Kamerstuk 34775-VIII-121

Reactie op het verzoek van het lid Ploumen, gedaan tijdens de Regeling van werkzaamheden van 16 januari 2018, over misstanden bij de ontgroeningen van studentenverenigingen

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2018

Gepubliceerd: 22 januari 2018
Indiener(s): Ingrid van Engelshoven (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (D66)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34775-VIII-121.html
ID: 34775-VIII-121

Nr. 121 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 januari 2018

Afgelopen twee jaar hebben diverse incidenten plaatsgevonden bij studentenverenigingen in Nederland. Uw Kamer heeft mij verzocht hierop te reageren middels een brief (Handelingen II 2017/18, nr. 39, Regeling van Werkzaamheden). Daarnaast heb ik u vandaag ook mijn schriftelijke antwoorden toegestuurd op de vragen van het lid Van den Hul over de meest recente gebeurtenissen bij studentenverenigingen (Aanhangsel Handelingen II 2017/18, nrs. 960 en 961). In die antwoorden geef ik aan dat ik alle vormen van geweld en intimidatie, zowel fysiek als mentaal, afkeur. Dergelijke incidenten hebben niets te maken met het kennismaken met elkaar, het studentenleven en specifiek de studentenvereniging.

Instellingen, zowel hogescholen als universiteiten, hebben afspraken gemaakt met studentenverenigingen over de introductietijden. Dit betreffen afspraken over onder andere alcoholgebruik, slaaptijden en fysiek contact. Ik vind het goed dat deze afspraken bestaan en zie dat instellingen bij incidenten adequaat reageren. Maatregelen, zoals het opschorten van bestuursbeurzen en subsidies, worden niet geschuwd. Ook hebben instellingen besloten om sommige studentenverenigingen (tijdelijk) niet meer welkom te laten zijn bij diverse academische aangelegenheden. Dat vind ik goede signalen.

Daarbovenop hebben de verschillende betrokken verenigingen aangegeven dat zij inzetten op een verandering van hun cultuur op basis van een stevige zelfreflectie. Ik vind het belangrijk dat in dit kader binnen de vereniging ook een kritisch gesprek wordt gevoerd over de noodzaak van de geïnstitutionaliseerde, ongelijkwaardige verhouding tijdens ontgroeningen en introductietijden. Onderwijsinstellingen kunnen ook een rol spelen in deze dialoog.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven