Kamerstuk 35608-13

Amendement van de leden Grinwis en Goudzwaard over het behoud van de geborgde zetels doch met een andere verdeling

Dossier: Voorstel van wet van de leden Bromet en Tjeerd de Groot tot wijziging van de Waterschapswet en de Kieswet in verband met het volledig democratiseren van de waterschapsbesturen

Gepubliceerd: 18 mei 2022
Indiener(s): Pieter Grinwis (CU), Maarten Goudzwaard (JA21)
Onderwerpen: bestuur waterschappen
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35608-13.html
ID: 35608-13
Wijzigingen: 35608-15

Nr. 13 AMENDEMENT VAN DE LEDEN GRINWIS EN GOUDZWAARD

Ontvangen 18 mei 2022

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In het opschrift vervalt «, de Kieswet en de Algemene wet bestuursrecht» en wordt «het volledig democratiseren van de waterschapsbesturen» vervangen door «het schrappen van de eis dat ten minste één lid van het dagelijks bestuur houder is van een geborgde zetel en het introduceren van een vaste verdeling van geborgde zetels».

II

In de beweegreden vervalt «en de Kieswet» en wordt «om de geborgde zetels bij waterschapsbesturen af te schaffen» vervangen door «om de eis dat ten minste één lid van het dagelijks bestuur houder is van een geborgde zetel te schrappen en een vaste verdeling van geborgde zetels te introduceren».

III

In artikel I wordt na de aanhef een onderdeel ingevoegd, luidende:

0A

In artikel 2, eerste lid, wordt «het bepaalde in de artikelen 7, 8 en 9» vervangen door «het elders in deze wet bepaalde».

IV

Artikel I, onderdeel A, vervalt.

V

Artikel I, onderdeel B, komt te luiden:

B

Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid vervalt, onder vernummering van het derde lid tot het tweede lid.

2. Het tweede lid (nieuw) komt te luiden:

  • 2. Het totaal aantal vertegenwoordigers van de in artikel 12, tweede lid, onderdelen b tot en met d, bedoelde categorieën, bedraagt zes, waarvan:

    • a. twee voor de categorie, bedoeld in onderdeel b;

    • b. twee voor de categorie, bedoeld in onderdeel c;

    • c. twee voor de categorie, bedoeld in onderdeel d;

VI

Artikel I, onderdeel C, vervalt.

VII

Artikel I, onderdeel D, vervalt.

VIII

Artikel I, onderdeel E, vervalt.

IX

Artikel I, onderdeel F, vervalt.

X

Artikel I, onderdeel G, vervalt.

XI

Artikel I, onderdeel H, vervalt.

XII

Artikel I, onderdeel I, vervalt.

XIII

Artikel I, onderdeel Ia, vervalt.

XIV

Artikel II vervalt.

XV

Artikel IIA vervalt.

XVI

Artikel IIB vervalt.

XVII

Artikel IIBa wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «artikel 12» vervangen door «artikel 13» en vervalt «, zodat alle leden van het algemeen bestuur op 15 maart 2023 door middel van algemene verkiezingen worden gekozen».

2. In het tweede lid wordt na «ieder waterschap» ingevoegd «, voor zover het de gekozen vertegenwoordigers betreft,», wordt na «aantal leden dat» ingevoegd «voor de categorie ingezetenen» en vervalt «met dien verstande dat die leden door middel van algemene verkiezingen worden gekozen».

Toelichting

Met dit amendement blijven, in lijn met het advies over het waterschapsbestuur van de Adviescommissie Water (AcW) uit 20151, de geborgde zetels behouden, maar vervalt de eis dat ten minste één lid van het dagelijks bestuur vertegenwoordiger is van een van de categorieën van belanghebbenden uit artikel 12 van de Waterschapswet (ongebouwd, natuur of bedrijven) én wordt een vaste verdeling van de geborgde zetels geïntroduceerd van twee voor de categorie ongebouwd (landbouw), twee voor natuur en twee voor bedrijven.

Waterschappen zijn functionele lichamen met een beperkt takenpakket en zijn te karakteriseren als een belangen(groepen)democratie, of beter nog, waarborgdemocratie2, waarin alle belangen zijn geborgd en vertegenwoordigd en waarbij het accent ligt op het controleren van bestuurders, het tegengaan van machtsmisbruik en het waarborgen dat álle belangen worden behartigd en grote belangen van weinigen – boeren, bedrijven, natuur – niet ondergesneeuwd raken in de grotere groep ingezetenen.

Het totaal aantal vertegenwoordigers in het algemeen bestuur van een waterschap namens de categorieën ongebouwd, natuur en bedrijven bedraagt momenteel ten minste zeven en ten hoogste negen, met dien verstande dat het totaal aantal ten hoogste acht is, indien het algemeen bestuur uit achttien leden bestaat. De AcW3 pleitte al in 2015 voor een versimpeling van dit systeem, waarbij alle relevante belangen in het bestuur zijn vertegenwoordigd. Deelname van minimaal één lid uit de geborgde zetels aan het dagelijks bestuur en het exacte aantal zetels voor de verschillende categorieën waren naar de mening van de AcW minder belangrijk en deze commissie adviseerde daarom een gelijke verhouding van de specifieke belangencategorieën van elk twee zetels en deze wettelijk vast te leggen. Voorop staat volgens de AcW namelijk de kwaliteit van de inbreng, de gebiedskennis en het draagvlak in de omgeving waar het waterschap zijn projecten uitvoert, niet het vergroten van de machtspositie van specifieke belangengroepen. Met dit amendement wordt derhalve de eis geschrapt dat ten minste één lid van het dagelijks bestuur vertegenwoordiger moet zijn van een belangencategorie en het aantal geborgde zetels vastgelegd op twee per belangencategorie, waarmee de categorieën belanghebbenden uit artikel 12 van de Waterschapswet hun waardevolle inbreng op een passende wijze kunnen blijven leveren in het waterschapsbestuur.

Grinwis Goudzwaard