Gepubliceerd: 7 juli 2022
Indiener(s): Sigrid Kaag (viceminister-president , minister financiƫn) (D66)
Onderwerpen: financieel toezicht financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-36174-2.html
ID: 36174-2

Nr. 2 VOORSTEL VAN WET

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is om regels te stellen ter implementatie van Richtlijn (EU) 2021/338 van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2021 tot wijziging van Richtlijn 2014/65/EU wat betreft informatievereisten, productgovernance en positielimieten, en Richtlijnen 2013/36/EU en (EU)2019/78/EU wat betreft de toepassing daarvan op beleggingsondernemingen, om bij te dragen aan het herstel van de covid-19 crisis (PbEU 2021, L 68);

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet op het financieel toezicht wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1:1 wordt in de alfabetische rangschikking een definitie ingevoegd, luidende:

landbouwgrondstoffenderivaat:

een grondstoffenderivaat als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel 59, van de richtlijn markten voor financiële instrumenten 2014;

B

Artikel 1:18, onderdeel h, wordt als volgt gewijzigd:

1. In subonderdeel 2° wordt «het uitoefenen van het bedrijf van bank» vervangen door «het verrichten van activiteiten als bedoeld in bijlage I bij de richtlijn kapitaalvereisten».

2. In subonderdeel 4° wordt «jaarlijks aan de Autoriteit Financiële Markten wordt gemeld» vervangen door «op verzoek aan de Autoriteit Financiële Markten wordt meegedeeld».

C

Aan artikel 4:23 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 9. Het derde en vierde lid zijn van overeenkomstige toepassing op het adviseren van een professionele belegger of het beheren van een individueel vermogen, indien de professionele belegger richting de beleggingsonderneming heeft aangegeven een geschiktheidsverklaring respectievelijk een periodieke geschiktheidsverklaring te willen ontvangen. De beleggingsonderneming legt de communicatie hierover met de professionele belegger vast in een register.

D

Na artikel 4:23a wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 4:23b

  • 1. Indien een beleggingsonderneming een niet-professionele belegger adviseert of een individueel vermogen beheert voor een niet-professionele belegger waarbij van financiële instrumenten wordt gewisseld, wint de beleggingsonderneming informatie in over de wissel van financiële instrumenten en analyseert zij de kosten en baten daarvan.

  • 2. Indien sprake is van advies deelt de beleggingsonderneming de niet-professionele belegger mee of de baten van de wissel van financiële instrumenten al dan niet groter zijn dan de kosten daarvan.

  • 3. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op een professionele belegger die de beleggingsonderneming heeft meegedeeld dat hij inzicht wil verkrijgen in de kosten en baten van de wissel van financiële instrumenten. De beleggingsonderneming legt de communicatie hierover met de professionele belegger vast in een register.

  • 4. Onder wissel van instrumenten als bedoeld in het eerste lid wordt verstaan het verkopen van een financieel instrument en het kopen van een ander financieel instrument of het uitoefenen van een recht om een wijziging aan te brengen met betrekking tot een bestaand financieel instrument.

E

Artikel 4:90b wordt als volgt gewijzigd:

1. Het zevende lid komt te luiden:

  • 7. Een beleggingsonderneming stelt periodiek informatie over de kwaliteit van uitvoering van transacties op de relevante plaatsen van uitvoering en over haar belangrijkste plaatsen van uitvoering algemeen verkrijgbaar.

2. Het twaalfde lid komt te luiden:

  • 12. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot:

    • a. de informatieverstrekking aan niet-professionele beleggers over het orderuitvoeringsbeleid, bedoeld in het eerste lid, eerste volzin; en

    • b. het periodiek algemeen verkrijgbaar stellen van informatie over de kwaliteit van uitvoering en de plaatsen van uitvoering, bedoeld in het zevende lid.

F

Aan artikel 5:68 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 4. Het eerste tot en met derde lid zijn van overeenkomstige toepassing op een persoon als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel 36bis, van de verordening markten voor financiële instrumenten met zetel in Nederland die op grond van de in artikel 2, derde lid, van die verordening bedoelde gedelegeerde handeling is onderworpen aan vergunningverlening en toezicht door de Autoriteit Financiële Markten.

G

Na het opschrift van afdeling 5.3.2 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 5:89.0a

In deze afdeling wordt onder cruciaal of significant grondstoffenderivaat verstaan: een grondstoffenderivaat waarvan de som van alle nettoposities van eindpositiehouders de omvang van hun positie in openstaande contracten vertegenwoordigt en gemiddeld ten minste 300.000 eenheden in één jaar bedraagt.

H

De artikelen 5:89a, 5:89b en 5:89c komen te luiden:

Artikel 5:89a

  • 1. De Autoriteit Financiële Markten stelt overeenkomstig de berekeningsmethode, bedoeld in artikel 57, derde lid, aanhef, van de richtlijn markten voor financiële instrumenten 2014 positielimieten vast ten aanzien van de omvang van een nettopositie die een persoon op enig moment kan aanhouden in landbouwgrondstoffenderivaten en cruciale of significante grondstoffenderivaten, die worden verhandeld op een in Nederland beheerd of geëxploiteerd handelsplatform alsmede voor in economische zin gelijkwaardige otc-contracten en past deze positielimieten toe teneinde marktmisbruik te voorkomen en ordelijke koersvormingsvoorwaarden en afwikkelingsvoorwaarden te bevorderen. De Autoriteit Financiële Markten publiceert de positielimieten op haar website.

  • 2. Een door de Autoriteit Financiële Markten vastgestelde positielimiet voorziet in een duidelijke kwantitatieve drempel voor de maximumomvang van de positie in een grondstoffenderivaat die een persoon kan aanhouden en voldoet aan de in artikel 57, negende lid, van de richtlijn markten voor financiële instrumenten 2014 gestelde eisen.

  • 3. De Autoriteit Financiële Markten wijzigt een door haar vastgestelde positielimiet in geval van een aanzienlijke verandering op de markt en stelt de positielimiet opnieuw vast overeenkomstig de in het eerste lid bedoelde berekeningsmethode.

  • 4. De Autoriteit Financiële Markten kan op aanvraag beslissen dat een door haar vastgestelde positielimiet niet geldt voor:

    • a. posities die worden aangehouden door of voor rekening van een niet-financiële entiteit en waarvan objectief kan worden vastgesteld dat die posities de risico’s verminderen die rechtstreeks verband houden met de commerciële activiteit van die niet-financiële entiteit;

    • b. posities die worden aangehouden door of voor rekening van een financiële entiteit die behoort tot een overwegend commerciële groep als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel 65, van de richtlijn markten voor financiële instrumenten 2014 en die optreedt namens een niet-financiële entiteit van de overwegend commerciële groep, indien objectief kan worden vastgesteld dat die posities risico’s verminderen die rechtstreeks verband houden met de commerciële activiteit van die niet-financiële entiteit;

    • c. posities die worden aangehouden door financiële tegenpartijen en niet-financiële tegenpartijen voor posities waarvan objectief kan worden aangetoond dat zij voortvloeien uit transacties die zijn aangegaan om te voldoen aan de verplichting een handelsplatform van liquiditeit te voorzien als bedoeld in artikel 2, vierde lid, vierde alinea, onderdeel c, van de richtlijn markten voor financiële instrumenten 2014;

    • d. alle andere waardepapieren in de zin van artikel 4, eerste lid 1, punt 44, onderdeel c, van de richtlijn markten voor financiële instrumenten 2014, die betrekking hebben op een grondstof of een onderliggende waarde als bedoeld in bijlage I, deel C, punt 10, bij die richtlijn.

Artikel 5:89b

  • 1. Het is een persoon niet toegestaan op enig moment een nettopositie in een financieel instrument als bedoeld in artikel 5:89a, eerste lid, aan te houden, die de overeenkomstig dat artikel voor het desbetreffende financieel instrument vastgestelde positielimiet, overschrijdt.

  • 2. De nettopositie, bedoeld in het eerste lid, wordt vastgesteld op basis van alle posities in een financieel instrument als bedoeld in artikel 5:89a, eerste lid, die een persoon aanhoudt en de posities in een dergelijk financieel instrument die voor zijn rekening worden aangehouden op geaggregeerd groepsniveau.

Artikel 5:89c

  • 1. Indien een landbouwgrondstoffenderivaat of een cruciaal of significant grondstoffenderivaat dat gebaseerd is op dezelfde onderliggende waarde en dezelfde kenmerken heeft in aanzienlijke hoeveelheden wordt verhandeld op handelsplatformen in meer dan een rechtsgebied, stelt de Autoriteit Financiële Markten een unieke positielimiet vast, indien het handelsplatform met het grootste handelsvolume in dat landbouwgrondstoffenderivaat of cruciaal of significant grondstoffenderivaat in Nederland is gelegen of wordt beheerd.

  • 2. De unieke positielimiet, bedoeld in het eerste lid, wordt toegepast op alle handel in het landbouwgrondstoffenderivaat of cruciaal of significant grondstoffenderivaat waarvoor de unieke positielimiet is vastgesteld.

I

In artikel 5:89e, eerste lid, eerste zin, wordt «positiebeheerscontroles» vervangen door «positiebeheerscontroles als bedoeld in artikel 57, achtste lid, van de richtlijn markten voor financiële instrumenten 2014» en vervalt «teneinde marktmisbruik te voorkomen en ordelijke koersvormingsvoorwaarden en afwikkelingsvoorwaarden te bevorderen».

J

Aan artikel 5:89f wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 5. Dit artikel is niet van toepassing op effecten als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel c, van de richtlijn markten voor financiële instrumenten 2014 die betrekking hebben op een grondstof of onderliggende waarde als bedoeld in bijlage I, deel C, punt 10, bij die richtlijn.

K

Artikel 5:89g, eerste en tweede lid, komt te luiden:

  • 1. Een beleggingsonderneming die buiten een handelsplatform handelt in grondstoffenderivaten, emissierechten of van emissierechten afgeleide instrumenten, verstrekt ten minste een keer per dag een volledige uitsplitsing van haar positie in economische zin gelijkwaardige otc-contracten en, in voorkomend geval, in grondstoffenderivaten, emissierechten of van emissierechten afgeleide instrumenten die op een handelsplatform worden verhandeld alsmede van de posities in die financiële instrumenten van haar cliënten, de cliënten van die cliënten tot aan de eindcliënten aan de centrale bevoegde autoriteit, of indien er geen zodanige centrale bevoegde autoriteit is, aan de toezichthoudende instantie van de lidstaat waarin het hiervoor bedoelde handelsplatform is gelegen.

  • 2. De uitsplitsing, bedoeld in het eerste lid, wordt verstrekt in overeenstemming met artikel 26 van verordening markten voor financiële instrumenten en, indien van toepassing, artikel 8 van verordening (EU) nr. 1227/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de integriteit en transparantie van de groothandelsmarkt voor energie (PbEU 2011, L 326).

L

De bijlage bij artikel 1:79 en de bijlage bij artikel 1:80 worden als volgt gewijzigd:

1. In de opsomming van artikelen in het Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen wordt «4:23, eerste tot en met zesde lid» vervangen door «4:23, eerste tot en met zesde en negende lid».

2. In de opsomming van artikelen in het Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen wordt in de numerieke volgorde het volgende artikel ingevoegd:

4:23b, eerste, tweede en vierde lid

ARTIKEL II

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

ARTIKEL III

Deze wet wordt aangehaald als: Implementatiewet richtlijn herstelpakket beleggingsondernemingen.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ambtenaren en ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Financiën,