Gepubliceerd: 26 juni 2018
Indiener(s): Alexander Pechtold (D66)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34960-IV-3.html
ID: 34960-IV-3

Nr. 3 VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 26 juni 2018

De vaste commissie voor Koninkrijksrelaties, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.

De vragen zijn op 13 juni 2018 voorgelegd aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Bij brief van 25 juni 2018 zijn ze door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties beantwoord.

Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De voorzitter van de commissie, Pechtold

De adjunct-griffier van de commissie, De Vos

1

Kunt u aangeven waarom de bijdragen van Curaçao en Sint Maarten voor de kustwacht in 2017 niet zijn betaald?

Antwoord:

Voor Curaçao is de betaling door administratieve redenen bij dat land over de jaargrens gevallen, waardoor deze ontvangen is in het kasjaar 2018. Op Sint Maarten lag de prioriteit na de orkaan elders. Beide ontvangsten zullen alsnog verantwoord worden in het jaarverslag 2018.

2

Wat wordt er per saldo uitgegeven aan de recherchecapaciteit in 2018, 2019, 2020 en 2021? Welk effect heeft een eventuele vermindering van het budget op de recherchecapaciteit?

Antwoord:

Exclusief de wisselkoerseffecten is voor het Recherchesamenwerkingsteam (RST) structureel € 16,9 mln. beschikbaar. Voor het project Team Bestrijding Ondermijning zijn gedurende 2018–2021 jaarlijks € 9,3 mln. beschikbaar voor extra recherchecapaciteit.

In 2018 zijn daarnaast extra middelen beschikbaar gesteld voor facturen die in 2017 niet tot betaling zijn gekomen, en voor wisselkoerseffecten.

De in de begrotingsstaat zichtbare daling heeft geen effect op de werkelijke ruimte voor de recherchecapaciteit. Het budget voor de recherchecapaciteit gaat voor een groot gedeelte op aan personeels- en uitzendkosten. Een verlaging hiervan heeft direct gevolgen voor de recherchecapaciteit.