Kamerstuk 33891-152

Gewijzigd amendement van de leden Leijten en Siderius ter vervanging van nr. 53 dat regelt dat begeleiding onder de Wlz komt te vallen.

Dossier: Regels inzake de verzekering van zorg aan mensen die zijn aangewezen op langdurige zorg (Wet langdurige zorg)

Gepubliceerd: 23 september 2014
Indiener(s): Tjitske Siderius (PvdA), Renske Leijten
Onderwerpen: verzekeringen zorg en gezondheid
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33891-152.html
ID: 33891-152
Origineel: 33891-53

12,0 %
87,3 %

PVV

50PLUS/Baay-Timmerman

SP

D66

CDA

PvdD

PvdA

CU

50PLUS/Klein

GrBvK

SGP

Van Vliet

VVD

GL


Nr. 152 GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN DE LEDEN LEIJTEN EN SIDERIUS TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 53

Ontvangen 23 september 2014

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel 1.1.1 wordt aan de begripsomschrijving van «begeleiding» na «regie over het persoonlijk leven» toegevoegd: alsmede activiteiten gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie van een persoon, opdat hij zo lang mogelijk in zijn eigen leefomgeving kan blijven.

II

Na artikel 3.2.1 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 3.2.1a0

  • 1. Een verzekerde die noch voldoet aan het gestelde bij en krachtens artikel 3.2.1, eerste, tweede, derde en vijfde lid, noch voldoet aan artikel 3.2.1a, heeft recht op begeleiding voor zover hij naar aard, inhoud en omvang en uit een oogpunt van doelmatige zorgverlening redelijkerwijs op die zorg is aangewezen vanwege een somatische of psychogeriatrische aandoening of beperking, een psychische stoornis, of een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap.

  • 2. Artikel 3.2.1, vierde en vijfde lid, is van overeenkomstige toepassing.

III

Artikel 3.3.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. De verzekerde die recht heeft op zorg, kan ervoor kiezen om zijn recht tot gelding te brengen met zorg in natura, bestaande uit zorg met verblijf in een instelling, een volledig pakket thuis als bedoeld in artikel 3.3.2, eerste lid, onderdeel a, of een modulair pakket thuis als bedoeld in artikel 3.3.2, eerste lid, onderdeel b, dan wel met een persoonsgebonden budget. De verzekerde kan tevens kiezen om zijn recht tot gelding te brengen met een modulair pakket thuis in combinatie met een persoonsgebonden budget.

2. Na het tweede lid wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. In afwijking van het eerste lid kan een verzekerde als bedoeld in artikel 3.2.1a0 slechts kiezen zijn recht tot gelding te brengen met een modulair pakket thuis als bedoeld in artikel 3.3.2, eerste lid, onderdeel b, of met een persoonsgebonden budget.

IV

Na artikel 11.1.1 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 11.1.1a

  • 1. Een verzekerde die onmiddellijk voorafgaand aan de intrekking van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten thuis op grond van die wet gefinancierde begeleiding ontving, wordt voor de toepassing van deze wet gedurende de looptijd van zijn indicatiebesluit gelijkgesteld met een verzekerde ten aanzien van wie het CIZ heeft vastgesteld dat hij voldoet aan artikel 3.2.1a0, eerste lid.

  • 2. In afwijking van artikel 3.3.1, derde lid, kunnen verzekerden op wie het eerste lid van toepassing is en die bovendien vallen onder de aanhef van artikel 11.1.1, derde lid, tot 1 januari 2016 tevens kiezen voor verblijf in een instelling.

V

In artikel 11.1.3 wordt na «11.1.1,» ingevoegd: 11.1.1a,.

VI

Artikel 12.1.5 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel A wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel A worden na de aanhef twee onderdelen ingevoegd, luidende:

01.

Het onderdeel «begeleiding: activiteiten gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie van de cliënt opdat hij zo lang mogelijk in zijn eigen leefomgeving kan blijven.» vervalt.

02.

In het onderdeel «beschermd wonen» wordt «en begeleiding, gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie, het psychisch en psychosociaal functioneren, stabilisatie van een psychiatrisch ziektebeeld, het voorkomen van verwaarlozing of maatschappelijke overlast of het afwenden van gevaar voor de cliënt of anderen» vervangen door: en begeleiding, gericht op het psychisch en psychosociaal functioneren, stabilisatie van een psychiatrisch ziektebeeld, het voorkomen van verwaarlozing of maatschappelijke overlast of het afwenden van gevaar voor de cliënt of anderen.

b. Er wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • 3. In het onderdeel «opvang» vervalt: en begeleiding.

2. Na onderdeel A een onderdeel ingevoegd, luidende:

Aa

Artikel 2.1.2, vierde lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel f vervalt.

2. Onderdeel g wordt verletterd tot f.

3. Na onderdeel E worden vier onderdelen toegevoegd, luidende:

F

Artikel 8.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervallen de onderdelen b en e.

2. In het eerste lid wordt onderdeel c en d geletterd b en c en wordt onderdeel f geletterd d.

3. In het tweede lid wordt «a tot en met e» vervangen door: a tot en met c.

G

Artikel 8.2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «artikel 8.1, eerste lid, onderdelen a, b, c, d en e» vervangen door: artikel 8.1, eerste lid, onderdelen a, b en c.

2. In het tweede lid wordt «artikel 8.1, eerste lid, onderdeel f» vervangen door: artikel 8.1, eerste lid, onderdeel d.

H

In artikel 8.3, eerste lid, wordt «artikel 8.1, eerste lid, onderdelen a, b, d en e» vervangen door: artikel 8.1, eerste lid, onderdelen a en c.

I

In artikel 8.4, eerste lid, wordt «artikel 8.1, onderdeel c» vervangen door: artikel 8.1, eerste lid, onderdeel b.

Toelichting

Dit amendement strekt ertoe dat begeleiding onder de Wet langdurige zorg komt te vallen. Daardoor blijft het recht op begeleiding wettelijk geborgd. Bovendien kan op deze manier beter integraal beleid worden vormgegeven dat gericht is op het langer thuis blijven wonen voor mensen die door ouderdom, psychische ziekte of een beperking individuele of groepsbegeleiding nodig hebben. Met goede en tijdige ondersteuning en begeleiding in huis kan voorkomen dat mensen naar een instelling moeten voor zorgverlening, het kan mantelzorgers ontlasten in hun (zware) zorgtaken. Door de begeleiding en de instellingszorg onder één financiële verantwoording te laten vallen, is het niet mogelijk om zorgbehoevenden «door te schuiven». Immers, ontkenning van zorgbehoefte in de thuissituatie levert geen financieel voordeel op wanneer een persoon daardoor opgenomen moet worden in een zorginstelling.

Door begeleiding onderdeel te maken van de Wet langdurige zorg hebben mensen die thuiszorg nodig hebben enkel te maken met de gemeenten voor Wmo-voorzieningen en met de Wlz. Zij zullen bij mogelijke opname niet over hoeven te stappen naar een ander regime, andere zorgverleners, andere eigen betalingen. Ook zal het makkelijker worden om bij tekortschietende thuiszorg – die leidt tot noodzakelijke opnames in zorginstellingen – snel te kunnen ingrijpen. Betere afstemming zal leiden tot minder bureaucratie, minder afschuifgedrag en daardoor minder fouten.

Leijten Siderius