Kamerstuk 34000-XVI-84

Schriftelijke reactie op de tijdens de eerste termijn ingediende amendementen bij de begrotingsbehandeling Volksgezondheid, Welzijn en Sport 2015

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2015

Gepubliceerd: 20 november 2014
Indiener(s): Edith Schippers (minister volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD)
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34000-XVI-84.html
ID: 34000-XVI-84

Nr. 84 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 november 2014

Bijgaand treft u aan de schriftelijke reactie op de tijdens de eerste termijn door de leden van uw Kamer ingediende amendementen bij de VWS-begroting 2015.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn

REACTIES OP INGEDIENDE AMENDEMENTEN

Amendement met Kamerstuk 34 000 XVI, nr. 34 Stichting Joods Maatschappelijk Werk

Dit amendement beoogt te regelen dat de Stichting Joods Maatschappelijk Werk (JMW) een subsidie ontvangt van € 150.000,- ten behoeve van het project om JMW tot een toekomstbestendige organisatie te ontwikkelen.

Ik zie dit amendement als ondersteuning van mijn beleid om instellingen die oorlogsgetroffenen en verzetsdeelnemers ondersteunen, te helpen hun werkzaamheden anders in te richten nu de problematiek van het maatschappelijk werk verandert. Daarnaast acht ik het mogelijk om binnen het nog niet juridisch verplichte deel van het budget op artikel 7 (oorlogsgetroffenen en herinnering WO II) de noodzakelijke dekking te vinden.

Ik laat het oordeel aan uw Kamer.

Amendement met Kamerstuk 34 000 XVI, nr. 35 Opbouw netwerk van vrijwilligers ten behoeve van ondersteuning van ouderen

Dit amendement beoogt te regelen dat er budget vrijkomt voor het opbouwen van een netwerk van geschoolde en gecertificeerde vrijwilligers om ouderen te ondersteunen. Hiertoe wordt voorgesteld om het budget op artikel 3 met € 150.000 te verhogen.

Gedurende de transitieperiode is het zinvol extra aandacht te besteden aan ondersteuning van ouderen, ter aanvulling in het systeem van cliëntondersteuning. De vormgeving van een extra impuls dient samen met de VNG te worden uitgewerkt omdat gemeenten immers verantwoordelijk zijn voor de ondersteuning van het vrijwilligerswerk.

Ik laat het oordeel aan uw Kamer.

Amendement met Kamerstuk 34 000 XVI, nr. 38 Ondersteuning vrijwilligerswerk

De indieners van dit amendement beogen een impuls voor landelijk werkende vrijwilligersorganisaties te realiseren. Met dit amendement wordt het budget voor vrijwilligerswerkondersteuning voor het komende begrotingsjaar op artikel 3 (Langdurige zorg en ondersteuning) verhoogd met € 1,4 miljoen.

Belangrijk is dat lokale vrijwilligersorganisaties in 2015 beschikken over voldoende slagkracht om te kunnen voorzien in een aanbod aan vrijwilligers dat aansluit op de lokale vraag naar vrijwilligers.

Onderdeel hiervan is dat er op lokaal niveau efficiënt wordt samengewerkt door vrijwilligersorganisaties bij het organiseren van hun aanbod.

In de op 18 september jl. verschenen Agenda Informele Zorg en Ondersteuning wordt hier aandacht aan besteed en zijn ook acties opgenomen die lokale vrijwilligersorganisaties hierbij ondersteunen. Tevens is op 11 november jl. de notitie voor de gemeentelijke ondersteuning van vrijwilligers gepubliceerd op www.invoeringwmo.nl. Deze notitie geeft gemeenten handvatten voor de vormgeving van hun vrijwilligersbeleid.

Ik ben het met de indieners eens dat lokale afdelingen van vrijwilligersorganisaties voor het hervormen en oppakken van hun rol moeten kunnen beschikken over voldoende capaciteit en deskundigheid. Het voorgestelde amendement kan hieraan de gewenste impuls geven.

Ik laat het oordeel aan uw Kamer.

Amendement met Kamerstuk 34 000 XVI, nr. 39 Impuls voor zorgevaluaties

De indiener van dit amendement beoogt een impuls voor zorgevaluaties te realiseren. Oogmerk is hiermee de kwaliteit en doelmatigheid in de zorg te bevorderen. Met dit amendement wordt het budget voor het doelmatigheidsprogramma bij ZonMw op artikel 4 (Zorgbreed beleid) verhoogd met € 1,0 miljoen.

In het overleg in de Kamer werd hier aan toegevoegd dat zorgverzekeraars hetzelfde bedrag dienen mee te financieren. Ik sta positief tegenover dit voorstel en zal hierover met de zorgverzekeraars in gesprek gaan. Hiermee kan de kwaliteit en doelmatigheid in de zorg verder worden bevorderd. Dit sluit aan op het huidige beleid.

Ik laat het oordeel aan uw Kamer.

Amendement met Kamerstuk 34 000 XVI, nr. 40 Stichting adoptievoorzieningen

In de handreiking «Alert op adoptie» wordt adoptieouders dringend geadviseerd om gebruik te maken van medisch en psychosociaal nazorgaanbod. Het betreft bijvoorbeeld thuisconsultatie of een cursus voor het versterken van specifieke opvoedvaardigheden. De Stichting Adoptievoorzieningen heeft echter onvoldoende budget om deze taken te kunnen uitvoeren. Dit amendement beoogt € 150.000 toe te wijzen aan de Stichting Adoptievoorzieningen en het budget op artikel 5 (Jeugd) daartoe te verhogen.

Met ingang van 1 januari 2015 wordt adoptienazorg gedecentraliseerd naar gemeenten en heeft VWS geen financiële relatie meer met de Stichting Adoptievoorzieningen. De stichting Adoptievoorzieningen ontving tot en met 2014 een instellingssubsidie van € 713.000 voor het uitvoeren van taken op het gebied van adoptienazorg. Dit bedrag is vanuit VWS toegevoegd aan het macrobudget van de VNG die adoptienazorg heeft ondergebracht in het landelijk transitiearrangement.

Stichting adoptievoorzieningen heeft aangegeven dat het aanbieden van het psychosociaal hulpaanbod een opbouwperiode kent en dat in 2015 circa 50% van de adoptiekinderen zal worden bereikt. Dit gegeven in relatie tot het dalende aantal kinderen dat jaarlijks wordt geadopteerd, zou naar mijn inschatting afdoende zijn om de thuisconsulten en oudercursussen opvoedvaardigheden te kunnen financieren zonder aanvullende middelen voor 2015.

Ik ontraad daarom dit amendement.

Amendement met Kamerstuk 34 000 XVI, nr. 41 Terugdraaien korting contracteerruimte

Dit amendement beoogt te regelen dat de korting op de contracteerruimte van € 510 miljoen wordt teruggedraaid door middel van het verhogen van het budget voor de bijdragen in de kosten van kortingen (BIKK) op artikel 3.

Het verhogen van de BIKK biedt echter geen ruimte om de contracteerruimte te verhogen. De BIKK is immers een onderlinge betaling binnen de overheid van VWS aan het Fonds langdurige zorg. Indien de Wlz-uitgaven zouden worden verhoogd, dan stijgen per saldo de overheidsuitgaven en verslechtert het EMU-saldo.

Daarnaast geldt op grond van de begrotingsregels dat extra inkomsten niet mogen dienen voor extra uitgaven. Extra Wlz-inkomsten bieden dus ook vanuit deze invalshoek geen ruimte voor extra Wlz-uitgaven.

Ik ontraad daarom dit amendement.

Amendement met Kamerstuk 34 000 XVI, nr. 42 (Her)plaatsen borstprotheses bij transgenders

Dit amendement regelt dat het (her)plaatsen van borstprotheses bij transgenders weer in het basispakket komt op basis van een medische indicatie. Hiertoe dient het budget op artikel 2 (Curatieve zorg) met € 2,0 miljoen te worden verhoogd.

Het is niet verdedigbaar uitsluitend voor de groep transgenders het Zvw-pakket uit te breiden met een vergoeding voor het plaatsen van borstimplantaten. Een eventuele pakketuitbreiding voor transgenders zal vermoedelijk betekenen dat deze pakketuitbreiding voor een veel grotere groep zal gelden en dat de daarmee samenhangende kosten veel meer dan € 2 miljoen zullen bedragen.

Ik ontraad daarom dit amendement.

Amendement met Kamerstuk 34 000 XVI, nr. 43 Aanpak sociaaleconomische gezondheidsverschillen

Met dit amendement wordt beoogd via een gebiedgerichte aanpak een gerichte impuls te geven aan het verkleinen van sociaaleconomische gezondheidsverschillen. In het verleden is er een succesvolle aanpak geweest in een achterstandswijk van Utrecht, maar in de regio is een gerichte aanpak volgens indiener nog niet gestart. Dit amendement heeft tot doel daarmee nu in één regio te starten. Het financiert de aanpak van de gezondheidsverschillen in het Veenkoloniaal gebied van Drenthe cq. Groningen. Het amendement beoogt in totaal € 10 miljoen te investeren, voor een periode van 8 jaar, telkens € 1,25 miljoen per jaar. Dekking voor het begrotingsjaar 2015 wordt gevonden in het nog niet juridisch verplichte deel van het budget op artikel 1 (Volksgezondheid).

De aanpak van gezondheidsverschillen is één van de doelstellingen van het Nationaal Programma Preventie. Het kabinet zet in op de lokale en integrale aanpak van gezondheidsachterstanden, onder andere via de GIDS-gelden (20 miljoen voor 165 gemeenten per jaar in de periode 2015–2017) en het stimuleringsprogramma Gezond in. Het geld gaat naar de wijken met de grootste gezondheidsachterstanden. Daarbij gaat het niet alleen om de grote steden, maar juist ook om kleine gemeenten op het platteland en in krimpgebieden. Van de 11 gemeenten in het Veenkoloniaal gebied ontvangen 8 gemeenten in totaal jaarlijks € 895.000 (2015–2017) uit het GIDS-budget.

Alle in GIDS deelnemende gemeenten gaan hun ervaringen uitwisselen en leren van best practices.

Ik laat het oordeel aan uw Kamer.

Amendement met Kamerstuk 34 000 XVI, nr. 44 Suïcidepreventie

Dit amendement beoogt te regelen dat er meer geld beschikbaar komt voor onderzoek naar suïcide en suïcidepreventie. De indieners zijn van mening dat onderzoek kan bijdragen aan het terugdringen van suïcide en de daarmee samenhangende kosten. Dit amendement beoogt € 600.000 toe te wijzen aan verder onderzoek. Daartoe wordt het budget op artikel 2 (Curatieve zorg) verhoogd. De dekking van dit amendement wordt gevonden in de subsidieregeling overgang integrale tarieven medisch- specialistische zorg, eveneens op artikel 2 (Curatieve zorg).

Ik deel de zorg van de indieners over het toenemend aantal suïcides in Nederland. Ik heb daarom al het initiatief genomen om een landelijke agenda te formuleren met relevante partijen in de zorg. Alle betrokken partijen hebben zich gecommitteerd aan deze agenda en zullen daar ook de nodige tijd en (financiële) middelen voor moeten inzetten. Hierover is uitgebreid gesproken op 4 september jl. tijdens het AO Suïcidaliteit.

Nader onderzoek naar onderliggende oorzaken maakt geen deel uit van de landelijke agenda suïcidepreventie. Een goede mogelijkheid om onderzoek op het terrein van suïcide te financieren ligt in het vijfde preventieprogramma van ZonMw. In dit programma is het terugdringen van suïcide specifiek onder de jeugd als ook onder volwassenen meegenomen als een belangrijk onderwerp. Het is mogelijk om hiervoor voorstellen in te dienen. Het ZonMw-programma loopt van 2014 tot en met 2017.

Ik ontraad daarom dit amendement.