Gepubliceerd: 19 november 2020
Indiener(s): Carola Schouten (viceminister-president , minister landbouw, natuur en voedselkwaliteit) (CU)
Onderwerpen: landbouw organisatie en beleid
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35643-4.html
ID: 35643-4

Nr. 4 ADVIES AFDELING ADVISERING RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT1

Hieronder zijn opgenomen het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State d.d. 2 september 2020 en het nader rapport d.d. 17 november 2020, aangeboden aan de Koning door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State is cursief afgedrukt.

Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 17 juli 2020, nr. 2020001549, machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 2 september 2020, nr. W11.20.0263/IV, bied ik U hierbij aan.

De tekst van het advies treft u hieronder aan, voorzien van mijn reactie.

Bij Kabinetsmissive van 17 juli 2020, no. 2020001549, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet, houdende herstel van wetstechnische gebreken en leemten alsmede aanbrenging van andere wijzigingen van ondergeschikte aard in diverse wetsbepalingen op het terrein van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Verzamelwet LNV 20..), met memorie van toelichting.

De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen inhoudelijke opmerkingen bij het voorstel.

De Afdeling verwijst naar de bij dit advies behorende redactionele bijlage.

Aan de redactionele opmerking van de Afdeling is gevolg gegeven.

Van de gelegenheid wordt gebruik gemaakt om enkele aanvullende wijzigingen van ondergeschikte aard aan te brengen.

1. Algemene wet bestuursrecht

Om de bevoegdheid van het College van Beroep voor het bedrijfsleven in hoger beroep tegen een uitspraak van de rechtbank inzake oplegging van een bestuurlijke boete op grond van artikel 26 van de Plantgezondheidswet te regelen, wordt bijlage 2, hoofdstuk 4, artikel 11 bij de Algemene wet bestuursrecht aangevuld. Dit sluit aan bij de overige bevoegdheden van het College van Beroep voor het bedrijfsleven met betrekking tot de Plantgezondheidswet.

2. Omgevingswet

In artikel 15.1 van de Omgevingswet zoals deze wet komt te luiden na inwerkingtreding van de wijzigingen die zijn opgenomen in de Aanvullingswet natuur Omgevingswet wordt een onjuiste verwijzing hersteld.

3. Wet op de economische delicten

De wijziging van artikel 1a van de Wet op de economische delicten herstelt een onjuiste verwijzing met betrekking tot de Omgevingswet.

4. Wet milieubeheer

De wijziging van de Wet milieubeheer herstelt een onjuiste verwijzing met betrekking tot de Omgevingswet.

5. Wet wapens en munitie

In de Wet wapens en munitie worden enkele verwijzingen naar de Wet natuurbescherming en jachtaktes op grond van die wet aangepast aan de Omgevingswet.

De Afdeling adviseert het voorstel bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal in te dienen.

Gelet op artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van State, adviseert de Afdeling dit advies openbaar te maken.

De vice-president van de Raad van State,

Th.C. de Graaf

Ik verzoek U het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Redactionele bijlage bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State betreffende no. W11.20.0263/IV

Artikel II, onderdeel 2: breng artikel 21, achtste lid, van de Plantgezondheidswet in overeenstemming met de toelichting door te bepalen dat deze bevoegdheid pas ontstaat nadat binnen de gestelde betalingstermijn niet aan de betalingsverplichting is voldaan. Voorts verduidelijken in de bepaling of het uitvoeren van werkzaamheden nadat is betaald slechts geldt voor betaling van reeds verschuldigde retributies, of dat de bevoegde autoriteit ook kan besluiten werkzaamheden pas uit te voeren nadat retributies voor nog uit te voeren werkzaamheden bij wijze van voorschot vooraf zullen zijn voldaan.