Gepubliceerd: 30 november 2020
Indiener(s): Sigrid Kaag (minister zonder portefeuille buitenlandse zaken) (D66)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35650-XVII-2.html
ID: 35650-XVII-2

Ontvangen 30 november 2020

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

Vergaderjaar 2020‒2021

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 en 2

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2020 wijzigingen aan te brengen in:

De begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

Wetsartikel 3

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,S.A.M.Kaag

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1 Leeswijzer

De voorliggende Tweede suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de Eerste suppletoire begroting 2020 van hoofdstuk XVII van de begroting van het Rijk.

In onderdeel 2 worden de belangrijkste mutaties op de begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking toegelicht.

Onderdeel 3 bevat per beleidsartikel een tabel budgettaire gevolgen van beleid. Na de tabel «budgettaire gevolgen van beleid» wordt een toelichting op de mutaties gegeven. Hierbij worden per artikel de mutaties die groter of gelijk zijn aan de ondergrenzen in onderstaande staffel conform de Rijksbegrotingsvoorschriften toegelicht. De wijzigingen van de verplichtingen worden alleen toegelicht wanneer deze groter zijn dan 10% ten opzichte van de vorige stand op artikelniveau.

De budgetten zijn op het niveau van artikelonderdeel verdeeld over een aantal financiële instrumenten. Bij de uitvoering van BHOS-beleid wordt het meest effectieve instrument of uitvoerende organisatie geselecteerd. De keuze van het instrument is niet vooraf bekend en is daarom bij het opstellen van de begroting niet altijd goed te bepalen. Dit verklaart waarom de budgetten op instrumentniveau in deze suppletoire begroting veelvuldig wijzigen.

Tabel 1 Ondergrenzen conform RBV

Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen

Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)

Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)

< 50

1

2

=> 50 en < 200

2

4

=> 200 en < 1000

5

10

=> 1000

10

20

2 Beleid

2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties

Toelichting algemeen

Het Kabinet heeft in april jl. bekend gemaakt binnen de BHOS-begroting EUR 111 miljoen beschikbaar te stellen voor een eerste set aan maatregelen in respons op COVID-19 (Kamerstuk 33 625, nr. 293). Deze maatregelen zijn verwerkt bij eerste suppletoire begroting. Zoals aangekondigd en toegelicht in de Kabinetsreactie op het AIV advies «Nederland en de wereldwijde aanpak van COVID-19» (Kamerstuk II 33 625, nr. 320) heeft het Kabinet daarnaast EUR 150 miljoen generaal beschikbaar gesteld voor een aanvullend pakket maatregelen waarover de Kamer vervolgens ook bij miljoenennota en in de BHOS-begroting 2021 is geïnformeerd.

In onderstaande tabel 2 is nogmaals inzichtelijk gemaakt op welke onderdelen deze inzet is vertaald naar budgettaire aanpassingen per artikelonderdeel.

Tabel 2 Extracomptabel overzicht Coronamaatregelen zomer 2020; AIV advies (bedrag x EUR 1000)

Artikel

Naam maatregel

Bedrag uitgaven 2020

Relevante Kamerstukken

 

Preventie

25.500

 

2

WASH SDG6 consortium (Simavi, PLAN, SNV)

6.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

3

GAVI- Covax Advance Market Commitment for COVID-19 vaccins

5.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

3

FIND- Foundation for Innovative New Diagnostics

5.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

(V) 2.11

Programma Ondersteuning beleid

2.500

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

(V) 4.4 2

Programma Ondersteuning beleid o.a. steunverzoeken EU/NAVO

4.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

(X) 13

Advies, planning assistentie Defensie Medische planningscapaciteit

3.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

 

Humanitaire hulp, voedselhulp en transport

48.000

 

4

Education cannot wait- First Emergency Respons mechanism

6.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

4

DRA (Dutch Relief Alliance)

6.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

4

CERF (Central Emergency Response Fund)

9.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

4

CBPF (Country-Based Pooled Funds)

15.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

4

ICRC/Rode Kruis

12.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

 

Sociaal economische weerbaarheid

76.500

 

1

DGGF (Dutch Good Growth Fund)

15.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

1

Trade Mark East Africa

3.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

2

GAIN - Netherlands Food Partnership

6.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

2

IFAD (International Fund for Agricultural Development) - COVID-19 Rural Poor Stimulus Facility (RPSF)

6.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

2

Safetynet Ethiopie (WB Cash Transfers PSNP)

13.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

1

Family Support Programme Sudan

6.000

Kamerstuk II 33 635, nr. 320

34

Medical Credit Fund - PharmAccess

7.500

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

5

Schuldverlichting IMF/Wereldbank

20.000

Kamerstuk II 33 625, nr. 320

 

Totaal

150.000

 
X Noot
1

Dit budget is opgenomen op de begroting van Buitenlandse Zaken (V) op artikelonderdeel 2.1. Dit was oorspronkelijk EUR 4 miljoen, EUR 1,5 miljoen is overgeheveld naar artikel 3.1 op de BHOS begroting.

X Noot
2

Dit budget is opgenomen op de begroting van Buitenlandse Zaken (V) op artikelonderdeel 4.4.

X Noot
3

Dit budget is opgenomen op de begroting van Defensie (X) op artikel 1.

X Noot
4

Dit was oorspronkelijk EUR 6 miljoen, EUR 1,5 miljoen is overgeheveld van het budget dat eerder was toegekend aan de BZ begroting.

Ontwikkeling BNI en het ODA-budget sinds de Eerste suppletoire begroting

Het ODA-budget, en daarmee ook het budget van BHOS, is gekoppeld aan de ontwikkeling van het BNI. COVID-19 heeft zoals bekend effect op het BNI en dat heeft zich na de Eerste suppletoire begroting gemanifesteerd in aangepaste ramingen van het ODA-budget. Over de manier waarop het Kabinet daarmee omgaat, bent u geïnformeerd met de Kabinetsreactie op het AIV advies «Nederland en de wereldwijde aanpak van COVID-19» (Kamerstuk II 33 625, nr. 320) en in de Miljoenennota 2021. Het Kabinet heeft EUR 350 miljoen uit generale middelen beschikbaar gesteld om de gevolgen van de BNI-daling voor het ODA-budget in 2020 te compenseren. Daarnaast heeft het Kabinet in 2020 EUR 150 miljoen toegevoegd aan het eerdere steunpakket dat reeds binnen de BHOS-begroting was vrijgemaakt.

Bij Miljoenennota 2021 is in de BHOS-begroting voorts een verlaging op de beleidsartikelen (onder ‘nog te verdelen’) in 2020 verwerkt van opgeteld EUR 151,6 miljoen. De stand van het verdeelartikel 5.4 bij Eerste suppletoire begroting 2020 van EUR – 88 miljoen maakt daarvan deel uit. Bij Miljoenennota was de vermoedelijke stand van het verdeelartikel 5.4 in 2020 EUR 74,5 miljoen vanwege een relatief iets gunstiger Macro Economische Verkenning (MEV) dan oorspronkelijk (bij juniraming van het CPB) voorzien. In deze Tweede suppletoire begroting wordt EUR 72 miljoen toegevoegd aan de beleidsartikelen voor 2020 en daarmee per saldo in mindering gebracht op het bedrag ‘nog te verdelen’ in de BHOS-begroting 2021. Het restant van de ‘nog te verdelen’ middelen is in deze Tweede suppletoire begroting op instrumentniveau verwerkt op de artikelonderdelen.

Toelichting per artikel

In dit wetsvoorstel is een aantal begrotingswijzigingen opgenomen wat leidt tot een stijging van de geraamde uitgaven van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) met EUR 157 miljoen in 2020. Hieronder vindt u een overzicht van de meest in het oog springende wijzigingen in de uitgaven ten opzichte van de Eerste suppletoire begroting 2020 voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):

Tabel 3 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2020 (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)

Artikel

 

Mutatie

1.3

Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden

14.237

2.1

Voedselzekerheid

16.012

4.1

Humanitaire Hulp

52.165

4.3

Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling

‒ 18.382

5.1

Multilaterale Samenwerking

12.136

5.4

Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

99.296

Artikel 1

Artikelonderdeel 1.3 Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden

Per saldo neemt het budget voor artikelonderdeel 1.3 (Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden) toe met EUR 14 miljoen. Dit wordt veroorzaakt door de toevoeging van EUR 24 miljoen uit het steunpakket van EUR 150 miljoen voor het bestrijden van de impact van COVID-19 in de meest kwetsbare landen.

Artikel 2

Artikelonderdeel 2.1 Voedselzekerheid

Per saldo neemt het budget voor artikelonderdeel 2.1 (Voedselzekerheid) toe met EUR 16 miljoen. Dit wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de toevoeging van EUR 25 miljoen uit het steunpakket van EUR 150 miljoen voor het bestrijden van de impact van COVID-19 in de meest kwetsbare landen.

Artikel 4

Artikelonderdeel 4.1 Humanitaire Hulp

Per saldo neemt het budget voor artikelonderdeel 4.1 (Humanitaire Hulp) toe met EUR 52 miljoen. Dit wordt veroorzaakt door de toevoeging van EUR 48 miljoen uit het steunpakket van EUR 150 miljoen voor het bestrijden van de impact van COVID-19 in de meest kwetsbare landen. Daarnaast is het budget voor humanitaire Hulp vanwege humanitaire noden nog eens verhoogd met EUR 4 miljoen, waarvan EUR 1 miljoen voor Mental Health and Psychosocial Support (MHPSS).

Artikelonderdeel 4.3 Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling

Per saldo neemt het budget voor artikelonderdeel 4.3 (Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling) af met EUR 18 miljoen. De daling wordt veroorzaakt door zowel technische verlagingen als vertragingen bij posten als gevolg van de COVID-19 pandemie.

Artikel 5 

Artikelonderdeel 5.1 Multilaterale Samenwerking

Per saldo neemt het budget voor artikelonderdeel 5.1 (Multilaterale Samenwerking) toe met EUR 12 miljoen. Dit wordt veroorzaakt door de toevoeging van EUR 20 miljoen uit het steunpakket van EUR 150 miljoen voor het bestrijden van de impact van COVID-19 in de meest kwetsbare landen.

Artikelonderdeel 5.4 Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

Artikelonderdeel 5.4 heeft binnen de begroting van BHOS een belangrijke functie om fluctuaties in het budget op te vangen. De mutatie op het verdeelartikel 5.4 is het gevolg van diverse mutaties, waarvan de belangrijkste zijn: de verwerking van de BNI-krimp op het ODA-budget, toevoeging van EUR 350 miljoen als gedeeltelijke compensatie daarvoor (Kamerstuk II 33 625, nr. 320), een kasschuif, toevoeging en herverdeling van de extra EUR 150 miljoen vanwege de COVID-respons en de verwerking van overprogrammering en vertragingen.

3 Beleidsartikelen

Artikel 1: Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 4 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 
       
  

2020

2020

2020

2020

2020

  

(1)

(2)

  

(4)=(2+3)

       
 

Verplichtingen

524 896

553 055

2 066

175 624

730 745

 

waarvan garantieverplichtingen

129 000

129 000

  

129 000

 

waarvan overige verplichtingen

395 896

424 055

  

601 745

       
 

Uitgaven:

     
       
 

Programma-uitgaven totaal

540 518

529 713

2 066

9 230

541 009

 

waarvan juridisch verplicht

 

100%

  

100%

       

1.1

Duurzaam handels- en investeringssysteem, incl. MVO

28 322

29 647

0

‒ 4 795

24 852

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

MVO en beleidsondersteuning (ODA)

9 575

10 700

0

2 200

12 900

 

MVO en beleidsondersteuning (non-ODA)

1 367

1 867

0

‒ 1 167

700

       
 

Opdrachten

     
 

MVO en beleidsondersteuning (non-ODA)

2 685

2 035

0

‒ 525

1 510

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

1 500

1 850

0

‒ 400

1 450

       
       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

MVO en beleidsondersteuning (ODA)

8 000

8 000

0

‒ 5 000

3 000

 

Contributies internationaal ondernemen (non-ODA)

5 195

5 195

0

97

5 292

       
       

1.2

Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie

108 996

104 816

0

1 854

106 670

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Programma's internationaal ondernemen

17 911

17 111

0

0

17 111

 

Versterking concurrentiepositie Nederland

6 502

6 502

0

‒ 1 502

5 000

 

Invest Internationaal

9 000

9 000

0

‒ 669

8 331

 

Dutch Trade and Investment Fund

0

17 374

0

0

17 374

       
 

Leningen

     
 

Dutch Trade and Investment Fund

17 374

0

0

0

0

       
 

Garanties

     
 

Dutch Trade and Investment Fund

4 200

4 200

0

0

4 200

       
 

Opdrachten

     
 

Programma's internationaal ondernemen

2000

2250

0

4671

6 921

 

Dutch Trade and Investment Fund

440

440

0

0

440

 

Wereldtentoonstelling Dubaï

2 000

1 970

0

145

2 115

 

China-strategie

600

600

0

‒ 470

130

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

42 648

42 848

0

1 600

44 448

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Programma's internationaal ondernemen

0

600

0

0

600

       
 

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

     
 

Versterking economische functie

570

570

0

‒ 570

0

 

Overig

5 751

1 351

0

‒ 1 351

0

       
       

1.3

Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden

403 200

395 250

2 066

12 171

409 487

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Marktontwikkeling en markttoegang

6 950

5 450

3 000

2 550

11 000

 

Economic governance and institutions

26 400

26 400

0

10 000

36 400

 

Financiële sector ontwikkeling

10 000

10 000

0

0

10 000

 

Infrastructuurontwikkeling

34 350

34 350

0

0

34 350

 

Duurzame productie en handel

39 700

39 700

0

3 725

43 425

 

(Jeugd)werkgelegenheid

10 000

10 000

0

0

10 000

 

Dutch Good Growth Fund

25 000

25 000

0

‒ 5 000

20 000

       
 

Leningen

     
 

Infrastructuurontwikkeling

7 000

7 000

0

‒ 7 000

0

 

Dutch Good Growth Fund

24 000

24 000

15 000

‒ 4 900

34 100

       
 

Garanties

     
 

Dutch Good Growth Fund

1 000

1 000

0

4 400

5 400

       
 

Opdrachten

     
 

Marktontwikkeling en markttoegang

12 000

12 000

0

0

12 000

 

Economic governance and institutions

18 000

18 000

0

‒ 3 800

14 200

 

Financiële sector ontwikkeling

4 000

4 000

0

5 000

9 000

 

Infrastructuurontwikkeling

750

750

0

‒ 750

0

 

(Jeugd)werkgelegenheid

25 250

25 250

0

‒ 23 922

1 328

 

Dutch Good Growth Fund

0

0

0

1 100

1 100

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

36 000

36 000

0

‒ 4 000

32 000

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

International Labour Organisation

5 700

5 235

0

‒ 310

4 925

 

Lokale private sector ontwikkeling

27 100

22 937

0

3 490

26 427

 

Marktontwikkeling en markttoegang

7 000

8 500

6 000

9 200

23 700

 

Partnershipprogramma ILO

5 500

5 028

0

0

5 028

 

Economic governance and institutions

7 000

7 000

0

‒ 3 000

4 000

 

Financiële sector ontwikkeling

3 000

3 000

0

9 200

12 200

 

Infrastructuurontwikkeling

45 000

45 000

0

3 394

48 394

 

(Jeugd)werkgelegenheid

3 000

3 000

0

0

3 000

 

Nexus onderwijs en werk

19 500

16 650

0

‒ 9 140

7 510

       
 

Nog te verdelen

     
 

Nog te verdelen

0

0

‒ 21 934

21 934

0

       
 

Ontvangsten

6 373

6 373

0

0

6 373

       

1.10

Ontvangsten duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen

3 373

3.373

0

0

3 373

       

1.30

Ontvangsten DGGF

3 000

3.000

0

0

3 000

Toelichting

Verplichtingen

Het totale verplichtingenbudget voor artikel 1 neemt toe met EUR 177,7 miljoen. De belangrijkste opwaartse mutaties houden verband met het aangaan van langdurige partnerschappen zodat de effectiviteit van onze uitvoeringspartners kan worden verhoogd. Het betreft tienjarige partnerschappen met IDH (Initiatief Duurzame Handel), Agriterra (Economic Governance en Institutions) en met Mondiaal FNV en CNV Internationaal in het kader van het vakbondsmedefinancieringsprogramma (Economic Governance en Institutions).

Uitgaven

Mutaties Miljoenennota

Artikelonderdeel 1.3: Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden

Het Kabinet heeft EUR 150 miljoen extra vrijgemaakt voor de wereldwijde aanpak van COVID-19. Daarover bent u geïnformeerd met de Kabinetsreactie «Nederland en de wereldwijde aanpak van COVID-19» (Kamerstuk II 33 625, nr. 320) en in de begroting BHOS 2021. Uit dit steunpakket is EUR 24 miljoen toegevoegd aan het budget voor artikelonderdeel 1.3 Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden. Het betreft de volgende onderdelen uit het steunpakket: Trade Mark East Africa (EUR 3 miljoen), Family Support Programme Soedan (EUR 6 miljoen), DGGF (EUR 15 miljoen).

Met deze Tweede suppletoire begroting is het bedrag onder ‘nog te verdelen’ technisch tegengeboekt en op instrumentniveau verwerkt.

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2020

Artikelonderdeel 1.3 : Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden

Per saldo neemt het uitgavenbudget voor artikelonderdeel 1.3 (Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden) toe met EUR 12,2 miljoen. Hierdoor konden ongewenste vertragingen bijv. in de sectoren Infrastructuur en Financiële sectorontwikkeling worden voorkomen en was er ruimte voor activiteiten ter vermindering van de gevolgen van de COVID-pandemie. Dit betreft bijvoorbeeld (aanvullende) ondersteuning via het DGGF voor investeringen in getroffen gebieden, een programma in Oost-Afrika om de (grensoverschrijdende) handel zo goed mogelijk in stand te houden en baanverlies te beperken en een familie-ondersteuningsprogramma in Soedan. Verder werd een kortlopend programma met Pharmaccess in Ghana ondersteund en vond een herprioritering plaats vanuit een reguliere NEXUS onderwijs en werkgelegenheid activiteit naar een COVID gerelateerde activiteit in Libanon. Naast deze COVID-19 activiteiten wordt in het kader van (jeugd)werkgelegenheid de vervolgbetaling aan het Challenge Fund for Youth Employment vertraagd om vervolgens plaats te vinden in latere jaren.

Artikel 2: Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid, water en klimaat

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 5 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 2 Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid, water en klimaat (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 
       
  

2020

2020

2020

2020

2020

  

(1)

(2)

  

(4)=(2+3)

       
 

Verplichtingen

604 880

975 437

‒ 7 512

181 731

1 149 656

       
 

Uitgaven:

     
       
 

Programma-uitgaven totaal

753 477

733 279

‒ 7 512

16 862

742 629

 

waarvan juridisch verplicht

 

98%

  

100%

       

2.1

Voedselzekerheid

339 295

324 195

‒ 13 412

29 424

340 207

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen

24 445

22 000

0

‒ 3 500

18 500

 

Bevorderen inclusieve, duurzame groei in de agrarische sect.

36 605

33 605

0

5 645

39 250

 

Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid

31 000

6 000

0

‒ 4 700

1 300

 

Uitbannen huidige honger en voeding

22 085

9 990

6 000

‒ 6 990

9 000

       
 

Opdrachten

     
 

Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid

10 000

35 000

0

‒ 12 300

22 700

 

Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen

15 000

12 000

0

‒ 1 000

11 000

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

4 000

4 000

0

‒ 1 000

3 000

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Voedselzekerheid

165 160

172 600

13 000

‒ 12 067

173 533

 

Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen

0

0

6 000

0

6 000

 

Bevorderen inclusieve, duurzame groei in de agrarische sect.

15 000

13 000

0

4 267

17 267

 

Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid

12 000

12 000

0

13 157

25 157

 

Uitbannen huidige honger en voeding

4 000

4 000

0

9 500

13 500

       
 

Nog te verdelen

     
 

Nog te verdelen

0

0

‒ 38 412

38 412

0

       

2.2

Water

193 714

195 103

6 000

‒ 5 902

195 201

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Waterbeheer

22 449

19 374

0

‒ 6 729

12 645

 

Drinkwater en sanitatie

25 500

17 259

6 000

16 633

39 892

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

2 000

2 000

0

0

2 000

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Waterbeheer

86 700

88 270

0

‒ 6 761

81 509

 

Drinkwater en sanitatie

57 065

68 200

0

‒ 9 045

59 155

       
       
       

2.3

Klimaat

220 468

213 981

‒ 100

‒ 6 660

207 221

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Klimaat algemeen

56 179

32 000

0

8 599

40 599

 

Hernieuwbare energie

36 000

35 000

0

0

35 000

 

Dutch Fund for Climate and Development

40 000

40 000

0

‒ 20 000

20 000

       
 

Opdrachten

     
 

Klimaat algemeen

4 000

0

0

1 076

1 076

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

0

3 000

0

1 000

4 000

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Contributie IZA/IZT

357

357

0

‒ 52

305

 

Klimaatprogramma's (non-ODA)

1 550

1 550

‒ 100

151

1 601

 

Klimaat algemeen

75 240

77 074

0

3 424

80 498

 

Hernieuwbare energie

0

17 000

0

0

17 000

 

UNEP

7 142

8 000

0

‒ 858

7 142

       

Toelichting

Verplichtingen

Het totale verplichtingenbudget voor artikel 2 neemt toe met EUR 174,2 miljoen. Dit houdt verband met het aangaan van een aantal nieuwe verplichtingen. De voornaamste nieuwe verplichtingen betreffen: SNV voor het Drylands Sahel programma, CABI (Centre for Agriculture and Bioscience International) voor het CABI programma, een additionele bijdrage aan IFAD (International Fund for Agricultural Development) en een nieuwe verplichting aan de CGIAR (Consortium of International Agricultural Research Centers) in het kader van kennis en capaciteitsopbouw van voedselzekerheid.

Uitgaven

Mutaties miljoenennota

Artikelonderdeel 2.1: Voedselzekerheid

Het Kabinet heeft EUR 150 miljoen extra vrijgemaakt voor de wereldwijde aanpak van COVID-19. Daarover bent u geïnformeerd met de Kabinetsreactie «Nederland en de wereldwijde aanpak van COVID-19» (Kamerstuk II 33 625, nr. 320) en in de begroting BHOS 2021. Uit dit steunpakket is EUR 25 miljoen toegevoegd aan het budget voor artikelonderdeel 2.1 Voedselzekerheid. Het betreft de volgende onderdelen uit het steunpakket: IFAD COVI-19 Rural Poor Stimulus Facility (RPSF) (EUR 6 miljoen), GAIN - Netherlands Food Partnership (EUR 6 miljoen) en Safetynet Ethiopië (WB Cash Transfers PSNP) (EUR 13 miljoen).

Met deze Tweede suppletoire begroting is het bedrag onder ‘nog te verdelen’ technisch tegengeboekt en op instrumentniveau verwerkt.

Artikelonderdeel 2.2: Water

Uit het steunpakket van EUR 150 miljoen voor bestrijden van de impact van COVID-19 in de meest kwetsbare landen is EUR 6 miljoen toegevoegd aan het budget voor water op artikelonderdeel 2.2 voor het onderdeel WASH SDG6 consortium - (Simavi, PLAN, SNV).

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2020

Artikelonderdeel 2.1: Voedselzekerheid

Per saldo neemt het uitgavenbudget voor artikelonderdeel 2.1 (Voedselzekerheid) toe met EUR 29,4 miljoen. De stijging wordt veroorzaak door extra inzet op COVID gerelateerde activiteiten, waaronder in Ethiopië waar Nederland een belangrijke partner is in het Protective Safety Net Programma van de Wereldbank. Daarnaast zijn additionele middelen toegekend aan IFAD en GAIN die uit centrale middelen worden gefinancierd.

Artikelonderdeel 2.2: Water

Per saldo neemt het uitgavenbudget voor artikelonderdeel 2.2 (Water) af met EUR 5,9 miljoen. De meest in het oog springende mutaties zijn enerzijds de verlagingen als gevolg van vertragingen in de uitvoering van activiteiten - mede door COVID-19 - in Bangladesh, Indonesië, Kenia, Mali, Soedan, Rwanda, Egypte en Jemen op het gebied van drinkwater en sanitatie en integraal waterbeheer, en anderzijds verhogingen om het hoofd te bieden aan de impact van COVID-19. Voorbeelden zijn een aanvullende bijdrage aan het UNICEF-programma op het gebied van drinkwater, sanitatie en hygiëne en het WASH SDG6-programma met SIMAVI. Ook zijn door ambassades uitgaven gedaan op het gebied van drinkwater en sanitatie, zoals het Omidelta-programma in Benin en verbetering van infrastructuur met betrekking tot drinkwater en sanitatie in Mozambique.

Artikelonderdeel 2.3: Klimaat

Per saldo neemt het uitgavenbudget voor artikelonderdeel 2.3 (Klimaat) af met EUR 6,7 miljoen. De voornaamste oorzaken hiervoor zijn enerzijds de vertraagde opstartfase van het klimaatfonds waardoor er voor 2020 een lagere liquiditeitsbehoefte bestaat en anderzijds een intensivering van centrale Klimaat subsidies voor onder andere het ISLA-bossenprogramma met IDH (the Sustainable Trade Initiative) en subsidies aan enkele andere klimaatgerelateerde programma’s.

Artikel 3: Sociale vooruitgang

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 6 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 3 Sociale vooruitgang (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 
       
  

2020

2020

2020

2020

2020

  

(1)

(2)

  

(4)=(2+3)

       
 

Verplichtingen

1 366 461

2 209 559

‒ 23 246

‒ 25 294

2 161 019

       
 

Uitgaven:

     
       
 

Programma-uitgaven totaal

764 679

751 499

‒ 23 246

19 535

747 788

 

waarvan juridisch verplicht

 

97%

  

100%

       

3.1

Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten en hiv/aids

421 784

421 784

‒ 23 246

24 616

423 154

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

SRGR en hiv/aids

117 778

109 278

11 000

11 807

132 085

 

Global Fund to Fight Aids, Malaria and Tuberculosis

75

75

0

345

420

       
 

Opdrachten

     
 

SRGR en hiv/aids

14 478

14 478

5 000

‒ 4 203

15 275

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

110

110

0

70

180

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

WHO/PAHO

6 713

6 713

0

‒ 475

6 238

 

SRGR en hiv/aids

115 692

116 192

0

‒ 8 010

108 182

 

UNFPA

60 000

58 000

0

‒ 14 500

43 500

 

UNAIDS

20 000

20 000

0

10 000

30 000

 

Partnershipprogramma WHO

12 013

12 013

0

‒ 653

11 360

 

Global Fund to Fight Aids, Malaria and Tuberculosis

51 925

51 925

0

‒ 9 925

42 000

 

UNICEF

7 000

7 000

0

0

7 000

 

Vrouwenrechten en keuzevrijheid

16 000

26 000

0

914

26 914

       
 

Nog te verdelen

     
 

Nog te verdelen

0

0

‒ 39 246

39 246

0

       

3.2

Vrouwenrechten en gendergelijkheid

52 439

50 460

0

‒ 1 566

48 894

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Vrouwenrechten

33 766

31 087

0

2 879

33 966

       
 

Opdrachten

     
 

Vrouwenrechten

500

500

0

‒ 450

50

       
 

Bijdrage aan agentschappen

     
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

200

200

0

‒ 200

0

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Vrouwenrechten

11 973

12 673

0

‒ 3 795

8 878

 

UNWOMEN

6 000

6 000

0

0

6 000

       

3.3

Maatschappelijk middenveld

180 531

169 930

0

‒ 4 115

165 815

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Twinningsfaciliteit Suriname

1 700

1 700

0

‒ 551

1 149

 

Versterking maatschappelijk middenveld

155 833

145 232

0

2 723

147 955

       
 

Opdrachten

     
 

Versterking maatschappelijk middenveld

11 000

8 105

0

1 895

10 000

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Versterking maatschappelijk middenveld

11 998

14 893

0

‒ 8 182

6 711

       

3.4

Onderwijs

109 925

109 325

0

600

109 925

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Onderzoeksprogramma's

1 500

1 500

0

‒ 75

1 425

       
 

Garanties

     
 

Onderwijs

40 375

40 375

0

0

40 375

       
 

Opdrachten

     
 

Onderzoeksprogramma's

1 500

1 500

0

‒ 500

1 000

 

Hoger Onderwijs

38 300

45 700

0

0

45 700

       
       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Onderwijs

18 250

10 250

0

‒ 533

9 717

 

Global partnership for education

10 000

10 000

0

1 708

11 708

       

Toelichting

Verplichtingen

Geen toelichting

Uitgaven

Mutaties Miljoenennota

Artikelonderdeel 3.1: Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten en hiv/aids

Het Kabinet heeft EUR 150 miljoen extra vrijgemaakt voor de wereldwijde aanpak van COVID-19. Daarover bent u geïnformeerd met de Kabinetsreactie «Nederland en de wereldwijde aanpak van COVID-19» (Kamerstuk II 33 625, nr. 320) en in de begroting BHOS 2021. Uit dit steunpakket is EUR16 miljoen toegevoegd aan het budget voor artikelonderdeel 3.1 Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten en hiv/aids. Het betreft de volgende onderdelen uit het steunpakket: Medical Credit Fund - PharmAccess (EUR 6 miljoen), FIND – Foundation for Innovative New Diagnostics (EUR 5 miljoen) en GAVI - Covax Advance Market Commitment for COVID-19 vaccins (EUR 5 miljoen).

Met deze Tweede suppletoire begroting is het bedrag onder ‘nog te verdelen’ technisch tegengeboekt en op instrumentniveau verwerkt.

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2020

Artikelonderdeel 3.1: Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten en hiv/aids

Per saldo neemt het budget voor artikelonderdeel 3.1 (Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten en hiv/aids) toe met EUR 24,6 miljoen. De toename van het uitgavenbudget wordt voornamelijk veroorzaakt door het technisch tegenboeken van de eerder opgenomen «nog te verdelen» post. Daarnaast vindt er een intensivering plaats van EUR 3,8 miljoen ter ondersteuning van de gezondheidssector en family planning in Ethiopië.

Als gevolg van vertraging en de COVID-19 situatie worden er ook een aantal betalingen uitgesteld naar 2021. Dit gaat om de volgende betalingen: EUR 14,5 miljoen UNFPA, EUR 2,4 miljoen GAVI en EUR 6,9 miljoen Wereldbank.

Artikel 4: Vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 7 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 4 Vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 
       
  

2020

2020

2020

2020

2020

  

(1)

(2)

  

(4)=(2+3)

       
 

Verplichtingen

332 742

375 462

8 588

43 957

428 007

       
 

Uitgaven:

     
       
 

Programma-uitgaven totaal

767 260

787 280

8 588

25 195

821 063

 

waarvan juridisch verplicht

 

80%

  

100%

       

4.1

Humanitaire hulp

370 017

413 317

48 000

4 165

465 482

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Noodhulpprogramma's

87 000

102 000

6 000

4 000

112 000

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Noodhulpprogramma's

200 000

227 500

42 000

90

269 590

 

Noodhulpprogramma's non-ODA

1 017

1 817

0

75

1 892

 

UNHCR

33 000

33 000

0

0

33 000

 

UNRWA

13 000

13 000

0

0

13 000

 

Wereldvoedselprogramma

36 000

36 000

0

0

36 000

       

4.2

Opvang en bescherming in de regio en migratiesamenwerking

162 000

157 000

0

0

157 000

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Opvang in de regio

5 000

5 000

0

10 500

15 500

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Opvang in de regio

123 000

123 000

0

‒ 10 500

112 500

 

Migratie en ontwikkeling

34 000

29 000

0

0

29 000

       

4.3

Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling

235 243

216 963

‒ 39 412

21 030

198 581

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Legitieme stabiliteit

26 950

12 000

0

‒ 5 000

7 000

 

Inclusieve vredes- en politieke processen

7 362

8 000

0

10 000

18 000

 

Vredesdividend: werkgelegenheid en basisvoorzieningen

51 000

15 000

0

‒ 4 000

11 000

 

Functionerende rechtsorde

14 476

26 088

0

‒ 12 963

13 125

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

Legitieme stabiliteit

305

7 637

0

‒ 2 145

5 492

 

Functionerende rechtsorde

110 150

113 500

0

‒ 8 186

105 314

 

Inclusieve vredes- en politieke processen

25 000

34 738

0

3 912

38 650

       
 

Nog te verdelen

     
 

Nog te verdelen

0

0

‒ 39 412

39 412

0

       

Toelichting

Verplichtingen

Het totale verplichtingenbudget voor artikel 4 neemt toe met EUR 52,5 miljoen. Deze stijging van het verplichtingenbudget is vooral toe te schrijven aan een verhoging van het Prospects project van de Wereldbank (periode 2020-2023) en UNCHR (Libanon).

Uitgaven

Mutaties Miljoenennota

Artikelonderdeel 4.1 Humanitaire hulp

Het Kabinet heeft EUR 150 miljoen extra vrijgemaakt voor de wereldwijde aanpak van COVID-19. Daarover bent u geïnformeerd met de Kabinetsreactie «Nederland en de wereldwijde aanpak van COVID-19» (Kamerstuk II 33 625, nr. 320) en in de begroting BHOS 2021. Uit dit steunpakket is EUR 48 miljoen toegevoegd aan het budget voor artikelonderdeel 4.1 Humanitaire hulp. Het betreft de volgende onderdelen uit het steunpakket: Dutch Relief Alliance (EUR 6 miljoen), Central Emergency Response Fund (EUR 9 miljoen), Country-Based Pooled Funds (EUR 15 miljoen), International Committee of the Red Cross / Rode Kruis (EUR 12 miljoen) en Education cannot wait - First Emergency Response mechanism (EUR 6 miljoen).

Artikelonderdeel 4.3 Veiligheid en rechtsorde

Met deze Tweede suppletoire begroting is het bedrag onder ‘nog te verdelen’ technisch tegengeboekt en op instrumentniveau verwerkt.

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2020

Artikelonderdeel 4.3 Veiligheid en Rechtsorde

Per saldo neemt het budget voor artikelonderdeel 4.3 (Veiligheid en Rechtsorde) toe met EUR 21 miljoen. Op de instrumenten van functionerende rechtsorde is door de posten per saldo EUR 8,2 miljoen teruggegeven. Belangrijkste mutaties betreffen een technische vertraging in een uitbetaling aan UNDP door post Tunis, en vertragingen in de uitvoering, deels het gevolg van de COVID-19 pandemie, op de posten Kigali (Rwanda), AddisAbeba (Ethiopië) en Bamako (Mali). Vanuit de centrale budgetten van functionerende rechtsorde wordt EUR 12 miljoen overgeheveld naar de centrale budgetten voor inclusieve vredesprocessen en EUR 1 miljoen naar beleidsartikel 2 voor het Land@scale programma.

Op de instrumenten van inclusieve vredes- en politieke processen wordt EUR 13,9 extra begroot. Dit is het saldo van een neerwaartse bijstelling op het postenbudget van post Sana'a (Jemen) van EUR 1,9 miljoen vanwege vertragingen in de uitvoering en verhogingen van de centrale budgetten ter grootte van EUR 15,9 miljoen. Deze verhoging is vooral bestemd voor betalingen aan strategische partners, waaronder International Alert, International Crisis Group, VNG-International en het Peace Building Fund.

Het budget voor het instrument van vredesdividend: werkgelegenheid en basisvoorzieningen wordt met EUR 4 miljoen verlaagd. Dit gebeurt door binnen het instrument de uitvoering van bestaande programma’s te vertragen.

Artikel 5: Multilaterale samenwerking en overige inzet

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 8 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 5 Multilaterale samenwerking en overige inzet (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting

    

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

 
       
  

2020

2020

2020

2020

2020

  

(1)

(2)

  

(4)=(2+3)

       
 

Verplichtingen

59 800

931 262

7 418

288 073

1 226 753

 

waarvan garantieverplichtingen

 

828 440

  

828 440

 

waarvan overige verplichtingen

 

102 822

  

398 313

       
 

Uitgaven:

     
       
 

Programma-uitgaven totaal

253 152

189 855

169 756

‒ 63 169

296 442

 

waarvan juridisch verplicht

 

99%

  

100%

       

5.1

Multilaterale samenwerking

164 616

199 924

7 418

4 718

212 060

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

UNIDO

1 950

1 308

0

0

1 308

 

UNDP

30 000

30 000

0

‒ 2 000

28 000

 

UNICEF

31 000

33 000

0

4 146

37 146

 

Speciale multilaterale activiteiten

11 077

26 077

0

‒ 3 000

23 077

 

Assistent deskundigenprogramma

9 000

9 000

0

1 000

10 000

 

Internationale Financiële Instellingen

8 324

23 324

20 000

‒ 7 510

35 814

 

Middelenaanvullingen multilaterale banken en fondsen

66 789

66 789

0

‒ 500

66 289

 

Kapitaalaanvullingen bij regionale ontwikkelingsbanken

6 476

10 426

0

0

10 426

       
 

Nog te verdelen

     
 

Nog te verdelen

0

0

‒ 12 582

12 582

0

       

5.2

Overig armoedebeleid

87 448

77 752

0

‒ 4 845

72 907

       
 

Subsidies (regelingen)

     
 

Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling

10 765

7 563

0

‒ 533

7 030

       
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

     
 

UNESCO

4 400

4 166

0

‒ 155

4 011

 

Diverse ondersteunende activiteiten

9 903

9 988

0

‒ 3 948

6 040

 

Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling

2 200

2 595

0

‒ 796

1 799

 

Schuldverlichting

59 930

53 190

0

0

53 190

 

Voorlichting op het terrein van Ontwikkelingssamenwerking

250

250

0

587

837

       
       

5.4

Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

1 088

‒ 87 821

162 338

‒ 63 042

11 475

       
       
       
       
       
 

Ontvangsten

72 915

62 415

0

‒ 2 163

60 252

       

5.20

Ontvangsten en restituties met betrekking tot leningen

41 739

36 239

0

‒ 2 163

34 076

       

5.21

Ontvangsten OS

31 176

26 176

0

0

26 176

       

5.22

Koersverschillen OS

pm

pm

pm

0

pm

       

5.23

Diverse ontvangsten non-ODA

0

0

0

0

0

Toelichting

Verplichtingen

Het totale verplichtingenbudget voor artikel 5 neemt toe met EUR 295,5 miljoen. Deze verhoging van het verplichtingenbudget op beleidsartikel 5 is vrijwel geheel toe te schrijven aan de 15e middelenaanvulling van de African Development Fund (ADF) en de 7e kapitaalverhoging van de African Development Bank (AfDB). Beide entiteiten maken deel uit van de African Development Bank Group. Daarnaast neemt het verplichtingenbudget toe vanwege het committeren van verschillende COVID-activiteiten.

Uitgaven

Mutaties Miljoenennota

Artikelonderdeel 5.1 Multilaterale Samenwerking

Het Kabinet heeft EUR 150 miljoen extra vrijgemaakt voor de wereldwijde aanpak van COVID-19. Daarover bent u geïnformeerd met de Kabinetsreactie «Nederland en de wereldwijde aanpak van COVID-19» (Kamerstuk II 33 625, nr. 320) en in de begroting BHOS 2021. Uit dit steunpakket is EUR 20 miljoen toegevoegd aan het budget voor artikelonderdeel 5.1 Multilaterale samenwerking. Het betreft de volgende onderdelen uit het steunpakket: CCTR Catastrophe Containment and Relief Trust - IMF, PRGT Poverty Reduction and Growth Trust - IMF en TA Wereldbank en IMF (totaal EUR 20 miljoen).

Met deze Tweede suppletoire begroting is het bedrag onder ‘nog te verdelen’ technisch tegengeboekt en op instrumentniveau verwerkt.

Artikelonderdeel 5.4 Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

De mutatie van EUR 162,4 miljoen is het saldo van een aantal mutaties in 2020. Het betreft de daling van het ODA-budget (minus EUR 378 miljoen) en de generale compensatie voor de BNI-daling (EUR 350 miljoen), een kasschuif (EUR 40 miljoen), toevoeging en herverdeling van de extra EUR 150 miljoen vanwege de COVID-respons en verwerking van overprogrammering en vertragingen (EUR 152 miljoen). Zie voor de uitsplitsing in tabelvorm de beantwoording van de schriftelijke Kamervraag 158 op de BHOS begroting voor 2021 (kamerstuk 35 570-XVII-8).

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2020

Artikelonderdeel 5.4 Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen

Per saldo neemt het budget voor artikelonderdeel 5.4 (Nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen) af met EUR 63 miljoen. Het positieve saldo voor 2020 bij Miljoenennota 2021 wordt toegevoegd aan de beleidsartikelen voor 2020. Daarnaast is er een meevaller ten gunste van het verdeelartikel door teruggaven van ODA-middelen door andere departementen. Vanwege een lager dan verwachte bezetting bij het COA is de raming van de ODA-toerekening van eerstejaarsopvang van asielzoekers uit DAC-landen aangepast. Deze meevaller ter grootte van EUR 28,4 miljoen wordt via de HGIS eindejaarsmarge opgevraagd in 2021. Met deze Tweede suppletoire begroting is het bedrag onder ‘nog te verdelen’ technisch tegengeboekt en op instrumentniveau verwerkt.

In de Eerste suppletoire begroting is een correctie aangekondigd van de EUR 10 mln voor 2021 vanwege het steunpakket ter bestrijding van de coronacrisis in ontwikkelingslanden. Deze correctie is uiteindelijk niet nodig.

Ontvangsten

Artikelonderdeel 5.2 Ontvangsten en restituties met betrekking tot leningen

De door de G20 ingeroepen schuldenmoratorium (DSSI) leidt tot een tegenvaller op de inkomsten van de NIO-portefeuille. Doordat er in 2020 minder wordt afgelost en minder rente wordt ontvangen op de begrotingsleningen ontstaat een tegenvaller van EUR 2,2 miljoen.