Gepubliceerd: 11 november 2013
Indiener(s): Stef Blok (minister zonder portefeuille binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (VVD)
Onderwerpen: bestuur huisvesting organisatie en beleid
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33797-2.html
ID: 33797-2

Nr. 2 VOORSTEL VAN WET

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is naar aanleiding van de evaluatie van de Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek deze wet en de Huisvestingswet uit te breiden, zodat de effectieve aanpak van de grootstedelijke problematiek wordt versterkt;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet bijzondere maatregelen grootstedelijke problematiek wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel a vervalt onder lettering van de onderdelen b tot en met e tot a tot en met d.

2. In onderdeel d (nieuw) wordt «Onze minister voor Wonen, Wijken en Integratie» vervangen door: Onze Minister voor Wonen en Rijksdienst;

3. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d (nieuw) door een puntkomma wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

e. persoonsgegeven:

persoonsgegeven als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet bescherming persoonsgegevens.

B

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, eerste volzin, vervalt de zinsnede «met meer dan 100.000 inwoners of binnen een van de GSB-steden met 100.000 of minder inwoners».

2. In het vierde lid, derde volzin, wordt «een maal met ten hoogste vier jaar» vervangen door: vier maal met telkens ten hoogste vier jaar.

C

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede en derde lid vervallen onder vernummering van het vierde tot en met zevende lid tot tweede tot en met vijfde lid.

3. In het vijfde lid (nieuw) wordt de zinsnede «eerste tot en met zesde lid» vervangen door: eerste tot met vierde lid.

D

In het tweede lid van artikel 5, wordt «een maal met ten hoogste vier jaar» vervangen door: vier maal met telkens ten hoogste vier jaar.

E

In artikel 17 wordt «binnen» vervangen door: iedere.

ARTIKEL II

De Huisvestingswet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 30, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef wordt na «aangewezen categorie» ingevoegd: en die gelegen is in een in de huisvestingsverordening aangewezen wijk.

2. Onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het einde van onderdeel c, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • d. te verbouwen tot twee of meer woonruimten.

B

Onder vervanging van de punt aan het einde van artikel 38, onderdeel b, door «, of» wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • c. de voorwaarden en voorschriften, bedoeld in artikel 32, niet worden nageleefd.

ARTIKEL III

1. Indien het bij Koninklijke boodschap van 23 december 2009 ingediende wetsvoorstel Nieuwe regels met betrekking tot de verdeling van de woonruimtevoorraad (Huisvestingswet 2013, Kamerstukken 32 271), tot wet is of wordt verheven, wordt artikel 22 van die wet als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef wordt na «aangewezen categorie gebouwen» ingevoegd: en die gelegen is in een in de huisvestingsverordening aangewezen wijk.

2. Onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het einde van artikel 22, onderdeel c, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

  • d. te verbouwen tot twee of meer woonruimten.

2. Indien het bij Koninklijke boodschap van 23 december 2009 ingediende wetsvoorstel Nieuwe regels met betrekking tot de verdeling van de woonruimtevoorraad (Huisvestingswet 2013), Kamerstukken 32 271, tot wet is of wordt verheven, en die wet later in werking treedt dan artikel II van deze wet, wordt artikel 43, onderdeel A, van die wet als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «onderdeel b» vervangen door: onderdeel a.

2. In het tweede lid wordt «onderdeel d» vervangen door: onderdeel c.

ARTIKEL IV

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister voor Wonen en Rijksdienst,