Gepubliceerd: 3 juli 2020
Indiener(s): Tamara van Ark (staatssecretaris sociale zaken en werkgelegenheid) (VVD)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35300-XVI-168.html
ID: 35300-XVI-168

Nr. 168 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG EN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 juli 2020

In deze brief informeren wij u over de voortgang van de geplande maatregelen van de rijksoverheid met betrekking tot chroom-6. Wij doen dit mede namens de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Staatssecretaris van Defensie, de Minister en Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat en de Minister voor Rechtsbescherming.

Onder coördinatie van het Ministerie van VWS bespreken de departementen periodiek de voortgang van de maatregelen. Er wordt informatie uitgewisseld over lopende zaken en bezien wordt of er aanvullende maatregelen zijn vereist. Deze brief geeft een overzicht van lopende en uitgevoerde acties en van welke departementen bij deze acties betrokken zijn.

Consumentenbeleid

De consumentenveiligheid is afdoende gewaarborgd; het risico voor consumenten is beperkt, zo bleek uit het RIVM-onderzoek van april 2019.1 In september 2019 is de informatiepagina over chroom-6 op waarzitwatin.nl gelanceerd, met als doel consumenten beter op de hoogte te stellen van de potentiële risico’s. Het gaat dan met name om het vergroten van het bewustzijn dat chroom-6 soms kan ontstaan bij hoog energetische werkzaamheden aan verchroomde of met chroom behandelde voorwerpen.

Verkenning chroom-6 in medische implantaten

Het RIVM heeft in opdracht van VWS een verkenning gedaan naar mogelijke aanwijzingen van gezondheidseffecten door een mogelijke blootstelling aan chroom-6 via chroom bevattende medische implantaten. Ten tijde van deze verkenning waren de beschikbare data over de gezondheidseffecten van chroom-6 uit gewrichtsimplantaten niet volledig en niet eenduidig. Het RIVM concludeert dat de beschikbare data daardoor de mogelijke risico’s niet volledig in kaart brengt, maar dat deze data geen alarmerende sterke wetenschappelijke aanwijzingen voor gezondheidseffecten van chroom-6 bevat. De verkenning kende een afbakening tot grote gewrichtsimplantaten, zoals heup- of knieprotheses, vanwege de relatief grote hoeveelheid aanwezige chroom en de hoge mate van materiaal slijtage.

Aangezien de uitkomsten niet eenduidig zijn, is het RIVM gevraagd om een bureauonderzoek te starten. Hierbij zal de literatuur verder in kaart worden gebracht om zo een beter zicht te krijgen op de mogelijke gezondheidseffecten van chroom-6 via implantaten. Dit onderzoek zal een jaar in beslag nemen. Uw Kamer zal aan het einde van tweede kwartaal 2021 over de resultaten worden geïnformeerd.

Onderzoeksrapport chroom-6 in kunstenaarsverf

Het onderzoeksrapport van het RIVM naar chroom-6 in kunstschilderverf wordt u tezamen met deze brief aangeboden2. Dit onderzoek is in opdracht van VWS uitgevoerd naar aanleiding van het RIVM-rapport Blootstelling van consumenten aan chroom-6 (2019)3, waaruit bleek dat niet direct duidelijk was of er bepaalde chroom-6 verbindingen in kunstschilderverf gebruikt mogen worden.

Uit het onderzoek blijkt dat gebruik van bepaalde chroom-6 verbindingen in kunstschilderverf in principe zonder beperking is toegestaan vanuit de van toepassing zijnde REACH verordening (welke de registratie, evaluatie, autorisatie en beperking van chemische stoffen regelt binnen Europa) en dat deze verf beschikbaar is voor het algemene publiek. Het blijkt echter dat er geen autorisatie is verleend voor chroom-6 verbindingen als pigment in kunstschilderverf, noch dat deze zijn geregistreerd als pigment in kunstschilderverf. Dit betekent dat chroom-6 verbindingen in pigment in kunstschilderverf niet worden gebruikt, geproduceerd of geïmporteerd in Nederland of de Europese Unie in hoeveelheden van groter dan 1 ton per jaar per producent of importeur.4 Hoeveelheden onder de 1 ton per jaar worden beschouwd als uitzonderingen en worden gezien als gebruik voor nichetoepassingen zoals restauratie van oude meesters: chroom-6 verbindingen zouden niet verkrijgbaar moeten zijn op de Europese consumentenmarkt. Een korte internetanalyse van het aanbod van Nederlandse webshops die kunstschilderverf of pigmenten hiervoor verkopen, duidt er niet op dat deze chroom-6 verbindingen in de verf aanwezig zijn. De pigmenten worden echter wel via buitenlandse webshops, hoofdzakelijk van buiten de Europese Unie, aangeboden.5

Het onderzoeksrapport concludeert dat kunstschilderverf geen grote bron van consumentenblootstelling aan chroom-6 lijkt te zijn. Het rapport geeft een aantal mogelijke te ondernemen acties ter verdere beperking van het gebruik van chroom-6 verbindingen in kunstschilderverf. Het voornemen is om dit onderwerp in te brengen bij de daarvoor bedoelde Europese gremia, ter bespreking met andere Europese lidstaten om te inventariseren of een verdere beperking binnen de Europese Unie opportuun is.

 

Onderwerp

Gereed

Tweede Kamer

Verantwoordelijk ministerie

1.

Vervolgonderzoek Medische implantaten

Q2 2021

Brief

VWS

2.

Verkenning verder beperkende maatregelen Kunstschilderverf

Bijgevoegd bij deze brief

Rapport

VWS

Samenvatting consumentenbeleid

De risico’s voor consumenten zijn beperkt. Het vervolgonderzoek naar chroom-6 in medische implantaten wordt in het voorjaar van 2021 afgerond. Voor chroom-6 in kunstschilderverf wordt bekeken of een verdere beperking opportuun is binnen de wet- en regelgeving van de Europese Unie.

Arbeidsomstandighedenbeleid en toezicht

Voortgangsbrief gevaarlijke stoffen

Begin dit jaar is uw Kamer geïnformeerd middels een voortgangsbrief over de maatregelen gericht op het veilig werken met gevaarlijke stoffen.6 Zoals in deze brief staat beschreven begint het beschermen van werknemers met preventie op de werkplek zelf. De werkgever is verplicht om te zorgen voor een veilige en gezonde werkplek voor werknemers. Daarbij moet de werkgever de blootstelling aan gevaarlijke stoffen beoordelen door onder andere te inventariseren aan welke stoffen de werknemer wordt blootgesteld en in welke mate. Vervolgens dient de werkgever maatregelen te treffen om blootstelling te voorkomen dan wel te beperken. Voor het werken met kankerverwekkende stoffen zoals chroom-6 gelden specifieke eisen. In deze brief heb ik begin dit jaar de werkwijzer en de inventarisatie chroom-6 aangekondigd. In deze brief informeer ik u over de voortgang van deze en overige toezeggingen met betrekking tot chroom-6 op het terrein van arbeidsomstandigheden.

Samen met stakeholders werkt SZW aan de ontwikkeling van een werkwijzer ter preventie van blootstelling aan gevaarlijke stoffen. Deze werkwijzer heeft als doel betrokken partijen (beter) inzicht te geven in hun concrete eigen taken en verantwoordelijkheden op het terrein van werken met gevaarlijke stoffen en de taken en verantwoordelijkheden van andere partijen. Op basis hiervan kunnen zij de samenwerking goed vormgeven en elkaar aanspreken op verantwoordelijkheden waar nodig. Daarnaast draagt de werkwijzer bij aan het verbeteren van de samenhang tussen de risico-inventarisatie en evaluatie (RI&E), het gezondheidsdossier van de werknemer op basis van gezondheidskundig onderzoek en het blootstellingsregister. De werkwijzer wordt voor het einde van 2020 verwacht; door het Coronavirus is enige vertraging opgelopen.

Inventarisatie van chroom-6 toepassingen op de werkplek

Het RIVM heeft in opdracht van SZW op verzoek van uw Kamer een overzicht gemaakt van de toepassingen en de blootstelling aan chroom-6 op de werkplek in Nederland7. Het doel van deze inventarisatie is om werkgevers en arboprofessionals een helder beeld te bieden van de mogelijke risico’s, opdat zij op basis van een goede risicoanalyse de juiste beschermingsmaatregelen kunnen nemen. Het inventarisatierapport wordt u met deze brief aangeboden8. Het overzicht van de toepassingen van en blootstellingen aan chroom-6 in Nederland vormt een actueel beeld op basis van de beschikbare kennis van dit moment. Het rapport is gebaseerd op analyses van de REACH autorisatie-aanvragen, analyses naar gebruiken en werkzaamheden die niet in de REACH autorisatie-aanvragen beschreven staan en een consultatie van Nederlandse brancheorganisaties en andere relevante partijen.

De inventarisatie laat zien dat chroom-6 in Nederland wordt toegepast voor oppervlaktebehandeling van metalen en plastics zoals hardverchromen en decoratief verchromen. Ook worden, op beperkte schaal, chromaathoudende primers en coatings voor specifieke toepassingen in de lucht- en ruimtevaartindustrie aangebracht. Daarnaast laat de inventarisatie zien dat ondanks de geldende REACH-restricties voor het gehalte van chroom-6 in specifieke producten zoals cement en leer, blootstelling voor de werknemer kan optreden bij contact met deze producten. Aanwezigheid van chroom-6 vanuit toepassing uit het verleden kan blootstelling veroorzaken bij hoog energetische werkzaamheden zoals het schuren van oude verflagen of het lassen van chroomhoudende materialen. De inventarisatie geeft een goed beeld van waar in Nederland wordt gewerkt met chroom-6, waarbij ook minder voor de hand liggende toepassingen in het rapport onder de aandacht worden gebracht.

Het RIVM concludeert op basis van het onderzoek dat op de werkplek in Nederland nog steeds blootstelling aan chroom-6 kan plaatsvinden. Maatregelen om de blootstelling van werknemers in Nederland te beperken blijven nog steeds nodig. Door meer kennis en informatie, een betere bewustwording van de risico’s en bevordering van maatregelen voor werken met chroom-6 zoals het Beheersregime chroom-6 dat verderop in deze brief ook aan bod komt, worden werkgevers ondersteund bij het nemen van maatregelen. De Staatssecretaris van SZW zal via het Programma preventie beroepsziekten er zorg voor dragen dat de inzichten uit het rapport van RIVM onder de aandacht gebracht worden bij de betreffende sectoren, werkgevers, werknemers en arbodeskundigen. Dit zal werkgevers helpen bij het nog beter in kaart brengen waar bij werkzaamheden chroom-6 blootstelling kan plaatsvinden en hun arbobeleid hierop aan te passen. Het inventarisatierapport is te raadplegen via het Arboportaal en via de website van het RIVM.

Kennisdeling, bekendheid en professionele begeleiding

Om te bevorderen dat werkgevers de juiste maatregelen nemen met betrekking tot blootstelling aan Chroom-6 op de werkvloer, wordt op de hieronder beschreven wijzen het bewustzijn hierop gestimuleerd en informatie gedeeld.

In het Programma Preventie Beroepsziekten, dat zich onder andere richt op het gezond en veilig werken met gevaarlijke stoffen, is chroom-6 expliciet als thema meegenomen. Ook zijn er diverse media-uitingen gewijd aan chroom-6, zoals de radiospot «hoe veilig werk jij?» met ook aandacht voor chroom-6 die ook weer dit najaar zal worden uitgezonden. Eind vorig jaar vond een goed bezochte bijeenkomst over veilig werken met chroom-6 plaats. Tijdens deze bijeenkomst, georganiseerd met overheidsopdrachtgevers zoals het Rijksvastgoedbedrijf, Rijkswaterstaat en ProRail, stond het delen van kennis over het veilig werken met chroom-6 centraal. En ook eind vorig jaar heeft de Staatssecretaris van SZW een werkbezoek gebracht aan de Waalbrug waar renovatiewerkzaamheden plaatsvonden waarbij chroom-6 wordt verwijderd.

Recent is de informatieve factsheet chroom-6 herzien over gezondheidsrisico’s, over sectoren die met chroom-6 te maken kunnen hebben en over werkzaamheden die een risico op blootstelling kunnen veroorzaken. Ook zijn de zes lessen over chroom-6 in samenwerking met de TU Delft in een nieuwsbrief gepubliceerd en op het Arboportaal gezet.9 De insteek van deze zes lessen is om in beeld te brengen wat het betekent om te werken met chroom-6 en hoe de hiërarchische beheersmaatregelen volgens de arbeid hygiënische strategie,10 ofwel het STOP-principe, genomen kunnen worden om te zorgen voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden. Er gaat hierbij veel aandacht uit naar substitutie, de vervangingsmogelijkheden voor chroom-6.

Commissie Vergemakkelijking Schadeafhandeling bij Beroepsziekten

Op 14 mei jl. heeft de commissie Vergemakkelijking Schadeafhandeling bij Beroepsziekten haar advies «Stof tot Nadenken, stap vooruit, maak werk van preventie en erkenning» aan de Staatssecretaris van SZW aangeboden. Het advies over een betere organisatie van schadeafhandeling bij beroepsziekten door gevaarlijke stoffen, waaronder mogelijk ook chroom-6, is ook aan uw Kamer aangeboden.11 Gezien het belang van het onderwerp wordt er – conform toezegging aan uw Kamer – naar gestreefd zo spoedig mogelijk doch uiterlijk in de tweede helft van 2020 met een kabinetsreactie te komen.

Toezicht en handhaving

Het RIVM voert in opdracht van Inspectie SZW een inventarisatie uit van de mogelijkheden om chroom-6 in de nog bestaande toepassingen te vervangen door andere stoffen of technieken. Het resultaat van deze inventarisatie wordt dit najaar verwacht. De informatie zal ter beschikking worden gesteld aan werkgevers, werknemers en hun arbodeskundigen, door middel van publicatie van de rapportage. Daarnaast zullen de resultaten een handvat kunnen bieden aan inspecteurs van Inspectie SZW, bij hun beoordeling of bedrijven voldoende invulling hebben gegeven aan hun inspanningsverplichting om kankerverwekkende stoffen te vervangen waar dat technisch uitvoerbaar is en of de juiste technieken worden gebruikt.

Het inspectieproject blootstelling aan CMR-stoffen, waaronder chroom-6, bij complexe bedrijven wordt in 2020 gecontinueerd. Begin dit jaar heeft Inspectie SZW een bijeenkomst gehouden waarin de Inspectie de bevindingen van haar bedrijfsbezoeken en de effecten daarvan heeft gepresenteerd. Er waren tal van specialisten aanwezig om vragen over blootstelling aan gevaarlijke stoffen te bespreken met de circa 70 deelnemers uit het veld (o.a. functionarissen die verantwoordelijk zijn voor het arbobeleid bij bedrijven en vertegenwoordigers van de medezeggenschap, sector- en brancheorganisaties). In het jaarverslag van de Inspectie SZW over het jaar 2019 wordt nader ingegaan op de resultaten en effecten van het toezicht op blootstelling aan CMR- stoffen en chroom-6 in het bijzonder. In de komende maanden zal daarnaast een nieuw inspectieproject gestart worden waarbij de focus komt te liggen op onderhouds- en renovatiewerkzaamheden waarbij bewerkingen plaatsvinden aan chroom-6-houdende coatings op metaal.

 

Onderwerp

Gereed

Tweede Kamer

Verantwoordelijk ministerie

3.

Voortgangsbrief Gevaarlijke stoffen

Verzonden op 13 februari 2020

Brief

SZW

4.

Inventarisatie chroom-6 toepassingen op de werkplek

Bijgevoegd bij deze brief

Rapport

SZW

5.

Advies Commissie Vergemakkelijking Schadeafhandeling bij Beroepsziekten

Verzonden op 14 mei 2020

Rapport en aanbiedingsbrief

SZW

6.

Werkwijzer gevaarlijke stoffen

Tweede helft 2020

Werkwijzer en brief

SZW

7.

Kabinetsreactie Advies Commissie vergemakkelijking Schadeafhandeling bij Beroepsziekten

Z.s.m., doch uiterlijk tweede helft 2020

Brief

SZW

8.

Inventarisatie vervanging chroom-6 toepassingen

In de loop van 2020

Rapport en brief

ISZW

Samenvatting arbeidsomstandighedenbeleid en toezicht

Het werken met gevaarlijke stoffen hoort niet ten koste te gaan van de gezondheid van de werknemers. De werkgever is verplicht om te zorgen voor een veilige en gezonde werkomgeving voor werknemers. SZW werkt aan de ontwikkeling van een werkwijzer ter preventie van blootstelling aan gevaarlijke stoffen. De werkwijzer, welke bijdraagt aan de samenhang tussen de risico-inventarisatie en evaluatie, het gezondheidsdossier van de werknemer op basis van gezondheidskundig onderzoek en het blootstellingsregister, wordt voor het einde van 2020 verwacht. Door het stellen en handhaven van duidelijke normen én door bewustwording, kennisdeling en het stimuleren en ondersteunen van werkgevers en werknemers streeft de Staatssecretaris van SZW naar een gezonde werkomgeving voor alle werkenden.

Rijksoverheid als werkgever en opdrachtgever

Sector Rijk

Medewerkers en opdrachtnemers van de sector Rijk (Defensie valt hier niet onder) werken ter preventie sinds zomer 2019 met een geactualiseerd beheersregime bij het werken met chroom-6 houdende verven en coatings. Er is daarnaast een werkwijze opgesteld als het gaat om het doen en begeleiden van historisch onderzoek naar mogelijke risico’s uit het verleden die binnen de hele sector Rijk wordt gevolgd. Een paritaire commissie toetst of departementale onderzoeken de afgesproken werkwijze goed doorlopen.

Beheersregime

Op 12 juli 2019 stuurde de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties u een brief12 met het beheersregime bij het werken met chroom-6 houdende verven en coatings. Dit vanuit de kabinetsverantwoordelijkheid voor een gezonde en veilige werkomgeving voor medewerkers en opdrachtnemers van de sector Rijk en voor een gezonde en veilige werkomgeving in het algemeen. Het beheersregime is opgesteld in nauwe samenwerking tussen Rijkswaterstaat, ProRail en het Rijksvastgoedbedrijf en met expertise uit de markt. Het samenwerkingsverband verwerkt de resultaten van lopende onderzoeken naar het effect van de beheersmaatregelen, nieuwe inzichten in de wetenschap en ontwikkelingen in de techniek in toekomstige versies van het beheersregime. Het document wordt breed binnen de sector Rijk toegepast en de eerste versie van dit beheersregime chroom-6 is in juni 2019 gepubliceerd op het Arboportaal, waar het beschikbaar is voor andere partijen. In februari 2020 is een update (versie 1.1) gepubliceerd met een aantal redactionele aanscherpingen. Het beheersregime chroom-6 wordt op uitgebreide schaal gehanteerd in de conserveringssector. Rijkswaterstaat is bezig om een Engelse versie van het beheersregime uit te brengen.

Voor het verder kunnen ontwikkelen van dit beheersregime zijn data nodig van metingen bij het bewerken van chroom-6 houdende oppervlakken en onderdelen. RWS, ProRail en het RVB hebben hiervoor een database ontwikkeld. Medio 2019 is opdrachtgevers bij andere overheden (provincies, waterschappen, gemeenten) gevraagd om ook hun meetdata van bewerkingen toe te voegen aan de database. Ook is dezelfde vraag gesteld aan grote private opdrachtgevers (o.a. Gasunie en Shell).

Indien er voldoende data van geschikte kwaliteit beschikbaar zijn en gedeeld worden, zal het samenwerkingsverband het beheersregime verder optimaliseren. Naar verwachting is begin 2021 een update van het beheersregime (naar versie 2.0) mogelijk.

In de vorige voortgangsbrief bent u geïnformeerd over de mogelijke aanwezigheid van chroom-6 verbindingen in producten en materieel. Er wordt te allen tijde van leveranciers geëist dat ze aangeven waar een concentratie groter dan 0,1 gewichtsprocent chroom-6 van een component wordt toegepast in hun producten. Deze informatieplicht volgt uit de REACH-verordening en is niet aan de orde wanneer het concentraties kleiner dan 0,1 gewichtsprocent betreft. Op nationaal niveau kan hier niet van worden afgeweken door strengere regels op te stellen: het betreft Europees geharmoniseerde regelgeving die geen afwijkingsbevoegdheid kent voor de individuele lidstaten.

Afvalproblematiek

Chroom-6-houdend afval ontstaat bij het uitvoeren van werkzaamheden op objecten waarin chroom-6 is verwerkt. Contractueel is door RWS geregeld dat vrijkomende materialen eigendom worden van de opdrachtnemer. Momenteel worden deze vrijkomende materialen echter nauwelijks aangenomen door de opdrachtnemers, vanwege zowel onduidelijkheid over hoe het afvalmateriaal veilig kan worden verwerkt, als angst over bijvoorbeeld imagoschade. Hoewel wet- en regelgeving verwerking of storten toestaat, blijkt het in de praktijk lastig om partijen bereid te vinden chroom-6-houdend afval aan te nemen. Een belangrijk risico dat zich voordoet is dat lopende projecten vertragen, stilvallen of dat aanbestedingen niet kunnen worden gegund.

RWS heeft in januari 2020 een contracttekst afgerond die voor de opdrachtnemers verduidelijkt dat van hen een veilige verwerking van met chroom-6-houdende afvalstromen wordt verwacht. De kern daarvan is dat opdrachtnemers deze afvalstromen traceerbaar moeten afvoeren en gescheiden moeten houden van andere materialen. Deze werkwijze versterkt de mogelijkheden op toezicht op de veilige verwerking van chroom-6 houdend afval.

Het Rijksvastgoedbedrijf voert bouw- en sloopafval af naar een beperkt aantal vaste verwerkers waarvan het verwerkingsproces is geverifieerd. Wanneer voor een chroom-6 houdende afvalstroom geen verwerker gevonden wordt, wordt dit tijdelijk opgeslagen op locatie. Het Rijksvastgoedbedrijf gebruikt daarbij de door RWS ontwikkelde aanpak van bouw- en sloopafval en vertaalt deze naar de RVB-praktijk, rekening houdend met het gegeven dat het bouw- en sloopafval dat vanuit RVB projecten vrijkomt gevarieerder is dan van RWS.

RWS en het RVB blijven in gesprek met de markt en de afvalverwerkingssector om gezamenlijk tot een oplossing te komen.

Onderzoek naar gezondheidsrisico’s Rijkswaterstaat

Rijkswaterstaat heeft in nauwe samenwerking met de Nederlandse Vereniging van Arbeidshygiënisten (NVvA) een methodiek ontwikkeld voor het opstellen van functie- en persoonsgebonden blootstellingsprofielen. Op basis van de meetresultaten van de aanwezigheid van chroom-6, het meten van vrijkomend chroom-6 houdend stof bij bewerkingen en de blootstelling (duur en mate van bescherming) kan per medewerker een persoonlijk risicoprofiel worden opgesteld. Een blootstellingsregister op naam is ook verplicht volgens de arboregelgeving.13 Daarom heeft Rijkswaterstaat in 2019 gesprekken gevoerd met (oud)-medewerkers van de Rijksrederij en de voormalige markeringsdienst om een beeld te krijgen van de in eigen beheer uitgevoerde conserveringswerkzaamheden. Daarnaast is een aantal scheepsboeien bemonsterd op de aanwezigheid van chroom-6 en zal de Rijksrederij de komende maanden de schepen bemonsteren, teneinde inzicht te krijgen in het chroomgehalte.

Rijkswaterstaat verwacht dit najaar uitsluitsel te kunnen geven over de functie- en persoonsgebonden blootstellingsprofielen. Dit is afhankelijk van de resultaten van de bemonstering en de daarbij uitgevoerde werkzaamheden. Rijkswaterstaat zal eerst direct de desbetreffende (voormalig) medewerkers informeren. Vervolgens wordt uw Kamer geïnformeerd. Tevens heeft Rijkswaterstaat onderzocht in welke mate toezichthouders van conserveringswerkzaamheden mogelijk blootgesteld zijn geweest. De resultaten van dit onderzoek hebben aangetoond dat er geen sprake is van een significant extra gezondheidsrisico.

Defensie

Defensie heeft op 6 april de Kamer geïnformeerd14 over de resultaten, de conclusies en de aanbevelingen van het RIVM en de Paritaire Commissie en de beleidsreactie van Defensie aangaande de actualisatie van de lijst met ziektes en aandoeningen gerelateerd aan blootstelling aan chroom-6 en de aanvullende maatregelen voor de nazorg voor (oud-)medewerkers. Ook is in deze brief ingegaan op de door het RIVM uitgevoerde verkenning naar de haalbaarheid van een breder chroom-6 gerelateerd epidemiologisch onderzoek bij Defensie en de wijze waarop het RIVM het onderzoek naar de gezondheidsrisico’s als gevolg van blootstelling aan chroom-6 op de andere (niet-POMS-locaties) van Defensie zal uitvoeren. Dit onderzoek is na het onderzoek naar de gezondheidsrisico’s als gevolg van blootstelling aan chroom-6 en HDI (hexamethyleen di-isocyanaat) uit CARC (Chemical Agent Resistant Coating) op de POMS-locaties het derde onderzoek. Dit onderzoek loopt nog en naar verwachting zal het RIVM dit onderzoek voor eind 2020 hebben voltooid en de resultaten kunnen aanbieden aan de Paritaire Commissie.

Actualisatie lijst met ziekten

Het RIVM heeft de ziektelijst voor chroom-6 geactualiseerd op basis van de nieuwste wetenschappelijke kennis. Uit nieuw onderzoek blijkt dat chroom-6 er ook van wordt verdacht strottenhoofdkanker te kunnen veroorzaken. Voor de typen kanker die niet in de Uitkeringsregeling van Defensie zijn opgenomen geldt, dat er geen of onvoldoende wetenschappelijk bewijs is dat er een verband is tussen chroom-6 blootstelling en de ziekte. Naar aanleiding van vragen van oud-werknemers van Defensie heeft het RIVM ook naar een aantal specifieke gezondheidsproblemen gekeken, wat tot de volgende conclusies leidde. Er blijken geen aanwijzingen te zijn dat blootstelling aan chroom-6 afbrokkelende tanden kan veroorzaken. Het is onvoldoende duidelijk of blootstelling aan chroom-6 kan leiden tot aandoeningen van het afweersysteem (zoals auto-immuunziekten), anders dan de allergische aandoeningen uit de ziektelijst.

Epidemiologisch onderzoek

Het RIVM heeft ook gekeken of het mogelijk is een epidemiologisch onderzoek te doen. Met als doel te onderzoeken of er onder (oud-)Defensiemedewerkers die hebben gewerkt met chroom-6, vaker bepaalde ziekten of gezondheidsklachten voorkomen dan onder vergelijkbare groepen, die daar niet mee hebben gewerkt. Voor zo’n epidemiologisch onderzoek zijn veel gedetailleerde gegevens nodig van een grote groep mensen. Het blijkt niet haalbaar om voldoende goede individuele gegevens over werkzaamheden, blootstelling en ziekten te verzamelen binnen een redelijke termijn. Daar komt bij dat er maar een beperkt aantal ziektes kunnen worden onderzocht, doordat voor veel ziektes die door chroom-6 kunnen worden veroorzaakt, geen systematisch verzamelde gegevens in landelijke registraties aanwezig zijn. Ook geeft dit epidemiologisch onderzoek geen zekerheid over het verband tussen ziekten en chroom-6, omdat ook veel andere stoffen en producten zijn gebruikt en andere factoren van invloed zijn op de mogelijke ontwikkeling van ziektes en aandoeningen. Het onderzoek zal door deze beperkingen geen wetenschappelijk draagkrachtige en bruikbare resultaten opleveren. Conclusie is dan ook dat een epidemiologisch onderzoek in dit geval niet haalbaar is.

Aanvullende maatregelen nazorg

Op verzoek van de Paritaire Commissie heeft een Deskundigenberaad geadviseerd over aanvullende maatregelen voor de nazorg van oud-medewerkers van de POMS-locaties die zijn blootgesteld aan chroom-6. Op basis van het advies zullen de oud-medewerkers van de POMS die nog niet ziek zijn of een chroom-6 gerelateerde ziekte hebben een zogenaamd Persoonlijk Gezondheidskundig Consult worden aangeboden. De Polikliniek Mens en Arbeid van het Coronel Instituut van het Amsterdam Universitair Medisch Centrum zal dit uitvoeren. De kosten voor het consult worden betaald door Defensie. Bij doorverwijzing voor verder medisch chroom-6 gerelateerd onderzoek op grond van het consult vergoedt Defensie het verplicht eigen risico voor de zorgverzekering.

Onderzoek andere defensielocaties

Het RIVM is momenteel bezig met het historisch onderzoek naar de gezondheidsrisico’s als gevolg van blootstelling aan chroom-6 op de andere defensielocaties. Het RIVM heeft hiertoe eerst een verkenning van de arbeidsomstandigheden in het verleden op de defensielocaties uitgevoerd. Vervolgens heeft het RIVM een online vragenlijst ontwikkeld. Hierbij worden zoveel mogelijk huidige en oud-medewerkers om informatie gevraagd voor het verkrijgen van een vollediger beeld van de arbeidsomstandigheden per defensieonderdeel of locatie in bepaalde perioden. De (oud-)medewerkers wordt gevraagd naar werkzaamheden waarbij zij met chroom-6 in aanraking zijn gekomen en naar beschermingsmaatregelen. (Oud-)medewerkers kunnen in de vragenlijst aangeven of zij gezondheidsschade hebben opgelopen. Het onderzoek bouwt voort op het in juni 2018 afgeronde onderzoek op de POMS-locaties van Defensie, waarbij gebruik wordt gemaakt van een groot deel van de verkregen onderzoeksresultaten. Naar verwachting is dit onderzoek eind 2020 afgerond.

 

Onderwerp

Gereed

Tweede Kamer

Verantwoordelijk ministerie

9.

Afspraken met vakbonden over gezamenlijke werkwijze historisch onderzoek

Verzonden op 26 juni 2019

Brief

BZK

10.

Uitwerking veilig werken bij de departementen

Verzonden op 12 juli 2019

Brief

BZK, mede namens I&W, J&V, LNV en Defensie

11.

Vervolgonderzoek (oud-)defensielocaties

– Actualisatie van lijst met ziekten en aandoeningen die door (beroepsmatige blootstelling aan) chroom-6 kunnen worden veroorzaakt

– Verkenning haalbaarheid epidemiologisch onderzoek naar de relatie tussen blootstelling aan chroom-6 en ziekten en aandoeningen op de andere defensielocaties

– Advies deskundigenberaad aangaande aanvullende maatregelen nazorg oud-medewerkers POMS-locaties

Verzonden op 6 april 2020

Brief en rapporten

Defensie

12.

Stand van zaken voortgang onderzoek gezondheidsrisico’s als gevolg van blootstelling aan chroom-6 op andere defensielocaties + stand van zaken uitvoering regelingen en nazorg (oud-)medewerkers

Na zomer 2020

Brief

Defensie

13.

Verwerking verschillende afvalstromen

Najaar 2020

Brief

I&W

14.

Resultaten, conclusies en aanbevelingen RIVM en Paritaire Commissie en beleidsreactie Defensie onderzoek gezondheidsrisico’s als gevolg van blootstelling aan chroom-6 op andere defensielocaties

Q1 2021

Brief en rapporten

Defensie

15.

Beheersregime versie 2.0

Begin 2021

Brief

BZK en I&W

Samenvatting rijksoverheid als werkgever en opdrachtgever

Rijkswaterstaat, het Rijksvastgoedbedrijf en ProRail hebben een database ontwikkeld om het beheersregime voor het veilig werken met chroom-6 houdende verven en coatings te optimaliseren. Naar verwachting is begin 2021 een verbeterde versie van het beheersregime mogelijk. Naar aanleiding van RIVM-onderzoeken voor Defensie is de ziektelijst voor chroom-6 geactualiseerd en zijn aanvullende maatregelen genomen voor de nazorg van oud-medewerkers van de POMS-locaties die zijn blootgesteld aan chroom-6. Het RIVM onderzoek naar de gezondheidsrisico’s als gevolg van blootstelling aan chroom-6 op andere defensielocaties loopt en de resultaten zullen naar verwachting voor eind 2020 aangeboden worden aan de Paritaire Commissie.

Tot slot

In deze brief hebben wij u een overzicht gegeven van de acties die nog lopen en welke brieven u nog kunt verwachten. Alle betrokken departementen hebben maatregelen genomen die passend zijn bij hun rol en verantwoordelijkheid. Wij hopen u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben.

De Minister voor Medische Zorg, M.J. van Rijn

De Staatssecretaris van Sociale Zaken, Werkgelegenheid, T. van Ark