Gepubliceerd: 1 december 2021
Indiener(s): Hugo de Jonge (viceminister-president , minister volksgezondheid, welzijn en sport) (CDA)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35975-XVI-2.html
ID: 35975-XVI-2

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

Vergaderjaar 2021‒2022

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 tot en met 3

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2021 wijzigingen aan te brengen in:

  • 1. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

  • 2. de begrotingsstaat inzake de agentschappen van dit ministerie;

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,H.M.De Jonge

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1 Leeswijzer

De mutaties in deze suppletoire begroting bestaan uit herschikkingen binnen de begrotingsuitgaven, overboekingen van en naar andere begrotingshoofdstukken, financieringsverschuivingenen middelen die ten laste of ten gunste van het generale beeld aan de begroting van VWS worden toegevoegd of vrijvallen.

De gepresenteerde cijfers sluiten aan bij de Najaarsnota 2021, die de Minister van Financiën aan de Tweede Kamer aanbiedt. Voor informatie over de uitgaven met betrekking tot COVID-19 wordt u tevens verwezen naar de reeds verzonden incidentele suppletoire begrotingen voor 2021 van VWS. Voor de volledigheid is er een overzicht met maatregelen tot en met dertiende incidentele suppletoire begroting opgenomen.

Om de leesbaarheid van de toelichting op de beleidsartikelen te bevorderen zijn de volgende uitgangspunten toegepast:

  • Naast de beleidsmatig relevante mutaties worden de mutaties toegelicht als het totale mutatiebedrag voor de uitgaven en ontvangsten op de instrumenten binnen een subartikelonderdeel hoger is dan € 2,5 miljoen. Het totale mutatiebedrag is de som van de mutaties bij de Miljoenennota en de overige mutaties 2e suppletoire begroting. Eveneens kunnen bedragen onder deze norm worden toegelicht indien politiek relevant.

  • Voor wat betreft de verplichtingenmutaties wordt per artikel enkel het saldo weergegeven. In een enkel geval wordt bij zeer grote verplichtingenmutaties een toelichting gegeven.

Voor wat betreft de uitgaven en ontvangsten behorend tot het Uitgavenplafond Zorg worden mutaties die groter zijn dan € 10 miljoen toegelicht.

2 Beleid

2.1 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties

Tabel 1 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2021 (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
 

Art.

Uitgaven 2021

Vastgestelde begroting 2021

 

34.145.173

Stand 1e suppletoire begroting 2021

 

36.810.265

Belangrijkste suppletoire mutaties

  

1) Kasschuif ZonMw ivm vervolgonderzoek MDT

1

‒ 45.338

2) Desaldering Rescue

2

30.000

3) Kasschuif Stimuleringsregeling Wonen en zorg

3

‒ 20.800

4) Rijksbijdrage Wlz

3

‒ 1.000.000

5) BEK Rijksbijdrage Wlz

3

50.000

6) Bijdrage Kosten Korting (BIKK)

3

25.700

7) Kasschuif ivm RegioPlus

4

‒ 156.000

8) Bijstelling budget MDT

4

‒ 15.000

9) Zorgtoeslag

8

‒ 47.100

Overige mutaties

 

‒ 289.351

Stand 2e suppletoire begroting 2021

 

35.342.376

Toelichting

  • 1. Kasschuif in verband met het programma MDT omdat een vervolg opdracht aan ZonMw is verstrekt.

  • 2. Betreft een desaldering van EU-middelen die ontvangen zijn voor de Nederlandse bijdrage aan het Rescue programma van de EU. Dit voorziet in het aanhouden van een Europese voorraad van medische hulpmiddelen, waarbij de verschillende lidstaten verantwoordelijk zijn voor een deel van de inkoop.

  • 3. Voor de planontwikkelfase van de Stimuleringsregeling Wonen en zorg wordt gekeken naar een structurele oplossing voor het meenemen van de (terugkerende) middelen naar latere jaren. In afwachting hiervan vindt een kasschuif plaats.

  • 4. Dit betreft de bijstelling van de uitgavenraming rijksbijdrage Wlz naar aanleiding van actuele ramingen van het CPB.

  • 5. Dit betreft de bijstelling van de uitgavenraming BEK rijksbijdrage Wlz naar aanleiding van actuele ramingen van het CPB.

  • 6. Aanpassing van de Bijdrage in de kosten van kortingen (BIKK) op basis van actuele ramingen van het CPB.

  • 7. Kasschuif omdat de activiteiten van Regioplus die gestart zijn in 2021 aflopen in 2022.

  • 8. Bijstelling van het budget 2021 voor Maatschappelijke diensttijd omdat een deel pas wordt gerealiseerd in 2022 en naar 2022 wordt verschoven.

  • 9. De raming van de Zorgtoeslag is aangepast op basis van de raming van het CPB.

Tabel 2 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2021 (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
 

Art.

Ontvangsten 2021

Vastgestelde begroting 2021

 

491.019

Stand 1e suppletoire begroting 2021

 

520.014

Belangrijkste suppletoire mutaties

  

1) Desaldering Rescue

2

30.000

Overige mutaties

 

21.749

Stand 2e suppletoire begroting 2021

 

571.763

Toelichting

  • 1. Betreft een desaldering van EU-middelen die ontvangen zijn voor de Nederlandse bijdrage aan het Rescue programma van de EU. Dit voorziet in het aanhouden van een Europese voorraad van medische hulpmiddelen, waarbij de verschillende lidstaten verantwoordelijk zijn voor een deel van de inkoop.

2.2 Overzicht Coronamaatregelen

Tabel 3 Totaal COVID-19 gerelateerde uitgaven- en ontvangstenmutaties (bedragen x €1 mln.)

Maatregel

Bedrag 20211

Bedrag 2022

Bedrag 2023

Bedrag 2024

Bedrag 2025

A. Begrotingsgefinancierd

     

1) Aanschaf en distributie medische beschermingsmiddelen

3

51

28

  

2) GGD'en en veiligheidsregio's

2.822

411

   

3) IC-capaciteit

191

162

   

4) Ondersteuning sportsector

306

    

5) Ondersteuning zorgpersoneel

22

    

6) Onderzoek inzake COVID-19

15

62

32

6

2

7) Testcapaciteit

3.524

753

   

8) Vaccin ontwikkeling, implementatie en medicatie

1.754

623

400

  

9) Zorgbonus

928

12

1

  

10) Omscholen personeel voor arbeidsmarkt zorg

96

    

11) Zorgkosten en bijstand Caribisch Nederland

91

    

12) Overige maatregelen (plafond Rijksbegroting)

509

51

5

4

 

13) Garanties

388

    

Totaal A

10.649

2.125

466

10

2

      

B. Premiegefinancierd

     

14) Meerkosten COVID-19 Wlz (plafond Zorg)

162

    

15) Overige maatregelen (plafond Zorg)

100

29

   

Totaal B

262

29

0

0

0

      

Totaal A+B=C

10.912

2.153

466

10

2

X Noot
1

ISB1 Kamerstukken II 2020/21, 35678, nr. 1, ISB2 Kamerstukken II 2020/21, 35684, nr. 1, ISB3 Kamerstukken II 2020/21, 35703, nr. 1, ISB4 Kamerstukken II 2020/21, 35763, nr. 1, ISB6 Kamerstukken II 2020/21, 35815, nr. 1, ISB7 Kamerstukken II 2020/21, 35841, nr. 1, ISB8 Kamerstukken II 2020/21, 35854, nr. 1, ISB9 Kamerstukken II 2020/21, 35884, nr. 1, ISB 10 Kamerstukken II 2020/21, 35895, nr. 1, ISB11 Kamerstukken II 2020/21, 35906, nr. 1, ISB12 Kamerstukken 2020/21, 35944, nr. 1, ISB13 Kamerstuk volgt

3 Beleidsartikelen

3.1 Artikel 1 Volksgezondheid

Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 4 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 Volksgezondheid (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)1

Stand 1e suppletoire begroting (2)1

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Verplichtingen

8.447.365

11.505.776

110.582

281.094

11.897.452

      

Uitgaven

9.059.631

10.050.644

‒ 48.938

28.396

10.030.102

      

1. Gezondheidsbeleid

561.236

594.833

‒ 41.032

27.344

581.145

Subsidies

24.693

24.311

2.481

‒ 1.579

25.213

(Lokaal) gezondheidsbeleid

24.325

23.943

2.475

‒ 1.579

24.839

Overige

368

368

6

0

374

Opdrachten

3.225

3.663

‒ 261

20

3.422

(Lokaal) gezondheidsbeleid

3.225

3.663

‒ 261

20

3.422

Bijdragen aan agentschappen

118.310

122.115

11.059

3.285

136.459

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

96.954

99.165

8.111

159

107.435

RIVM: wettelijke taken en beleidsondersteuning zorgbreed

20.605

22.199

3.215

3.126

28.540

Overige

751

751

‒ 267

0

484

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

406.875

436.611

‒ 54.226

26.186

408.571

ZonMw: programmering

406.875

436.611

‒ 54.226

26.186

408.571

Overige

0

0

0

0

0

Bijdragen aan medeoverheden

8.133

8.133

‒ 85

‒ 568

7.480

Aanpak Gezondheidsachterstanden

8.000

8.000

48

‒ 568

7.480

Overige

133

133

‒ 133

0

0

     

0

2. Ziektepreventie

8.341.416

9.295.140

‒ 15.246

5.900

9.285.794

Subsidies

646.490

569.123

247.031

2.278

818.432

Ziektepreventie

441.072

346.922

243.991

21

590.934

Bevolkingsonderzoeken

153.568

152.156

2.186

‒ 4.068

150.274

Vaccinaties

51.850

70.045

854

6.325

77.224

Overige

0

0

0

0

0

Opdrachten

6.371.392

6.182.216

‒ 267.043

‒ 10.111

5.905.062

Ziektepreventie

6.371.392

6.182.216

‒ 267.043

‒ 10.111

5.905.062

Overige

0

0

0

0

0

Bijdrage aan agentschappen

528.537

486.869

7.516

13.733

508.118

RIVM: Opdrachtverlening aan kenniscentra

324.315

316.808

3.388

5.796

325.992

RIVM: Bevolkingsonderzoeken

40.795

40.795

824

1.374

42.993

RIVM: Vaccinaties

163.414

129.253

3.304

6.563

139.120

Overige

13

13

0

0

13

Bijdrage aan medeoverheden

787.997

1.676.444

‒ 3.000

0

1.673.444

Overige

787.997

1.676.444

‒ 3.000

0

1.673.444

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

7.000

0

0

0

0

Overige

7.000

0

0

0

0

Garanties

0

380.488

0

0

380.488

Overige

0

380.488

0

0

380.488

(Schade)vergoedingen

0

 

250

0

250

Overige

0

 

250

0

250

      

3. Gezondheidsbevordering

130.665

129.367

6.941

‒ 4.164

132.144

Subsidies

108.028

105.047

4.300

‒ 1.447

107.900

Preventie van schadelijk middelengebruik

19.075

18.726

172

‒ 32

18.866

Gezonde leefstijl en gezond gewicht

24.864

22.271

3.038

‒ 967

24.342

Letselpreventie

4.414

4.689

71

0

4.760

Bevordering van seksuele gezondheid

58.787

58.473

1.004

‒ 448

59.029

Overige

888

888

15

0

903

Opdrachten

6.266

8.029

862

‒ 1.027

7.864

Gezondheidsbevordering

6.266

8.029

862

‒ 1.027

7.864

Overige

0

0

0

0

0

Bijdragen aan agentschappen

1.452

1.452

1.532

‒ 1.490

1.494

Overige

1.452

1.452

1.532

‒ 1.490

1.494

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

134

134

3

0

137

Overige

134

134

3

0

137

Bijdragen aan medeoverheden

14.785

14.705

244

‒ 200

14.749

Heroïnebehandeling op medisch voorschrift

14.785

14.705

244

‒ 200

14.749

Overige

0

0

0

0

0

     

0

4. Ethiek

26.314

31.304

399

‒ 684

31.019

Subsidies

23.729

28.142

350

‒ 357

28.135

Abortusklinieken

17.881

17.881

254

‒ 257

17.878

Medische Ethiek

5.848

10.261

96

‒ 100

10.257

Opdrachten

353

688

3

‒ 327

364

Medische Ethiek

353

688

3

‒ 327

364

Bijdragen aan agentschappen

2.232

2.474

46

0

2.520

CIBG: Uitvoeringstaken medische ethiek

2.232

2.474

46

0

2.520

      

Ontvangsten

77.703

33.203

0

17.526

50.729

Overige

77.703

33.203

0

17.526

50.729

X Noot
1

(incl. ISB, NvW en amendementen)

Toelichting
1. Gezondheidsbeleid

Bijdrage aan agentschappen

NVWA

Het budget is verhoogd met in totaal € 8,3 miljoen zodat de NVWA haar toezichtstaken kan uitvoeren conform haar jaarplan. Het ministerie van LNV heeft € 6,8 miljoen bijgedragen ter compensatie, het budget is met € 2 miljoen geïndexeerd voor loonontwikkeling, daarnaast is er budget toegevoegd voor de muggensurveillance ad € 2 ton. Het budget is verlaagd door een financieel technische mutatie ad € 6 ton.

RIVM: wettelijke taken en beleidsondersteuning zorgbreed

Het budget is verhoogd met € 6,3 miljoen voor additionele opdrachten die aan het RIVM zijn verstrekt. Het betreft onder andere additionele opdrachten op het terrein van het programma Risicoschatting en beoordeling voor beleid, Verbetering van de informatiehuishouding, Opstart Gezonde Groene leefomgeving en Participatie in Europese onderzoeksprogramma's onder het Europese Kaderprogramma Horizon2020.

Bijdrage aan ZBO's en RWT's

ZonMW: Programmering

Het budget is verlaagd door een kasschuif van € 45,3 miljoen voor de uitvoering van het Programma Maatschappelijke Diensttijd in de periode 2022-2024 en een bijstelling van dit programma met € 10,0 miljoen. Voorts is het budget verhoogd voor het Onderzoeksprogramma Dementie € 2,4 miljoen, het Actieprogramma Grip op Onbegrip € 3,8 miljoen en FAST tranche 2021 € 2,0 miljoen. Verder is ter dekking van problematiek op de VWS-begroting, vooruitlopend op de jaarlijkse onderuitputting, reeds een korting verwerkt op diverse beleidsartikelen. Daarmee is beoogd om het budget op de VWS-begroting zo goed mogelijk te verdelen en het zo mogelijk te maken om extra middelen voor nieuw beleid in te zetten en gedurende het jaar minder onderuitputting op te laten treden. Bij de tweede suppletoire begroting is gekeken waar de onderuitputting is opgetreden. Op sommige plekken zijn ook correctieboekingen verwerkt. Op dit budget is een correctieboeking gedaan om de voorgenomen activiteiten te kunnen uitvoeren. Concreet is het budget verhoogd met € 8,4 miljoen. Tot slot is het budget met € 6,1 miljoen geïndexeerd voor loonontwikkeling. De overige mutaties bedragen € 4,6 miljoen.

2. Ziektepreventie

Subsidies

ZiektepreventieVoor de subsidiëring van de uitvoering van de vaccinatie tegen het coronavirus door de huisartsen is € 243,5 miljoen overgeheveld van het instrument Opdrachten Ziektepreventie. De overige mutaties bedragen € 0,5 miljoen.

BevolkingsonderzoekenTer dekking van problematiek op de VWS-begroting is, vooruitlopend op de jaarlijkse onderuitputting, reeds een korting verwerkt op diverse beleidsartikelen. Daarmee is beoogd om het budget op de VWS-begroting zo goed mogelijk te verdelen en het zo mogelijk te maken om extra middelen voor nieuw beleid in te zetten en gedurende het jaar minder onderuitputting op te laten treden. Bij de tweede suppletoire is gekeken waar de onderuitputting is opgetreden. Op sommige plekken zijn ook correctieboekingen verwerkt. Op dit budget is een correctieboeking gedaan om de voorgenomen activiteiten te kunnen uitvoeren. Concreet is het budget verlaagd met € 4,1 miljoen. Verder is het budget met € 2,2 miljoen geïndexeerd voor de loonontwikkeling.

VaccinatiesDe verwachte deelname aan de pneumokokkenvaccinatie is hoger dan bij het opstellen van de begroting 2021 rekening mee is gehouden (€ 10,7 miljoen). Verder is op basis van het aantal bestellingen van griepvaccins door huisartsen in 2021 € 4,4 miljoen minder nodig dan geraamd voor de uitvoering van het Nationaal Programma Grieppreventie. De overige mutaties bedragen € 0,9 miljoen.

Opdrachten

ZiektepreventieVoor de subsidiëring van de uitvoering van de vaccinatie tegen het coronavirus door de huisartsen is € 243,5 miljoen overgeheveld naar het instrument Subsidies Ziektepreventie.

Bijdragen aan agentschappen

RIVM: Opdrachtverlening aan kenniscentraTer dekking van problematiek op de VWS-begroting is, vooruitlopend op de jaarlijkse onderuitputting reeds een korting verwerkt op diverse beleidsartikelen. Daarmee is beoogd om het budget op de VWS-begroting zo goed mogelijk te verdelen en het zo mogelijk te maken om extra middelen voor nieuw beleid in te zetten en gedurende het jaar minder onderuitputting op te laten treden. Bij de tweede suppletoire is gekeken waar de onderuitputting is opgetreden. Op sommige plekken zijn ook correctieboekingen verwerkt. Op dit budget is een correctieboeking gedaan om de voorgenomen activiteiten te kunnen uitvoeren. Concreet is het budget verhoogd met € 2,0 miljoen. Verder is het budget verhoogd met € 5,4 miljoen voor additionele opdrachten die aan het RIVM zijn verstrekt. Het betreft onder andere de opdrachten Programma Gezonde School, Gezonde Kinderopvang, Impuls leefstijlinterventies flankerend beleid en Invoering Bevolkingsonderzoek kanker op Caribisch Nederland. Tot slot is het budget met € 1,8 miljoen geïndexeerd voor de loon- en prijsontwikkeling.

VaccinatiesTer dekking van problematiek op de VWS-begroting is, vooruitlopend op de jaarlijkse onderuitputting, reeds een korting verwerkt op diverse beleidsartikelen. Daarmee is beoogd om het budget op de VWS-begroting zo goed mogelijk te verdelen en het zo mogelijk te maken om extra middelen voor nieuw beleid in te zetten en gedurende het jaar minder onderuitputting op te laten treden. Bij de tweede suppletoire is gekeken waar de onderuitputting is opgetreden. Op sommige plekken zijn ook correctieboekingen verwerkt. Op dit budget is een correctieboeking gedaan om de voorgenomen activiteiten te kunnen uitvoeren. Concreet is het budget verhoogd met € 3,8 miljoen. Verder is het budget verhoogd met € 2,8 miljoen voor de nabetaling in verband met de afrekening van het van Nationaal Programma Grieppreventie over 2019 en 2020. Tot slot is het budget met € 3,3 miljoen geïndexeerd voor de loon- en prijsontwikkeling.

Ontvangsten

De verwachte ontvangsten zijn hoger dan geraamd. Dit wordt veroorzaakt door de afrekening van de voorschotten 2020 van de screenings-organisaties voor de uitvoering van de bevolkingsonderzoeken op basis van de Subsidieregeling Publieke Gezondheid (€ 14,9 miljoen) en de afrekening van het Rijksvaccinatieprogramma over 2019 (€ 2,7 miljoen).

3.2 Artikel 2 Curatieve Zorg

Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 5 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 2 Curatieve zorg (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)1

Stand 1e suppletoire begroting (2)1

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Verplichtingen

3.706.076

903.765

47.838

2.886.237

3.837.840

      

Uitgaven

3.737.702

3.630.050

‒ 2.211

‒ 16.510

3.611.329

      

1. Kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg

716.089

611.036

‒ 1.300

‒ 3.239

606.497

Subsidies

319.058

250.273

‒ 48.499

‒ 729

201.045

Medisch specialistische zorg

75.518

72.274

‒ 5.791

12.563

79.046

Curatieve ggz

28.401

31.525

‒ 1.809

‒ 3.450

26.266

Eerste lijnszorg

71.270

29.757

‒ 19.026

‒ 6.245

4.486

Lichaamsmateriaal

24.891

24.821

‒ 1.092

0

23.729

Medische producten

118.978

91.896

‒ 20.781

‒ 3.597

67.518

Overige

0

0

0

0

0

Opdrachten

329.896

280.688

47.044

559

328.291

Medisch specialistische zorg

669

773

6

1.000

1.779

Curatieve ggz

4.927

3.554

‒ 51

‒ 1.470

2.033

Eerste lijnszorg

89

89

18.500

‒ 554

18.035

Lichaamsmateriaal

3.488

3.627

20

‒ 1.100

2.547

Medische producten

320.723

272.645

28.569

2.683

303.897

Overige

0

0

0

0

0

Bijdragen aan agentschappen

65.763

71.592

136

‒ 1.867

69.861

aCBG

2.232

3.192

19

273

3.484

aCBG

2.200

2.521

0

0

2.521

CIBG

61.331

64.366

117

‒ 3.627

60.856

Overige

0

1.513

0

1.487

3.000

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

1.233

1.183

19

‒ 1.202

0

Overige

1.233

1.183

19

‒ 1.202

0

Bijdragen aan medeoverheden

139

0

0

0

0

Overige

139

0

0

0

0

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

0

0

0

0

0

Overige

0

0

0

0

0

Garanties

0

7.300

0

0

7.300

Overige

0

7.300

0

0

7.300

      

3. Ondersteuning van het zorgstelsel

3.021.613

3.019.014

‒ 911

‒ 13.271

3.004.832

Subsidies

149.546

118.874

‒ 2.094

‒ 8.470

108.310

Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen

1.337

1.337

22

‒ 100

1.259

Regeling medisch noodzakelijke zorg onverzekerden

44.924

37.924

4.287

2.334

44.545

Regeling veelbelovende zorg

37.819

10.299

‒ 3.611

363

7.051

Medisch-specialistische zorg

54.719

43.796

‒ 1.940

‒ 10.567

31.289

Curatieve ggz

667

12.938

‒ 1.334

2.069

13.673

Eerste lijnszorg

10.069

12.569

482

‒ 2.569

10.482

Overige

11

11

0

0

11

Bekostiging

2.834.970

2.847.304

631

‒ 4.376

2.843.559

Rijksbijdrage Zorgverzekeringsfonds voor financiering van verzekerden 18-

2.796.500

2.796.504

0

0

2.796.504

Zorg illegalen en andere onverzekerbare vreemdelingen

38.470

50.800

631

‒ 4.376

47.055

Overige

0

0

0

0

0

Inkomensoverdrachten

11.261

22.364

0

1.294

23.658

Overgangsregeling FLO/VUT ouderenregeling ambulancepersoneel

11.135

22.238

0

1.294

23.532

Overige

126

126

0

0

126

Opdrachten

9.425

12.220

261

2.640

15.121

Risicoverevening

2.019

2.019

22

‒ 96

1.945

Uitvoering zorgverzekeringstelsel

888

566

98

2.216

2.880

Medisch-specialistische zorg

4.120

6.210

244

426

6.880

Curatieve ggz

424

424

3

390

817

Eerste lijnszorg

102

102

‒ 102

671

671

Overige

1.872

2.899

‒ 4

‒ 967

1.928

Bijdrage aan agentschappen

10.640

10.640

215

‒ 3.052

7.803

CJIB: Onverzekerden en wanbetalers

10.640

10.640

215

‒ 3.052

7.803

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

5.769

7.612

76

‒ 1.307

6.381

SVB: Onverzekerden

3.877

3.877

61

1.500

5.438

Overige

1.892

3.735

15

‒ 2.807

943

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

2

0

0

0

0

VenJ: Bijdrage C2000

2

0

0

0

0

      

Ontvangsten

307.053

373.705

30.000

‒ 1.456

402.249

Overige

307.053

373.705

30.000

‒ 1.456

402.249

X Noot
1

(incl. ISB, NvW en amendementen)

Toelichting
1. Kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg

Subsidies

Medisch specialistische zorg

Per 1 juli 2020 zijn de netwerkzorgactiviteiten op het gebied van palliatieve zorg van IKNL (Integraal Kankercentrum Nederland) en Fibula (Stichting Fibula Platform Netwerken Palliatieve Zorg Nederland) samengevoegd bij Fibula. De overheveling van activiteiten heeft geleid tot een lagere uitgave van € 3,7 miljoen binnen artikel 2 op subsidies Medisch specialistische zorg. De subsidie wordt vanaf nu verleend vanaf een ander artikel (artikel 3) en de activiteiten worden gecontinueerd door Fibula.

Tijdens de begrotingsbehandeling 2021 is een amendement ingediend om in 2021 3 miljoen euro beschikbaar te stellen voor onderzoek naar gender en gezondheid (Vergaderjaar 2020–2021, 35 570, nr. 39). De uitvoering van dit amendement is vertraagd. Teneinde dit amendement uit te kunnen voeren wordt € 2,5 miljoen van de € 3 miljoen die in 2021 beschikbaar zijn gesteld voor de uitvoering van het amendement doorgeschoven naar 2022.

Gezien de jaarlijkse onderuitputting is in 2021 ter dekking van problematiek op de begroting van VWS een taakstellende korting verwerkt welke voor artikel 2 bij het opstellen van de begroting voor een groot deel is verwerkt op dit budget. Inmiddels is duidelijk op welke budgetten binnen artikel 2 daadwerkelijk onderuitputting heeft plaatsgehad en worden de middelen die hierdoor vrijvallen overgeboekt van de betreffende budgetten naar dit budget om de taakstelling te vullen. Dit heeft er per saldo toe geleid dat de uitgaven op dit budget € 6,8 miljoen hoger uitvallen.

Curatieve GGZ

Zoals aangekondigd in de Kamerbrief van 6 juli 2021 over de stand van zaken aanpak voor personen met verward gedrag is het programma voor de vervolgaanpak ‘lokale initiatieven voor mensen met verward gedrag’ van start gegaan. Om het programma zoals aan de Kamer toegezegd te kunnen uitvoeren, heeft een kasschuif plaatsgehad om in de juiste jaren over de middelen te kunnen beschikken waarbij circa € 2,9 miljoen uit 2021 is doorgeschoven naar latere jaren. Vervolgens is voor de uitvoering van dit programma in 2021 een bedrag van € 3,7 miljoen overgeheveld naar artikel 1. Daarnaast is er sprake van een aantal andere, kleine mutaties die per saldo leiden dat het budget in totaal met € 5,3 miljoen wordt verlaagd.

Eerste Lijnszorg

VWS stelt middelen beschikbaar voor een subsidieregeling ten behoeve van investeringen in de wijkverpleging. De Subsidieregeling Ondersteuning Wijkverpleging (‘SOW’) kan onder meer gebruikt worden om tijd vrij te maken voor intervisie, voor projecten gericht op samenwerking, of om administratieve lasten te verminderen. De beschikbare middelen waren aanvankelijk geraamd als subsidiemiddelen maar zijn uiteindelijk in de vorm van een opdracht aan het RVO weggezet die de subsidieregeling zal uitvoeren. De verlaging van het budget met € 18,5 miljoen betreft een overheveling van het beschikbare budget voor de subsidieregeling in 2021 naar het opdrachtenbudget eerste lijnszorg.

Zoals toegelicht onder subsidies medisch specialistische zorg is gezien de jaarlijkse onderuitputting op de VWS-begroting in 2021 ter dekking van problematiek op de begroting van VWS een taakstellende korting verwerkt. Voor artikel 2 is deze taakstelling bij het opstellen van de begroting voor een groot deel verwerkt op het budget subsidies Medisch Specialistische Zorg. Inmiddels is duidelijk op welke budgetten binnen artikel 2 de onderuitputting daadwerkelijk heeft plaatsgehad en worden de middelen die hierdoor vrijvallen overgeboekt van de betreffende budgetten naar het budget subsidies Medisch Specialistische Zorg om de taakstelling in te vullen. Dit budget is dientengevolge met € 5,5 miljoen verlaagd. Daarnaast is er sprake van een aantal andere, kleine mutaties die per saldo leiden tot een verlaging van dit budget met € 25,3 miljoen.

Medische producten

De uitgaven voor subsidies medische producten vallen € 24,4 miljoen lager uit. De lagere uitgaven voor medische producten betreffen kasschuiven naar 2022 in verband met uitblijvende besluitvorming in verband met de kabinetsformatie over het Pallasdossier (medische radio-isotopen) en medicatieoverdracht (- € 20,1 miljoen), overheveling naar artikel 10 van budget in verband met voor bereiding van een kabinetsbesluit over de eventuele bouw van een nieuwe reactor voor de productie van de grondstof voor medische radio-isotopen (- € 2,3 miljoen) en de overheveling van middelen voor een onderzoeksprogramma voor regeneratieve geneesmiddelen (Regmed) € 1,5 miljoen.

Opdrachten

Eerste lijnszorg

Zoals toegelicht onder subsidies eerstelijnszorg betreft de verhoging van dit budget met € 18,5 miljoen een technische overheveling van het beschikbare budget voor de uitvoering van subsidieregeling Ondersteuning Wijkverpleging (‘SOW’) naar dit budget. Daarnaast is sprake van een aantal andere kleine mutaties.

Medische producten

De lagere uitgaven voor opdrachten medische producten kunnen onder meer worden verklaard door een desaldering van EU-middelen (€ 30 miljoen) die ontvangen zijn voor de Nederlandse bijdrage aan het Rescue programma van de EU. Dit voorziet in het aanhouden van een Europese voorraad van medische hulpmiddelen, waarbij de verschillende lidstaten verantwoordelijk zijn voor een deel van de inkoop. Daarnaast is sprake van een aantal kleinere mutaties die per saldo leiden tot een verlaging van het budget met € 31,2 miljoen.

Bijdragen aan agentschappen

CIBG

De verlaging van het budget betreft met name een overheveling naar artikel 4 van een extra bijdrage (ca. € 3 miljoen) voor het gebruik van de basisregistratie personen door het Donorregister in verband met de langere implementatietijd van de nieuwe Donorwet door de COVID-19 pandemie.

3. Ondersteuning van het zorgstelsel

Subsidies

Regeling medisch noodzakelijke zorg onverzekerden

Het CAK heeft de raming van de uitgaven in het kader van de regeling SOV naar boven bijgesteld. Op basis hiervan wordt het beschikbare budget verhoogd met € 5,9 miljoen.

Regeling veelbelovende zorg

Het CAK heeft de raming van de uitgaven in het kader van de regeling Veelbelovende Zorg neerwaarts bijgesteld. Op basis hiervan wordt het beschikbare budget verlaagd met € 3,2 miljoen.

Medisch specialistische zorg

Op 18 juni 2019 is de beleidsregel van de Minister voor Medische Zorg houdende regels voor het subsidiëren van regionale partnerschappen voor het stimuleren van digitale informatie-uitwisseling in de geboortezorgketen in Nederland (Beleidsregel subsidiëring Versnellingsprogramma Informatie-uitwisseling Patiënt en Professional Babyconnect) gepubliceerd. Om de regeling te kunnen uitvoeren, heeft een kasschuif plaatsgehad om in de juiste jaren over de middelen te kunnen beschikken waardoor dit budget in 2021 met circa € 2 miljoen lager uitvalt

Zoals toegelicht onder subsidies medisch specialistische zorg is gezien de jaarlijkse onderuitputting op de VWS-begroting in 2021 ter dekking van problematiek op de begroting van VWS een taakstellende korting verwerkt. Voor artikel 2 is deze taakstelling bij het opstellen van de begroting voor een groot deel verwerkt op het budget subsidies Medisch Specialistische Zorg. Inmiddels is duidelijk op welke budgetten binnen artikel 2 de onderuitputting daadwerkelijk heeft plaatsgehad en worden de middelen die hierdoor vrijvallen overgeboekt van de betreffende budgetten naar het budget subsidies Medisch Specialistische Zorg om de taakstelling in te vullen. Als gevolg hiervan is dit budget met € 10,4 miljoen verlaagd.

Bekostiging

Onverzekerbare vreemdelingen

Het CAK heeft de raming van de uitgaven in het kader van de regeling OVV neerwaarts bijgesteld. Op basis hiervan wordt het beschikbare budget verlaagd met € 3,7 miljoen.

Bijdragen aan agentschappen

CJIB: Onverzekerden en wanbetalers

In 2021 is er een lagere instroom van zaken en minder dwangbevelen. Daardoor heeft het CJIB minder kosten gemaakt.

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

Overige

De uitgaven in het kader van de ZVW PGB zijn lager dan eerder verwacht (€ 0,6 miljoen). Daarnaast heeft er een herschikking van budgetten plaatsgevonden. Tegenover deze vrijval staan extra uitgaven op artikelonderdeel Uitvoering Zorgverzekeringstelsel.

Ontvangsten

Op de ontvangsten hebben we een meevaller van € 35,6 miljoen. Voor een groot deel betreft dit subsidie die is ontvangen van instellingen die een subsidie hebben gekregen in het kader van de diverse VIPP-regelingen maar, die uiteindelijk hebben besloten bepaalde activiteiten niet uit te voeren. In een aantal gevallen gaat het om instellingen die subsidie hebben ontvangen maar door corona er niet in zijn geslaagd hun activiteiten uit te voeren. Tot slot is er in het kader van de transitieregeling medisch specialisten besloten in enkele gevallen de subsidie terug te vorderen omdat is vastgesteld dat zij niet hebben voldaan aan de voorwaarden van de subsidie.

Tevens heeft het CAK de opbrengstenraming van de ontvangsten in het kader van de aanpak van wanbetalers geactualiseerd. Op basis hiervan wordt de opbrengstenraming in de VWS-begroting met € 7,1 miljoen neerwaarts bijgesteld.

3.3 Artikel 3 Langdurige zorg en ondersteuning

Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 6 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 3 Langdurige zorg en ondersteuning (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)1

Stand 1e suppletoire begroting (2)1

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Verplichtingen

11.727.676

2.507.972

‒ 1.011.481

12.441.333

13.937.824

      

Uitgaven

11.603.616

13.369.781

‒ 1.011.481

‒ 152.467

12.205.833

      

1. Participatie en zelfredzaamheid van mensen met beperkingen

408.646

420.187

‒ 88.447

‒ 151.300

180.440

Subsidies

66.253

62.199

7.316

‒ 88

69.427

Toegang tot zorg en ondersteuning

13.780

8.592

226

0

8.818

Passende zorg en levensbrede ondersteuning

29.448

25.586

5.087

‒ 132

30.541

Inclusieve samenleving

10.236

13.587

602

64

14.253

Kennis en informatiebeleid

10.974

10.649

1.179

0

11.828

Overige

1.815

3.785

222

‒ 20

3.987

Opdrachten

297.771

289.225

‒ 64.360

‒ 149.212

75.653

Bovenregionaal gehandicaptenvervoer

61.204

61.204

‒ 3.572

‒ 8.500

49.132

Toegang tot zorg en ondersteuning

1.780

1.780

19

0

1.799

Passende zorg en levensbrede ondersteuning

3.005

4.487

‒ 69

‒ 32

4.386

Inclusiviteit

217.076

209.607

‒ 60.783

‒ 138.970

9.854

Kennis, informatie en innovatiebeleid

1.525

1.525

15

0

1.540

Aanbesteden Sociaal Domein

3.495

2.569

37

‒ 1.300

1.306

Overige

9.686

8.053

‒ 7

‒ 410

7.636

Bijdragen aan agentschappen

1.500

0

2.730

0

2.730

Overige

1.500

0

2.730

0

2.730

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

13.714

13.714

226

0

13.940

Overige

13.714

13.714

226

0

13.940

Bijdragen aan medeoverheden

300

8.921

‒ 675

‒ 2.000

6.246

Overige

300

8.921

‒ 675

‒ 2.000

6.246

Storting/onttrekking begrotingsreserve

29.108

42.628

‒ 33.684

0

8.944

Stimulerings regeling wonen en zorg

29.108

42.628

‒ 33.684

0

8.944

      

2. Zorgdragen voor langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten

11.194.970

12.949.594

‒ 923.034

‒ 1.167

12.025.393

Subsidies

163.589

191.550

155

‒ 3.431

188.274

Zorg merkbaar beter maken

84.254

115.788

‒ 4.703

‒ 4.478

106.607

Kennis, informatie en innovatiebeleid

36.013

35.090

475

1.258

36.823

Palliatieve zorg en ondersteuning

43.322

40.672

4.383

‒ 211

44.844

Overige

0

0

0

0

0

Bekostiging

10.889.200

12.573.600

‒ 921.900

0

11.651.700

Bijdrage in de kosten van kortingen (BIKK)

4.039.200

4.073.600

28.100

0

4.101.700

Bijdrage Wlz

6.850.000

8.500.000

‒ 950.000

0

7.550.000

Inkomensoverdrachten

0

 

0

0

0

Overige

0

 

0

0

0

Opdrachten

18.132

37.007

‒ 4.389

2.905

35.523

Zorgdragen voor langdurige zorg

18.132

37.007

‒ 4.389

2.905

35.523

Overige

0

 

0

0

0

Bijdragen aan agentschappen

0

441

0

‒ 14

427

Overige

0

441

0

‒ 14

427

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

124.049

146.996

3.100

‒ 1.751

148.345

Uitvoeringskosten Sociale Verzekerings Bank

32.296

43.596

732

‒ 1.673

42.655

Uitvoeringskosten Centrum Indicatiestelling Zorg

91.753

103.400

2.368

‒ 78

105.690

Bijdragen aan medeoverheden

0

 

0

1.124

1.124

Overige

0

 

0

1.124

1.124

      

Ontvangsten

5.691

5.691

0

500

6.191

Overige

5.691

5.691

0

500

6.191

X Noot
1

(incl. ISB, NvW en amendementen)

Toelichting
1. Participatie en zelfredzaamheid van mensen met beperkingen

Subsidies

Passende zorg en levensbrede ondersteuning

De mutatie bij Miljoenennota van € 5 miljoen betreft de toevoeging aan dit instrument van een deel uit het steunpakket voor sociaal en mentaal welzijn en een gezonde leefstijl.

Opdrachten

Bovenregionaal gehandicaptenvervoer

De coronapandemie heeft effect op de uitgaven voor het Valysvervoer. Door achterblijvende vraag is de raming van de Valysuitgaven bij Miljoenennota incidenteel met € 3,5 miljoen naar beneden bijgesteld en bij de 2e suppletoire begroting opnieuw met € 4,5 miljoen. De overige € 4 miljoen betreft minder uitgaven aan het UWV voor doventolken (€ 2 miljoen) en overige opdrachten (€ 2 miljoen). In de Slotwet zullen deze laatste bijstellingen worden verwerkt op het instrument Bijdrage aan ZBO’s/RWT’s en overige opdrachten.

Inclusiviteit

De afboeking bij Miljoenennota (ruim € 60 miljoen) betreft een technische overboeking naar andere artikelen en instrumenten. In de vierde incidentele suppletoire begroting zijn extra middelen voor het steunpakket sociaal en mentaal welzijn en een gezonde leefstijl tijdelijk op dit instrument geboekt in afwachting van een definitieve verdeling over de begroting van VWS. De negatieve bijstelling van bijna € 139 miljoen betreft grotendeels een overboeking naar het Gemeentefonds voor meerkosten van gemeenten door de coronapandemie (€ 136,1 miljoen).

Bijdragen aan agentschappen

Overige

De bijstelling betreft een saldo tussen twee mutaties. Vanuit het instrument Storting begrotingsreserve zijn uitvoeringskosten van de RVO op het instrument Bijdragen aan agentschappen geplaatst waarvan een deel met een kasschuif is doorgeschoven (€ 4,5 miljoen) naar latere jaren.

Storting/ontrekking begrotingsreserve

Stimulerings regeling wonen en zorg

De negatieve bijstelling van ruim € 33 miljoen betreft een kasschuif van € 20,8 miljoen naar 2022 ten behoeve van het verstrekken van leningen voor de planontwikkelfase van woon-zorginitiatieven. Daarnaast is voor woonzorginitiatieven vanuit dit instrument € 13 miljoen overgeboekt naar de instrumenten subsidies inclusieve samenleving en Bijdrage aan agentschappen voor de Stimuleringsregeling wonen en zorg en de uitvoering daarvan.

2. Zorgdragen voor langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten

Subsidies

Zorg merkbaar beter maken

De bijstelling betreft voornamelijk overboekingen naar andere artikelen van de VWS-begroting voor het programma KIK-V wat zich richt op de informatie-uitwisseling tussen ketenpartijen in de sector verpleeghuiszorg (€ 3,9 miljoen) en het ZonMw onderzoeksprogramma Dementie 2021-2030 (€ 1,6 miljoen). Dit programma geeft invulling aan het thema «Dementie de wereld uit» van de Nationale dementiestrategie. Daarnaast leiden niet alle beschikbaar gestelde middelen voor het compensatiepakket Zeeland tot een besteding in 2021 (€ 1,8 miljoen), deze komen deze grotendeels via een kasschuif tot uiting in de latere jaren. Het resterende saldo betreft een aantal geringe mutaties (per saldo € 0,6 miljoen) en een onderuitputting (€ 1,3 miljoen).

Kennis, informatie en innovatiebeleid

Een deel van de uitgaven van de subsidieregeling voor het versnellingsprogramma gegevensuitwisseling Langdurige Zorg (InZicht) vinden eerder plaats dan vooraf voorzien (€ 4,7 miljoen). Daarnaast zijn verschillende trajecten voor COVID-19 getemporiseerd en/of niet helemaal tot besteding gekomen (€ 1,8 miljoen). Tevens is sprake van een groot aantal andere kleine mutaties die per saldo leiden tot een verlaging van het budget (€ 1,2 miljoen).

Palliatieve zorg en ondersteuning

Betreft grotendeels de effectuering van de netwerkzorgactiviteiten palliatieve zorg van IKNL en Fibula. Deze taak is per 1 juli 2020 reeds overgegaan naar Fibula maar was nog niet in het budget verwerkt (€ 3,7 miljoen). Daarnaast heeft binnen het budget een aantal budgettair neutrale mutaties van andere begrotingsinstrumenten plaatsgevonden (€ 0,5 miljoen).

3.4 Artikel 4 Zorgbreed beeld

Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 7 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 4 Zorgbreed beleid (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)1

Stand 1e suppletoire begroting (2)1

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Verplichtingen

2.200.697

1.967.421

‒ 72.353

109.308

2.004.376

      

Uitgaven

2.485.308

2.394.074

‒ 132.953

‒ 18.336

2.242.785

      

1. Positie cliënt en transparantie van zorg

61.519

69.699

9.097

‒ 555

78.241

Subsidies

39.418

35.760

678

‒ 1.440

34.998

Patiënten- en gehandicaptenorganisaties

17.000

17.000

‒ 515

0

16.485

Transparantie van zorg

22.418

18.610

1.193

‒ 1.440

18.363

Overige

0

150

0

0

150

Opdrachten

15.632

27.326

8.339

885

36.550

Ondersteuning cliëntorganisaties

177

4.000

171

0

4.171

Transparantie van zorg

935

2.935

‒ 586

‒ 1.400

949

Overige

14.520

20.391

8.754

2.285

31.430

Bijdragen aan agentschappen

6.469

6.613

80

0

6.693

CIBG

6.469

6.613

80

0

6.693

      

2. Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

1.814.535

1.694.919

‒ 148.247

‒ 16.547

1.530.125

Subsidies

1.790.900

1.671.592

‒ 148.579

‒ 16.382

1.506.631

Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

1.790.900

1.671.592

‒ 148.579

‒ 16.382

1.506.631

Overige

0

0

0

0

0

Opdrachten

9.082

8.774

76

‒ 165

8.685

Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

9.082

8.774

76

‒ 165

8.685

Bijdragen aan agentschappen

14.553

14.553

256

0

14.809

CIBG

14.553

14.553

256

0

14.809

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

0

0

0

0

0

ZiNL

0

0

0

0

0

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

0

0

0

0

0

Overige

0

0

0

0

0

      

3. Informatiebeleid

174.309

142.074

‒ 13.799

‒ 8.520

119.755

Subsidies

113.315

47.667

‒ 16.921

2.988

33.734

Informatiebeleid

16.981

18.404

238

4.247

22.889

Maatschappelijke diensttijd

90.834

19.256

‒ 17.597

‒ 659

 

Overige

5.500

10.007

438

‒ 600

9.845

Opdrachten

36.595

47.168

1.530

6.396

55.094

Informatiebeleid

24.643

49.178

‒ 655

8.606

57.129

Overige

11.952

6.905

2.185

‒ 2.210

6.880

Bijdragen aan agentschappen

24.399

47.239

1.592

‒ 17.904

30.927

Informatiebeleid

24.399

47.239

1.592

‒ 17.904

30.927

Overige

0

0

0

0

0

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

0

 

0

0

0

Overige

0

 

0

0

0

      

4. Inrichting Zorgstelsel

247.856

254.319

18.438

6.946

279.703

Subsidies

0

550

243

‒ 55

738

Programma's Zorgstelsel

0

550

243

‒ 55

738

Opdrachten

1.876

1.823

‒ 150

‒ 135

1.538

Programma's Zorgstelsel

1.328

1.275

‒ 87

‒ 135

1.053

Overige

548

548

‒ 63

0

485

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

245.980

251.946

18.345

7.136

277.427

CAK

117.547

117.547

8.326

3.447

129.320

NZa

64.627

63.116

‒ 1.071

3.775

65.820

Zorginstituut Nederland

60.904

68.636

11.837

‒ 86

80.387

CSZ

1.900

1.900

0

0

1.900

Overige

1.002

747

‒ 747

0

0

Bijdragen aan medeoverheden

0

0

0

0

0

Overige

0

0

0

0

0

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

0

0

0

0

0

EZK: ACM

0

0

0

0

0

Overige

0

0

0

0

0

Begrotingsreserve

0

0

0

0

0

Overige

0

0

0

0

0

      

5. Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland

187.089

233.063

1.558

340

234.961

Subsidies

2.224

3.548

37

40

3.625

Zorg en Welzijn

2.224

3.548

37

40

3.625

Bekostiging

183.318

224.617

1.500

‒ 135

225.982

Zorg en Welzijn

183.318

224.617

1.500

‒ 135

225.982

Bijdragen aan medeoverheden

1.547

4.898

21

435

5.354

Overige

1.547

4.898

21

435

5.354

      

Ontvangsten

68.655

11.153

2.977

5.500

19.630

Wanbetalers en onverzekerden

57.502

0

0

0

0

Overige

11.153

11.153

2.977

5.500

19.630

X Noot
1

(incl. ISB, NvW en amendementen)

Toelichting
2. Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

Subsidies

Opleidingen, beroepen en arbeidsmarkt

Er is sprake van lagere uitgaven dan eerder voorzien. De belangrijkste oorzaak is dat vanwege de coronapandemie enkele voornemens zijn vertraagd. Hierdoor valt in 2021 een bedrag van circa € 13 miljoen vrij. Daarnaast is € 0,7 miljoen overgeboekt naar het ministerie van Defensie vanwege toe te kennen zorgbonussen voor Defensiepersoneel dat in de zorg is ingezet, en is een bedrag van € 2 miljoen overgeheveld naar onderdeel 5 van dit artikel voor zorgbonussen in Caribisch Nederland.

3. Informatiebeleid

Subsidies

Informatiebeleid

Er heeft een technische correctie plaatsgevonden van bijdrage agentschappen naar subsidies (€ 2,1 miljoen) aangezien het budget bij julibrief ten onrechte op bijdrage agentschappen is geboekt.

Opdrachten 

Informatiebeleid

Er heeft een technische correctie plaatsgevonden van bijdrage agentschappen naar opdrachten (€ 2,37 miljoen) aangezien het budget bij julibrief ten onrechte op bijdrage agentschappen is geboekt.

Bijdrage agentschappen

Informatiebeleid

De gebruikerskosten voor de beheervoorziening BV BSN worden doorbelast aan de gebruiker. Via een technische mutatie zijn de middelen hiervoor overgeboekt naar BZK (- € 4,6 miljoen). Er zijn middelen via een technische mutatie overgeboekt naar BZK voor het (saldo)tekort (-1,551 miljoen) voor de Basisregistratie Persoonsgegevens (BRP).

Er heeft een technische correctie plaatsgevonden van bijdrage agentschappen naar opdrachten en subsidies (- € 2,37 miljoen en ‒ € 2,1 miljoen) aangezien de een aantal budgetten bij julibrief ten onrechte op bijdrage agentschappen is geboekt.

Er zijn 2 technische mutaties gedaan voor afroming van niet bestede middelen ( ‒ € 4,3 miljoen en ‒ € 2,8 miljoen).

4. Inrichting Zorgstelsel

Bijdrage aan ZBO's en RWT's

CAK

Er zijn extra middelen nodig bij het CAK voor een bedrag van € 3,4 miljoen. Dit bedrag is opgebouwd uit overboekingen vanuit andere directies ter hoogte van € 0,6 miljoen. Deze overboekingen bestaan uit (door)centraliseren beschermd wonen, project open overheid en project GGZ in de WLZ. Naast deze kleine bedragen is een groot bedrag toegekend ten behoeve van de uitvoering van het CAK voor de Kinderopvangtoeslag ter hoogte van € 1,2 miljoen. Tenslotte zijn er extra middelen nodig die in de loop van 2021 inzichtelijk zijn geworden. Dit betreft niet beïnvloedbare kosten zoals CAO verhogingen, afschrijvingen, incidentele kosten met betrekking tot de datacenters, COVID-19 kosten en na-ijleffecten WMO ter hoogte van € 1,6 miljoen.

NZa

Ter dekking van problematiek op de VWS-begroting en anticiperend op onderuitputting zijn bij de eerste suppletoire begrotingen 2020 en 2021 meerjarige kortingen verwerkt. Bij tweede suppletoire begroting is gekeken waar de onderuitputting feitelijk is opgetreden. Op dit budget heeft een correctieboeking van € 3,8 miljoen plaatsgevonden. Daartegenover staan lagere uitgaven voor Transparantie van zorg en hogere ontvangsten.

5. Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland

Bekostiging

Zorg en welzijn

Het budget is voor de extra kosten die Zorg en Jeugd Caribisch Nederland (ZJCN) maakt tbv bestrijding van het COVID-19 virus op de Caribische (ei)landen van het Koninkrijk. Als gevolg van het aantal besmettingen in het Caribische deel van het Koninkrijk is de inzet van VWS op de ondersteuning van COVID-19-zorg uitgebreid. De middelen worden ingezet voor de inzet van zorgpersoneel (€ 15,5 miljoen), extra zorgkosten die de ziekenhuizen maken in het kader van COVID-19 (€ 8 ton), logistieke kosten voor transport van medische benodigdheden, medische uitzendingen in de regio en accommodaties voor het ingehuurde zorgpersoneel (€ 1,6 miljoen) en financiële ondersteuning van de GGD-en van Bonaire, Saba en Sint Eustatius (BES) bij bron- en contactonderzoek, vaccinatiecampagne en testen (€ 6 ton).

Ontvangsten

Wanbetalers en onverzekerden

De ontvangsten zijn hoger dan geraamd. Dit komt onder andere door de vaststelling van de uitgaven in het kader van de regeling Kwaliteitsimpuls Personeel Ziekenhuiszorg (KIPZ) over 2019 heeft op basis van de ingediende verantwoording geleid tot € 3,2 miljoen ontvangsten. Daarnaast zijn de uitgevoerde activiteiten door het CIBG lager dan geraamd, waardoor na vaststelling € 1 miljoen wordt terugbetaald. Door herzieningen en vaststelling op een aantal projectsubsidies (o.a. Koersen op kansen en Regionale contactpunten) is er € 2,1 miljoen ontvangen.

3.5 Artikel 5 Jeugd

Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 8 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 5 Jeugd (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)1

Stand 1e suppletoire begroting (2)1

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Verplichtingen

120.926

247.434

‒ 2.661

‒ 24.536

220.237

      

Uitgaven

120.676

252.184

‒ 2.661

‒ 24.536

224.987

      

3. Effectief en efficiënt werkend jeugdstelsel

120.676

252.184

‒ 2.661

‒ 24.536

224.987

Subsidies

109.955

116.653

‒ 12.727

‒ 25.529

78.397

Kennis en informatiebeleid

11.097

11.611

376

0

11.987

Jeugdbeleid

58.117

50.550

‒ 19.421

‒ 9.137

21.992

Jeugdstelsel

40.741

54.492

6.318

‒ 16.392

44.418

Overige

0

0

0

0

0

Opdrachten

9.140

11.151

‒ 40

1.993

13.104

Kennis en informatiebeleid

1.679

1.913

209

0

2.122

Jeugdbeleid

7.461

8.738

‒ 249

1.157

9.646

Jeugdstelsel

0

500

0

36

536

Overige

0

0

0

800

800

Bijdragen aan agentschappen

1.359

1.359

28

0

1.387

Overige

1.359

1.359

28

0

1.387

Bijdragen aan medeoverheden

0

123.000

10.075

‒ 1.000

132.075

Overige

0

123.000

10.075

‒ 1.000

132.075

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

222

21

3

0

24

Overige

222

21

3

0

24

      

Ontvangsten

11.682

11.682

0

‒ 7.097

4.585

Overige

11.682

11.682

0

‒ 7.097

4.585

X Noot
1

(incl. ISB, NvW en amendementen)

Toelichting
3. Effectief en efficiënt werkend jeugdstelsel

Subsidies

Jeugdbeleid

Voor de uitwerking van de maatregelen uit het rapport van Commissie de Winter, waaronder een tegemoetkomingsregeling voor slachtoffers jeugdhulp, zijn middelen beschikbaar gesteld. Voor de uitvoering van deze tegemoetkomingsregeling is een bedrag van € 3,6 miljoen overgeboekt aan Het Schadefonds Geweldsmisdrijven, die de regeling per 1-1-2021 uitvoert.

Het aantal aanvragen voor deze regeling oversteeg in de eerste periode van 2021 reeds de totale raming (>2000 aanvragen). Hiervoor is bij Voorjaarsbesluitvorming een aanvullend bedrag van € 2 miljoen beschikbaar gesteld. In de loop van het jaar bleek ook dit bedrag onvoldoende te zijn voor alle aanvragen in 2021, waardoor bij Najaarsbesluitvorming nogmaals een aanvullend bedrag van ca. € 6 miljoen beschikbaar is gesteld. Het aanvullend bedrag van in totaal ruim € 8 miljoen wordt overgeboekt aan Het Schadefonds Geweldsmisdrijven.

Voor de financiering van het jeugdpakket, is € 3,5 miljoen overgeboekt naar de COVID-19 hoofdbudgetten van dit artikel. De middelen zijn ingezet voor laagdrempelige preventieve ondersteuning van jongeren op het gebied van mentale gezondheid, in coronatijd1.

Voor de financiering van de instandhouding en doorontwikkeling van de expertisecentra jeugdhulp, is € 24 miljoen overgeboekt naar het hoofdbudget bijdragen aan medeoverheden (zie toelichting aldaar).

Verder is voor de dekking van de taakstellende onderuitputting circa € 3 miljoen ingezet vanuit het hoofdbudget jeugdbeleid.

De overige mutaties op dit hoofdbudget betreffen voornamelijk de (inter)departementale samenwerkingen op het gebied van jeugdhulp.

Jeugdstelsel

Vanuit artikel 5 van de VWS-begroting is € 18,9 miljoen overgeboekt naar het Gemeentefonds. Deze middelen zijn in 2019 voor de jaren 2019-2021 beschikbaar gesteld als tijdelijk vangnet t.b.v. de continuïteit van cruciale jeugdzorg. Conform de afspraken uit 2019 vloeien deze middelen terug naar het Gemeentefonds. In afwachting van een nieuw kabinet wordt de regeling vooralsnog met één jaar verlengd. Er wordt in 2022 tijdelijk € 5 miljoen gereserveerd om eventuele nieuwe aanvragen voor tijdelijke liquiditeitssteun per 1 januari 2022 op te vangen. Het ministerie van VWS en de VNG blijven in gesprek over eventuele verdere verlenging.

Bijdragen aan medeoverheden

Overige

Voor de specifieke uitkeringen (SPUKS) aan gemeenten is € 24 miljoen overgeboekt van het hoofdbudget subsidies Zorg voor de Jeugd, naar het budget voor bijdragen aan medeoverheden. Deze SPUKS betreffen de financiering voor de instandhouding en doorontwikkeling van de expertisecentra jeugdhulp. Daarnaast is er ca. € 13 miljoen naar het ministerie van J&V overgeboekt voor de financiering van de vereenvoudiging van de Jeugdbeschermingsketen.

Verder is er € 1 miljoen overgeboekt naar het budget opdrachten Zorg voor de Jeugd ten behoeve van de financiering van diversie opdrachten op het gebied van jeugdhulp.

Ontvangsten

De ontvangsten zijn met € 7 miljoen bijgesteld. Deze bijstelling betreft een correctie op de eerder begrote terugontvangsten van de tijdelijke liquiditeitssteun vanuit de subsidieregeling bijzondere transitiekosten Jeugdwet (TAJ), die reeds per 31 december 2018 is beëindigd. De begrote middelen zijn uiteindelijk niet uitgekeerd als subsidie, omdat er geen vraag meer was naar tijdelijke liquiditeitssteun. De resterende middelen zijn herbestemd voor de vastgoedtransitie gesloten jeugdhulp, om de transformatie een impuls te geven en de continuïteit van essentiële jeugdhulp te borgen. U bent hierover eerder geïnformeerd (3.5 Artikel 5 Jeugd | Ministerie van Financiën - Rijksoverheid (rijksfinancien.nl).

3.6 Artikel 6 Sport en bewegen

Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 9 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 6 Sport en bewegen (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)1

Stand 1e suppletoire begroting (2)1

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Verplichtingen

764.725

632.503

38.903

68.845

740.251

      

Uitgaven

788.737

690.906

38.903

‒ 18.155

711.654

      

1. Passend sport- en beweegaanbod

360

360

6

0

 

Subsidies

360

360

6

0

366

Passend sport- en beweegaanbod

360

360

6

0

366

      

2. Uitblinken in sport

0

0

0

0

 

Subsidies

0

0

0

0

0

Uitblinken in sport

0

0

0

0

0

      

4. Sport verenigt Nederland

788.377

690.546

38.897

‒ 18.155

711.288

Subsidies

324.777

255.791

‒ 228

‒ 10.205

245.358

Sportakkoord

234.732

169.463

‒ 950

‒ 3.680

164.833

Duurzame en toegankelijke sportaccommodaties

79.185

76.113

313

‒ 6.000

70.426

Kennis en innovatie

10.860

10.215

409

‒ 525

10.099

Inkomensoverdrachten

13.778

13.778

2.085

0

15.863

Financiële voorziening topsporters

13.778

13.778

2.085

0

15.863

Opdrachten

3.722

3.672

87

‒ 1.265

2.494

Sportakkoord

3.402

3.320

34

‒ 1.335

2.019

Kennis en innovatie

220

140

53

70

263

Overige

100

212

0

0

212

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

2.727

2.932

46

‒ 45

2.933

Dopingautoriteit

2.727

2.932

46

‒ 45

2.933

Bijdragen aan medeoverheden

442.983

413.983

35.707

‒ 6.640

443.050

Duurzame en toegankelijke sportaccommodaties

190.586

190.586

2.627

‒ 6.100

187.113

Sportakkoord

252.397

223.397

33.080

‒ 540

255.937

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

325

325

1.200

0

1.525

Dopingbestrijding

325

325

0

0

325

Organisaties in de Sport

0

 

1.200

0

1.200

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

65

65

0

0

65

Sportakkoord

65

65

0

0

65

      

Ontvangsten

8.740

71.740

0

0

71.740

Overige

8.740

71.740

0

0

71.740

X Noot
1

(incl. ISB, NvW en amendementen)

Toelichting
4. Sport verenigt Nederland

Subsidies

SportakkoordTijdens de coronacrisis is naast de economische steunpakketten ook een maatschappelijk steunpakket ontwikkeld dat zich richt op sociaal en mentaal welzijn en een gezonde leefstijl. Hierbij is € 4,5 miljoen beschikbaar gesteld aan de partners van de alliantie ‘Sporten en bewegen voor iedereen' om de kwetsbare groepen te ondersteunen bij het sporten en bewegen in en na coronatijd.

Daarnaast heeft een aantal mutaties (- € 1,6 miljoen) plaatsgevonden in verband met het uitvoeren en verantwoorden van beleidsthema's (o.a. leefstijlmiddelen, sportblessurepreventie, huldigingen OS/PS) via andere artikelonderdelen van de VWS begroting, alsmede een beperkte vrijval van budgettaire ruimte. Ook heeft binnen het artikelonderdeel sport en bewegen een aantal budgettair neutrale mutaties (- € 2,8 miljoen) tussen de verschillende financiële instrumenten plaatsgevonden. Tevens is een bedrag van € 1,3 miljoen aan loonbijstelling geboekt.

Met betrekking tot COVID-19 is een aantal mutaties (- € 6,0 miljoen) inzake een bijdrage aan de BES-eilanden en uitvoeringskosten DUS-i voor het uitvoeren van de tegemoetkomingsregelingen Sport verwerkt.

In totaal gaat het om een saldo van minus € 4,6 miljoen aan mutaties.

Duurzame en toegankelijke sportaccommodatiesIn 2021 is een bedrag van € 6 miljoen vrijgevallen op de subsidieregeling voor sportverenigingen, stichtingen en andere niet winst beogende investeerders in sportaccommodaties (BOSA). Zo is het aantal aanvragen als gevolg van Covid-19 lager en ook het gemiddelde aangevraagde bedrag ligt iets lager dan eerder geraamd.

Daarnaast is een bedrag van € 0,8 miljoen voor loonbijstelling beschikbaar gekomen en is voor een bedrag van minus € 0,5 miljoen een budgettair neutrale mutatie binnen het artikelonderdeel sport en bewegen doorgevoerd.

In totaal gaat het om een saldo van minus € 5,7 miljoen aan mutaties.

Bijdrage aan medeoverheden

Duurzame en toegankelijke sportaccommodatiesIn 2021 heeft binnen de specifieke uitkering stimulering sport (SPUK sport) voor een bedrag van minus € 3,5 miljoen aan mutaties plaatsgevonden. Het betreft zowel een budgettaire bijstelling en vrijval van € 2,6 miljoen aan loonbijstelling. De jaarlijkse loonbijstelling wordt in verband met afwijkende momenten tussen het publiceren van de regeling en het beschikbaar komen van loonbijstelling pas aan de regeling van het jaar daarop toegevoegd. Hierdoor ontstaat ieder jaar een vrijval voor het betreffende uitvoeringsjaar. Daarnaast heeft een vrijval van € 3,5 miljoen plaatsgevonden doordat de nabetalingen aan gemeenten met betrekking tot de vaststellingen over 2019 lager uitvallen dan geraamd.

SportakkoordTijdens de Coronacrisis is naast de economische steunpakketten ook een maatschappelijk steunpakket ontwikkeld dat zich richt op sociaal en mentaal welzijn en een gezonde leefstijl. Met deze regeling is € 33 miljoen euro aan gemeenten beschikbaar gesteld om in te zetten op een gezondere leefstijl, meer bewegen en inzet van erkende leefstijlinterventies.

Daarnaast heeft een aantal kleinere mutaties plaatsgevonden en is een beperkt bedrag aan budgettaire ruimte vrijgevallen. In totaal gaat het om minus € 0,5 miljoen.

Overige ontwikkelingen: Compensatie KansspelenIn 2019 zijn als gevolg van een wijziging in de Kansspelbelasting (KSB) op de Sportbegroting middelen beschikbaar gekomen voor compensatiebetaling aan de Nederlandse Loterij Organisaties (NOC*NSF en ALN). Deze wijziging is gelijkgetrokken met het moment van invoering van de Wet Koa (plus een half jaar, dus per 1 oktober 2021). De Staat geeft deze compensatie aan de twee partijen om invulling te geven aan de passage in het Regeerakkoord, dat de afdracht aan goede doelen niet mag worden aangetast door de wijziging in de KSB. De compensatie is dus ingericht om de afdracht aan de goede doelen vertegenwoordigd in NOC*NSF en ALN op peil te houden, nu de afdracht aan deze partijen als gevolg van de gewijzigde KSB omlaag gaat. In 2021 wordt een bedrag van € 0,8 miljoen gecompenseerd.

3.7 Artikel 7 Oorlogsgetroffenen en Herinnering WOII

Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 10 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 7 Oorlogsgetroffenen en Herinnering WOII (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)1

Stand 1e suppletoire begroting (2)1

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Verplichtingen

240.285

34.189

‒ 5.623

1.100

29.666

      

Uitgaven

241.085

233.103

‒ 5.623

‒ 1.500

225.980

      

1. De zorg- en dienstverlening aan verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen WOII en de herinnering aan WO II

37.884

33.728

‒ 9.761

‒ 1.500

22.467

Subsidies

36.830

32.674

‒ 9.764

‒ 1.500

21.410

Nationaal Comité

5.403

5.403

1.090

0

6.493

Nationale herinneringscentra

2.738

2.738

46

0

2.784

Collectieve Erkenning Indisch Nederland

2.179

2.179

37

0

2.216

Zorg- en dienstverlening

6.275

6.275

102

0

6.377

Overige

20.235

16.079

‒ 11.039

‒ 1.500

3.540

Bekostiging

400

400

0

0

400

Overige

400

400

0

0

400

Opdrachten

428

428

3

0

431

Overige

428

428

3

0

431

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

0

0

0

0

0

Overige

0

0

0

0

0

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

226

226

0

0

226

Overige

226

226

0

0

226

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

0

0

0

0

0

Overige

0

0

0

0

0

      

2. Pensioenen en uitkeringen voor verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen WO II

203.201

199.375

4.138

0

203.513

Inkomensoverdrachten

193.240

189.414

3.972

0

193.386

Wetten en regelingen verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen

193.240

189.414

3.972

0

193.386

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

9.961

9.961

166

0

10.127

SVB

8.721

8.721

345

0

9.066

PUR

1.240

1.240

‒ 179

0

1.061

Overige

0

0

0

0

0

      

Ontvangsten

2.901

2.901

0

0

2.901

Overige

2.901

2.901

0

0

2.901

X Noot
1

(incl. ISB, NvW en amendementen)

Toelichting
1. De zorg- en dienstverlening aan verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen WO II

Subsidies

Overig

Mutatie Miljoenennota ad € 11,039 miljoen betreft voornamelijk een kasschuif van het budget voor Collectieve Erkenning Indische en Molukse gemeenschap in Nederland In 2020. Hiervoor zijn extra middelen toegekend t.b.v. de collectieve erkenning aan de Indisch Molukse Gemeenschap. Op basis van de dialoogsessies met de Indische en Molukse gemeenschap hoe de collectieve erkenning vorm en inhoud kan krijgen is een meerjarig projectplan opgesteld en worden de middelen in het juiste kasritme gezet. Van het budget 2021 is € 10,373 miljoen overgeboekt naar 2022 (€ 3,077 miljoen), 2023 (€ 4,382 miljoen) en 2024 (€ 2,914 miljoen).

3.8 Artikel 8 Tegemoetkoming specifieke kosten

Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 11 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 8 Tegemoedkoming specifieke kosten (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)1

Stand 1e suppletoire begroting (2)1

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Verplichtingen

5.632.749

5.554.849

‒ 47.800

5.900

5.512.949

      

Uitgaven

5.632.749

5.554.849

‒ 47.800

5.900

5.512.949

      

Inkomensoverdrachten

5.632.749

5.554.849

‒ 47.800

5.900

5.512.949

Zorgtoeslag

5.578.300

5.500.400

‒ 61.300

5.900

5.445.000

Tegemoetkoming specifieke zorgkosten

54.449

54.449

13.500

0

67.949

Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg)

0

0

0

0

 
      

Ontvangsten

0

0

0

0

0

Overige

0

0

0

0

0

X Noot
1

(incl. ISB, NvW en amendementen)

Toelichting
1. Inkomensoverdrachten

Zorgtoeslag

Tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen is besloten om in 2022 extra geld beschikbaar te stellen voor hogere lonen in de zorg. Dit leidt tot hogere zorguitgaven en hogere zorgpremies. Via de zorgtoeslag worden huishoudens met lage en middeninkomens automatisch gecompenseerd voor de hogere zorgpremies in 2022. Rechthebbenden op zorgtoeslag ontvangen al in december 2021 een eerste maandelijks voorschot voor de zorgtoeslag 2022. Dat valt vanwege de hogere loonruimte 2022 hoger uit dan geraamd in de begroting.

4 Niet-beleidsartikelen

4.1 Artikel 9 Algemeen

Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 12 Algemeen (Bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)1

Stand 1e suppletoire begroting (2)1

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Verplichtingen

32.024

30.905

‒ 211

470

31.164

      

Uitgaven

35.892

34.773

‒ 211

470

35.032

      

1. Internationale samenwerking

8.879

11.335

‒ 456

416

11.295

Opdrachten

0

0

0

0

0

Overige

0

0

0

0

0

Bijdragen aan agentschappen

900

900

0

0

900

Overige

900

900

0

0

900

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

7.979

10.435

‒ 456

416

10.395

World Health Organization

2.968

2.968

0

0

2.968

EMA

4.027

4.027

0

416

4.443

Overige

984

3.440

‒ 456

0

2.984

      

3. Eigenaarsbijdrage RIVM

22.013

18.438

245

54

18.737

Bekostiging

0

0

0

0

0

Overige

0

0

0

0

0

Bijdragen aan agentschappen

22.013

18.438

245

54

18.737

Eigenaarsbijdrage RIVM

22.013

18.438

245

54

18.737

Eigenaarsbijdrage aCBG

0

0

0

0

0

Eigenaarsbijdrage CIBG

0

0

0

0

0

      

4. Begrotingsreserve achterborg WFZ-garanties

5.000

5.000

0

0

5.000

Garanties

5.000

5.000

0

0

5.000

Overige

5.000

5.000

0

0

5.000

      

Ontvangsten

0

0

0

0

0

Overige

0

0

0

0

0

X Noot
1

(incl. ISB, NvW en amendementen)

Toelichting

Op dit artikel vinden een aantal kleine (technische) mutaties plaats. Daarnaast is loon- en prijsbijstelling aan de relevante artikelonderdelen toegevoegd.

4.2 Artikel 10 Apparaat Kerndepartement

Apparaatsuitgaven departement Budgettaire gevolgen
Tabel 13 Apparaatsuitgaven Kerndepartement (Bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)1

Stand 1e suppletoire begroting (2)1

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Verplichtingen

437.200

563.166

20.177

3.732

587.075

      

Uitgaven

437.526

519.372

20.177

2.176

541.725

Personele uitgaven

350.069

422.979

19.944

‒ 3.621

439.302

waarvan eigen personeel

308.943

327.476

9.901

‒ 27.782

309.595

waarvan inhuur externen

37.734

92.111

9.975

24.161

126.247

waarvan overige personele uitgaven

3.392

3.392

68

0

3.460

Materiële uitgaven

87.457

96.393

233

5.797

102.423

waarvan ICT

10.171

16.159

22

‒ 4.277

11.904

waarvan bijdrage aan SSO's

42.096

52.338

401

3.299

56.038

waarvan overige materiële uitgaven

35.190

27.896

‒ 190

6.775

34.481

      

Ontvangsten

8.594

9.939

1.994

1.805

13.738

Overige

8.594

9.939

1.994

1.805

13.738

X Noot
1

(incl. ISB, NvW en amendementen)

Tabel 14 Nadere uitsplitsing apparaatsuitgaven (Bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)1

Stand 1e suppletoire begroting (2)1

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Totaal apparaatsuitgaven Ministerie van VWS

437.526

519.372

20.177

2.176

541.725

      

Personele uitgaven kerndepartement

241.687

313.525

18.504

982

333.011

waarvan eigen personeel

202.786

220.905

8.503

‒ 23.154

206.254

waarvan externe inhuur

36.324

90.043

9.948

24.136

124.127

waarvan overige personele uitgaven

2.577

2.577

53

0

2.630

      

Materiële uitgaven kerndepartement

63.778

67.589

233

10.096

77.918

waarvan ICT

4.055

6.156

22

‒ 78

6.100

waarvan bijdrage SSO's

37.747

47.989

401

3.424

51.814

waarvan overige materiële uitgaven

21.976

13.444

‒ 190

6.750

20.004

      

Personele uitgaven inspecties

86.890

87.161

‒ 303

‒ 4.692

82.166

waarvan eigen personeel

85.022

85.293

‒ 339

‒ 4.692

80.262

waarvan externe inhuur

1.053

1.053

21

0

1.074

waarvan overige personele uitgaven

815

815

15

0

830

      

Materiële uitgaven inspecties

18.687

18.923

0

‒ 1.334

17.589

waarvan ICT

5.550

5.550

0

‒ 1.334

4.216

waarvan bijdrage SSO's

3.950

3.950

0

0

3.950

waarvan overige materiële uitgaven

9.187

9.423

0

0

9.423

      

Personele uitgaven SCP en raden

21.492

22.293

1.743

89

24.125

waarvan eigen personeel

21.135

21.278

1.737

64

23.079

waarvan externe inhuur

357

1.015

6

25

1.046

waarvan overige personele uitgaven

0

0

0

0

0

      

Materiële uitgaven SCP en raden

4.992

9.881

0

‒ 2.965

6.916

waarvan ICT

566

4.453

0

‒ 2.865

1.588

waarvan bijdrage SSO's

399

399

0

‒ 125

274

waarvan overige materiële uitgaven

4.027

5.029

0

25

5.054

X Noot
1

(incl. ISB, NvW en amendementen)

Toelichting apparaatsuitgaven kerndepartement

Personele- en materiële uitgaven kerndepartement

Personele uitgaven kerndepartement

De budgetten voor eigen personeel laten een daling zien van € 14,7 miljoen. Bij de Dienst Testen vindt een herschikking van budgetten plaats. Dit leidt tot een verlaging van het budget voor eigen personeel met € 13,4 miljoen (zie ook bij budgetvoor externe inhuur). Vanwege de toedeling van loonbijstelling worden de budgetten verhoogd met € 3,9 miljoen. De pseudopremie voor het Eigen Risicodragerschap (ERD) wordt door middel van een desaldering van € 2,0 miljoen verwerkt (zie ook bij ontvangsten artikel 10). De tijdelijke programmadirectie Pallas leidt tot een budgetstijging van € 2,3 miljoen. Voor de uitvoeringskosten coronabanen wordt € 2,0 miljoen aan het budget toegevoegd. De overheveling van de generieke overhead DUS-I zorgt voor een budgetverhoging van € 2,7 miljoen. Tenslotte is sprake van een fors aantal kleinere positieve en negatieve bijstellingen en technische correcties van budgetten.

Het budget voor externe inhuur binnen het kerndepartement wordt per saldo verhoogd met € 34,1 miljoen tot € 124,1 miljoen. Bij de Dienst Testen vindt een herschikking van budgetten plaats. Vanuit het budget voor eigen personeel wordt € 10,1 miljoen overgeheveld naar het budget voor inhuur externen (zie ook hierboven). Verder wordt het budget verhoogd voor inhuur ten behoeve van het Subsidieplatform (€ 2,4 miljoen) en applicatiebeheer Marjolein (€ 1,3 miljoen). Ten behoeve van juridische ondersteuning vindt een bijstelling plaats met € 2,0 miljoen. Vanuit de jaarrekeningcontrole dient budget voor opdrachten als inhuur te worden gecategoriseerd, dit leidt tot een oveheveling uit diverse beleidsartikelen van € 5,7 miljoen. Verschillende opdrachtgevers (zowel intern VWS als OCW) hevelen budget over ten behoeve van de uitvoering van hun subsidieopdracht bij DUS-I (€ 5,0 miljoen). In verband met toedeling van loonbijstelling wordt het budget voor inhuur externen verhoogd met € 0,2 miljoen. Tenslotte is sprake van een groot aantal kleinere positieve en negatieve bijstellingen.

Materiële uitgaven kerndepartement

De materiële uitgaven worden per saldo met € 10,3 miljoen verhoogd. Bij de bijdrage SSO's is sprake van een bijstelling van € 3,8 miljoen. Naast enkele coronagerelateerde mutaties wordt deze stijging onder meer veroorzaakt door een aantal desalderingen vanwege doorbelaste kosten (€ 1,8 miljoen), overboeking van generieke overhead DUS-I (€ 2,7 miljoen) en enkele technische mutaties.

Bij de overige materiële uitgaven is sprake van een bijstelling van € 6,6 miljoen. Voor de afhandeling van zaken welke verband houden met PD-ALt wordt het budget van dit artikelonderdeel verhoogd met € 1,6 miljoen. Herschikking van budgetten leiden tot een budgetbijstellingvan € 3,6 miljoen. In verband met reorganisatie bij ESTTis tijdelijk sprake van dubbele huisvestingslasten, zodoende wordt het budget met € 0,7 miljoen verhoogd. Desalderingen leiden tot een budgetbijstelling van € 0,7 miljoen. Van de diensten van de inhuurdesk is meer gebruik gemaakt, dit leidt tot een verhoging van het budget met € 0,8 miljoen.

Toelichting apparaatsuitgaven inspecties, SCP en raden

Personele- en materiële uitgaven inspecties, SCP en raden

Op de personele en materiële uitgaven van de inspectiediensten vindt een neerwaartse bijstelling plaats van per saldo € 6,3 miljoen. Vanwege IGJ toezicht met betrekking tot preventief gezondheidsonderzoek en activiteiten in het kader van de Informatiehuishouding is budget naar de IGJ overgeheveld (€ 0,3 miljoen). Verder is onder meer in verband met het Onderhandelaarsakkoord aan de relevante onderdelen loonbijstelling uitgedeeld (€ 2,1 miljoen). Anderzijds vallen als gevolg van de coronacrisis de personele kosten lager uit, onder andere door minder reiskosten (€ 7,2 miljoen). Daarnaast zijn er door het stopzetten van SPEC lagere ICT-kosten (€ 1,5 miljoen).

Op de personele en materiële uitgaven van de raden vindt een neerwaartse bijstelling plaats van per saldo € 1,1 miljoen. Enerzijds is sprake van een hoger budget voor personele uitgaven ( € 1,8 miljoen). Dit wordt veroorzaakt door de toedeling van de loonbijstelling aan de relevante onderdelen (€ 0,5 miljoen) en de budgetoverheveling van diverse opdrachtgevers naar de Gezondheidsraad, in verband met opdrachten voor onderzoek. Anderzijds is sprake van een lager budget voor materiële uitgaven (-/- € 3,0 miljoen), onder meer veroorzaakt door het stopzetten van het IV / IT-vernieuwingstraject van CCMO (-/- € 2,6 miljoen).

Ontvangsten

Er is sprake van hogere ontvangsten welke via een desaldering aan het ontvangsten budget worden toegevoegd, ad. € 3,8 miljoen. Dit betreft onder meer de ontvangen pseudopremies Eigen Risicodragerschap (ERD) (€ 2,0 miljoen) en doorbelasting van ICT-kosten welke centraal in rekening worden gebracht (€ 1,6 miljoen).

4.3 Artikel 11 Nog onverdeeld

Budgettaire gevolgen Nog onverdeeld
Tabel 15 Nog onderdeeld (Bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)1

Stand 1e suppletoire begroting (2)1

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Verplichtingen

2.251

80.530

‒ 80.530

0

0

      

Uitgaven

2.251

80.530

‒ 80.530

0

0

      

Nog onverdeeld

2.251

80.530

‒ 80.530

0

0

      

Nog te verdelen

2.251

80.530

‒ 80.530

0

0

Loonbijstelling

0

72.407

‒ 72.407

0

0

Prijsbijstelling

2.251

8.123

‒ 8.123

0

0

Overige

0

0

0

0

0

      

Ontvangsten

0

0

0

0

0

Overige

0

0

0

0

0

X Noot
1

(incl. ISB, NvW en amendementen)

Toelichting

Loonbijstelling

De loonbijstelling is toebedeeld aan de diverse instrumenten in de begroting.

Prijsbijstelling

De prijsbijstelling is toebedeeld.

5 Financieel Beeld Zorg

5.1 Inleiding

Deze paragraaf geeft een actueel beeld van de zorguitgaven. De gepresenteerde cijfers sluiten aan bij de Najaarsnota 2021, die de Minister van Financiën aan de Tweede Kamer aanbiedt.

In deze paragraaf worden alleen de nieuwe mutaties toegelicht. Deze nieuwe mutaties betreffen de bijstellingen ten opzichte van de standen die zijn opgenomen in de ontwerpbegroting 2022.

Dit deel van de 2e suppletoire begroting 2021 bestaat uit de volgende paragrafen:

• Paragraaf 5.1: Inleiding

• Paragraaf 5.2: Actualisering Zvw-zorguitgaven en effecten corona in 2021

• Paragraaf 5.3: Verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en –ontvangsten 2021

• Paragraaf 5.4: Ontwikkeling van het Uitgavenplafond Zorg 2021

• Paragraaf 5.5: Toetsing van de netto zorguitgaven aan het Uitgavenplafond Zorg 2021

5.2 Actualisering Zvw-zorguitgaven en effecten corona in 2021

Zorginstituut Nederland, Nederlandse Zorgautoriteit, Zorgverzekeraars Nederland, de zorgverzekeraars en VWS werken al sinds de uitbraak van de coronapandemie nauw samen om de financiële effecten van corona op de Zvw-zorg in beeld te brengen.

Op basis van door het Zorginstituut en de NZa aangeleverde derde kwartaalrapportages is de begroting geactualiseerd. De levering van het Zorginstituut is gebaseerd op ramingen van de zorgverzekeraars en het Zorginstituut zelf. Deze ramingen bestaan deels uit reeds gedeclareerde kosten en deels uit verwachtingen voor nog te ontvangen declaraties, waarbij rekening is gehouden met contractafspraken met zorgaanbieders. Alle ramingen zijn gebaseerd op data tot en met september 2021, waarbij voor het laatste kwartaal 2021 wordt uitgaan van een oplopend aantal besmettingen. In de ontwerpbegroting 2022 was het verdere verloop van het virus nog niet duidelijk en gingen zorgverzekeraars en Zorginstituut uit van een uitdovend scenario. De zorgverzekeraars geven ook voor deze levering aan dat hun ramingen vanwege de coronacrisis met meer onzekerheid dan normaal zijn omgeven. De onzekerheden betreffen onder meer het verdere verloop van de pandemie, de mate waarin extra coronazorg leidt tot uitval van reguliere zorg en inhaalzorg en een correcte toedeling van zorgkosten aan coronapatiënten en niet-coronapatiënten. Bovendien geldt voor de Zvw dat na afloop van een jaar nog twee jaar declaraties over dat jaar kunnen binnenkomen. Desondanks bieden deze cijfers het meest actuele inzicht in de Zvw-uitgaven voor 2021.

In de onderstaande tabel van de onder het Uitgavenplafond Zorg vallende Zvw-uitgaven in 2021 is onderscheid gemaakt tussen reguliere zorg aan niet-coronapatiënten, netto continuïteitsbijdragen, directe zorg aan coronapatiënten en coronagerelateerde meerkosten. De laatste kolom laat zien tot welke aanpassingen de nieuwste actualisatie leidt ten opzichte van de stand bij ontwerpbegroting 2022. Onder de tabel staat een korte toelichting van de gepresenteerde uitgaven.

De actualisatie in deze 2e suppletoire begroting 2021 leidt op het totaal van de Zvw-uitgaven voor 2021 tot een opwaartse ramingsbijstelling van € 219,7 miljoen ten opzichte van de ontwerpbegroting 2022.

De overschrijding van € 219,7 miljoen is waarschijnlijk het gevolg van de effecten van het oplopen van het aantal besmettingen vanaf begin juli, die niet voorzien waren in de ontwerpbegroting 2022. In deze 2e suppletoire begroting is niet alleen deze opleving verwerkt, maar wordt uitgegaan van een oplopend aantal besmettingen in het vierde kwartaal. De geraamde kosten van directe zorg aan coronapatiënten stijgen hierdoor met € 244,0 miljoen en de coronagerelateerde meerkosten eveneens met € 244,3 miljoen. De uitgaven voor reguliere zorg aan niet-coronapatiënten vallen naar verwachting € 282,1 miljoen lager uit.

De grootste bijstellingen doen zich voor bij de tweedelijnszorg (€ 160,5 miljoen), eerstelijnszorg (€ 57,1 miljoen), geneeskundige ggz (€ 29,6 miljoen) en apotheekzorg en hulpmiddelen (- € 34,1 miljoen).

Tabel 1 Actualisering Zvw-uitgaven 2021 inclusief coronakosten (bedragen x € 1 miljoen)1
 

Stand ontwerpbegroting 2022

Stand Q3-levering Zorginstituut en NZa

wv. reguliere zorg aan niet-coronapatiënten

wv. netto continuïteits-bijdragen

wv. directe zorg aan coronapatiënten

wv. corona-gerelateerde meerkosten

over-/onderschrijding

 

(A)

(B)

(C)

(D)

(E)

(F)

G = B-/-A

Eerstelijnszorg

6.675,8

6.733,0

6.662,8

0,0

70,2

0,0

57,1

Tweedelijnszorg

28.357,5

28.518,1

27.061,8

124,2

648,0

684,0

160,5

Geneeskundige geestelijke gezondheidszorg

2.968,7

2.998,3

2.992,2

6,1

0,0

0,0

29,6

Apotheekzorg en hulpmiddelen

6.582,8

6.548,7

6.548,6

0,1

0,1

0,0

‒ 34,1

Wijkverpleging

3.451,5

3.433,6

3.360,5

17,1

0,0

56,0

‒ 17,9

Ziekenvervoer

860,4

870,5

870,5

0,0

0,0

0,0

10,1

Opleidingen

1.401,1

1.401,1

1.401,1

0,0

0,0

0,0

0,0

Grensoverschrijdende zorg

555,6

570,0

570,0

0,0

0,0

0,0

14,4

Totaal

50.853,4

51.073,1

49.467,3

147,5

718,3

740,1

219,7

1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal

Bron: NZa, Zorginstituut Nederland en VWS

Toelichting op de tabellen:

  • Stand 2021 bij ontwerpbegroting 2022 (kolom A): De basisstand in de tabel voor 2021 is de stand in de ontwerpbegroting 2022.

  • Stand Q3-levering Zorginstituut en NZa (Kolom B): Dit is de op basis van de derde kwartaalleveringen (Q3-levering) van het Zorginstituut en de NZa geactualiseerde stand in de ontwerpbegroting 2022 (kolom B = optelsom kolommen C t/m F).

  • Reguliere zorg aan niet-coronapatiënten (kolom C): Hieronder vallen alle kosten voor zorg aan niet-coronapatiënten.

  • Netto continuïteitsbijdragen (kolom D): Ter compensatie van de zorguitval door corona kunnen zorgaanbieders van zorgverzekeraars een continuïteitsbijdrage ontvangen ter financiering van hun doorlopende kosten bij omzetdaling. Met deze toeslag kunnen zorgverzekeraars de continuïteit van zorg waarborgen om ook in de toekomst aan hun zorgplicht te kunnen blijven voldoen en om personeel in de zorg te kunnen behouden. In de tabel zijn de verwachtingen van verzekeraars over de netto continuïteitsbijdragen weergegeven, dat wil zeggen de bijdragen ter compensatie van zorguitval, gesaldeerd met de vergoeding van de inhaalzorg. Het betreft hier uitsluitend bijdragen voor zorg onder de basisverzekering. Verzekeraars geven aan dat er nog onzekerheden zijn omtrent de mate van zorguitval en het herkennen en ramen van inhaalzorg. Netto continuïteitsbijdragen lopen mee in de reguliere risico­ verevening.

  • Directe zorgkosten aan coronapatiënten (kolom E): Hieronder vallen de patiëntgebonden kosten voor zorg aan coronapatiënten, exclusief de hieronder beschreven coronagerelateerde meerkosten. Zorgverzekeraars geven aan dat er nog onzekerheden zijn bij het toedelen van de zorgkosten aan coronapatiënten en niet-coronapatiënten. Ook het ramen van het verdere verloop levert onzekerheid op. Er is een traject gaande om deze verantwoording te verbeteren en de zorgkosten adequaat toe te rekenen aan beide groepen. Dit is voor verzekeraars van belang, omdat zij de kosten van zorg aan bewezen en vermoedelijke coronapatiënten kunnen inbrengen in de catastroferegeling op grond van artikel 33 van de Zorgverzekeringswet.

  • Coronagerelateerde meerkosten (kolom F): Kosten om de benodigde zorg aan coronapatiënten en niet-coronapatiënten veilig te kunnen (blijven) leveren. Het gaat bijvoorbeeld om kosten voor het creëren van extra zorgcapaciteit voor coronapatiënten (zoals het opzetten van cohortafdelingen, kosten die gemaakt worden voor niet-coronapatiënten vanwege corona (zoals extra beschermingsmaatregelen) en kosten voor zorgcapaciteit die actief leeg en beschikbaar gehouden wordt voor coronapatiënten (bijvoorbeeld het paraat houden van bedden). Deze meerkosten worden in rekening gebracht via een toeslag op de kosten van een individuele verzekerde of via een aanneemsom voor een groep verzekerden. Ook deze kosten vallen onder de catastroferegeling. Zorgverzekeraars geven aan dat hun ramingen nog onzeker zijn, omdat zij op een deel van deze meerkosten nog onvoldoende zicht hebben.

  • Over-/onderschrijding (kolom G = B-/-A). Dit zijn de bijstellingen ten opzichte van de standen in kolom A.

Voor de kosten van zorg aan coronapatiënten en de coronagerelateerde meerkosten kunnen zorgverzekeraars in aanmerking komen voor een compensatie volgens de catastroferegeling op grond van artikel 33 van de Zorgverzekeringswet. Voorlopige ramingen van zorgverzekeraars en Zorginstituut Nederland duiden er op dat de uitgaven van verzekeraars aan coronazorg in 2021 op totaalniveau uitkomen op € 1.458 miljoen. Hoewel het jaar 2020 bij deze 2e suppletoire begroting 2021 niet verwerkt wordt, is dat jaar wel van belang voor de totale kosten die binnen de catastroferegeling vallen. Voor 2020 worden deze uitgaven geraamd op € 1.305 miljoen. In totaal komen de catastrofekosten in 2020 en 2021 uit op € 2.763 miljoen. Dit is € 454 miljoen meer dan geraamd in de ontwerpbegroting van 2022. Hierdoor zal de uitkering uit het Zorgverzekeringsfonds aan zorgverzekeraars op grond van de catastroferegeling circa € 650 miljoen hoger uitvallen (circa € 85 miljoen in 2020 en circa € 565 miljoen in 2021).

Voor de niet-coronakosten geldt in 2021 een macro-nacalculatie van 85%. Omdat de niet-corona-uitgaven van verzekeraars circa € 275 miljoen lager worden geraamd en het eigen risico circa € 25 miljoen lager (per saldo circa € 250 miljoen), zal dit leiden tot een stijging van de nabetaling van de zorgverzekeraars aan het Zorgverzekeringsfonds van ruim € 200 miljoen naar in totaal circa € 850 miljoen.

Zoals aangegeven zijn de gepresenteerde cijfers met meer onzekerheden omgeven dan normaal. Dit geldt zowel voor de raming van de totale kosten, als voor de kostenverdeling van zorg aan coronapatiënten en zorg aan niet- coronapatiënten. Desondanks geven deze ramingen wel het meest actuele cijfer inzicht in de Zvw-uitgaven voor 2021 weer. Om te zijner tijd de risicoverevening en catastroferegeling op basis van de vereiste betrouwbaarheidsbeoordelingen te kunnen afwikkelen loopt een aantal trajecten.

5.3 Verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten 2021

Tabel 2 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2022 de verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten in het lopende jaar zien. De bijstellingen in de raming voor 2021 die reeds hebben plaatsgevonden in de ontwerpbegroting 2021, de 1e suppletoire begroting 2021 en in de ontwerpbegroting 2022 zijn in die stukken toegelicht en worden hier niet meegenomen.

Tabel 2 Verticale ontwikkeling van de totale zorguitgaven en –ontvangsten 2021 (bedragen x € 1 miljoen)
 

2021

Bruto zorguitgaven ontwerpbegroting 2022

81.125,2

Bijstelling 2e suppletoire begroting 2021

 

Autonoom

219,7

Actualisering Zvw-uitgaven (zie tabel 2A)

219,7

  

Beleidsmatig

‒ 62,0

Herschikking budget

‒ 60,0

Compensatie meerkosten corona Jeugdwet en Wmo

8,0

Overig

‒ 10,0

  

Totaal bijstelling uitgaven

157,7

  

Bruto zorguitgaven 2e suppletoire begroting 2021

81.282,9

Ontvangsten ontwerpbegroting 2022

5.093,1

Bijstelling 2e suppletoire begroting 2021

 

Autonoom

‒ 23,1

Raming eigen risico

‒ 23,1

  

Totaal bijstelling ontvangsten

‒ 23,1

Ontvangsten 2e suppletoire begroting 2021

5.070,1

Netto zorguitgaven ontwerpbegroting 2022

76.032,1

Totaal netto bijstelling 2e suppletoire begroting 2021

180,8

Netto zorguitgaven 2e suppletoire begroting 2021

76.212,8

Bron: VWS, Zorginstituut Nederland en NZa.

Toelichting nieuwe mutaties

Uitgaven

Autonoom

Actualisering van de Zvw-uitgaven

Tabel 2A Actualisering Zvw-uitgaven 2021 (bedragen x € 1 miljoen)
 

2021

Eerstelijnszorg

57,1

Tweedelijnszorg

160,5

Geneeskundige geestelijke gezondheidszorg

29,6

Apotheekzorg en hulpmiddelen

‒ 34,1

Wijkverpleging

‒ 17,9

Ziekenvervoer

10,1

Grensoverschrijdende zorg

14,4

Stand 2e suppletoire begroting 2021

219,7

Bron: VWS, Zorginstituut Nederland en NZa.

In tabel 2A is het onderdeel ‘Actualisering Zvw-uitgaven’ uit tabel 2 uitgesplitst. Op basis van voorlopige realisatiecijfers van het Zorginstituut Nederland over de eerste drie kwartalen (Q3) zijn de Zvw-uitgaven 2021 geactualiseerd. Binnen de Zvw tekent zich een incidentele neerwaartse ramingsbijstelling af (incl. continuïteitsbijdragen en meerkosten) van circa € 220 miljoen.

Beleidsmatig

Herschikking budget

Op artikel 4 (onderdeel 2: opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarktbeleid) is zowel sprake van budgetten vallend onder het Uitgavenplafond Zorg als budgetten vallend onder het Uitgavenplafond Rijksbegroting. Tussen deze budgetten vindt een budgetneutrale herschikking plaats van € 60 miljoen.

Compensatie meerkosten corona Jeugdwet en Wmo

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het Rijk hebben afgesproken dat meerkosten binnen het sociaal domein (Jeugdwet en Wmo) als gevolg van de coronapandemie in 2021 door het Rijk worden gecompenseerd. Op basis van onderzoek is de totale hoogte van de compensatie met betrekking tot de Jeugdwet en Wmo 2015 vastgesteld op € 136,1 miljoen. Hiervan heeft € 8 miljoen betrekking op Wmo beschermd wonen. Dit bedrag wordt via deze overboeking verwerkt.

Overig beleidsmatig

Deze post is het saldo van kleine beleidsmatige bijstellingen.

Ontvangsten

Autonoom

Raming eigen risico

In samenhang met het uitvallen van reguliere zorg aan niet-coronapatiënten is er ook minder eigen risico betaald in 2021. Deze lagere inkomsten voor verzekeraars worden voor 85% gecompenseerd via de macronacalculatie in het kader van de risicoverevening. De actuele inschatting is dat het daarbij om € 148,8 miljoen gaat. Dat is € 23,1 miljoen meer dan in de ontwerpbegroting 2022 reeds verwerkt.

5.4 Ontwikkeling van het Uitgavenplafond Zorg 2021

In tabel 3 is de opbouw van het Uitgavenplafond Zorg vanaf de stand ontwerpbegroting 2022 te zien.

Tabel 3 Ontwikkeling van het Uitgavenplafond Zorg 2021 (bedragen x € 1 miljoen)
 

2021

Uitgavenplafond Zorg stand ontwerpbegroting 2022

76.648,6

Overboekingen tussen Uitgavenplafonds

‒ 52,7

Totaal bijstelling Uitgavenplafond Zorg

‒ 52,7

Uitgavenplafond Zorg stand 2e suppletoire begroting 2021

76.595,9

Toelichting

Het Uitgavenplafond Zorg is ten opzichte van de ontwerpbegroting 2022 verlaagd met circa € 53 miljoen als gevolg van overboekingen tussen het Uitgavenplafond Zorg en het Uitgavenplafond Rijksbegroting.

  • Als gevolg van een herschikking van budgetten op artikel 4 (onderdeel 2: opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarktbeleid) is een bedrag van € 60 miljoen overgeboekt vanuit het Uitgavenplafond Zorg naar de VWS-begroting (Uitgavenplafond Rijksbegroting).

  • Verder is er een overboeking vanuit het gemeentefonds (Uitgavenplafond Rijksbegroting) van € 8 miljoen naar het Uitgavenplafond Zorg, betreffende compensatie meerkosten corona Jeugdwet en Wmo.

  • De overige kleinere mutaties van € 0,7 miljoen betreffen voornamelijk overboekingen naar de VWS-begroting.

5.5 Toetsing van de netto zorguitgaven aan het Uitgavenplafond Zorg 2021

Om te toetsen of het Uitgavenplafond Zorg overschreden dan wel onderschreden is, worden de netto zorguitgaven getoetst aan het Uitgavenplafond Zorg.

Tabel 4 laat de bijstellingen in de toetsing van de netto zorguitgaven aan het Uitgavenplafond Zorg zien vanaf de stand ontwerpbegroting 2022.

Tabel 4 Toetsing netto zorguitgaven aan het Uitgavenplafond Zorg 2021 (bedragen x € 1 miljoen)1
  

2021

A

Netto zorguitgaven

 

1

Stand ontwerpbegroting 2022

76.032,1

2

Bijstelling bij 2e suppletoire begroting 2021

180,8

3

Stand 2e suppletoire begroting 2021

76.212,8

   

B

Uitgavenplafond Zorg

 

4

Stand ontwerpbegroting 2022

76.648,6

5

Bijstelling bij 2e suppletoire begroting 2021

‒ 52,7

6

Stand 2e suppletoire begroting 2021

76.595,9

   

C

+ Overschrijding/- Onderschrijding

 

7

Stand ontwerpbegroting 2022 (=1-4)

‒ 616,6

8

Bijstelling bij 2e suppletoire begroting 2021

233,5

9

Stand 2e suppletoire begroting 2021 (=3-6)

‒ 383,1

1 Als gevolg van afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Bron: VWS, Zorginstituut Nederland en NZa.

Toelichting

De stand van de onderschrijding van het Uitgavenplafond Zorg bij de 2e suppletoire begroting 2021 bedraagt € 0,4 miljard (regel 9).

Bij de ontwerpbegroting 2022 was nog sprake van een onderschrijding van het Uitgavenplafond Zorg van € 0,6 miljard (regel 7).

Ten opzichte van de ontwerpbegroting 2022 is er sprake van een afname van de onderschrijding van het Uitgavenplafond Zorg met € 233,5 miljoen (regel 8). De afname van de onderschrijding komt door de hogere bijstelling van de netto zorguitgaven met € 180,8 miljoen (regel 2) enerzijds en de neerwaartse bijstelling van het Uitgavenplafond Zorg met € 52,7 miljoen (regel 5) anderzijds.

De bijstelling van de netto zorguitgaven en het Uitgavenplafond Zorg is opgenomen in de paragrafen 5.3 (tabel 2 en tabel 2A) en 5.4 (tabel 3).