Kamerstuk 35099-(R2114)-21

Amendement van het lid Drost over bevoegdheid verzoek af te wijzen ivm spoed

Dossier: Voorzieningen voor de behandeling van geschillen tussen het Koninkrijk en de landen (Rijkswet Koninkrijksgeschillen)


85,3 %
14,7 %

PVV

SP

CDA

D66

50PLUS

GL

CU

PvdA

PvdD

DENK

SGP

VVD

FVD


Nr. 21 AMENDEMENT VAN HET LID DROST

Ontvangen 4 juli 2019

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Aan artikel 1, tweede lid, worden twee volzinnen toegevoegd, luidende: Indien de Gevolmachtigde Minister die het verzoek heeft gedaan binnen twee maanden na de inwerkingtreding van de beslissing waarop het geschil betrekking heeft daartoe verzoekt, wordt de Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk alsnog over het geschil gehoord. De artikelen 2 tot en met 7 zijn van toepassing.

Toelichting

Het voorstel van Rijkswet voorziet in de bevoegdheid van de voorzitter van de Rijksministerraad om te besluiten dat het verzoek tot toepassing van de geschilprocedure wordt afgewezen, indien een zwaarwegend belang van het Koninkrijk onverwijlde besluitvorming vergt. Dit amendement laat deze bevoegdheid intact, maar voorziet erin dat de betrokken Gevolmachtigd Minister in het belang van de rechtsontwikkeling alsnog kan vragen om een oordeel van de Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk. Dit oordeel heeft geen directe gevolgen voor het onderhavige geschil, maar heeft wel meerwaarde voor de toekomst. De meerwaarde van het niettemin kunnen doorlopen van de procedure is dat hiermee voor de toekomstige, vergelijkbare gevallen juridische helderheid wordt geschapen.

Drost