Kamerstuk 34775-X-84

Verplichtingenmutaties na Najaarsnota van het ministerie van Defensie

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2018

Gepubliceerd: 27 februari 2018
Indiener(s): Ank Bijleveld (minister defensie) (CDA)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34775-X-84.html
ID: 34775-X-84

Nr. 84 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 februari 2018

In overeenstemming met de Comptabiliteitswet 2016 informeer ik u met deze brief over de overschrijdingen van uitgaven of verplichtingen op begrotingsartikelniveau, die na het vaststellen van de tweede suppletoire begroting 2017 en mijn brief van 15 december 2017 zijn geconstateerd.

In mijn brief van 15 december (Kamerstuk 34 775 X, nr. 65) informeerde ik u over de overschrijdingen die tot op dat moment werden verwacht. Daarna hebben zich nog enkele mutaties in de uitgaven en verplichtingen voorgedaan.

Artikel 2 (Taakuitvoering zeestrijdkrachten)

Verplichtingen € 16,1 miljoen

Er is voor € 16,1 miljoen meer aan verplichtingen aangegaan dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd verwacht. Dat is vooral een gevolg van het aangaan van verplichtingen voor onderhoud aan de Dorniers van de Kustwacht Nederland (€ 3,3 miljoen), onderhoud aan de luchtverdedigings- en commandofregatten (€ 3,3 miljoen) en het aanvullen van voorraden zoals elektronische onderdelen, hijsmiddelen en constructiemateriaal.

Artikel 3 (Taakuitvoering landstrijdkrachten)

Uitgaven € 4,7 miljoen

De materiële uitgaven zijn € 5,1 miljoen hoger uitgevallen dan ten tijde van de van 15 december (Kamerstuk 34 755 X, nr. 65) werd verwacht. In de laatste maand van het jaar hebben er meer leveringen uit raamcontracten plaatsgevonden die nog in 2017 tot betaling zijn gekomen. Daar tegenover staat een onderrealisatie van € 0,4 miljoen, verdeeld over enkele kleinere posten.

Artikel 5 (Taakuitvoering Koninklijke Marechaussee)

Verplichtingen € 11,7 miljoen

In 2017 zijn verplichtingen aangegaan die in 2018 tot betaling komen. Het betreft onder meer de bestelling van operationele kleding, de inhuur van personeel en diverse operationele zaken zoals medische diensten en artikelen, onderhoud van de voertuigen voor de Brigade Speciale Beveiliging en onderhoud aan de trainingslocatie Weeze. In tegenstelling tot de eerdere verwachting is het al in 2017 gelukt om de contracten daarvoor aan te gaan. Daarnaast hebben de extra uitgaven die hierna zijn toegelicht geleid tot hogere verplichtingen.

Uitgaven € 3,4 miljoen

De uitgaven zijn € 3,4 miljoen hoger dan verwacht ten tijde van de tweede suppletoire begroting door vervanging en uitbreiding van apparatuur ten behoeve van het operationele netwerk van de KMar, mede in het kader van de voorbereiding van de implementatie van de Wet op de Inlichtingen en Veiligheidsdiensten (WIV).

Artikel 7 (Defensie Materieel Organisatie)

Verplichtingen € 133,4 miljoen

Om de materiële gereedheid van wapensystemen te vergroten streeft de Defensie Materieel Organisatie (DMO) naar het zo snel mogelijk aangaan van meerjarige contracten voor (uitbesteed) onderhoud, reservedelen, munitie en brandstof. Al in 2017 zijn hiervoor langlopende verplichtingen aangegaan. De uitgaven daarvan zijn in de komende jaren begroot. Het betreft onder meer instandhouding en reservedelen voor het vliegend materieel (€ 56 miljoen), voor grondgebonden systemen (€ 35,6 miljoen) en voor maritieme systemen (€ 13,7 miljoen). Daarnaast zijn meerjarige verplichtingen aangegaan voor de levering van munitie (€ 10,1 miljoen) en voor brand- en bedrijfsstoffen (€ 5,2 miljoen).

Artikel 8 (Commando DienstenCentra)

Verplichtingen € 37,1 miljoen

In 2017 is voor een bedrag van € 37,1 miljoen meer aan verplichtingen aangegaan dan begroot in de tweede suppletoire begroting. Dit is mede veroorzaakt door hogere apparaatsuitgaven (€ 16 miljoen), die doorwerken in het verplichtingensaldo, veteranenclaims (€ 8,6 miljoen), meer verplichtingen voor werving personeel (€ 5,4 miljoen) en enkele kleinere verschillen (€ 7,1 miljoen).

Uitgaven € 4,2 miljoen

De overschrijding bovenop de overschrijding in de brief van 15 december jl. (Kamerstuk 34 775 X, nr. 65) is een gevolg van een eindheffing van de belasting over ereschulden van € 7,7 miljoen. Daarnaast zijn de uitgaven voor geneeskundige goederen € 1 miljoen hoger uitgevallen. Daar tegenover staat onderrealisatie van enkele kleinere posten.

De Minister van Defensie, A.Th.B. Bijleveld-Schouten