uitgaven geactualiseerd. De uitgaven aan wijkverpleging vallen structureel € 414 miljoen lager uit dan eerder geraamd. Dit betreft een aanvulling op de actualisatie bij de Ontwerpbegroting 2025.

Actualisatie multidisciplinaire zorgverlening (MDZ)

Op basis van uitvoeringsinformatie van het Zorginstituut zijn de Zvw-uitgaven geactualiseerd. De uitgaven aan multidisciplinaire zorg vallen structureel € 7 miljoen hoger uit dan eerder geraamd. In de Ontwerpbegroting 2025 is de actualisatie tot en met 2026 reeds verwerkt.

Actualisatie geneeskundige geestelijke gezondheidszorg (GGZ)

Op basis van uitvoeringsinformatie van het Zorginstituut zijn de Zvw-uitgaven geactualiseerd. De uitgaven aan geestelijke gezondheidszorg vallen structureel € 202 miljoen hoger uit dan eerder geraamd. In de Ontwerpbegroting 2025 is de actualisatie tot en met 2026 reeds verwerkt.

Actualisatie medisch-specialistische zorg (MSZ)

Op basis van uitvoeringsinformatie van het Zorginstituut zijn de Zvw-uitgaven geactualiseerd. De uitgaven aan de medisch-specialistische zorg vallen op basis van de huidige inzichten structureel € 75 miljoen lager uit dan eerder geraamd.

Tegenvaller RS-vaccinatie

Door opname van het RS-vaccin in het Rijksvaccinatieprogramma ontstaat een structurele besparing van € 8 miljoen in het kader apotheekzorg en € 8 miljoen in het kader medisch-specialistische zorg. In de voorjaarsbesluitvorming 2024 is abusievelijk verondersteld dat deze besparingen al in 2025 volledig zouden optreden. Aangezien de vaccinatie in het najaar van 2025 start, treedt er een kleinere besparing van € 2 miljoen op in 2025. Er is daarom in 2025 sprake van een incidenteel besparingsverlies van € 6 miljoen bij zowel apotheekzorg als medisch-specialistische zorg.

Beleidsmatig

Dekking amendement t.b.v. OCW-begroting

Middels amendement Bontenbal c.s. is een aantal maatregelen op de OCW-begroting teruggedraaid. Vanuit de VWS-begroting worden deze gedekt met de maatregelen bij- en nascholing medisch-specialisten (€ 165 miljoen structureel) en het aanpakken van de beloningen voor medisch-specialisten in maatschappen (€ 150 miljoen structureel). De maatregel bij- en nascholing medisch-specialisten wordt alternatief ingevuld door het inzetten van een deel van de onderuitputting in de wijkverpleging.

Alternatieve invulling ombuiging subsidie bij- en nascholing medisch-specialisten

De Tweede Kamer heeft bij motie TK 2024/2025 29282, nr. 591 gevraagd om een alternatieve invulling te vinden voor de ombuiging «subsidie bij- en nascholing medisch specialisten» binnen het domein van de begroting van VWS. Deze alternatieve invulling is gevonden door een deel van de structurele onderuitputting binnen de sector wijkverpleging hiervoor aan te wenden; zie mutatie actualisatie wijkverpleging.

Besparingsverlies eigen risico

Het kabinet heeft besloten af te zien van de per 2026 voorgenomen tranchering van het eigen risico (€ 150 per behandeling in de MSZ). Dit leidt tot extra uitgaven op de verschillende Zvw-sectoren (€ 318 miljoen, waarvan € 52 miljoen was gereserveerd op Nominaal en onverdeeld Zvw) en hogere ontvangsten eigen risico (€ 118 miljoen). Per saldo is sprake van een besparingsverlies van € 200 miljoen. Dit wordt gedekt binnen de premiegefinancierde uitgaven van de VWS begroting.

Transformatiemiddelen IZA

Ter dekking van het besparingsverlies van het later invoeren van het Trancheren van het eigen risico wordt een deel van de IZA transformatiemiddelen ingezet (€ 105 miljoen in 2025). Tegenover deze verlaging wordt over de jaren 2025 t/m 2027 loon- en prijsbijstelling gealloceerd naar de transformatiemiddelen.

Meer tijd voor de Patiënt

Niet benodigde middelen voor Meer Tijd voor de Patiënt worden ingezet voor andere doeleinden. Het betreft structureel € 9,5 miljoen en cumulatief € 96 miljoen in de jaren 2026 t/m 2029.

Kasschuif transformatiemiddelen

Op basis van actuele verwachtingen over de inzet van transformatiemiddelen worden met deze kasschuif de middelen in de juiste jaren geplaatst.

Overboeking transformatiemiddelen

Met deze mutatie wordt een deel van de IZA transformatiemiddelen (premiegefinancierd) verschoven naar de begrotingsgefinancierde uitgaven, zodat de SPUK transformatiemiddelen kan worden verhoogd. Zorgverzekeraars kunnen namelijk alleen Zvw-aanbieders financieren voor de uitvoering van transformatieplannen. Bij een aantal transformatieplannen zijn echter ook gemeentes betrokken en daarvoor is er de SPUK transformatiemiddelen. Middelen worden overgeheveld op het moment dat die ook daadwerkelijk nodig zijn voor het financieren van gemeentes bij deelname aan transformatieplannen.

Pakketmaatregel geneesmiddelen

Het kabinet beperkt de aanspraak op zelfzorggeneesmiddelen in de Zorgverzekeringswet. Dit zijn betaalbare geneesmiddelen die beschikbaar zijn in de vrije verkoop. Het bedrag is een taakstellende opbrengst, die wordt ingevuld met de verder uit te werken aanpassing van de aanspraak.

Overig beleidsmatig

Deze post is het saldo van kleine beleidsmatige mutaties.

Extrapolatie

Om de stand van het jaar 2030 te berekenen zijn de begrotingstanden 2029 geëxtrapoleerd naar 2030. Bij deze extrapolatie wordt rekening gehouden met de technische bijstellingen in 2030 met betrekking tot volumegroei, raming loon- en prijsbijstelling en doorwerking van eerdere beleidsmaatregelen. Bij deze posten komt de raming 2030 niet overeen met de raming 2029.

Ontvangsten

Autonoom

Actualisatie eigen risico

De mutaties in de uitgavenramingen voor de Zvw leiden samen tot een neerwaartse bijstelling van de opbrengsten van het eigen risico vanaf 2026.

Actualisatie kostenverdelingen raming eigen risico

Jaarlijks wordt de raming van het eigen risico in de VWS-begroting geüpdatet met de nieuwste verdeling van zorgkosten en geijkt aan de raming van het eigen risico uit het onderzoek naar de risicoverevening. Beide gebeuren op basis van data van de Erasmus Universiteit. Dit leidt per saldo tot een opwaartse bijstelling van de verwachte opbrengsten van het eigen risico.

Beleidsmatig

Besparingsverlies eigen risico

Het kabinet heeft besloten af te zien van de per 2026 voorgenomen tranchering van het eigen risico (€ 150 per behandeling in de MSZ). Dit leidt tot extra uitgaven op de verschillende Zvw-sectoren (€ 318 miljoen) en hogere ontvangsten eigen risico (€ 118 miljoen). Per saldo is sprake van een besparingsverlies van € 200 miljoen.

Extrapolatie

Om de stand van het jaar 2030 te berekenen zijn de begrotingstanden 2029 geëxtrapoleerd naar 2030. Bij deze extrapolatie wordt rekening gehouden met de technische bijstellingen in 2030 t.o.v. 2029 met betrekking tot volumegroei, raming loon- en prijsbijstelling en doorwerking van eerdere beleidsmaatregelen.

5.3.2 Verticale ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten

De onderstaande tabel laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2025 de verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten van de Wlz zien. Onder de tabel is een toelichting van de verschillende mutaties opgenomen.

Tabel 5 Verticale ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten 2025–2030 (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2025

2026

2027

2028

2029

2030

Bruto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2025

39.849,7

42.078,2

44.664,2

47.710,8

50.940,4

50.940,4

             

Bijstellingen

           

Autonoom

– 365,6

– 303,7

– 164,7

– 225,4

– 321,7

– 499,2

Actualisatie Wlz-uitgaven

– 353,3

– 310,3

– 223,3

– 243,3

– 223,3

– 223,3

Loon- en prijsontwikkeling

2,5

62,4

73,4

32,7

– 83,6

– 261,1

Meevaller Wmo

0,0

– 33,5

0,0

0,0

0,0

0,0

Meevaller besparing pgb op maat

0,0

– 7,5

0,0

0,0

0,0

0,0

Beheerskosten zorgkantoren

– 14,8

– 14,8

– 14,8

– 14,8

– 14,8

– 14,8

             

Beleidsmatig

0,0

– 10,6

19,4

9,4

9,4

3.597,5

Gewijzigd kasritme bij besparing pgb op maat

0,0

– 10,0

10,0

0,0

0,0

0,0

Aanpassing Regeling Dienstverlening Aan Huis (RDAH)

0,0

10,8

10,8

10,8

10,8

10,8

Hulpmiddelen: schuif Wmo-Wlz

0,0

– 10,0

0,0

0,0

0,0

0,0

Overig beleidsmatig

0,0

– 1,4

– 1,4

– 1,4

– 1,4

– 1,4

             

Extrapolatie

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

3.588,2

             

Technisch

– 87,2

– 87,2

– 87,2

– 87,2

– 87,2

– 87,2

Loon- en prijsindexatie Wmo beschermd wonen

– 87,2

– 87,2

– 87,2

– 87,2

– 87,2

– 87,2

             

Totaal bijstellingen

– 452,8

– 401,5

– 232,6

– 303,2

– 399,6

3.011,2

             

Bruto Wlz-uitgaven 1e suppletoire begroting 2025

39.396,8

41.676,7

44.431,7

47.407,5

50.540,8

53.951,6

             

Wlz-ontvangsten ontwerpbegroting 2025

2.534,9

2.734,5

2.852,2

2.973,3

3.092,9

3.092,9

             

Bijstellingen

           

Autonoom

9,3

6,7

10,7

25,4

29,4

28,5

Actualisatie eigen bijdragen Wlz

9,3

9,7

13,7

28,4

32,4

31,5

Tegenvaller eerste inkomensgenieters

0,0

– 3,0

– 3,0

– 3,0

– 3,0

– 3,0

             

Beleidsmatig

– 4,4

– 1,7

– 1,5

– 1,6

– 1,7

129,5

Afroep AP herstel box 3

– 9,2

– 1,7

0,0

0,0

0,0

0,0

Kasschuif doorwerking herstel box 3

4,8

0,0

– 1,5

– 1,6

– 1,7

0,0

             

Extrapolatie

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

129,5

             

Totaal bijstellingen

4,9

5,0

9,2

23,8

27,7

158,0

             

Wlz-ontvangsten 1e suppletoire begroting 2025

2.539,8

2.739,5

2.861,4

2.997,1

3.120,6

3.250,9

             

Netto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2025

37.314,8

39.343,7

41.812,0

44.737,5

47.847,5

47.847,5

Bijstellingen in de netto Wlz-uitgaven

– 457,7

– 406,5

– 241,8

– 327,0

– 427,3

2.853,2

Netto Wlz-uitgaven 1e suppletoire begroting 2025

36.857,0

38.937,2

41.570,3

44.410,4

47.420,2

50.700,7

Bron: VWS, Zorginstituut Nederland en NZa.

X Noot
1

Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Toelichting

Uitgaven

Autonoom

Actualisatie Wlz-uitgaven

In het Wlz-kader voor 2025 was bij de definitieve kaderbrief Wlz 2025 rekening gehouden met een maximale groei van afgerond € 3,0 miljard, waarvan € 360 miljoen was gereserveerd als mogelijk op een later moment in te zetten herverdeelmiddelen (zie Kamerstukken II, 2024–2025, 34 104, nr. 412). Op basis van de februaribrief van de NZa blijkt dat het niet nodig is om deze herverdeelmiddelen beschikbaar te stellen. De zorgkantoren komen tot dezelfde conclusie. Zij signaleren ook dat het bestaande Wlz-kader voor 2025 toereikend is om voldoende zorg in te kopen. Het niet beschikbaar stellen van de herverdeelmiddelen leidt tot een neerwaartse bijstelling in de begroting van € 360 miljoen in 2025, maar heeft geen effect op reeds het beschibaar gestelde Wlz-kader voor de zorginkoop door zorgkantoren. Dit blijft voor 2025 ongewijzigd gelijk aan afgerond € 39 miljard, waarmee ten opzichte van 2024 nog steeds afgerond € 2,7 miljard aan extra middelen beschikbaar zijn. Rekening houdend met € 6,7 miljoen aan hogere uitgaven voor Wlz buiten contracteerruimte (tandheelkundige zorg) op basis van de uitvoeringsinformatie van het Zorginstituut bedraagt de actualisatie in 2025 per saldo € 353,3 miljoen Van deze bijstelling werkt € 310,3 miljoen door naar 26 en € 223,3 tot € 243,3 miljoen door naar 2027 en verder.

Loon- en prijsontwikkeling

De raming van de loon- en prijsontwikkeling is voor 2025 en verder aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).

Meevaller Wmo

Doordat het voorstel van wet vervanging abonnementstarief Wmo 2015 is vertraagd, kan het niet 9 maanden voor 1/1/2026 gepubliceerd worden (de noodzakelijke implementatietermijn). De invoering van de inkomens- en vermogensafhankelijke eigen bijdrage Wmo 2015 (ivb) kan daardoor niet eerder dan per 1/1/2027 plaatsvinden. Dit leidt tot een besparingsverlies in het gemeentefonds (Wmo), aangezien als gevolg van de vertraging de eerdere uitname uit het gemeentefonds voor 2026 teruggedraaid moet worden.

Meevaller besparing pgb op maat

De besparing op grond van pgb op maat valt in 2026 € 7,5 miljoen hoger uit door aanpassingen in het ingroeipad. Structureel blijft de besparing ongewijzigd.

Beheerskosten zorgkantoren

Op het budget voor de beheerskosten Wlz is gedurende 2024 een meevaller ontstaan van € 14,8 miljoen. Deze mutatie wordt structureel verondersteld.

Beleidsmatig

Gewijzigd kasritme bij besparing pgb op maat

Het kasritme van de reeds ingeboekte besparing voor pgb op maat zal het kasritme zich anders voordoen dan eerder ingeboekt. In het jaar 2026 zal de besparing groter zijn dan eerder verwacht en in 2027 zal de besparing lager zijn dan eerder verwacht. Om dit verschil in het kader te verwerken zal er een kasschuif plaatsvinden van € 10 miljoen van het jaar 2026 naar 2027.

Aanpassing Regeling Dienstverlening Aan Huis (RDAH)

Vanaf 1 januari 2026 valt het pgb niet meer onder de Regeling Dienstverlening Aan Huis (RDAH). Dit betekent dat pgb-budgethouders, afhankelijk van het type arbeidscontract, zowel de premieafdrachten als de doorbetalingen bij ziekte binnen hun pgb-budget moeten bekostigen. In sommige gevallen kan dit ertoe leiden dat het pgb-budget van de budgethouder niet toereikend is, en dat de budgethouder ook niet de ruimte ervaart om de zorgvraag aan te passen. Dit zal een stijging veroorzaken in het benodigde pgb-budget van € 10,8 miljoen structureel waarvoor het Wlz-kader wordt aangepast.

Hulpmiddelen: schuif Wmo-Wlz

Het scheiden van wonen en zorg in de Wlz leidt bij gemeenten tot meerkosten. Bepaalde hulpmiddelen die bij zorg met verblijf vanuit de Wlz worden gefinancierd, worden bij andere leveringsvormen vanuit de Wmo gefinancierd. De meerkosten van gemeenten worden gedekt middels een budgetneutrale schuif vanuit de Wlz. De schuif betreft € 10 miljoen in 2026. Voor de jaren 2024 en 2025 is er in de Voorjaarsnota 2024 reeds een kasschuif verwerkt.

Overig beleidsmatig

Deze post is het saldo van kleine beleidsmatige mutaties

Extrapolatie

Om de stand van het jaar 2030 te berekenen zijn de begrotingstanden 2029 geëxtrapoleerd naar 2030. Bij deze extrapolatie wordt rekening gehouden met de technische bijstellingen in 2030 met betrekking tot volumegroei, raming loon- en prijsbijstelling en doorwerking van eerdere beleidsmaatregelen. Bij deze posten komt de raming 2030 niet overeen met de raming 2029.

Technisch

Loon- en prijsindexatie Wmo beschermd wonen

Dit betreft het overboeken van de tranche loon- en prijsindexatie 2025 naar het budget voor beschermd wonen in het gemeentefonds.

Ontvangsten

Autonoom

Actualisatie eigen bijdragen Wlz

De nieuwe kwartaalcijfers van het Zorginstituut leiden per saldo tot een meevaller.

Tegenvaller eerste inkomensgenieters

Wegens een wettelijke onrechtmatigheid en problematiek in de uitvoering is het Ministerie van VWS voornemens de eigen bijdrage systematiek te wijzigen zodat bij iedereen de hoogte van de eigen bijdrage berekend zal worden op inkomen t-2. Voorheen werd bij de groep «eerste inkomens genieters» het jaar t of t-1 gehanteerd, in de praktijk bleek dit echter niet uitvoerbaar en heeft het geleid tot ongelijke behandeling van verschillende leeftijdsgroepen, vele correctiefacturen en navorderingen en schuldenproblematiek bij Wlz-cliënten. Deze onbedoelde negatieve effecten worden weggenomen door de systematiek aan te passen, wat zal leiden tot lagere eigen bijdrage inkomsten.

Beleidsmatig

Afroep AP herstel box 3

Burgers met een box 3 vermogen kunnen in bepaalde gevallen in bezwaar gaat tegen hun belastingaangifte, met terugwerkende kracht vanaf 2017, tot aan de invoering van de wet werkelijk rendement, naar verwachting in 2028. Dit leidt tot lagere verzamelinkomens in de betreffende jaren, waardoor Wlz-cliënten ook lagere eigen bijdrages verschuldigd zijn. Hiervoor is de eigen bijdrage met € 9,2 miljoen in 2025 en 1,7 miljoen in 2026 verlaagd.

Kasschuif doorwerking herstel box 3

Over de periode 2017 t/m 2025 zal dit naar schatting € 4,4 miljoen kosten. Voor de bepaling van de eigen bijdrages wordt gebruik gemaakt van inkomensgegevens van twee jaar eerder. Daarom loopt dit effect op de eigen bijdrage Wlz en beschermd wonen Wmo in ieder geval door t/m 2029. Voor de jaren 2026, 2027, 2028 en 2029 zijn de kosten geraamd op respectievelijk € 1,7 miljoen, € 1,5 miljoen, € 1,6 miljoen en € 1,7 miljoen. Hiervoor is een kasschuif verwerkt.

Extrapolatie

Om de stand van het jaar 2030 te berekenen zijn de begrotingstanden 2029 geëxtrapoleerd naar 2030. Bij deze extrapolatie wordt rekening gehouden met de technische bijstellingen in 2030 t.o.v. 2029 met betrekking tot volumegroei, raming loon- en prijsbijstelling en doorwerking van eerdere beleidsmaatregelen.

5.3.3 Verticale ontwikkeling Wmo beschermd wonen en Aanvullende Post

De uitgaven voor Wmo beschermd wonen zijn de middelen die via een integratie-uitkering vanuit het gemeentefonds aan gemeenten beschikbaar gesteld worden. Deze middelen staan op de begroting van het gemeentefonds van het Ministerie van BZK, maar vallen onder de zorguitgaven in het PZ-hoofdstuk. Verder is een deel van de middelen uit de Startnota, die onder de zorguitgaven in het PZ hoofdstuk vallen, opgenomen op de AP van het Ministerie van Financiën.

5.3.3.1 Verticale ontwikkeling Wmo beschermd wonen

In de onderstaande tabel wordt de verticale ontwikkeling van de uitgaven Wmo beschermd wonen gepresenteerd en toegelicht.

Tabel 6 Verticale ontwikkeling beschermd wonen 2025–2030 (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2025

2026

2027

2028

2029

2030

Netto uitgaven beschermd wonen ontwerpbegroting 2025

1.745,9

1.746,6

1.746,6

1.746,6

1.746,6

1.746,6

             

Bijstellingen

           

Technisch

87,2

87,2

87,2

87,2

87,2

87,2

Loon- en prijsindexatie Wmo beschermd wonen

87,2

87,2

87,2

87,2

87,2

87,2

             

Totaal bijstellingen

87,2

87,2

87,2

87,2

87,2

87,2

             

Netto uitgaven beschermd wonen 1e suppletoire begroting 2025

1.833,0

1.833,7

1.833,7

1.833,7

1.833,7

1.833,7

Bron: VWS.

X Noot
1

Als gevolg van afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Toelichting

Technisch

Loon- en prijsindexatie Wmo beschermd wonen

Dit betreft het toevoegen van de loon- en prijsindexatie 2025 op het budget voor beschermd wonen in het gemeentefonds.

5.3.3.2 Verticale ontwikkeling van de Aanvullende Post

In de onderstaande tabel wordt de verticale ontwikkeling van de zorguitgaven op de Aanvullende Post (AP) van het Ministerie van Financiën gepresenteerd en toegelicht. In de tabel zijn de middelen uit de Startnota opgenomen die overgeheveld zijn naar de Zvw en Wlz en naar de begrotingsartikelen van de VWS-begroting. Daarnaast zijn enkele overige bijstellingen in de tabel verwerkt.

Tabel 7 Verticale ontwikkeling zorguitgaven aanvullende post Financien 2025–2030 (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2025

2026

2027

2028

2029

2030

Netto Zorguitgaven aanvullende post Financiën ontwerpbegroting 2025

0,0

24,2

923,2

1.216,0

605,0

600,0

             

Bijstellingen

           

Beleidsmatig

0,0

259,7

– 125,4

– 30,9

19,8

27,8

Passende zorg

0,0

– 20,0

5,0

5,0

10,0

0,0

Passende zorg (overboeking naar VWS-begroting)

0,0

– 2,4

– 2,3

– 0,7

– 0,2

0,0

loon- en prijs passende zorg

0,0

1,1

1,0

0,7

0,2

0,0

Loon- en prijsontwikkeling

0,0

0,0

41,9

56,1

27,8

27,8

Kasschuif envelop ouderenzorg

0,0

281,0

– 171,0

– 92,0

– 18,0

0,0

Overboeking taakstelling externe inhuur

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

             

Totaal bijstellingen

0,0

259,7

– 125,4

– 30,9

19,8

27,8

             

Netto zorguitgaven aanvullende post Financiën 1e suppletoire begroting 2025

0,0

283,9

797,8

1.185,1

624,8

627,8

Bron: VWS.

X Noot
1

Als gevolg van afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Toelichting

Beleidsmatig

Passende zorg

In het kader van realistisch ramen is het kasritme van de envelop passende zorg aangepast.

Passende zorg (overboeking naar VWS-begroting)

Deze mutatie betreft de overboeking van passende zorg naar de VWS-begroting.

Loon- en prijs passende zorg

Deze mutatie betreft de loon- en prijsbijstelling op de passende zorg.

Loon- en prijsontwikkeling

De raming van de loon- en prijsontwikkeling is voor 2025 en verder aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).

Kasschuif envelop ouderenzorg

Om de envelop ouderenzorg per 2026 in te laten gaan worden vanuit 2027 tot en met 2029 middelen naar 2026 geschoven.

Extrapolatie

Deze mutatie betreft een correctieboeking van de extrapolatie voor het jaar 2030.