Nr. 10 NADER VERSLAG

Vastgesteld 8 oktober 2015

De vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, belast met het voorbereidend onderzoek van voorliggend wetsvoorstel, heeft naar aanleiding van de nota naar aanleiding van het verslag (nr. 8) en de daarbij gevoegde tweede nota van wijziging (nr. 9) besloten tot het uitbrengen van een nader verslag.

Onder het voorbehoud dat de in het nader verslag opgenomen vragen en opmerkingen afdoende door de regering worden beantwoord acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De voorzitter van de commissie, Lodders

De griffier van de commissie, Teunissen

ALGEMEEN

De leden van de SP-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de voorgestelde wijziging, maar hebben naar aanleiding van deze informatie nog een aantal vragen en opmerkingen.

Zij vragen hoe de Kamer haar taak goed kan vervullen als zij de overdracht van een aantal taken van het Zorginstituut naar het CAK moet goedkeuren, maar dat de regering pas later een besluit neemt op basis van onderzoek dat moet uitwijzen of deze overdracht van taken überhaupt wel verantwoord is. Kan de regering toelichten hoe zij dit ziet? Vindt de regering dit ook niet een vreemde gang van zaken? Zou de Kamer niet ook mede haar conclusie/ besluit moeten (kunnen) baseren op basis van conclusies en bevindingen van datzelfde onderzoek?

De leden van de SP-fractie zijn in het geheel niet overtuigd van de onafhankelijkheid van het door de Chief Information Officer van het ministerie uitgevoerde onderzoek, en daarmee zijn zij ook niet overtuigd van de conclusie uit het onderzoek «dat het eigenlijk allemaal wel goed zit». Maar op dit onderzoek moet de Kamer wel haar besluit over het wel of niet overhevelen van taken van het Zorginstituut naar het CAK baseren. Wat is de reactie van de regering hierop? Deelt zij de mening van deze leden? Zo nee, waarom niet?

De leden van de SP-fractie begrijpen dat de regering en de besturen van het CAK en van het Zorginstituut het eigenlijk niet nodig lijken te vinden een gedegen risicoanalyse dan wel uitvoeringstoets uit te voeren naar de overdracht van taken. De leden van de SP-fractie vinden het argument dat «de regelingen ongewijzigd overgaan» onvoldoende om te besluiten geen (goede) risicoanalyse uit te voeren. Het gaat immers wel degelijk om een nieuwe uitvoerder, aanpassingen van systemen en dat alles met vele persoonsgegevens. Zij zien een groot risico, een goede risicoanalyse zou de risico’s vooraf in beeld kunnen brengen op basis waarvan acties ingezet kunnen worden. De leden van de SP-fractie horen graag van de regering of zij alsnog bereid is een gedegen en onafhankelijke risicoanalyse uit te voeren, en de resultaten uit die analyse serieus te nemen en voortvarend op te pakken. Wanneer de regering hiertoe niet bereid is, kan zij dan toelichten waarom niet? Is zij het dan niet met deze leden eens dat het geen enkel kwaad kan een dergelijke analyse uit te voeren, en deze wellicht zeer waardevol kan zijn om een tweede pgb-debacle te voorkomen?

De leden van de SP-fractie zijn voorts benieuwd naar de gevolgen van een eventuele negatieve uitkomst van het IT-onderzoek dat uitgevoerd gaat worden/momenteel in uitvoering is. Is er inmiddels een «point of no return» bereikt? Zo nee, wanneer is dit moment er wel? Zo ja, kan op basis van negatieve resultaten nog besloten worden een en ander (tijdelijk) «on hold» te zetten? Kan de regering hierop reageren? Wat zijn precies nog de mogelijkheden?

De leden van de SP-fractie vragen de regering hoe noodzakelijk het is dat deze wijziging per 1 januari 2016 wordt doorgevoerd. In haar toelichting stelt de regering dat een overgang per 1 januari 2016 in het belang is van het personeel. Natuurlijk van mening dat het zorgvuldig omgaan met het personeel van zowel het Zorginstituut als het CAK essentieel is, vragen de leden van de SP-fractie wel of de regering nog andere argumenten heeft. Is het vervolgens correct dat het juist het personeel van deze organisaties is dat oproept tot een gedegen overdracht, en eigenlijk voorstander is van enig uitstel? Kent de regering deze signalen van het personeel? Zo ja, wat doet zij, of heeft zij gedaan met deze signalen? Kan de regering hier uitgebreid op ingaan?

Vervolgens zijn de leden van de SP-fractie er geen voorstander van om de wet met terugwerkende kracht in werking te laten treden. Zij willen eerst het parlementaire traject op de juiste wijze voltooien. Kan de regering aangeven wat zij van dit standpunt vindt? Ziet de regering zelf voor- en/of nadelen aan het met terugwerkende kracht invoeren van de voorgestelde wijziging? Zo ja, kan zij die voor- en nadelen dan benoemen en toelichten? Het voorstel om geen minimale invoeringstermijn van twee maanden te hanteren steunen de leden van de SP-fractie op dit moment dan ook niet. Kan de regering toelichten wat de mogelijke gevolgen en risico’s zijn van het niet aanhouden van deze minimale invoeringstermijn?

Het lijkt uit de stukken alsof het om een hele simpele wijziging gaat, zo constateren de leden van de SP-fractie. Er wordt een systeem opgepakt (bij het Zorginstituut) en elders (bij het CAK) geplaatst. Zij zijn van mening dat de wijziging niet zo simpel en zonder problemen plaats kan vinden als de regering schetst. Het gaat immers om vele systemen en interfaces, waarbij verschillende partijen zijn betrokken. Is de regering dit met deze leden eens? Zo nee, waarom niet? Is de regering het met deze leden eens dat de overheveling heel behoedzaam en zorgvuldig aangepakt moet worden en dat een hele goede testperiode essentieel is? Waarom schetst de regering zo’n simplistisch beeld? Is de regering wellicht vergeten wat er gebeurde toen begin dit jaar het trekkingsrecht is doorgevoerd bij het PGB, nadat dit ook veel te simpel was beoordeeld, risico’s waren genegeerd en het uiteindelijk leidde tot een chaos met vele slachtoffers? Heeft zij hiervan niets geleerd? Mocht het per 1 januari 2016 fout gaan waardoor bepaalde taken niet uitgevoerd kunnen worden, wat zijn daarvan dan de (financiële) gevolgen?

De leden van de SP-fractie zijn allerminst overtuigd van de beschreven kosten-baten-analyse. Dat de kosten voor de baten uitgaan vinden deze leden een dooddoener en geen argument. De overdracht heeft immers inmiddels al een aardig prijskaartje (met ruim tien miljoen euro). Kan de regering de baten nogmaals proberen toe te lichten? Wat als de latere integratie van systemen onmogelijk blijkt? Welke gevolgen zal dat hebben voor de kosten-baten-analyse? Komt de voorgestelde wijziging dan niet puur neer op een overheveling van mensen en middelen? Erkent de regering namelijk dat de kans groot is dat een latere integratie van systemen zeer waarschijnlijk niet mogelijk zal zijn omdat het hele bijzondere en ingewikkelde systemen betreft? Is hierover ooit uitspraak gedaan in (onderzoeks)rapporten? Zo ja, kan de Kamer die rapporten dan ontvangen? Graag ontvangen deze leden op basis van het voorgaande een heldere en financieel onderbouwde aangepaste kosten-baten-analyse, inclusief toelichting.

De uitgevoerde Privacy assessment concludeert eigenlijk dat de privacy van personen is gegarandeerd. Kan de regering toelichten wat er wordt bedoeld met positieve profiling van wanbetalers? Is, ondanks het wellicht positieve doel van de positieve profiling, de privacy van deze groep wel gegarandeerd? Tevens wordt aangegeven dat er nog een readiness assessment wordt uitgevoerd. De leden van de SP-fractie horen graag wat een dergelijke readiness assessment precies inhoudt.

De leden van de SP-fractie begrijpen dat het CAK nog komt met een visie op de doorontwikkeling van de uitvoering van de taken die naar haar overgeheveld worden. Graag ontvangen deze leden deze visie.

De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de nota naar aanleiding van het verslag van de Wijziging van de Zorgverzekeringswet en andere wetten i.v.m. de overgang van een aantal taken van het zorginstituut Nederland naar het CAK. Op enkele onderdelen konden zij de beantwoording van de regering nog niet geheel volgen. Daarom hebben zij enkele aanvullende vragen, mede met het oog op de eerder ontstane ICT-problematiek bij andere overheidsorganisaties.

Zij spreken de wens uit dat de regering tot een spoedige beantwoording kan overgaan, zodat een eventuele invoering per 1 januari 2016 niet onder druk komt te staan.

De regering geeft aan dat een soepele overdracht van taken mogelijk is, omdat het CAK al geruime tijd zonder problemen burgerregelingen uitvoert. De Kamer heeft echter onlangs een brief van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) ontvangen, waarin staat dat de inning van eigen bijdragen door het CAK, voor met name het beschermd wonen, nog niet goed verloopt. De leden van de CDA-fractie willen graag van de regering weten hoe zij tegen deze constatering van de VNG aankijkt, welke oorzaken de moeizame inning heeft, en welke gevolgen dit heeft voor de nieuw over te dragen burgerregelingen.

Zorgvuldigheid van overheveling

De regering geeft aan dat, nadat de overdracht is voltooid en het systeem bij het CAK naar tevredenheid werkt, het CAK gefaseerd en beheerst met de integratie in de eigen bestaande systemen begint.

De leden van de CDA-fractie willen graag weten of hieronder al een business case ligt, wat de noodzaak is van het integreren van de systemen, en wat de geschatte kosten van deze operatie zijn.

Zij willen graag weten wat de stand van zaken is van de opbouw van een ICT-systeem in het data center van het CAK. De regering geeft aan dat dit tot aan de overheveling een schaduwsysteem blijft. Wat zijn de kosten van het in stand houden van dit schaduwsysteem en wie is de feitelijke (ICT-)bouwer van dit schaduwsysteem?

In het najaar van 2015 zou dit schaduwsysteem aan uitvoerige gebruikers- en klantsimulaties onderworpen worden. De leden van de CDA-fractie willen graag weten wat de uitkomsten van deze simulaties zijn.

Risico's in beeld

De leden van de CDA-fractie vragen hoe de burgerregelingen bij het Zorginstituut Nederland ooit gebouwd zijn. Is er sprake van systemen die in een keer gebouwd zijn, en daarna niet gewijzigd zijn, of zijn het systemen die in de loop van de jaren «organisch» gegroeid zijn? Indien de systemen «organisch» gegroeid zijn, hoe weet men dan hoe het ICT-systeem precies in elkaar steekt?

De regering geeft aan dat een zorgvuldige overdracht vereist dat de ketenpartners ook op tijd klaar zijn. De leden van de CDA-fractie willen graag weten wie de ketenpartners zijn, welke ICT-systemen aangepast moeten worden, en wat de kosten hiervan zijn en wat de stand van zaken is.

Externe beoordeling van de overheveling

De leden van de CDA-fractie lezen in het verslag dat er in het najaar een onafhankelijke audit op de overheveling, en in het bijzonder op de plannen en uitvoering van ICT-overdracht, worden uitgevoerd. Kan de regering aangeven of deze onafhankelijke audit al gehouden is, en wat hier concreet uit is gekomen? Wie heeft deze audit uitgevoerd?

Vervolgens geeft de regering aan dat er een verdiepend onderzoek plaats vindt naar de IT-transitie, waarbij de borging van een betrouwbare overgang vanuit technisch-, functioneel-, applicatie- en dataperspectief centraal staat. Beheers- en beveiligings-aspecten worden hierbij ook betrokken. Ook hiervan horen de leden van de CDA-fractie graag wat de stand van zaken is.

Go-no go beslissing

De regering stelt onder het kopje go/no go dat het Ministerie van VWS, het Zorginstituut en het CAK in oktober 2015 gezamenlijk zullen bezien of overheveling per 1 januari 2016 definitief mogelijk en verantwoord is. Graag horen de leden van de CDA-fractie per bullit een toelichting op de beslissing om door te gaan of uit te stellen op basis van dan voorliggende informatie over:

  • voortgang van het wetgevingstraject,

  • de overgang van voldoende personeel,

  • bevindingen uit de opbouw en het testen van het schaduw-ICT-systeem bij het CAK en

  • de uitkomsten van het audit-rapport.

  • gereedheid van de ketenpartners.

Overige vragen

De regering geeft aan dat een inwerkingtreding later dan 1 januari 2016 extra kosten met zich brengt. De leden van de CDA-fractie zouden graag een nadere invulling willen krijgen van de omvang van die extra kosten.

Kan de regering aangeven hoeveel de beheerskosten bedragen?

De regering stelt in antwoord op de vraag van de SP-fractie dat de baten een doelmatiger uitvoering van de regelingen en betere dienstverlening aan burgers zijn.

De leden van de CDA fractie vragen zich dat af. Enerzijds omdat het CAK afhankelijk is van derden om tot een goede uitvoering van hun taak te komen (zie nu de problemen van de berekening van de eigen bijdragen), anderzijds omdat de regering stelt dat het allemaal gescheiden systemen zijn en blijven. Kan de regering haar standpunt verduidelijken? De leden van de CDA-fractie zouden dan ook graag een omvang en onderbouwing van de structurele besparingen willen krijgen.

De leden van de CDA-fractie bedanken de regering voor het overzicht van het aantal vaste fte en aantal tijdelijke fte van het Zorginstituut. Zij vinden het opvallend dat voor wanbetalers en onverzekerden bijna even veel mensen in vaste als in tijdelijke dienst zijn. Graag krijgen zij een toelichting van de regering waarom zoveel mensen in tijdelijke dienst zijn in verhouding tot mensen in vaste dienst.

Tenslotte vinden de leden van de CDA-fractie het jammer dat de regering deze wetswijziging niet ter advisering heeft voorgelegd aan het College Bescherming Persoonsgegevens.

Zij willen graag van de regering meer uitleg over het volgende. Enerzijds begrijpen deze leden dat de regering de zogenaamde burgerregelingen onder een organisatie wil brengen die veel ervaring heeft met de uitvoering van de zogenaamde burgerregelingen, maar anderzijds vinden zij ook dat deze burgerregelingen strikt gescheiden moeten worden uitgevoerd, en dat privacy van mensen gewaarborgd moet blijven. Kan de regering hier nog eens op reageren, zeker in het licht van het voornemen van het CAK om de nieuwe systemen in hun huidige systemen te integreren?