Kamerstuk 36176-11

Amendement van de leden Westerveld en Mohandis over het volledige te investeren bedrag aanwenden ten behoeve van onafhankelijke producties

Dossier: Wijziging van de Mediawet 2008 in verband met het invoeren van een investeringsverplichting ten behoeve van Nederlands cultureel audiovisueel product

Gepubliceerd: 21 maart 2023
Indiener(s): Lisa Westerveld (GL), Mohammed Mohandis (PvdA)
Onderwerpen: cultuur en recreatie media
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-36176-11.html
ID: 36176-11
Wijzigingen: 36176-21

Nr. 11 AMENDEMENT VAN DE LEDEN WESTERVELD EN MOHANDIS

Ontvangen 21 maart 2023

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel B, wordt in het voorgestelde artikel 3.29f, aanhef, na «dramaserie of speelfilm is» ingevoegd «, een onafhankelijke productie als bedoeld in artikel 3.22 is,».

II

In artikel I, onderdeel B, vervalt in het voorgestelde artikel 3.29g het vierde lid.

Toelichting

De indieners achten het wenselijk om de algemene maatregel van bestuur ten opzichte van het aandeel onafhankelijke producties te vervangen in onderhavig wetsvoorstel door een vast percentage van 100%. Een vast percentage van 100% ten behoeve van onafhankelijke producenten versterkt het doel van onderhavig wetsvoorstel. Het voorgenoemde vaste percentage achten de indieners redelijk aangezien commerciële mediadiensten nog steeds verreweg het merendeel van hun aanbod naar eigen inzicht kunnen besteden. Het vaste percentage heeft immers alleen betrekking op het aandeel dat valt onder de investeringsverplichting. Bovendien is, gelet op het doel van de investeringsverplichting, een percentage van 100% aan onafhankelijke producties en producenten ook passend. De investeringsverplichting moet immers ook een substantiële impuls geven aan de Nederlandse audiovisuele culturele sector. De memorie van toelichting stelt dat de investeringsverplichting «ook een positief effect» moet hebben «op de positie van producenten en andere makers».

De indieners willen met dit amendement voorkomen dat commerciële mediadiensten alleen nog producties in opdracht laten maken zonder de rechten en opbrengsten te delen of zelf productiehuizen oprichten om aan de investeringsverplichting te voldoen. Wanneer die situatie zich zou voordoen heeft onderhavig wetsvoorstel namelijk niet het gewenste positieve effect op de pluriformiteit en diversiteit van het aanbod van Nederlandse speelfilms, documentaires en series, noch op de positie van reeds bestaande Nederlandse producenten en makers.

Westerveld Mohandis