Gepubliceerd: 30 november 2018
Indiener(s): Carola Schouten (viceminister-president , minister landbouw, natuur en voedselkwaliteit) (CU)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35095-XIII-2.html
ID: 35095-XIII-2

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 tot en met 3

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2018 wijzigingen aan te brengen in:

  • 1. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat;

  • 2. de begrotingsstaat inzake de agentschappen van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat;

  • 3. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

  • 4. de begrotingsstaat inzake de agentschappen van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

  • 5. de begrotingsstaat inzake het Diergezondheidsfonds.

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Inhoudsopgave

A.

ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

1

B.

BEGROTINGSTOELICHTING

3

1.

Leeswijzer

3

2.

Overzicht belangrijkste suppletoire uitgaven- en ontvangstenmutaties

3

 

Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2018 Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (Tweede suppletoire begroting)

3

 

Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2018 van Economische Zaken en Klimaat (Tweede suppletoire begroting)

5

 

Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2018 Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Tweede suppletoire begroting)

6

 

Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2018 van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Tweede suppletoire begroting)

8

3.

De beleidsartikelen

9

 

1. Goed functionerende economie en markten

9

 

2. Bedrijvenbeleid: innovatie en duurzaam ondernemen

10

 

3. Een excellent ondernemingsklimaat

14

 

4. Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering

16

 

5. Meerjarenprogramma Nationaal Coördinator Groningen

20

 

6. Concurrerende, duurzame, veilige agro-, visserij- en voedselketens

22

 

8. Natuur en biodiversiteit

26

4.

De niet-beleidsartikelen

28

 

40. Apparaat EZK

28

 

41. Nominaal en Onvoorzien EZK

29

 

42. Apparaat LNV

29

 

43. Nominaal en Onvoorzien LNV

30

5.

De agentschappen

30

 

Agentschap Telecom (AT)

30

 

Dienst ICT Uitvoering (DICTU)

32

 

Nederlandse Emissieautoriteit (NEa)

33

 

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl)

35

6.

Het Diergezondheidsfonds (DGF)

37

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1. Leeswijzer

Opbouw 2e suppletoire begroting 2018

Deze 2e suppletoire begroting geeft een geactualiseerd beeld van de begrotingsuitvoering 2018. Onderdeel B, de begrotingstoelichting, is als volgt opgebouwd:

  • 1) Leeswijzer.

  • 2) Overzicht belangrijkste suppletoire uitgaven- en ontvangstenmutaties. De belangrijkste verplichtingenmutaties zijn toegelicht in de artikelen.

  • 3) De beleidsartikelen. Voor ieder beleidsartikel is de tabel «Budgettaire gevolgen van beleid» opgenomen. Hierin zijn de begrotingsmutaties voor de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten weergegeven.

  • 4) De niet-beleidsartikelen. In de budgettaire tabellen zijn de begrotingsmutaties voor de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten opgenomen.

  • 5) De agentschappen. In deze 2e suppletoire begroting zijn de aanpassingen in de agentschapsparagrafen van het Agentschap Telecom (AT), de Dienst ICT Uitvoering (DICTU), de Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) opgenomen.

  • 6) Het Diergezondheidsfonds (DGF).

Ondergrenzen toelichtingen

Voor het toelichten van de begrotingsmutaties zijn in deze tweede suppletoire begroting de ondergrenzen gehanteerd zoals opgenomen in de onderstaande tabel.

Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € mln

Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € mln)

Technische mutaties(ondergrens in € mln)

< 50

1

2

=> 50 en < 200

2

4

=> 200 en < 1.000

5

10

=> 1.000

10

20

In sommige gevallen, waar politiek relevant, worden ook posten toegelicht beneden deze ondergrenzen.

2. Overzicht belangrijkste suppletoire uitgaven- en ontvangstenmutaties

Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2018 Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (Tweede suppletoire begroting)

Bedragen x € 1.000
 

Art. nr.

Uitgaven 2018

Stand begroting 2018 na ISB

 

3.860.285

Stand na 1e suppletoire begroting 2018

 

4.125.876

     

Stand na Miljoenennota 2019

 

4.277.327

     

Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties (Najaarsnota):

   
     

MKB-Innovatiestimulering Topsectoren (MIT)

2

– 14.055

Verduurzaming Industrie

2

– 19.866

Transitiekosten Invest-NL i.o.

2

– 7.561

Seed Capital regeling

3

9.800

Begrotingsreserve Maatregelen voor CO2-reductie

4

500.000

SDE+

4

– 6.700

Nationaal Programma Groningen (van aanvullende post)

5

50.000

Nationaal Programma Groningen (naar Provinciefonds)

5

– 50.000

Apparaatsuitgaven

40

11.193

     

Overige mutaties

Div.

– 1.839

     

Totaal

 

470.972

     

Stand na 2e suppletoire begroting 2018

 

4.748.299

Toelichting

MKB-Innovatiestimulering Topsectoren (MIT)

MKB Innovatiestimulering Topsectoren wordt met € 14,1 mln verlaagd. Dit is in het bijzonder het gevolg van de decentralisatie naar het Provinciefonds voor de decentrale uitvoering van de MIT door de provincies (€ 16,1 mln).

Verduurzaming Industrie

Verduurzaming Industrie – € 19,9 mln. Hiervan is € 1,7 mln overgeheveld naar NWO en de gemeente Rotterdam in het kader van de verduurzaming van de industrie. Het restant van € 18,2 mln betreft klimaatmiddelen die in 2018 niet tot besteding komen. Deze middelen zullen in 2019 weer beschikbaar komen voor de verduurzaming van de industrie.

Transitiekosten Invest-NL i.o.

Het transitiebudget voor Invest-NL (€ 7,6 mln) is in 2018 niet benut. De oprichting van Invest-NL wordt voorzien in 2019 waardoor ook de daarmee samenhangende transitiekosten ten behoeve van de overgang van medewerkers naar Invest-NL en het samenwerkingsverband met FMO in de komende jaren zullen worden gemaakt. De niet benutte middelen in 2018 zullen de komende jaren weer beschikbaar worden gesteld.

Seed Capital regeling

Betreft een bijdrage van € 9,8 mln van het Ministerie van VWS ten behoeve van de Seed Capital regeling voor de eHealth tender.

Begrotingsreserve Maatregelen voor CO2-reductie

Het kabinet zal mogelijk additionele maatregelen nemen om aanvullende CO2-reductie te realiseren. Omdat de aard en timing van de eventuele aanvullende maatregelen nog onzeker is, heeft het kabinet besloten deze eventuele maatregelen via een tijdelijke begrotingsreserve mogelijk te maken. De reserve loopt tot en met 2020, wordt gekoppeld aan artikel 4 (Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering) van de EZK-begroting en staat onder voorafgaand toezicht van het Ministerie van Financiën. De reserve wordt eenmalig gevuld met € 500 mln. Als de uitgaven hoger uitvallen dan de beschikbare middelen uit de begrotingsreserve, dan gelden de reguliere begrotingsregels. Als de uitgaven lager uitvallen dan vloeit het restant terug naar de schatkist. Onttrekking van middelen uit de reserve moet vooraf door het Ministerie van Financiën goedgekeurd worden. Daarbij wordt getoetst op het zo kostenefficiënt mogelijk verminderen van CO2. Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat coördineert de set aan maatregelen om CO2 te reduceren. Andere departementen zoals LNV, IenW en BZK kunnen ook een beroep doen op deze middelen voor CO2-reducerende maatregelen.

SDE+

Voor de programma-uitgaven van het Maritiem Informatievoorzieningen Servicepunt (MIVSP), extra personele inzet ten behoeve van de werkzaamheden voor Wind op Zee/Routekaart 2030 en de bijdrage aan de vervanging van een radarinstallatie bij Wemeldinge wordt in totaal € 6,7 mln budget overgeheveld naar Rijkswaterstaat.

Nationaal programma Groningen

Op grond van de afspraken in het Regeerakkoord is voor het Nationaal Programma Groningen in 2018 € 50 mln beschikbaar op de Rijksbegroting. Dit bedrag is van de aanvullende post van de Rijksbegroting overgeboekt naar de begroting van EZK en vervolgens is dit bedrag dat bestemd is voor de provincie Groningen gestort in het Provinciefonds. Binnen het Nationaal Programma Groningen werken regio en Rijk samen aan de economische versterking en de kwaliteit van de leefomgeving in de regio Groningen. Voor het NPG is totaal € 1,15 mld beschikbaar en is bestemd voor de uitrol van projecten voor het toekomstperspectief voor Groningen. Het gaat om projecten in het kader van leefbaarheid, energie en economie. Dit komt ten goede aan de inwoners van Groningen.

Apparaatsuitgaven

Betreft hogere apparaatsuitgaven, waaronder hogere uitgaven voor de organisatie van de Nationaal Coördinator Groningen van € 8,4 mln en extra kosten van € 2,3 mln voor toezicht dat de ACM uitoefent op een aantal vervoerssectoren, die door het Ministerie van IenW worden gedekt.

Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2018 van Economische Zaken en Klimaat (Tweede suppletoire begroting)

Bedragen x € 1.000
 

Art. nr.

Ontvangsten 2018

Stand begroting 2018 na ISB

 

3.664.301

Stand na 1e suppletoire begroting 2018

 

3.539.037

     

Stand na Miljoenennota 2019

 

3.952.667

     

Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties (Najaarsnota):

   

High Trust

1

– 24.682

Cofinanciering Europees Fonds Regionale Ontwikkeling

2

4.200

Dividend Limburgse industrie- en investeringsbank (liof)

3

2.000

Verkoop NOM-aandelen

3

– 3.000

     

Overige mutaties

Div.

2.230

Totaal

 

– 19.252

     

Stand na 2e suppletoire begroting 2018

3.933.415

Toelichting

High Trust-ontvangsten

De High trust-ontvangsten bestaan voornamelijk uit het saldo van de door de ACM ontvangen en terugbetaalde boetes. Door onzekerheid over gerechtelijke uitspraken en het moment waarop dit in de tijd plaatsvindt, fluctueert het saldo aan High trust-ontvangsten door de jaren heen en laat zich niet plannen. Ten opzichte van de meerjarig geraamde boeteopbrengst van ruim € 30 mln, treedt voor 2018 een tegenvaller op van € 24,7 mln.

Cofinanciering Europees Fonds Regionale Ontwikkeling

De verhoging van de diverse ontvangsten met € 4,2 mln is het gevolg van terugontvangsten samenhangend met de vaststelling van de verstrekte cofinanciering in het kader van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling over de periode 2007–2013.

Dividend Limburgse industrie- en investeringsbank (LIOF)

Van de Limburgse industrie- en investeringsbank (LIOF) is € 2 mln dividend ontvangen.

Verkoop aandelen investerings- en ontwikkelingsmaatschappij voor Noord Nederland (NOM)

De afhandeling van de verkoop NOM aandelen is vertraagd waardoor € 3 mln niet meer in 2018 wordt ontvangen.

Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2018 Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Tweede suppletoire begroting)

Bedragen x € 1.000
 

Art. nr.

Uitgaven 2018

Stand begroting 2018 na ISB

 

739.546

Stand na 1e suppletoire begroting 2018

 

853.847

     

Stand na Miljoenennota 2019

 

837.828

     

Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties (Najaarsnota):

   
     

Vertraging klimaat

6 en 8

– 10.000

Sectorbijdrage fosfaatreductieplan

6

19.300

Fosfaatrechtenstelsel

6

10.600

Onderuitputting Brexit

6

– 9.800

Implementatie van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)

6

3.956

Floriade 2022

6

– 2.500

Pilots klimaatslimme landbouw in veenweide gebieden

8

– 3.200

Reservering regionale opgaven

43

26.400

Regionale opgaven Rotterdam Zuid

43

– 24.000

Uitvoeringskosten regionale opgaven en BES

43

– 2.400

Herinrichting LNV

43

– 12.446

ICT ontvlechting LNV

43

– 9.365

     

Overige mutaties

Div.

– 7.035

Totaal

– 20.490

     

Stand na 2e suppletoire begroting 2018

817.338

Toelichting

Vertraging klimaat

Bij de uitdeling van de middelen uit Regeerakkoord is voor 2018 € 44,5 mln aan de LNV begroting toegevoegd. Door vertraging in de uitputting komt € 10,0 mln niet tot benutting. Dit budget bestaat uit subsidies voor plantaardige productie (€ 6,8 mln), opdrachten voor plantaardige productie (€ 1,7 mln) en opdrachten voor duurzame veehouderij (€ 1,5 mln). Deze middelen worden naar 2019 doorgeschoven, zodat LNV ze in 2019 voor klimaatdoeleinden kan aanwenden.

Sectorbijdrage fosfaatreductieplan

Het extra budget Sectorbijdrage fosfaatreductieplan ad € 19,3 mln zijn ten behoeve van de uitvoeringskosten van RVO.nl voor het fosfaatreductieplan. Deze middelen zijn volledig ontvangen vanuit de sector en zijn daarom ook opgenomen in de belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties.

Fosfaatrechtenstelsel

Naar aanleiding van wijzigingen in de opzet van het fosfaatrechtenstelsel zijn de uitvoeringskosten voor RVO.nl toegenomen. Het gaat om meerwerk van € 10,6 mln en ziet voornamelijk op het instellen van een fosfaatbank, het inrichten van een openbaar fosfaatregister, het aanpassen van de fosfaatrechtenrechten voor vleesvee, het hanteren van een vrijstelling van fosfaatrechten voor zoogkoeien en op extra juridisch werk vanwege de verwachte stijging van het aantal bezwaarschriften.

Onderuitputting Brexit

Door vertraging in de voorbereiding van de NVWA en de landbouw gerelateerde keuringsdiensten op de Brexit, is sprake van een onderuitputting van € 9,8 mln op het beschikbare budget in 2018. In de Kamerbrief van 12 oktober (Kamerstuk 23 987, nr. 272) is ingegaan op de voorbereiding van de NVWA en de keuringsdiensten op de Brexit.

Implementatie van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)

Dit betreft de eerder gereserveerde bijdrage aan de NVWA en RVO.nl voor de implementatie van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).

Floriade 2022

In 2022 vindt de Floriade plaats in Almere. Ten behoeve van de voorbereiding hiervan stelt LNV € 2,5 mln beschikbaar.

Pilots klimaatslimme landbouw in veenweide gebieden

Dit betreft de overboeking naar het Provinciefonds voor de uitvoeringskosten van de pilots klimaatslimme landbouw in veenweide gebieden. Deze pilots worden door de provincies Zuid-Holland en Utrecht uitgevoerd en hebben het doel om de CO2 uitstoot in veenweidegebieden te verminderen.

Reservering regionale opgaven

De Minister van LNV coördineert de besteding van de Regeerakkoord envelop. De bijdragen worden na toevoeging aan de LNV-begroting verdeeld richting de betreffende regionale opgaven. Bij de tweede suppletoire begroting wordt vanaf de aanvullende post van de Rijksbegroting € 26,4 mln naar de LNV-begroting overgeheveld. Deze middelen zijn bestemd voor Rotterdam-Zuid, de BES-eilanden en uitvoeringskosten.

Regionale opgaven Rotterdam Zuid

Het kabinet heeft maximaal € 130 mln gereserveerd voor het aanpakken van de opgave in Rotterdam-Zuid. Deze mutatie betreft de overboeking van € 24 mln naar het Gemeentefonds ten behoeve van Rotterdam-Zuid.

Uitvoeringskosten Regionale opgaven en BES

Uit de regio envelop is € 2 mln beschikbaar gesteld voor de uitvoeringskosten van de regionale opgaven. Daarnaast wordt er € 0,4 mln overgeboekt naar het Gemeentefonds voor de aanpak van de opgaven op Saba.

Herinrichting LNV

Op artikel 43 is bij de 1e suppletoire begroting budget gereserveerd voor de herinrichting. Met deze mutatie wordt een deel van deze middelen verdeeld over de begroting. Het betreft onder andere de verdeling van het personeelsbudget.

ICT ontvlechting LNV

Op artikel 43 is bij de 1e suppletoire begroting budget gereserveerd voor de herinrichting. Met deze mutatie wordt een deel van deze middelen verdeeld over de begroting. Voor de ICT-uitgaven als gevolg van de herinrichting van LNV is een bijdrage van € 9,3 mln overgeboekt naar de uitvoerende onderdelen.

Overige

De overige uitgaven betreffen mutaties op terreinen van artikel 6 en artikel 8 voor onder andere de bijdrage voor het onderzoek duurzame voedselsystemen bij de NWO (€ 1,5 mln), de overheveling van groenpactmiddelen voor praktijkgericht onderzoek naar het nationaal regieorgaan praktijkgericht onderzoek (€ 2,7 mln), de overheveling voor de basisfinanciering van het Planbureau Leefomgeving (€ 1,4 mln) en een bijdrage aan NWO voor het onderzoek Ecologie Noordzee (€ 0,5 mln).

Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2018 van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Tweede suppletoire begroting)

Bedragen x € 1.000
 

Art. nr.

Ontvangsten 2018

Stand begroting 2018 na ISB

 

99.706

Stand na 1e suppletoire begroting 2018

 

102.515

   

Stand na Miljoenennota 2019

 

108.851

     

Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties (Najaarsnota):

   

Sectorbijdrage fosfaatreductieplan

6

19.300

EU-ontvangsten EFMZV

6

5.226

Lagere ontvangsten POP2

8

– 2.836

     

Overige mutaties

Div.

2.464

Totaal

 

24.154

     

Stand na 2e suppletoire begroting 2018

133.005

Toelichting

Sectorbijdrage fosfaatreductieplan

De extra ontvangsten Sectorbijdrage fosfaatreductieplan ad € 19,3 mln zijn ten behoeve van de uitvoeringskosten van RVO.nl voor het fosfaatreductieplan. Deze middelen zijn volledig benut en zijn daarom ook opgenomen in de belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties.

EU-ontvangsten EFMZV

In het kader van het EFMZV wordt dit jaar een declaratie bij de EU ingediend voor kosten die deels in eerdere jaren zijn gemaakt. Deze kosten zijn toen ten laste van de eigen begroting gekomen. De ontvangst van € 5,2 mln leidt in 2018 tot een meevaller.

Lagere ontvangsten artikel 8

De ontvangsten op artikel 8 worden € 2,8 mln lager geraamd, als gevolg van het vervallen van opbrengsten van taken die gedecentraliseerd zijn, zoals jachtakten (€ 1,0 mln) en het Plattelands ontwikkelingsprogramma (POP2) (€ 2,8 mln).

Overige mutaties

Betreft diverse mutaties op de terreinen van artikel 6 en artikel 8 voor onder andere ontvangsten uit ingestelde vorderingen voor geconstateerde onregelmatigheden in EU subsidiedeclaraties (€ 1,0 mln) en hogere verwachte opbrengsten uit landinrichtingsrente (€ 1,5 mln).

3. De beleidsartikelen

Budgettaire gevolgen van beleid,

1. Goed functionerende economie en markten

Tabel budgettaire gevolgen van beleid, (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
     

Mutaties 2e suppletoire begroting 2018 (3)

 
 

Stand na ISB

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2018

(2)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Stand 2e suppletoire begroting 2018

(4)=(2+3)

VERPLICHTINGEN

188.251

197.183

4.719

1.871

203.773

UITGAVEN

186.154

195.432

5.908

2.541

203.881

Waarvan juridisch verplicht (percentage)

96%

96%

   

99%

           

Subsidies

 

512

 

– 164

348

Digitalisering regionale radio

 

112

   

112

Cyber security

 

400

 

– 164

236

           

Opdrachten

7.503

9.167

– 1.732

641

8.076

Onderzoek en Opdrachten

2.021

2.004

288

– 39

2.253

Beleidsvoorbereiding en evaluaties Frequenties en Veiligheid

5.482

5.669

– 2.052

1.699

5.316

Digital trust centre

 

1.494

32

– 1.019

507

           

Bijdragen aan agentschappen

25.732

32.764

4.124

2.064

38.952

Agentschap Telecom

14.544

21.431

3.862

1.735

27.028

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

11.188

11.308

262

354

11.924

DICTU

 

25

 

– 25

 
           

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

149.213

149.213

3.490

 

152.703

Metrologie

9.134

9.134

204

 

9.338

Raad voor Accreditatie

190

190

5

 

195

ACM

696

696

18

 

714

CBS

139.193

139.193

3.263

 

142.456

           

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

3.706

3.776

26

 

3.802

Nederlands Normalisatie Instituut (NEN)

1.106

1.106

24

 

1.130

Internationale organisaties

2.600

2.670

2

 

2.672

           

ONTVANGSTEN

31.062

31.062

17

– 24.682

6.397

Ontvangsten ACM

162

162

   

162

High Trust

30.200

30.200

 

– 24.682

5.518

Diverse ontvangsten

700

700

17

 

717

Toelichting op de ontvangsten

De verlaging van het ontvangstbudget met € 24,7 mln ligt volledig bij de High Trust-ontvangsten. Deze bestaan voornamelijk uit het saldo van de door de ACM ontvangen en terugbetaalde boetes. Door onzekerheid over gerechtelijke uitspraken en het moment waarop dit in de tijd plaatsvindt, fluctueert het saldo aan High trust ontvangsten door de jaren heen en laat zich niet plannen. Meerjarig is een ontvangst van € 30,2 mln geraamd.

Budgettaire gevolgen van beleid,

2. Bedrijvenbeleid: innovatie en duurzaam ondernemen

Tabel budgettaire gevolgen van beleid, (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
     

Mutaties 2e suppletoire begroting 2018 (3)

 
 

Stand na ISB

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2018

(2)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoirebegroting

Stand 2e suppletoire begroting 2018

(4)=(2+3)

VERPLICHTINGEN

2.024.761

2.280.996

106.611

4.406

2.392.013

Waarvan garantieverplichtingen

1.300.000

1.500.000

   

1.500.000

           

UITGAVEN

856.040

913.032

7.462

– 30.241

890.253

Waarvan juridisch verplicht (percentage)

87%

87%

   

95%

           

Garanties

57.269

57.170

161

 

57.331

BMKB

41.674

41.674

161

 

41.835

Groeifaciliteit

8.850

8.850

   

8.850

Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)

6.745

6.646

   

6.646

           

Subsidies

119.146

125.032

2.466

– 33.279

94.219

Lucht- en Ruimtevaart

     

1.125

1.125

MKB-Innovatiestimulering Topsectoren (MIT)

29.493

27.801

279

– 14.055

14.025

Eurostars

17.808

17.808

 

– 2.700

15.108

Bevorderen Ondernemerschap

5.707

9.862

– 80

3.015

12.797

Groene Groei en Biobased Economy

 

1.000

23

– 930

93

Cofinanciering EFRO, inclusief INTERREG

31.373

33.803

 

– 2.487

31.316

Bijdrage aan ROM's

5.380

5.380

127

 

5.507

Verduurzaming industrie

26.000

26.000

2.066

– 19.866

8.200

Overige subsidies

3.385

3.378

51

2.619

6.048

           

Opdrachten

32.303

44.545

– 23.386

– 3.478

17.681

Onderzoek en opdrachten

4.119

3.916

 

– 318

3.598

Caribisch Nederland

1.221

3.556

16

– 600

2.972

ICT beleid

5.975

8.806

– 1.737

218

7.287

Regeldruk

1.731

1.406

– 17

178

1.567

Mainport Rotterdam

7.868

7.868

– 7.868

   

Regiekosten regionale functie

1.016

996

– 25

– 561

410

Invest-NL i.o.

9.657

14.781

– 13.809

153

1.125

Small Business Innovation Research

716

3.216

54

– 2.548

722

           

Bijdragen aan agentschappen

108.127

107.969

1.984

– 11.665

98.288

Bijdrage RVO.nl

83.929

93.582

– 2.530

– 216

90.836

Bijdrage Agentschap Telecom

1.629

1.702

247

 

1.949

Bijdrage Logius

869

869

18

– 182

705

Invest-NL i.o.

21.700

11.816

4.249

– 11.267

4.798

           

Bijdragen aan ZBO's/RWT’s

272.870

301.018

6.556

7.280

314.854

Bijdrage aan TNO

132.685

150.286

3.644

6.587

160.517

Kamer van Koophandel

115.216

125.763

2.315

693

128.771

Bijdrage aan NWO-TTW

24.969

24.969

597

 

25.566

           

Bijdragen aan medeoverheden

1.630

1.630

25

– 1.655

 

Sterke Regio's en Nota Ruimte

1.630

1.630

25

– 1.655

 
           

Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties

264.695

275.668

19.656

12.556

307.880

Internationaal Innoveren

40.022

39.872

579

1.050

41.501

PPS-toeslag (voorheen TKI-toeslag)

107.806

123.291

2.125

386

125.802

TO2 (Deltares, MARIN en NLR)

31.415

41.215

966

 

42.181

Topsectoren overig

4.070

3.238

3

11.049

14.290

Ruimtevaart (ESA)

67.061

53.661

16.402

 

70.063

Bijdrage NBTC

8.694

8.694

166

 

8.860

Bijdragen organisaties

5.627

5.697

– 585

71

5.183

           

ONTVANGSTEN

109.547

125.419

 

3.964

129.383

BMKB

33.000

33.000

   

33.000

Groeifaciliteit

8.000

8.000

   

8.000

Onttrekking begrotingsreserve Groeifaciliteit

         

Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)

13.000

13.000

   

13.000

Garantiefaciliteit Scheepsnieuwbouw-financiering (GSF)

         

Onttrekking GSF

         

Luchtvaartkredietregeling

9.046

9.046

 

– 850

8.196

Rijksoctrooiwet

35.099

40.275

 

1.725

42.000

Eurostars

4.821

4.821

 

– 2.800

2.021

Joint Strike Fighter

3.750

3.750

 

– 1.450

2.300

Diverse ontvangsten

2.831

13.527

 

7.339

20.866

Toelichting op de verplichtingen

Het verplichtingbudget wordt per saldo met € 4,4 mln verhoogd.

  • Bijdrage TNO wordt met € 13,8 mln verhoogd. Vanwege de uitgekeerde loon- en prijsbijstelling voor 2019 is het verplichtingbudget in 2018 verhoogd (de opdracht voor 2019 wordt in 2018 verstrekt). Van meerdere departementen zijn bijdragen ontvangen voor opdrachten aan TNO. Van het Ministerie van SZW voor Maatschappelijk Programma Arbeidsomstandigheden en werkzaamheden op het gebied van de Inspectie SZW, van het Ministerie van BZK in het kader van de wet Basis Registratie Ondergrond en van het Ministerie van V&J op het gebied van strategische kennisopbouw.

  • MKB Innovatiestimulering Topsectoren wordt met € 14,4 mln verlaagd. Dit is voor € 16,1 mln het gevolg van de decentralisatie naar het Provinciefonds voor de decentrale uitvoering van de MIT door de provincies. Hiernaast vindt een tijdelijke toevoeging plaats vanuit het SBIR budget (€ 1,7 mln). Bij Voorjaarsnota 2019 zal dit budget weer aan SBIR worden toegevoegd.

  • Het verplichtingenbudget voor onderzoek en opdrachten is met € 4,8 mln verhoogd voor de verstrekking van een 5-jarige opdracht voor het statistiekprogramma van het CBS.

  • Het budget voor de KvK is verhoogd met € 4,2 mln vanwege de uitgekeerde loon- en prijsbijstelling voor 2019 (de opdracht aan de KvK voor 2019 wordt in 2018 verstrekt).

  • Er is voor € 2,1 mln overgeheveld naar het Ministerie van Buitenlandse Zaken voor de kosten van lokale medewerkers van het Innovatie Attaché Netwerk.

  • Er is voor € 1,9 mln overgeheveld naar het Ministerie van Financiën voor de taken van de Auditdienst Rijk in het kader van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO).

Toelichting op de uitgaven

De verlaging van het uitgavenbudget met € 30,3 mln wordt met name verklaard door:

  • MKB Innovatiestimulering Topsectoren – € 14,1 mln. Dit is voor € 16,1 mln het gevolg van de decentralisatie naar het Provinciefonds voor de decentrale uitvoering van de MIT door de provincies. Hiernaast vindt een tijdelijke toevoeging plaats vanuit het SBIR budget (€ 1,9 mln). Bij Voorjaarsnota 2019 zal dit budget weer aan SBIR worden toegevoegd.

  • Verduurzaming Industrie – € 19,9 mln. Hiervan is in het kader van de verduurzaming van de industrie € 1 mln beschikbaar gesteld voor het NWO-programma elektrochemie, en € 0,7 mln aan de gemeente Rotterdam voor het project AsBeter. Het restant van € 18,2 mln betreft klimaatmiddelen die in 2018 niet tot besteding komen onder andere doordat het aantal aanvragen voor het Beleidsexperiment CO2-reductie industrie achterbleven bij het opengestelde plafond. Deze middelen zullen in 2019 weer beschikbaar komen voor de verduurzaming van de industrie.

  • Invest NL in opbouw – € 11,3 mln. Dit wordt in het bijzonder veroorzaakt doordat het transitiebudget voor Invest-NL (€ 7,6 mln) in 2018 niet is benut. De oprichting van Invest-NL wordt voorzien in 2019 waardoor ook de daarmee samenhangende transitiekosten ten behoeve van de overgang van medewerkers naar Invest-NL en het samenwerkingsverband met FMO in de komende jaren zullen worden gemaakt. De niet benutte middelen in 2018 zullen de komende jaren weer beschikbaar worden gesteld, in een ritme dat afhankelijk is van de daadwerkelijke uitgaven. Daarnaast is € 3,5 mln van het budget voor de ontwikkeltaken van Invest-NL niet benut. In aanloop naar de oprichting van Invest-NL worden de ontwikkeltaken uitgevoerd door het Nederlands Investeringsagentschap (NIA) als onderdeel van RVO.nl. De organisatie is in opbouw waardoor nog niet het volledig beschikbare budget kon worden ingezet. De vrijvallende middelen zijn ingezet voor hogere uitgaven in de uitfinanciering van subsidies en bijdragen, zoals het Interregproject Twee Zeeën (€ 1 mln), Bebasic (€ 6 mln), Holst (€ 1,8 mln), NWO (€ 1,2 mln) en Internationaal Innoveren (€ 1,1 mln).

  • Bijdrage TNO € 6,6 mln. Dit betreft de bijdragen van andere departementen zoals toegelicht is onder de verplichtingen.

  • Topsectoren overig € 11,1 mln. Dit betreft in het bijzonder een verhoging van het budget ten behoeve van de uitfinanciering van de verplichtingen BeBasic (€ 6 mln), Holst (€ 2,8 mln) en NWO (1,4 mln).

Daarnaast is als onderdeel van de mutatie voor Bevorderen Ondernemerschap € 1,7 mln gereserveerd voor het realiseren van een logistieke oplossing voor de Europese distributie van reserve-onderdelen voor de F-35 in Woensdrecht, waarover EZK samen met het Ministerie van Defensie en de provincie Noord-Brabant in gesprek is.

Toelichting op de ontvangsten

De verhoging van de diverse ontvangsten met € 7,3 mln is met name het gevolg van terugontvangsten samenhangend met de vaststelling van de verstrekte cofinanciering in het kader van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling over de periode 2007–2013 (€ 4,2 mln).

Toelichting op de begrotingsreserves

De begrotingsreserves voor de Borgstelling MKB, de Garantie Ondernemingsfinanciering, de Groeifaciliteit en voor de garanties MKB-financiering zijn bedoeld voor de verevening van een eventuele mismatch in de tijd tussen inkomsten (premies) en uitgaven (verliesdeclaraties). Jaarlijks wordt het saldo van de door banken betaalde premie-inkomsten, de verliesdeclaraties en de uitvoeringskosten gestort dan wel onttrokken aan de begrotingsreserve.

Begrotingsreserve Borgstelling MKB-kredieten (BMKB)

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2018

69.780

+ Geraamde storting

 

– Geraamde onttrekking

 

Stand (raming) per 31/12/2018

69.780

Begrotingsreserve Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2018

65.052

+ Geraamde storting

 

– Geraamde onttrekking

 

Stand (raming) per 31/12/2018

65.052

Begrotingsreserve Groeifaciliteit

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2018

18.313

+ Geraamde storting

 

– Geraamde onttrekking

 

Stand (raming) per 31/12/2018

18.313

Begrotingsreserve Garantie MKB-faciliteiten

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2018

9.041

+ Geraamde storting

 

– Geraamde onttrekking

 

Stand (raming) per 31/12/2018

9.041

Budgettaire gevolgen van beleid,

3. Een excellent ondernemingsklimaat

Tabel budgettaire gevolgen van beleid, (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
     

Mutaties 2e suppletoire begroting 2018 (3)

 
 

Stand na ISB

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2018

(2)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Stand 2e suppletoire begroting 2018

(4)=(2+3)

VERPLICHTINGEN

109.897

240.999

– 43.054

21.078

219.023

UITGAVEN

189.595

292.571

– 84.703

11.013

218.881

Waarvan juridisch verplicht (percentage)

67%

58%

   

70%

           

Leningen

182.001

280.313

– 84.058

10.719

206.974

I Startups/MKB-FINANCIERING

         

Volledig revolverend

         

Dutch Venture Initiative/Fund of Funds

30.792

53.192

– 20.700

 

32.492

Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen

4.500

8.821

35

2.000

10.856

Co-investment venture capital instrument/EIF

10.000

10.000

154

 

10.154

           

Gedeeltelijk revolverend

         

Innovatiekrediet

47.553

67.479

– 17.278

 

50.201

Risicokapitaal (seed capital)

40.297

66.273

– 35.302

9.941

40.912

Vroegefasefinanciering

16.682

17.461

– 2.132

 

15.329

Start ups/MKB

2.177

2.354

– 2.266

 

88

NL-Californië Duurzaam E-mobility fund

2.500

3.500

– 2.461

– 1.039

 
           

II INVESTERINGEN IN FUNDAMENTEEL EN TOEGEPAST ONDERZOEK

Met vermogensbehoud

         

Fundamenteel en toegepast onderzoek

20.000

43.959

 

– 183

43.776

Onco Research

2.500

5.000

– 2.500

 

2.500

Smart Industry

5.000

2.274

– 1.608

 

666

           

III Staatsobligaties Toekomstfonds

         
           

Subsidies

800

4.854

– 804

– 750

3.300

IV Reëel rendement voor onderzoek

         

V Overige subsidies

         

Smart Industry

 

3.310

– 804

– 750

1.756

Haalbaarheidsstudies TO2 innovatieve starters

800

1.544

   

1.544

           

Bijdragen aan agentschappen

6.794

7.404

159

1.044

8.607

Bijdrage Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

6.794

7.404

159

1.044

8.607

           

ONTVANGSTEN

40.588

46.934

– 13.353

– 1.000

32.581

MKB-FINANCIERING BESTAAND INSTRUMENTARIUM

         

Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen

 

4.500

2.335

– 1.000

5.835

Fund of Funds (DVI I/Business Angels)

800

800

   

800

Innovatiekredieten

30.688

30.688

– 15.688

 

15.000

Seed

9.100

9.100

   

9.100

Vroegefasefinanciering

         

Investeringen onderzoek

 

1.846

   

1.846

           

MKB-FINANCIERING INCIDENTELE MIDDELEN

         

Ontvangsten DVI II

         
           

Ontvangsten fundamenteel en toegepast onderzoek

         
           

Renteontvangsten Toekomstfonds

         

Toelichting op de verplichtingen

De verhoging van het verplichtingbudget met € 21,1 is met name het gevolg van:

  • Een bijdrage van het Ministerie van VWS ten behoeve van de Seed Capital regeling voor de eHealth tender van € 9,8 mln inclusief uitvoeringskosten.

  • Een verhoging van het budget voor fundamenteel en toegepast onderzoek met € 7,5 mln. Een project van de regeling Toekomstfondskrediet Onderzoeksfaciliteiten is niet doorgegaan en het budget wordt opnieuw beschikbaar gesteld.

  • Het naar voren halen van budget voor Vroegefasefinanciering met € 2,6 mln. De verplichting aan NWO-TTW voor het uitvoeren van de regeling Vroegefasefinanciering in het jaar 2018 en de eerste helft van 2019, is in 2018 aangegaan.

  • De ontvangst van dividend LIOF van € 2 mln wordt opnieuw beschikbaar gemaakt voor de kapitaalverstrekking aan Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen.

Toelichting op de uitgaven

De verhoging van het kasbudget met € 11,0 mln is met name het gevolg van:

  • Een bijdrage van het Ministerie van VWS ten behoeve van de Seed Capital regeling voor de eHealth tender van € 9,8 mln inclusief uitvoeringskosten.

  • De ontvangst van dividend LIOF van € 2 mln wordt opnieuw beschikbaar gemaakt voor kapitaalverstrekking aan Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen.

Toelichting op de ontvangsten

De verlaging van het ontvangstbudget met € 1,0 mln is het gevolg van:

  • De ontvangst van dividend LIOF van € 2 mln.

  • De vertraging in de afhandeling van verkoop NOM aandelen waardoor € 3 mln niet meer in 2018 ontvangen zal worden.

Budgettaire gevolgen van beleid,

4. Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering

Tabel budgettaire gevolgen van beleid, (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
     

Mutaties 2e suppletoire begroting 2017 (3)

 
 

Stand na ISB

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2018

(2)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoirebegroting

Stand 2e suppletoire begroting 2018

(4)=(2+3)

VERPLICHTINGEN

17.104.762

17.106.075

100.384

486.517

17.692.976

Waarvan garantieverplichtingen

66.600

66.600

0

0

66.600

UITGAVEN

2.286.115

2.287.433

123.749

483.884

2.895.066

Waarvan juridisch verplicht (percentage)

86%

86%

   

77%

           

Subsidies

1.996.160

1.977.676

– 7.169

489.250

2.459.757

Topsectoren Energie

108.723

109.558

– 5.858

– 2.848

100.852

– Tenderregeling Energie-innovatie

60.403

74.238

– 858

– 2.853

70.527

– SDE+projecten (Hernieuwbare Energie Regeling)

48.320

35.320

– 5.000

5

30.325

Energie-innovatie (IA)

2.368

3.908

1.004

1.084

5.996

Green Deal

1.500

1.500

– 170

– 730

600

Energieakkoord

57.600

42.600

– 9.643

4.659

37.616

– Demonstratie-regeling Energie Innovatie (DEI)

42.000

27.000

– 2.700

5.700

30.000

– Subsidieregeling Duurzame Scheepsbouw

6.600

6.600

– 6.100

1.182

1.682

– Nieuw Klimaat en Energieakkoord SER

   

3.687

– 536

3.151

– Projecten Energieakkoord en Klimaatakkoord

9.000

9.000

– 4.530

– 1.687

2.783

Begrotingsreserve Maatregelen voor CO2-reductie

     

500.000

500.000

MEP

54.991

19.756

3.877

0

23.633

SDE

616.059

630.396

300

0

630.696

SDE+

1.058.564

1.009.181

2.707

– 6.668

1.005.220

ISDE-regeling

0

75.000

0

0

75.000

Compensatie Energie-intensieve bedrijven (ETS)

62.000

45.000

0

– 5.000

40.000

CCS

2.080

1.530

0

0

1.530

Aardwarmte

21.000

21.000

458

– 458

21.000

Subsidieregeling Energiebesparing en duurzame energie sportaccommodaties (EDS)

0

8.000

0

– 1.200

6.800

Hoge Flux Reactor

7.651

7.201

49

0

7.250

Elektrisch rijden

0

200

0

29

229

Caribisch Nederland

3.000

2.222

97

458

2.777

Overige subsidies

624

624

10

– 76

558

           

Leningen

 

19.800

0

– 48

19.752

Pallas

 

19.800

0

– 48

19.752

           

Garanties

4.700

8.291

0

0

8.291

Aardwarmte

 

6.000

0

0

6.000

Storting in begrotingsreserve Aardwarmte

4.700

2.291

0

0

2.291

           

Opdrachten

18.191

15.545

1.233

– 7.423

9.355

O&O bodembeheer

4.917

3.328

– 547

– 1.431

1.350

SodM onderzoek

2.500

2.500

0

– 1.400

1.100

Uitvoeringsagenda klimaat

573

573

9

– 75

507

Klimaat mondiaal

350

343

0

29

372

Onderzoek en opdrachten

9.851

8.801

1.771

– 4.546

6.026

           

Bijdragen aan agentschappen

61.129

62.644

2.981

641

66.266

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

48.977

51.613

2.354

3.160

57.127

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

703

703

17

0

720

KNMI

1.276

1.276

31

30

1.337

NEA

7.528

7.775

510

– 2.407

5.878

RIVM

1.430

62

37

– 99

0

Rijkswaterstaat

1.215

1.215

32

– 43

1.204

           

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

141.680

141.680

6.995

600

149.275

Doorsluis COVA heffing

111.000

111.000

0

0

111.000

TNO Kerndepartement

28.980

28.980

6.954

600

36.534

TNO SodM

1.700

1.700

41

0

1.741

           

Bijdragen aan mede-overheden

36.440

36.440

– 11.806

– 634

24.000

Uitkoopregeling

36.440

36.440

– 11.806

– 634

24.000

           

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

27.815

25.357

131.515

1.498

158.370

ECN/NRG

26.358

23.658

131.565

1.849

157.072

Diverse instituten

1.457

1.699

– 50

– 351

1.298

           

ONTVANGSTEN

3.445.211

3.298.052

328.244

2.451

3.628.747

COVA

111.000

111.000

0

0

111.000

Opbrengst heffing ODE (SDE+)

1.074.000

1.074.000

0

0

1.074.000

ETS-ontvangsten

224.000

224.000

226.000

0

450.000

Onttrekking begrotingsreserve duurzame energie

73.000

73.000

0

0

73.000

Aardgasbaten

1.950.000

1.800.000

100.000

0

1.900.000

Ontvangsten zoutwinning

2.511

2.511

0

88

2.599

Diverse ontvangsten

10.700

13.541

2.244

2.363

18.148

Toelichting op de verplichtingen

Het kabinet zal mogelijk additionele maatregelen nemen om aanvullende CO2-reductie te realiseren. Omdat de aard en timing van de eventuele aanvullende maatregelen nog onzeker is, heeft het kabinet besloten deze eventuele maatregelen via een tijdelijke begrotingsreserve mogelijk te maken. De reserve loopt tot en met 2020 en wordt gekoppeld aan artikel 4 (Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering) van de EZK-begroting. De reserve wordt eenmalig gevuld met € 500 mln. Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat coördineert de set aan maatregelen om CO2 te reduceren. Andere departementen zoals LNV, IenW en BZK kunnen ook een beroep doen op deze middelen voor CO2-reducerende maatregelen.

Daarnaast daalt het verplichtingenbudget onder andere door overhevelingen van in totaal € 6,7 mln naar Rijkswaterstaat (zie onder bij SDE+), de overheveling van € 5 mln naar het Provinciefonds ten behoeve van de bijdrage over 2018 aan de Regionale Investeringssteun Groningen (RIG) en de overheveling van € 5,3 mln naar het Gemeentefonds en Provinciefonds ten behoeve van de uitvoering van het toezicht op de energiebesparing bij bedrijven en de implementatie van de EED-richtlijn.

Toelichting op de uitgaven

Subsidies

Demonstratie-regeling Energie Innovatie (DEI)

Op basis van eerdere prognoses van RVO.nl is het voor de DEI beschikbare budget van € 42 mln bij Voorjaarsnota 2018 en bij Miljoenennota 2019 gekort met in totaal € 17,7 mln. Voor een groot deel zijn deze middelen toegevoegd aan het budget voor de Topsectoren Energie (TSE) omdat hier door RVO juist een groot kastekort werd voorzien. Uit de laatste prognoses blijkt echter dat de korting op het DEI-budget te groot is geweest: dit wordt met deze mutatie hersteld, onder andere door € 2,9 mln van de TSE terug te schuiven naar de DEI en door enkele kleinere meevallers bij artikel 4.

Begrotingsreserve Maatregelen voor CO2-reductie

Zie de toelichting op de verplichtingen.

SDE+

Voor de programma-uitgaven van het Maritiem Informatievoorzieningen Servicepunt (MIVSP), extra personele inzet ten behoeve van de werkzaamheden voor Wind op Zee/Routekaart 2030 en de bijdrage aan de vervanging van een radarinstallatie bij Wemeldinge wordt in totaal € 6,7 mln budget overgeheveld naar Rijkswaterstaat.

Compensatie Energie-intensieve bedrijven (ETS)

In het kader van de regeling Regionale Investeringssteun Groningen (RIG), die tot doel heeft investeringssteun te verlenen aan ondernemingen gevestigd in de Eemsdelta en de Zernike-campus, wordt uit het budget voor de ETS-compensatieregeling een derde tranche van € 5 mln overgeheveld naar de provincie Groningen. In de brief van 17 maart 2014 over het Actieplan van de werkgroep versterking chemiecluster Eemsdelta is uw Kamer hierover geïnformeerd (TK, 32 637, nr. 124).

Opdrachten

Onderzoek en opdrachten

In het kader van het Energie-akkoord 2013 is in 2018 een intensiveringsprogramma vastgesteld, in welk verband gemeenten wordt verzocht intensiever te gaan controleren en handhaven op het treffen van energiebesparende maatregelen bij bedrijven. Daartoe is door EZK een informatieplicht voor bedrijven ingesteld, waardoor het bevoegd gezag efficiënter kan handhaven. Naar aanleiding van een amendement op de begroting EZK 2018 (Van der Lee, 8 december 2017) is hiervoor € 3 mln subsidie toegezegd door de Minister van EZK. Het budget is overgeheveld naar het Gemeentefonds.

Voor de bijdrage aan gemeenten en provincies ten behoeve van de implementatie van de Europese Energie-Efficiency Richtlijn in 2019 wordt € 2,3 mln budget overgeheveld naar het Gemeente- respectievelijk het Provinciefonds.

Bijdrage agentschappen

Voor de implementatie van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) wordt de bijdrage aan RVO met € 2,9 mln verhoogd.

Bijdrage aan organisaties

De overgang van ECN-Duurzaam naar TNO leidt tot een vermindering van de mogelijkheden voor ECN-Duurzaam om betaalde BTW in vooraftrek te brengen. Omdat ECN-Duurzaam in 2018 nog uit het ECN/NRG-budget is gefinancierd, is de compensatie van € 2,6 mln voor dit nadeel toegevoegd aan het ECN/NRG-budget.

Toelichting op de ontvangsten

Bij de diverse energieregelingen wordt € 3,5 mln meer aan terugontvangen subsidievoorschotten verwacht dan geraamd.

Hier tegenover staan een lager bedrag ad. € 0,4 mln dat van RVO wordt terugontvangen op basis van de afrekening van de opdracht 2017 en lagere ontvangsten uit het doorberekenen van planschade-uitkeringen (€ 0,7 mln).

Toelichting op de begrotingsreserves

Begrotingsreserve Duurzame energie

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2018

1.774.666

+ Geraamde storting

496.197

– Geraamde onttrekking

– 73.000

Stand (raming) per 31/12/2018

2.197.863

De begrotingsreserve voor duurzame energie is bestemd voor onbesteed gebleven middelen als gevolg van vertraging bij of het niet doorgaan van projecten waaraan subsidie is toegekend op basis van de MEP, de SDE, de SDE+ of de ISDE. Via de reserve blijven deze middelen ook in de toekomst beschikbaar voor het stimuleren van hernieuwbare energieproductie. In 2018 zal naar verwachting zo’n € 496 mln onbenutte (kas)middelen in de begrotingsreserve gestort worden. De verwachte onttrekking van € 73 mln betreft de tranche 2018 van de tijdelijke onttrekking aan de begrotingsreserve die bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2015 aan de orde is geweest (zie hiervoor onder meer het antwoord op vraag 5 en 6 in Kamerstuk 34 210 XIII, nr. 4, blz. 5 – 7).

Begrotingsreserve Aardwarmte

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2018

22.573

+ Geraamde storting

2.291

– Geraamde onttrekking

– 6.000

Stand (raming) per 31/12/2018

18.864

De begrotingsreserve voor de garantieregeling Aardwarmte is bedoeld om het budget voor het mogelijk uitbetalen van verliesdeclaraties meerjarig in te kunnen zetten en een eventuele mismatch in de tijd tussen inkomsten (premies) en uitgaven (verliesdeclaraties) op te vangen. Om gebruik te kunnen maken van de garantieregeling Aardwarmte betalen marktpartijen een kostendekkende premie aan de uitvoerder van de regeling (RVO.nl) die wordt gestort in de begrotingsreserve. De uit te betalen verliesdeclaraties worden onttrokken aan de reserve.

Begrotingsreserve ECN verstrekte leningen

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2018

6.600

+ Geraamde storting

 

– Geraamde onttrekking

 

Stand (raming) per 31/12/2018

6.600

De middelen in de begrotingsreserve risicopremie ECN/NRG zullen worden aangesproken als ECN – al dan niet tijdelijk – (gedeeltelijk) niet kan voldoen aan de terugbetalingsverplichtingen volgens de afgesloten leningsovereenkomst.

Begrotingsreserve Maatregelen voor CO2-reductie

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2018

0

+ Geraamde storting

500.000

– Geraamde onttrekking

 

Stand (raming) per 31/12/2018

500.000

Het kabinet zal mogelijk additionele maatregelen nemen om aanvullende CO2-reductie te realiseren. Omdat de aard en timing van de eventuele aanvullende maatregelen nog onzeker is, heeft het kabinet besloten deze eventuele maatregelen via een tijdelijke begrotingsreserve mogelijk te maken. De reserve loopt tot en met 2020 en wordt gekoppeld aan artikel 4 (Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering) van de EZK-begroting. De reserve wordt eenmalig gevuld met € 500 mln. Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat coördineert de set aan maatregelen om CO2 te reduceren. Andere departementen zoals LNV, IenW en BZK kunnen ook een beroep doen op deze middelen voor CO2-reducerende maatregelen.

Budgettaire gevolgen van beleid,

5. Meerjarenprogramma Nationaal Coördinator Groningen

Tabel budgettaire gevolgen van beleid, (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
     

Mutaties 2e suppletoire begroting 2018 (3)

 
 

Stand na ISB

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2018

(2)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Stand 2e suppletoire begroting 2018

(4)=(2+3)

VERPLICHTINGEN

38.760

54.241

102.277

– 7.418

149.100

UITGAVEN

38.760

48.981

102.277

– 7.418

143.840

Waarvan juridisch verplicht (percentage)

0%

90%

   

95%

           

Subsidies

25.160

31.642

509

– 6.400

25.751

Verduurzamingsopgave uit aardgasbaten

10.000

16.144

273

0

16.417

Verduurzamingsopgave overig (kaderrelevante uitgaven)

10.160

10.500

100

– 6.400

4.200

Instrumentarium woningmarkt

5.000

4.998

136

0

5.134

           

Inkomensoverdrachten

   

42.500

0

42.500

Schadevergoeding

   

42.500

0

42.500

           

Opdrachten

13.600

17.339

10.216

– 1.089

26.466

Onderzoek en compensatie gemeenten en provincie

7.000

8.775

111

0

8.886

Werkbudget

6.600

8.564

10.105

– 1.089

17.580

           

Bijdragen aan agentschappen

   

49.052

71

49.123

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

   

47.422

71

47.493

Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade Groningen

   

1.630

0

1.630

           

Ontvangsten

   

99.922

0

99.922

Schadevergoedingen

   

42.500

0

42.500

Uitvoeringskosten Schade

   

47.422

0

47.422

Diverse ontvangsten

   

10.000

 

10.000

Toelichting op de verplichtingen en uitgaven

Subsidies

Verduurzamingsopgave overig (kaderrelevante uitgaven)

Duurzaamheid in combinatie met Versterking

De uitgaven aan de subsidieregeling «Duurzaamheid in combinatie met Versterking» blijven met € 6,4 mln achter bij de oorspronkelijke raming, vanwege het aantal huizen dat in 2018 versterkt kan worden.

Nationaal programma Groningen

Op 5 oktober jl. hebben Rijk, provincie en gemeenten een akkoord gesloten in de vorm van een Nationaal Programma Groningen (NPG). Voor het NPG is meerjarig totaal € 1,15 mld beschikbaar. Vooruitlopend op de nadere uitwerking van het Nationaal Programma in de komende maanden wordt gewerkt om binnen iedere programmalijn nog dit jaar een aantal projecten te starten. Op grond van de afspraken in het Regeerakkoord is hiervoor in 2018 € 50 miljoen beschikbaar op de Rijksbegroting. Dit bedrag is van de aanvullende post van de Rijksbegroting overgeboekt naar de begroting van EZK en vervolgens is dit bedrag dat bestemd is voor de provincie Groningen gestort in het Provinciefonds.

Opdrachten

Werkbudget

Kosten gemeenten in het aardbevingsgebied

In 2018 is gestart met de versterking van de eerste woningen in het aardbevingsgebied. In het Regeerakkoord is de noodzaak van psychosociale ondersteuning door gemeenten van de bewoners in het aardbevingsgebied onderstreept. Ook op terrein van openbare ruimte is extra de inspanning van gemeenten vereist. Omdat de reeds verleende compensatie van € 4 mln niet toereikend is, wordt de compensatie met € 6 mln verhoogd. Middelen zijn afkomstig van de aanvullende post van de Rijksbegroting.

Overboeking budget apparaatskosten NCG.

In de begroting 2019 is aangegeven dat «voor zover noodzakelijk is op artikel 5 onder het kopje werkbudget nog aanvullend budget beschikbaar voor personeel en materieel». Om de personele en materiele uitgaven van de NCG te dekken is van dit aanvullend budget gebruik gemaakt door € 6,7 mln over te maken van het werkbudget op artikel 5 naar het budget op artikel 40 voor de NCG.

Raadsman gemeente Loppersum

Dit betreft een overheveling van € 0,5 mln naar het Gemeentefonds voor de gemeente Loppersum voor de ondersteuning die de gemeente Loppersum biedt aan de Raadsman. De storting wordt generaal geboekt, omdat de dekking uit het niet-relevante werkbudget van Nationaal Coördinator Groningen (NGG) komt.

Overboeking afwegingskader monumenten

Dit betreft een overboeking van € 0,1 mln vanuit het Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) programma Aardbevingen & Erfgoed naar de NCG. Dit bedrag heeft OCW in het Erfgoedprogramma toegezegd voor de toetsing van het afwegingskader Monumenten. De mutatie is generaal geboekt omdat het geld bestemd is voor het niet-relevante werkbudget van NCG.

Toelichting op de ontvangsten

Bij de ontvangsten hebben zich geen mutaties voorgedaan.

Meerjarige overzichtstabel Groningen

Aansluitend een meerjarige overzichtstabel met alle middelen van het Rijk bestemd voor Groningen, verdeeld over de begroting van de departementen en het decentrale budget.

Bedragen x € 1.000
 

2018

2019

2020

2021

2022

2023

Totaal

Begroting departementen

             

Begroting EZK

143.840

39.000

40.100

39.100

20.000

9.000

291.040

Begroting OCW

4.000

4.000

4.500

4.500

   

17.000

Begroting SZW

6.000

         

6.000

               

Budget Decentraal

             

Nationaal Programma Groningen via Provinciefonds

50.000

         

50.000

Totaal

203.840

43.000

44.600

43.600

20.000

9.000

364.040

Budgettaire gevolgen van beleid,

6. Concurrerende, duurzame, veilige agro-, visserij- en voedselketens

Tabel budgettaire gevolgen van beleid, (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
     

Mutaties 2e suppletoire begroting 2018 (3)

 
 

Stand na ISB

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2018

(2)

Mutaties miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Stand 2e suppletoire begroting 2018

(4)=(2+3)

VERPLICHTINGEN

703.311

753.508

37.964

8.643

800.115

Waarvan garantieverplichtingen

123.015

123.015

0

0

123.015

UITGAVEN

586.388

637.897

7.614

6.621

652.132

Waarvan juridisch verplicht (percentage)

97%

97%

     
           

Subsidies

35.919

39.920

87.780

– 7.057

120.643

Duurzame veehouderij

111

154

0

0

154

Plantaardige productie

17.946

17.946

0

– 7.500

10.446

Energie-efficiency en hernieuwbare energie glastuinbouw (EHG)

9.200

9.200

0

– 3.800

5.400

Marktintroductie energie innovaties (MEI)

8.535

8.535

0

– 3.700

4.835

Overig

211

211

0

0

211

Visserij

5.055

5.055

0

– 2.522

2.533

Regelingen onder het nieuwe EFMZV

5.055

5.055

0

– 2.522

2.533

Agrarisch ondernemerschap

5.318

5.318

0

– 500

4.818

Brede weersverzekering

5.318

5.318

0

– 500

4.818

Kennisontwikkeling en (agrarische) innovatie

7.489

11.447

87.780

943

100.170

Overig

7.489

11.447

87.780

943

100.170

Apurement

0

0

0

0

0

Begrotingsreserves

0

0

0

2.522

2.522

Storting begrotingsreserve visserij

 

0

2.522

2.522

           

Garanties

5.140

5.140

0

0

5.140

Storting bijdrage begrotingsreserve Borgstellingsfaciliteit

2.015

2.015

0

0

2.015

Verliesdeclaraties Borgstellingsfaciliteit

3.125

3.125

0

0

3.125

 

       

Opdrachten

129.068

151.456

– 96.137

– 14.511

40.808

Duurzame veehouderij

17.398

18.365

– 13.843

– 2.395

2.127

Mestbeleid

481

12.310

– 6.180

– 4.660

1.470

Plantaardige productie

13.551

12.972

– 7.817

– 1.700

3.455

Plantgezondheid

2.067

5.123

207

– 1.473

3.857

Diergezondheid en dierenwelzijn

5.145

8.871

– 540

– 857

7.474

Voedselagenda

16.491

3.081

0

0

3.081

Voedselveiligheid en kwaliteit

2.944

1.541

156

– 1.300

397

Voedselzekerheid en internationaal en Europees landbouwbeleid

2.641

3.171

– 87

123

3.207

Visserij

130

55

280

– 6

329

Agrarisch ondernemerschap

2.507

2.507

33

– 300

2.240

Kennisontwikkeling en (agrarische) innovatie

65.713

83.460

– 68.346

– 1.943

13.171

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

82.181

96.262

2.871

– 2.479

96.654

Medebewind en overige voormalige publieke PBO-taken

1.510

1.510

40

0

1.550

Wageningen Research

77.013

92.178

2.350

– 2.255

92.273

College Toelating Gewasbeschermingsmiddelen en Biociden

988

988

437

1.394

2.819

Centrale Commissie Dierproeven

738

0

12

0

12

ZonMW dierproeven

1.932

1.586

32

– 1.618

0

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

10.217

4.217

170

0

4.387

Diergezondheidsfonds

10.217

4.217

170

0

4.387

           

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

10.026

10.394

0

– 130

10.264

FAO en overige contributies

10.026

10.394

0

– 130

10.264

           

Bijdragen aan baten-lastendiensten

313.837

330.508

12.930

30.798

374.236

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

161.858

172.658

7.400

– 4.040

176.018

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland

138.565

142.385

5.156

34.730

182.271

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu

5.923

7.672

180

108

7.960

Rijksrederij

7.491

7.793

194

0

7.987

           

ONTVANGSTEN

41.026

43.835

6.336

25.834

76.005

Mestbeleid

7.209

7.209

0

0

7.209

Diergezondheid en dierenwelzijn

500

1.788

500

100

2.388

Voedselzekerheid en internationaal en Europees landbouwbeleid

5.926

5.926

0

6.226

12.152

Visserij

6.993

7.295

0

0

7.295

Agrarisch ondernemerschap

245

245

0

19.300

19.545

Kennisontwikkeling en (agrarische) innovatie

12.157

13.357

316

208

13.881

Garanties (provisies Borgstellingsfaciliteit)

2.925

2.925

0

0

2.925

Agentschappen

5.520

0

5.520

Onttrekkingen begrotingsreserves

5.071

5.090

0

0

5.090

Toelichting op de verplichtingen

De mutatie van het verplichtingenbudget hangt vrijwel samen met de hierna weergegeven uitgavenmutaties. Er is daarnaast nog een aantal opdrachten voor Aerius en meetnetten dat in 2019 uitgevoerd wordt door het RIVM en waarbij de verplichting in 2018 wordt aangegaan. Daarnaast is uit de envelop Toegepast Onderzoek (TO) voor TO2 instellingen (Wageningen Research) een bedrag van ca. € 17,9 mln toegevoegd aan het verplichtingenbudget.

Toelichting op de uitgaven

Subsidies

De toevoeging van € 87,8 mln aan het budget Kennisontwikkeling en (agrarische) innovatie heeft betrekking op een herrubricering van opdrachtenbudget naar subsidie budget. De opdracht aan Wageningen Research stond onder de categorie ‘opdrachten’ gerubriceerd, terwijl het met het van kracht worden van de TO2-regeling een subsidieverstrekking is geworden.

De lagere uitgaven bij plantaardige productie ad € 7,5 mln hebben betrekking op de klimaatmiddelen die in het voorjaar van de aanvullende post naar de begroting van LNV zijn overgeheveld.

Met name bij de subsidieregelingen MEI en EHG is sprake van onderuitputting. Doordat de extra middelen pas in de loop van het jaar bekend werden, is ook de openstelling van de regelingen pas in de loop van het jaar gerealiseerd. Hierdoor wordt een deel van de uitgaven op de toegekende subsidies in 2019 gerealiseerd.

Van de regelingen onder het nieuwe EFMZV wordt € 2,5 mln gestort in de begrotingsreserve visserij. De storting is het niet bestede deel van de nationale cofinanciering voor de regelingen van het Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij 2014–2020 die is vastgelegd in het Operationeel Programma van het EFMZV en behouden blijft voor cofinanciering van toekomstige uitgaven.

Opdrachten

De lagere geraamde uitgaven bij Duurzame veehouderij en Plantaardige productie hangen samen met de vertraging in de uitvoering van klimaatprojecten, doordat de extra middelen pas in de loop van het jaar bekend werden. Hierdoor zal een deel van de uitgaven op de toegekende middelen over de jaargrens heen lopen.

Daarnaast heeft een budgetoverheveling plaats gevonden naar de onderdelen Kennisontwikkeling, Bijdrage aan NVWA en Bijdrage aan RVO voor het 6e Actieprogramma Nitraatrichtlijn alsmede een overheveling van € 4,6 mln naar de provincie voor grondwaterbeschermingsgebieden (Mestbeleid). Verder is een budget van € 2,5 mln overgeheveld naar de gemeente Almere voor voorbereidingskosten van de Floriade in 2022.

Baten-lasten diensten

De verhoging van de bijdrage aan RVO heeft met name betrekking op extra uitvoeringskosten voor de implementatie van het fosfaatrechtenstelsel voor onder meer juridische kosten (€ 10,6 mln), uitvoeringskosten van het fosfaatreductieplan die voor rekening van het zuivelsector komen (€ 19,3 mln), en voor het 6e actieprogramma nitraatraatrichtlijn (€ 3,1 mln).

De lagere geraamde bijdrage aan de NVWA van € 4 mln is veroorzaakt doordat de eerder toegevoegde middelen voor extra werkzaamheden voor de Brexit niet (volledig) in 2018 nodig zijn. Daarnaast is € 2,6 mln toegevoegd voor de implementatie van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).

Toelichting op de ontvangsten

Voedselzekerheid en internationaal en Europees landbouwbeleid

De hogere geraamde bijdrage heeft met name betrekking op een EU ontvangst van € 5,2 mln, betreffende een declaratie uit hoofde van het Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij (EFMZV) voor kosten die deels in eerdere jaren zijn gemaakt en toen ten laste van de eigen begroting zijn betaald.

Agrarisch ondernemerschap

De extra geraamde ontvangst van € 19,3 mln betreft de sectorbijdrage in de uitvoeringskosten van RVO.nl voor het fosfaatreductieplan. Dit ter dekking van de extra uitgaven voor het fosfaatreductieplan, zoals deze bij de uitgaven van de baten-lastendienst RVO zijn toegelicht.

Toelichting op de begrotingsreserves

Begrotingsreserve Landbouw

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2018

26.679

+ Geraamde storting

 

– Geraamde onttrekking

– 1.912

Stand (raming) per 31/12/2018

24.767

De onttrekking wordt gedaan om uitgaven te kunnen doen voor verplichtingen die eerder zijn aangegaan. De grootste posten zijn:

  • –  Uitgaven voor projecten die bijdragen aan een duurzame cacaoconsumptie en productie, die gefinancierd worden uit de vorig jaar aan de begrotingsreserve toegevoegde rentebaten van het cacaobufferstockfonds dat beheerd werd door het voormalig Productschap Akkerbouw;

  • –  College Toelating Gewasbeschermingsmiddelen en Biociden (Ctgb) voor beleidsadvisering;

  • –  Uitgaven voor projecten duurzame landbouw.

Begrotingsreserve Visserij

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2018

17.444

+ Geraamde storting

2.522

– Geraamde onttrekking

 

Stand (raming) per 31/12/2018

19.966

De storting is het niet bestede deel van de nationale cofinanciering voor de regelingen van het Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij 2014–2020 die is vastgelegd in het Operationeel Programma van het EFMZV en behouden blijft voor cofinanciering van toekomstige uitgaven.

Begrotingsreserve Borgstellingsfaciliteit

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2018

14.166

+ Geraamde storting

2.015

– Geraamde onttrekking

– 178

Stand (raming) per 31/12/2018

16.003

De storting is de jaarlijkse bijdrage voor toekomstige verliesdeclaraties. De onttrekking wordt gedaan voor de geraamde verliesdeclaraties.

Begrotingsreserve Apurement

Bedragen x € 1.000

Stand 1/1/2018

101.834

+ Geraamde storting

 

– Geraamde onttrekking

– 3.000

Stand (raming) per 31/12/2018

98.834

De op de begroting gereserveerde middelen voor de regeling apurement voor eventuele correcties en boetes die samenhangen met het beheer van Europese fondsen worden naar beneden bijgesteld omdat de reserve naar huidige inzichten toereikend is.

Budgettaire gevolgen van beleid,

8. Natuur en biodiversiteit

Tabel budgettaire gevolgen van beleid, (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
     

Mutaties 2e suppletoire begroting 2018 (3)

 
 

Stand na ISB

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2018

(2)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Stand 2e suppletoire begroting 2018

(4)=(2+3)

VERPLICHTINGEN

111.564

109.850

718

– 4.809

105.759

UITGAVEN

111.804

109.841

7.472

– 2.959

114.354

Waarvan juridisch verplicht

90%

90%

     
           

Subsidies

2.555

2.555

39

0

2.594

Vermaatschappelijking Natuur en Biodiversiteit

1.020

1.020

17

0

1.037

Natuur en biodiversiteit op land

763

763

9

0

772

Beheer Kroondomein

772

772

13

0

785

           

Leningen

27.345

27.345

0

– 1.000

26.345

Rente en aflossingen voor bestaande leningen (EHS & PNB)

27.345

27.345

0

– 1.000

26.345

           

Opdrachten

26.971

24.767

6.131

– 4.826

26.072

Natuur en Biodiversiteit Grote wateren

7.792

7.297

115

– 1.378

6.034

Vermaatschappelijking Natuur en Biodiversiteit

4.924

3.579

– 208

1.373

4.744

Overige stelsel activiteiten

1.931

1.698

– 129

– 43

1.526

Internationale Samenwerking

3.648

3.648

– 307

415

3.756

Natuur en Biodiversiteit op land

1.653

1.522

7.935

– 716

8.741

Caribisch Nederland

423

423

0

– 100

323

Klimaatimpuls natuur en biodiversiteit

6.600

6.600

– 1.275

– 4.877

448

Regio deals

   

0

500

500

           

Bijdragen aan medeoverheden

600

600

0

– 400

200

Caribisch Nederland

600

600

0

– 400

200

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

25.952

25.952

694

319

26.965

Staatsbosbeheer

25.952

25.952

694

319

26.965

           

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

1.097

1.338

0

– 21

1.317

Contributies

1.097

1.338

0

– 21

1.317

           

Bijdragen aan baten-lastendiensten

27.284

27.284

608

2.969

30.861

Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland

17.871

17.871

467

2.969

21.307

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit

9.413

9.413

141

0

9.554

           

ONTVANGSTEN

57.180

57.180

0

– 1.630

55.550

Landinrichtingsrente

37.259

37.259

0

1.500

38.759

Verkoop gronden

15.000

15.000

0

0

15.000

Overige

4.921

4.921

0

– 3.130

1.791

Toelichting op de verplichtingen

De lagere verplichtingen van € 4,8 mln hangen onder meer samen met het overhevelen van € 3,2 mln aan budget naar de provincies Zuid-Holland en Utrecht voor het uitvoeren van de pilots klimaatslimme landbouw in veenweide gebieden en een overheveling naar artikel 6 voor uitvoering van Klimaatpilots Bos via Wageningen Research. De middelen zijn in 2018 beschikbaar gesteld voor de realisatie van de klimaatdoelstellingen. Daarnaast is € 1,8 mln aan verplichtingenbudget overgeheveld naar artikel 6 voor de opdrachtverlening in 2018 aan het RIVM voor de uitvoering in 2019 van het Programma Aanpak Stikstof (PAS).

Toelichting op de uitgaven

Opdrachten

De toevoeging aan het budget Natuur en Biodiversiteit op land ad € 7,9 mln bij de MJN heeft betrekking op de herinrichting van de begroting van het Ministerie van EZ naar onderdelen die betrekking hebben op het EZK-deel en die betrekking hebben op het LNV-deel van de begroting. Dit betreft de uitfinanciering van het Project Mainport Rotterdam, welke door de splitsing van EZ is overgeheveld van artikel 2 (EZK) naar artikel 8 (LNV).

De verhoogde uitgaven bij Klimaatimpuls natuur en biodiversiteit ad € 4,9 mln bestaat uit een overheveling naar de provincies Zuid-Holland en Utrecht voor het uitvoeren van de pilots klimaatslimme landbouw in veenweide gebieden (€ 3,2 mln) en een herschikking van het budget voor meerwerk bij RVO.nl (€ 1,7 mln).

Bijdragen aan medeoverheden

De kosten bij Caribisch Nederland vallen € 0,4 mln lager uit dan geraamd door een vertraging in het realiseren van projectplannen.

Bijdragen aan baten-lastendiensten

Aan RVO zijn meerwerkopdrachten verstrekt die met name betrekking hebben op de uitvoering van Klimaatimpulsen natuur en biodiversiteit alsmede extra uitvoeringskosten voor Cites die voortkomen uit de Wet natuurbescherming.

Toelichting op de ontvangsten

De overige ontvangsten worden € 3,1 mln lager geraamd, mede als gevolg van het vervallen van opbrengsten van taken die gedecentraliseerd zijn, zoals jachtakten (€ 1,0 mln) en het Plattelands ontwikkelingsprogramma (POP2) (€ 2,8 mln).

4. De niet-beleidsartikelen

40. Apparaat EZK

(Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
     

Mutaties 2e suppletoire begroting 2018 (3)

 
 

Stand na ISB

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2018

(2)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Stand 2e suppletoire begroting 2018

(4)=(2+3)

VERPLICHTINGEN

301.121

338.812

46.373

11.193

396.378

UITGAVEN

301.121

338.812

46.373

11.193

396.378

           

Personele uitgaven

207.240

211.237

18.749

8.186

238.172

– waarvan eigen personeel

180.383

188.476

– 4.324

14.306

198.458

– waarvan externe inhuur

7.275

8.737

274

506

9.517

– waarvan overige personele uitgaven

19.582

14.024

22.799

– 6.626

30.197

Materiële uitgaven

93.881

127.575

27.624

3.007

158.206

– waarvan ICT1

6.863

11.863

7.543

– 7.495

11.911

– waarvan bijdrage aan SSO’s (exclusief DICTU)

22.898

20.990

4.022

0

25.012

– waarvan SSO DICTU

42.874

65.675

9.733

8.972

84.380

– waarvan overige materiële uitgaven

21.246

29.047

6.326

1.530

36.903

           

ONTVANGSTEN

37.893

37.570

– 1.200

15

36.385

X Noot
1

Het totaal van de ICT-uitgaven van het kerndepartement en buitendiensten bestaan uit de ICT-uitgaven geraamd onder de post materiële uitgaven en de bijdrage aan de SSO DICTU.

Toelichting op de verplichtingen en uitgaven

Personele uitgaven

De raming voor uitgaven personeel wordt verhoogd met € 8,2 mln op grond van:

  • –  Hogere uitgaven voor de organisatie van de Nationaal Coördinator Groningen (€ 7,7 mln). In de begroting 2019 is aangegeven dat «voor zover noodzakelijk is op artikel 5 onder het kopje werkbudget nog aanvullend budget beschikbaar voor personeel en materieel». Om de personele uitgaven van de NCG te dekken is van dit aanvullend budget gebruik gemaakt door € 6,0 mln over te maken van het werkbudget op artikel 5 naar het budget op artikel 40 voor de NCG. Daarnaast zijn er extra middelen beschikbaar gesteld voor de organisatiekosten van het Team Groningen Bovengronds (€ 1,7 mln).

  • –  Extra personeelsuitgaven die gedekt worden door IenW voor de kosten van het toezicht dat de ACM uitoefent op de vervoerssectoren spoor, loodsen, luchtvaart en personen (€ 2,3 mln).

  • –  De raming voor personeelsuitgaven kan voorts met € 1,8 mln verlaagd worden, onder andere omdat het tempo van de instroom van medewerkers die nodig zijn voor de herinrichting van EZK en LNV en voor de versterking van de klimaat- en energiedirecties leidt tot lagere dan eerder geraamde uitgaven.

Materiele uitgaven

De toename van het materiele budget met € 3,0 mln wordt voornamelijk veroorzaakt door de volgende mutaties:

  • –  Door de inrichting van het nieuwe Ministerie van LNV en herinrichting van het Ministerie van EZK nemen de materiele kosten met € 8,5 mln toe. Deze verhoging wordt veroorzaakt door extra ICT-kosten bij DICTU (€ 5 mln) en overige ICT-uitgaven (€ 2,2 mln). Daarnaast worden er extra materiele kosten gemaakt voor de medewerkers die door de ontvlechting van de ministeries in dienst zijn getreden bij EZK en LNV (€ 1,3 mln).

  • –  De bijdrage aan DICTU wordt in totaal met € 9,0 mln verhoogd. Naast de verhoging door de herinrichting houdt de hogere bijdrage hoofdzakelijk verband met de implementatie van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) bij DICTU (€ 1,8 mln) en de werkplekondersteuning van de NCG (€ 1,0 mln).

  • –  Om de materiele uitgaven van de NCG, die samenhangen met de mutatie voor het personeelsbudget te dekken is € 0,7 mln overgemaakt van het werkbudget op artikel 5 naar het budget op artikel 40. Zie toelichting bij personeel, overheveling werkbudget artikel 5.

  • –  Bijdrage aan agentschappen en diensten van EZK en LNV in de kosten die zij maken voor de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) (-€ 9,9 mln)

Toelichting op de ontvangsten

Bij de ontvangsten hebben zich geen belangrijke mutaties voorgedaan.

41. Nominaal en Onvoorzien EZK

(Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
     

Mutaties 2e suppletoire begroting 2018 (3)

 
 

Stand na ISB

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2018

(2)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Stand 2e suppletoire begroting 2018

(4)=(2+3)

VERPLICHTINGEN

2.500

49.615

– 49.615

0

0

UITGAVEN

2.500

49.615

– 49.615

0

0

           

41.10 Prijsbijstelling

0

19.184

– 19.184

0

0

41.20 Loonbijstelling

0

29.762

– 29.762

0

0

41.30 Onvoorzien

0

669

– 669

0

0

41.40 Nog te verdelen

2.500

0

0

0

0

Toelichting

Er zijn geen mutaties bij het artikel «Nominaal en Onvoorzien EZK».

42. Apparaat LNV

(Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
     

Mutaties 2e suppletoire begroting 2018 (3)

 
 

Stand na ISB

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2018

(2)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Stand 2e suppletoire begroting 2018

(4)=(2+3)

VERPLICHTINGEN

 

41.354

   

41.354

UITGAVEN

 

41.354

   

41.354

           

Personele uitgaven

 

35.303

   

35.303

– waarvan eigen personeel

 

30.714

   

30.714

– waarvan externe inhuur

 

1.412

   

1.412

– waarvan overige personele uitgaven

 

3.177

   

3.177

Materiële uitgaven

 

6.051

   

6.051

– waarvan ICT1

 

787

   

787

– waarvan bijdrage aan SSO’s (exclusief DICTU)

 

2.723

   

2.723

– waarvan SSO DICTU

 

0

   

0

– waarvan overige materiële uitgaven

 

2.541

   

2.541

           

ONTVANGSTEN

 

1.500

   

1.500

Toelichting op de verplichtingen en uitgaven

De mutaties van LNV worden in 2018 verantwoord op artikel 40. Gedurende 2018 zijn de Ministeries EZK en LNV nog te sterk met elkaar verweven om een boekhoudkundige uitsplitsing van de apparaatsuitgaven te kunnen maken. Bij de Slotwet zal op basis van een in het najaar 2018 vast te stellen verdeelsleutel een toerekening plaatsvinden naar de artikelen 40 en 42. De begrotingsstanden van de artikelen 40 en 42 zullen bij de Slotwet aangepast worden aan de realisaties.

43. Nominaal en Onvoorzien LNV

(Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
     

Mutaties 2e suppletoire begroting 2018 (3)

 
 

Stand na ISB

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2018

(2)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Stand 2e suppletoire begroting 2018

(4)=(2+3)

VERPLICHTINGEN

0

64.755

– 31.105

– 24.152

9.498

UITGAVEN

0

64.755

– 31.105

– 24.152

9.498

           

43.10 Prijsbijstelling

   

2.460

 

2.460

43.20 Loonbijstelling

   

1.131

 

1131

43.30 Onvoorzien

0

64.755

– 34.696

– 24.152

5.907

43.40 Nog te verdelen

         

Toelichting

Bij de 1e suppletoire begroting zijn op dit artikel middelen toegevoegd ten behoeve van de herinrichting van EZK/LNV op het terrein van personeel, materieel en ICT. Deze middelen zijn bij de MJN en 2e suppletoire begroting verdeeld over de begroting. De nu nog resterende middelen op dit artikel zijn beoogd voor ICT uitgaven in het kader van de herinrichting.

5. De agentschappen

Agentschap Telecom (AT)

Exploitatieoverzicht Baten-lastenagentschap AT

Suppletoire begroting 2018 (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

Omschrijving

(1)

Vastgestelde begroting

(2)

Mutaties

(+ of –) 1e suppletoire begroting

(3)

Mutaties

(+ of –) 2de suppletoire begroting

(4)

=(1)+(2)+(3)

Stand

2de suppletoire begroting

Baten

       

Omzet moederdepartement

17.939

2.400

1.629

21.968

Omzet overige departementen

64

0

0

64

Omzet derden

22.421

0

0

22.421

Rentebaten

       

Vrijval voorzieningen

       

Bijzondere baten

300

4.487

855

5.642

Totaal baten

40.724

6.887

2.484

50.095

         

Lasten

       

Apparaatskosten

41.097

6.700

1.673

49.470

– Personele kosten

25.676

1.678

263

27.617

Waarvan eigen personeel

21.248

1.510

148

22.906

Waarvan externe inhuur

2.361

168

115

2.644

Waarvan overige personele kosten

2.067

0

0

2.067

– Materiële kosten

15.421

5.022

1.410

21.853

Waarvan apparaat ICT

       

Waarvan bijdrage aan SSO's

8.660

4.300

1.410

14.370

Waarvan overige materiële kosten

6.761

722

0

7.483

Rentelasten

50

   

50

Afschrijvingskosten

1.500

   

1.500

– Materieel

1.500

   

1.500

Waarvan apparaat ICT

       

– Immaterieel

       

Overige lasten

75

   

75

– Dotaties voorzieningen

75

   

75

– Bijzondere lasten

       

Correctie kosten GAMMA

– 1.000

   

– 1.000

Totaal lasten

41.722

6.700

1.673

50.095

         

Saldo van baten en lasten

– 998

187

811

0

Toelichting op de baten

Omzet moederdepartement

Er is een eenmalige mutatie van in totaal € 1,6 mln ter compensatie van de hogere ICT kosten vanuit de dienstverleningsovereenkomst met de SSO en de meerkosten vanuit de Cloud implementatie.

Bijzondere baten

In verband met de uitvoering van de taken door AT op de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) is er een mutatie op de baten voor een bedrag van € 855.000.

Toelichting op de lasten

De mutatie op de lasten is in overeenstemming met de baten.

Kasstroomoverzicht AT (Bedragen x € 1.000)
 

Omschrijving

(1)

Vastgestelde begroting

(2)

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting

(3)

Mutaties (+ of –) 2de suppletoire begroting

(4)=(1)+(2)+(3)

Stand 2de suppletoire begroting

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2018

3.257

2.523

0

5.780

 

Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

40.724

6.887

2.484

50.095

 

Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

– 40.221

– 6.700

– 1.673

– 48.594

2.

Totaal operationele kasstroom

503

187

811

1.501

 

Totaal investeringen (-/-)

– 4.000

– 2.200

0

– 6.200

 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

       

3.

Totaal investeringskasstroom

– 4.000

– 2.200

0

– 6.200

 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

       
 

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

       
 

Aflossingen op leningen (-/-)

– 655

   

– 655

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

4.000

2.200

0

6.200

4.

Totaal financieringskasstroom

3.345

2.200

0

5.545

5.

Rekening-courant RHB 31 december 2018 (=1+2+3+4)

3.105

2.710

811

6.626

Toelichting

De mutatie op de operationele kasstroom is in overeenstemming met de baten met uitzondering van het bedrag bestemd ter kostendekking van de opdrachten (€ 811.000).

Dienst ICT Uitvoering (DICTU)

Exploitatieoverzicht Baten-lastenagentschap DICTU

Suppletoire begroting 2018 (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

Omschrijving

(1)

(2)

(3)

(4)=(1)+(2)+(3)

 

Vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting

Totaal geraamd

Baten

       

Omzet moederdepartement

204.337

19.282

16.158

239.777

Omzet overige departementen

33.896

8.051

0

41.947

Omzet derden

108

183

0

291

Rentebaten

       

Vrijval voorzieningen

       

Bijzondere baten

       

Totaal baten

238.341

27.516

16.158

282.015

         

Lasten

       

Apparaatskosten

215.305

23.798

16.158

255.261

– Personele kosten

124.392

18.248

9.158

151.798

Waarvan eigen personeel

67.335

2.221

– 4.000

65.556

Waarvan externe inhuur

990

72.094

13.158

86.242

Waarvan overige personele kosten

56.067

– 56.067

0

0

– Materiële kosten

90.913

5.550

7.000

103.463

Waarvan apparaat ICT

32.813

– 6.337

2.000

28.476

Waarvan bijdrage aan SSO's

15.050

– 2.583

0

12.467

Waarvan overige materiële kosten

43.050

14.470

5.000

62.520

Rentelasten

100

– 50

0

50

Afschrijvingskosten

21.636

3.768

0

25.404

– Materieel

14.800

– 1.468

0

13.332

Waarvan apparaat ICT

       

– Immaterieel

6.836

5.236

0

12.072

Overige lasten

1.300

0

0

1.300

– Dotaties voorzieningen

1.300

0

0

1.300

– Bijzondere lasten

       

Totaal lasten

238.341

27.516

16.158

282.015

       

Saldo van baten en lasten

0

0

0

0

Toelichting op de baten

De groei van de omzet moederdepartement komt met name door een grotere vraag naar dienstverlening voor informatiebeveiliging, implementatie en het beheer van de Cloudwerkplek en infrastructuur.

Toelichting op de lasten

De toename van de personele kosten (€ 9,1 mln) hangt samen met de benodigde extra inzet van capaciteit op het gebied van informatiebeveiliging en de implementatie en beheer van de Cloudwerkplek. Hiervoor wordt met name een (tijdelijk) beroep gedaan op externe inhuur. De daling bij de post eigen personeel wordt veroorzaakt doordat het langer duurt dan verwacht om vacatures voor specialistische ICT-functies te vervullen.

De stijging van de materiële kosten (€ 7 mln) hangt samen met hogere kosten voor licenties voor de Cloudwerkplek en infrastructuur en het in eigen beheer nemen van de Cloudwerkplek.

Kasstroomoverzicht DICTU (Bedragen x € 1.000)
 

Omschrijving

(1)

(2)

(3)

(4)=

(1)+(2)+(3)

   

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting

Totaal geraamd

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2018

6.971

12.223

0

19.194

 

Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

238.341

27.516

16.158

282.015

 

Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

– 216.705

– 23.748

– 16.158

– 256.611

2.

Totaal operationele kasstroom

21.636

3.768

0

25.404

 

Totaal investeringen (-/-)

– 35.000

– 10.000

0

– 45.000

 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

     

3.

Totaal investeringskasstroom

– 35.000

– 10.000

0

– 45.000

 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

       
 

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

     
 

Aflossingen op leningen (-/-)

– 22.900

– 1.540

0

– 24.440

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

35.000

9.000

01

44.0002

4.

Totaal financieringskasstroom

12.100

7.460

0

19.560

5.

Rekening-courant RHB 31 december 2018 (=1+2+3+4)

5.707

13.451

0

19.158

X Noot
1

Bij de eerste suppletoire begrotingswet 2018 is in de begrotingsstaat agentschappen per abuis een bedrag van € 10,0 mln aan kapitaalontvangsten opgenomen in plaats van € 9,0 mln. Dit wordt bij de tweede suppletoire begroting 2018 gecorrigeerd.

X Noot
2

Van dit leenplafond is een bedrag van € 35,5 mln onder voorbehoud van de specifieke invulling.

Toelichting

De toename van de uitgaven en ontvangsten met € 16,2 mln houdt verband met de eerder genoemde groei van de dienstverlening.

Nederlandse Emissieautoriteit (NEa)

Exploitatieoverzicht Baten-lastenagentschap NEa

Suppletoire begroting 2018 (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

Omschrijving

(1)

(2)

(3)

(4)=(1)+(2)+(3)

 

Vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting

Totaal geraamd

Baten

       

Omzet moederdepartement

6.789

 

872

7.661

Omzet overige departementen

184

 

28

212

Omzet derden

       

Rentebaten

       

Vrijval voorzieningen

       

Bijzondere baten

   

634

634

Totaal baten

6.973

 

1.534

8.507

         

Lasten

       

Apparaatskosten

6.669

 

1.534

8.203

– Personele kosten

5.423

 

785

6.208

Waarvan eigen personeel

4.608

 

785

5.393

Waarvan externe inhuur

515

   

515

Waarvan overige personele kosten

300

   

300

– Materiële kosten

1.246

 

749

1.995

Waarvan apparaat ICT

448

   

448

Waarvan bijdrage aan SSO's

502

 

531

1.033

Waarvan overige materiële kosten

296

 

218

514

Rentelasten

4

   

4

Afschrijvingskosten

300

   

300

– Materieel

       

Waarvan apparaat ICT

       

– Immaterieel

300

   

300

Overige lasten

       

– Dotaties voorzieningen

       

– Bijzondere lasten

       

Totaal lasten

6.973

 

1.534

8.507

         

Saldo van baten en lasten

0

 

0

0

Toelichting op de baten

De omzet moederdepartement is in totaal met € 872.000 verhoogd. Deze bedrag is als volgt opgebouwd:

  • De opdracht in het kader van de Emissiehandel (EH) is met € 405.000 verhoogd.

  • Vanuit het Regeerakkoord Rutte III heeft de NEa nieuwe taken gekregen, dit zijn Bijstook Biomassa (€ 320.000) en een eerste opdracht in het kader van CO2 Minimumprijs (€ 147.000).

De omzet overige departementen is met € 28.000 verhoogd vanwege de ophoging van de opdracht Energie voor Vervoer (EV) van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW).

De bijzondere baten laten een stijging zien van € 634.000. Het eigenaarschap van de NEa is vanwege het Regeerakkoord vanuit het Ministerie van IenW komen te liggen bij het Ministerie van EZK. Het betreft een compensatie voor de extra kosten die gerelateerd zijn aan de overvaring van de NEa van het Ministerie van IenW naar het Ministerie van EZK. Een bedrag van € 100.000 betreft de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) implementatie.

Toelichting op de lasten

De uitvoeringskosten bestaan uit personele- en materiële kosten. De personele kosten vallen uiteen in ambtelijke loonkosten en kosten van inhuur van externen. De hogere lasten van € 1,5 mln betreffen de uitvoeringskosten van de hierboven genoemde toegevoegde taken.

Kasstroomoverzicht NEa (Bedragen x € 1.000)
 

Omschrijving

(1)

(2)

(3)

(4)= (1)+(2)+(3)

   

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting

Totaal geraamd

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2018

1.076

 

1.220

2.296

 

Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

300

   

300

 

Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

0

   

0

2.

Totaal operationele kasstroom

300

   

300

 

Totaal investeringen (-/-)

       
 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

       

3.

Totaal investeringskasstroom

0

   

0

 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

0

   

0

 

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

       
 

Aflossingen op leningen (-/-)

– 290

   

– 290

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

       

4.

Totaal financieringskasstroom

– 290

   

– 290

5.

Rekening-courant RHB 31 december 2018 (=1+2+3+4)

1.086

 

1.220

2.306

Toelichting

Het saldo rekening-courant is aangepast naar de realisatiestand per 1 januari 2018.

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl)

Exploitatieoverzicht Baten-lastenagentschap RVO.nl

Suppletoire begroting 2018 (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)

Omschrijving

(1)

(2)

(3)

(4)=(1)+(2)+(3)

Vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting

Totaal geraamd

Baten

       

Omzet moederdepartement

315.741

– 75.633

– 16.702

223.406

Omzet overige departementen

120.015

179.307

15.343

314.665

Omzet derden

28.504

1.292

 

29.796

Rentebaten

10

   

10

Vrijval voorzieningen

       
         

Bijzondere baten

2.700

 

5.700

8.400

Totaal baten

466.970

104.966

4.341

576.277

         

Lasten

       

Apparaatskosten

454.281

104.966

4.341

563.588

– Personele kosten

270.838

59.413

3.473

333.724

Waarvan eigen personeel

229.900

19.768

11.515

261.183

Waarvan externe inhuur

28.303

38.559

– 8.675

58.187

Waarvan overige personele kosten

12.635

1.086

633

14.354

– Materiële kosten

183.443

45.553

868

229.864

Waarvan apparaat ICT

       

Waarvan bijdrage aan SSO's

100.710

8.659

5.044

114.413

Waarvan overige materiële kosten

82.733

36.894

– 4.176

115.451

Rentelasten

28

   

28

Afschrijvingskosten

12.661

   

12.661

– Materieel

2.360

   

2.360

Waarvan apparaat ICT

       

– Immaterieel

10.301

   

10.301

Overige lasten

       

– Dotaties voorzieningen

       

– Bijzondere lasten

       

Totaal lasten

466.970

104.966

4.341

576.277

         

Saldo van baten en lasten

0

0

0

0

Toelichting op de baten

Omzet moederdepartement

De totale mutatie in omzet moederdepartement bedraagt – € 16,7 mln. Deze mutatie is opgebouwd uit de volgende onderdelen:

  • De opdracht DG Groningen Bovengronds wordt gecorrigeerd met € 18,4 mln (van € 65,9 mln naar € 47,5 mln). Dit wordt veroorzaakt doordat in de afgelopen maanden nieuwe inzichten zijn ontstaan over de wijze van uitvoering, onder andere door de besluitvorming van de Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade Groningen.

  • De omzet DG Bedrijfsleven & Innovatie (B&I) daalt met € 1,1 mln in het kader van de uitvoering van diverse programma's. Ten eerste heeft er een verschuiving plaatsgevonden van het ontwikkelbudget voor nieuwe kredieten en garantieprogramma’s en regelingen van het Nederlands Investerings Agentschap (NIA) in verband met de overgang naar InvestNL in 2019 (-€ 4,1 mln). Daarnaast is de opdracht van het Innovatie Attaché Netwerk verlaagd met € 2,1 mln. Verder is een bedrag van € 1,9 mln voor loon- en prijsbijstelling in 2018 toegevoegd. De overige mutaties betreffen onder andere: eHealth Seed Capital tender, uitbreiding opdracht Circulaire Economie, ontvangsten Pieken in de Delta en een aantal kleinere programma’s (totaal € 3,2 mln).

  • De omzet DG ETM neemt toe met € 2,8 mln. Dit betreft een aanpassing aan de definitieve opdracht 2018 voor een bedrag van € 1,3 mln, loonbijstelling (€ 0,9 mln) en de bijdrage aan het project Omgevingswet en diverse andere regelingen (totaal € 0,6 mln).

Omzet overige departementen

De totale mutatie in omzet overige departementen bedraagt € 15,3 mln. Deze mutatie is opgebouwd uit de volgende onderdelen:

  • De omzet vanuit het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit neemt toe met € 14,6 mln. De toename omvat de volgende posten: extra bijdragen aan het Inkoop Uitvoeringscentrum en de Unit Omgevingskennis (€ 5,9 mln), een extra bijdrage ten behoeve van de opdracht van DG Agro & Natuur (€ 2,4 mln), loonbijstelling 2018 (€ 2,2 mln), meerwerkopdrachten (o.a. satelliet controles en GLB pilots natuur) (totaal € 2,2 mln), diverse andere regelingen en bijdragen (€ 1,9 mln).

  • De omzetmutatie van € 0,7 mln vanuit het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft betrekking op de opdracht in het kader van de Klimaatenveloppe voor Maatschappelijk Verantwoord Inkopen (MVI).

Bijzondere baten

De bijzondere baten stijgen met in totaal € 5,7 mln. De mutatie is opgebouwd uit de volgende onderdelen:

  • Een bijdrage van het moederdepartement aan de afbouw van de Gebied Ruimtelijke Ontwikkeling (GRO) teams (€ 0,8 mln).

  • Een bijdrage vanuit zowel het moederdepartement (€ 2,9 mln) als vanuit het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (€ 1,4 mln) voor de implementatie van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).

  • Een bijdrage vanuit het moederdepartement voor de herinrichting van het ICT landschap bij RVO in verband met de ontvlechting van EZK-LNV (€ 0,6 mln).

Toelichting op de lasten

De baten en lasten stijgen per saldo met € 4,3 mln. De bijstelling in de opdracht van DG Groningen Bovengronds zoals toegelicht onder omzet moederdepartement zorgt voor een daling van kosten van externe inhuur met € 8,7 mln en de overige materiele kosten met € 4,2 mln. De toename van het overige opdrachtvolume zorgt voor een stijging van de kosten van het ambtelijke personeel (€ 11,2 mln) en de bijdrage aan SSO’s (€ 5,0 mln).

Kasstroomoverzicht RVO.nl (Bedragen x € 1.000)
 

Omschrijving

(1)

(2)

(3)

(4)= (1)+(2)+(3)

   

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting

Totaal geraamd

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2018

39.673

29.328

0

69.001

 

Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

460.789

0

0

460.789

 

Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

– 463.128

0

0

– 463.128

2.

Totaal operationele kasstroom

– 2.339

0

0

– 2.339

 

Totaal investeringen (-/-)

– 15.000

2.900

0

– 12.100

 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

       

3.

Totaal investeringskasstroom

– 15.000

2.900

0

– 12.100

 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

       
 

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

       
 

Aflossingen op leningen (-/-)

– 5.579

– 997

– 30

– 6.606

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

15.000

– 2.900

0

12.100

4.

Totaal financieringskasstroom

9.421

– 3.897

– 30

5.494

5.

Rekening-courant RHB 31 december 2018 (=1+2+3+4)

31.755

28.331

– 30

60.056

Toelichting

In het kasstroomoverzicht vinden op basis van de mutaties in baten en lasten geen substantiële wijzigingen plaats ten opzichte van de 1e suppletoire begroting.

6. Het Diergezondheidsfonds (DGF)

(Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
     

Mutaties 2e suppletoire begroting 2018 (3)

 
 

Stand vastgestelde begroting 2018

(1)

Stand 1e suppletoire begroting 2018

(2)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2e suppletoire begroting

Stand 2e suppletoire begroting 2018

(4)=(2+3)

01 Bewaking en bestrijding van dierziekten en voorkomen en verminderen van welzijnsproblemen

         
           

Verplichtingen

34.507

53.903

 

1.001

54.904

Uitgaven

34.507

53.903

 

1.001

54.904

waarvan juridisch verplicht

70%

70%

   

70%

Beginsaldo

19.396

   

19.396

Programma-uitgaven

34.507

34.507

 

1.001

35.508

           

Opdrachten

34.507

53.903

 

1.001

54.904

1. Bewaking van dierziekten

18.811

18.811

 

180

18.991

2. Bestrijding van dierziekten

13.436

32.832

 

471

33.303

3. Voorkomen en verminderen van welzijnsproblemen

         

4.Overig

2.260

2.260

 

350

2.610

           

Ontvangsten

34.507

53.903

 

– 2.795

51.108

Ontvangsten van EZ

4.387

4.387

   

4.387

Ontvangsten van sector en EU

30.120

30.120

 

– 2.795

27.325

Eindsaldo 2017

 

19.396

   

19.396

Toelichting

Uitgaven

De hogere uitgaven van € 1 mln hangen samen met extra kosten voor Brucella bewaking ad € 0,2 mln, uitbraken vogelgriep ad € 1 mln en voor pluimveeheffing ad € 0,35 mln. Daarnaast is er een verlaging van de uitgaven mycoplasma ad € 0,4 mln en een verlaging voor een aantal kleinere posten ad € 0,1 mln.

Ontvangsten

Conform de vigerende systematiek wordt pas bij de 2e suppletoire begroting de prognose voor de ontvangsten van het DGF in de begroting verwerkt. Tot die tijd zijn de uitgaven en ontvangsten technisch gelijk gesteld.