Kamerstuk 34775-I-4

Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaat van de Koning (I) voor het jaar 2018

Gepubliceerd: 13 oktober 2017
Indiener(s): Pia Dijkstra (D66)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34775-I-4.html
ID: 34775-I-4

Nr. 4 VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 13 oktober 2017

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.

De vragen zijn op 29 september 2017 voorgelegd aan de Minister-President, Minister van Algemene Zaken. Bij brief van 13 oktober 2017 zijn ze door de Minister-President, Minister van Algemene Zaken beantwoord.

Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De fungerend voorzitter van de commissie, P. Dijkstra

De waarnemend griffier van de commissie, Hendrickx

Vraag 1

Wat zijn de totale kosten van het nieuwe regeringsvliegtuig en hoe is dit bedrag opgebouwd?

Antwoord op vraag 1

Zoals gemeld in de brief van de Minister van Infrastructuur en Milieu van 11 april jl. (Kamerstukken II, 2016–2017, 34 550 XII, nr.74) is de verkoopprijs van de KBX € 3,7 miljoen. De aanschafprijs van het nieuwe regeringsvliegtuig is € 92,7 miljoen (inclusief belastingen). De netto vervangingskosten komen daarmee op € 89 miljoen. Het nieuwe regeringsvliegtuig is inclusief interieur op turn key basis aanbesteed hetgeen betekent dat er alleen een totaalprijs is.

Vraag 2

Wat is de reden dat de commissie, die onderzoek doet naar het inkomensbestanddeel van de grondwettelijke uitkering, meer tijd nodig heeft dan aanvankelijk gedacht? In hoeverre is het onderzoek groter van opzet dan gedacht?

Antwoord op vraag 2

Bij de instelling van het historisch onderzoeksteam grondwettelijke uitkering (Stb 2017, 8697) is een inschatting gemaakt van de benodigde tijd voor het onderzoek. De onderzoekers hebben vervolgens het te onderzoeken (archief)materiaal en de te bevragen personen geïnventariseerd. De opzet van het onderzoek is niet uitgebreid maar de hoeveelheid te onderzoeken materiaal bleek aanzienlijk groter dan gedacht. Op grond van de voortgang in de eerste maanden heeft de commissie geconstateerd dat zij voor de uitvoering van het in het instellingsbesluit gevraagde historische onderzoek meer tijd nodig zou hebben dan de oorspronkelijk geraamde 7 maanden.

Vraag 3

Hoeveel geld is er via de leenfaciliteit gefinancierd voor de paleizen? Hoeveel is van de € 6 mln. bestemd voor rente en hoeveel voor de afschrijving van investeringen?

Antwoord op vraag 3

Voor de drie in de Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis genoemde paleizen is momenteel een bedrag van ruim € 82 miljoen gefinancierd via de leenfaciliteit bij het Ministerie van Financiën (conform art. 28 Regeling Agentschappen) ten behoeve van (vervangings)investeringen die in de afgelopen jaren hebben plaatsgevonden. Binnen het bedrag van € 6 miljoen voor rente en afschrijving is ca. € 0,5 miljoen geraamd voor rente en ca. € 5,5 miljoen voor afschrijving.

Vraag 4

In hoeverre lukt het Defensie tot nu toe om tegen marktconforme kosten het onderhoud van de Groene Draeck te verrichten?

Vraag 5

Wat bedoelt u met de zin dat er «gestuurd wordt op het niet overschrijden van het totale bedrag»? Bedoelt u hiermee dat dit een indicatie is van wat u wilt uitgeven, of bedoelt u dat dit het maximum bedrag is wat uitgegeven mag worden? Als u bedoelt met het «sturen op het niet overschrijden van het totale bedrag» dat dit enkel een indicatie is van het uit te geven bedrag, hoe verhoudt dit zich dan tot het begrotingsrecht van de Tweede Kamer?

Antwoord op de vragen 4 en 5

Naar aanleiding van het second opinion onderzoek en de motie Van der Burg heb ik, mede namens de Minister van Defensie, in mijn brief van 2 juni 2016 (Kamerstukken II, 2015–2016, 34 300-X, nr. 110) gemeld dat het jaarlijkse onderhoudsbudget naar € 87.000 is bijgesteld. Dit is een gemiddeld, marktconform bedrag. In mijn brief heb ik ook aangegeven dat de daadwerkelijke uitgaven bij Defensie over de jaren heen fluctueren. Dit betekent dat in sommige jaren hogere realisaties kunnen voorkomen, en in andere jaren lagere, maar gemiddeld moet dit uitkomen op € 87.000 per jaar. Het totale bedrag dat beschikbaar is voor de onderhoudscyclus van vijf jaar (2016 t/m 2020) betreft € 435.000; dit is het maximumbedrag dat uitgegeven mag worden in die periode. De kosten van de in deze cyclus uitgevoerde werkzaamheden, vermeerderd met de geplande werkzaamheden (voor de resterende jaren van de cyclus) blijven onder het maximaal te besteden bedrag.