Kamerstuk 35554-13

Amendement van het lid Westerveld c.s. over het instellen van een ombudsfunctionaris

Dossier: Wijziging van de Mediawet 2008 met het oog op de versterking van het toekomstperspectief van de publieke omroep


Nr. 13 AMENDEMENT VAN HET LID WESTERVELD C.S.

Ontvangen 4 november 2020

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

In artikel I wordt na onderdeel B een onderdeel ingevoegd, luidende:

Ba

Na artikel 2.14 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2.14a

  • 1. De raad van bestuur benoemt, op voordracht van het college van omroepen, een ombudsfunctionaris voor een periode van drie jaar. Herbenoeming is mogelijk.

  • 2. De raad van bestuur kan de ombudsfunctionaris tussentijds ontslaan indien deze, ondanks een voorafgaande waarschuwing van het college van omroepen, naar het oordeel van dit college structureel in gebreke blijft.

  • 3. De raad van bestuur kan voorzien in tijdelijke vervanging van de ombudsfunctionaris indien deze wegens ziekte of verlof langdurig niet in staat is zijn functie te vervullen.

  • 4. De ombudsfunctionaris heeft geen financiële of andere belangen bij bedrijven of instellingen en vervult geen nevenfuncties waardoor een goede vervulling van de functie of de handhaving van de onafhankelijkheid van de functionaris of van het vertrouwen daarin in het geding kan zijn.

  • 5. De ombudsfunctionaris beoordeelt na een klacht of uit eigen beweging of en in hoeverre het media-aanbod van de NPO of landelijke publieke media-instellingen in overeenstemming is met het redactiestatuut. Dit oordeel is niet bindend en de functionaris kan geen rectificatie afdwingen.

Toelichting

De indieners constateren dat vanwege motie Elias een Ombudsfunctionaris is aangesteld om omroepen en de NPO van gevraagd en ongevraagd advies te dienen. Dit amendement geeft de Ombudsfunctionaris ook een wettelijke borging en taakomschrijving.

Westerveld Kwint Van den Hul