Kamerstuk 33750-XIII-111

Verslag van het bezoek aan de Grüne Woche te Berlijn van 16 t/m 18 januari 2014

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) voor het jaar 2014

Gepubliceerd: 29 januari 2014
Indiener(s): Sharon Dijksma (staatssecretaris economische zaken) (PvdA)
Onderwerpen: begroting financiën
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33750-XIII-111.html
ID: 33750-XIII-111

Nr. 111 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 januari 2014

Van 16 t/m 18 januari 2014 heb ik in aanwezigheid van de leden Dikkers (PVDA), Geurts (CDA), Graus (PVV), Klever (PVV), de Liefde (VVD) en Lodders (VVD) een bezoek afgelegd aan de Grüne Woche te Berlijn.

Inleiding

De Internationale Grüne Woche is de grootste beurs voor landbouw, tuinbouw en voedsel ter wereld. Dit jaar is de beurs van 17 t/m 26 januari 2014 gehouden en zal naar verwachting zo’n half miljoen bezoekers ontvangen. Nederland is sinds 1953 op deze beurs vertegenwoordigd en was vorig jaar nog Partnerland.

De Grüne Woche is naast een consumentenbeurs tevens een belangrijke politieke èn internationale ontmoetingsplaats voor de landbouwsector, de voedingsmiddelenindustrie en de retail. Er is veel pers aanwezig, in totaal zijn er bij de beurs ca. 4.800 journalisten uit 70 landen geaccrediteerd.

Ook dit jaar is Nederland weer duidelijk aanwezig op de Grüne Woche met het motto «Qualität wächst in Holland». Bij de Nederlandse inzending zijn traditiegetrouw de verschillende agrofood-sectoren vertegenwoordigd.

Agrarische handel 2013

Op vrijdagochtend 17 januari bezocht de Duitse landbouwminister Hans-Peter Friedrich het Nederlandse paviljoen. Vervolgens vond de traditionele rondgang over de beurs plaats, waarbij ik een aantal ontmoetingen had met politieke vertegenwoordigers (Tsjechië, Polen, Hongarije, Estland (tevens Partnerland Grüne Woche 2014), Saoedi-Arabië, Oostenrijk, Zwitserland en Liechtenstein). Daarnaast heb ik de nieuwe handelscijfers van het Landbouw Economisch Instituut (LEI) bekend gemaakt. De cijfers tonen aan dat de waarde van de export van agrarische producten uit Nederland in 2013 is gestegen naar een recordhoogte van € 79 miljard. Dat is ten opzichte van 2012 een stijging met 5%.

Deze cijfers maken eens te meer duidelijk dat de landbouwsector een grote rol speelt in het herstel van de Nederlandse economie. Nederland is wereldspeler op landbouwgebied en na de VS de grootste exporteur van agrarische producten in de wereld.

De Nederlandse agrarische handel is vooral gericht op landen binnen de Europese Unie. De 27 EU-landen hebben samen een aandeel van 80% in de Nederlandse agrarische export. Duitsland is veruit onze belangrijkste handelspartner: 28,5% van onze agrarische export gaat er naartoe, met een waarde van € 22,4 miljard. Net als voor de totale agrarische export vanuit Nederland is dit een groei van 5% ten opzichte van 2012.

Bilaterale gesprekken

Het bezoek aan de Grüne Woche stond verder in het teken van bilaterale gesprekken met de Beierse Minister van landbouw Brunner, de Russiche vice-minister van landbouw Shestakov en de landbouwministers Remmel en Meyer van respectievelijk Noordrijn-Westfalen en Nedersaksen.

Beieren

De deelstaat Beieren – een belangrijke groeimarkt in Zuid-Duitsland voor de Nederlandse agrarische export – heeft een belangrijke stem in de Bondsraad ten aanzien van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB), het is daarom interessant om hierover onderling over het GLB van gedachten te blijven wisselen. Zowel Beieren als Nederland benadrukten het belang van biologisch en regionaliteit. Ten aanzien van biologische landbouw heb ik de uitnodiging van Minister Brunner aanvaard om als keynote speaker op 12 februari 2014 aanwezig te zijn op de Biofach 2014, de jaarlijkse internationale vakbeurs voor biologische voedingsmiddelen en toeleverende industrie.

Ook op het gebied van duurzaamheid (o.a. dierenwelzijn, mestbeleid) kunnen Beieren en Nederland van elkaar leren en samenwerken. Ik heb Minister Brunner uitgenodigd om een bezoek aan Nederland te brengen.

Russische Federatie

Het gesprek met de Russische vice-minister Shestakov betrof diverse veterinaire en fytosanitaire handelsbelemmeringen. De uitkomsten daarvan zijn bevestigd in het gesprek dat ik op zaterdagmiddag met mijn Russische collega heb gehad.

Voor pootaardappelen is afgesproken dat voor de korte termijn onder bepaalde fytosanitaire voorwaarden (o.a. audit inspectie, gebied(en)) export mogelijk gemaakt kan worden. Voor de middellange termijn zullen gegevens over de pestvrije gebieden in Nederland worden uitgewisseld en zullen experts deze informatie beoordelen. Hierover zal een briefwisseling plaatsvinden ter bevestiging van deze afspraken.

Ook is gesproken over veterinaire zaken. Met betrekking tot het verzoek voor toegang van (verse) kalfsvleesproducten onder het bestaande kalfsvleesprotocol is van Russische zijde aangegeven dat dit zal worden opgelost wanneer hiertoe een schriftelijk verzoek wordt ingediend.

Voor de zuivelinspecties is de lijst van Nederlandse bedrijven die naar Rusland kunnen uitvoeren toegelicht en is afgesproken dat Nederland haar reactie op het inspectierapport 1 februari zal toesturen. De Russische veterinaire autoriteiten zullen op basis daarvan de bedrijven beoordelen.

Ik heb nogmaals de aandacht gevestigd op het goedgekeurde paardenexportcertificaat tussen de EU en de Douane Unie, om deze zo spoedig mogelijk in de Russische Federatie te implementeren.

Jaarlijks heeft het Ministerie van Economische Zaken op hoog ambtelijk niveau overleg met de Russische autoriteiten over lopende agrogerelateerde zaken.

Eén van de onderwerpen in dat overleg is het opzetten van een (klein) Nederlands landbouwmodel in een regio vlakbij Moskou (het zogenoemde INFRA-project). Daarover zal van Russische zijde een voorstel tot realisatie komen en zal in de komende bijeenkomst (11 april 2014 in Nederland) verder worden gesproken.

Noordrijn-Westfalen en Nedersaksen

Op zaterdag 18 januari vond in Berlijn het zogenoemde Dreiländertreffen plaats met de landbouwministers Remmel en Meyer van de twee voor Nederland belangrijkste deelstaten en exportregio’s Noordrijn-Westfalen en Nedersaksen.

Met beide deelstaten zijn afspraken gemaakt om mestfraude in te perken en de illegale handel in antibiotica en hormonen in de veehouderij tegen te gaan.

Duitse akkerbouwers ontvangen graag Nederlandse mest omdat daarvan de mineralensamenstelling bekend is. In Nederland is het verplicht dat te melden. Alleen is nu onduidelijk wat er met de mesttransporten gebeurt, zodra deze de grens over rijden. Ik zal uw Kamer een dezer dagen informeren over een uitgebreide handhavingsaanpak om mestfraude tegen te gaan. Het is noodzakelijk om meer inzicht te krijgen in de meststromen, reden waarom verplichte GPS-systemen onderdeel van deze aanpak zal zijn. In Duitsland is de handhavingscapaciteit om mestfraudeurs op te sporen kleiner en kent het land geen centrale gegevensregistratie. Hierdoor is niet helder wat er met mest over de grens gebeurt. Het illegaal lozen van mest tast onder meer de kwaliteit van het oppervlaktewater aan. Experts van beide landen streven er naar om in het najaar van 2014 transportgegevens en de juridische afwikkeling op elkaar te laten aansluiten, zodat er meer inzicht komt in het gebruik van mest over de grens en fraude wordt ingeperkt.

Daarnaast is de Nederlandse aanpak om antibioticagebruik in de veehouderij te reduceren gedeeld met de Duitse deelstaatministers van Noordrijn-Westfalen en Nedersaksen. In Nederland zijn de afgelopen jaren flinke stappen gezet in het terugdringen van het antibioticagebruik. Inmiddels is het gebruik in de vier grote veehouderijsectoren sinds 2009 met 50 procent gereduceerd. Ook zijn de richtlijnen voor verstrekking van antibiotica door dierenartsen aangescherpt om de risico’s van resistentieontwikkeling te beperken. Duitse en Nederlandse specialisten zullen gaan samenwerken om tot een gezamenlijke aanpak te komen en illegale handel in antibiotica tegen te gaan.

Agrarministergipfel

Na de opening van de Grüne Woche begon ook het Global Forum for Food en Agriculture (GFFA) met als thema «Empowering Agriculture: Fostering Resilience – Securing Food and Nutrition». Op zaterdagmiddag 18 januari vond in het kader van het GFFA de Agrarministergipfel plaats, georganiseerd door het Duitse Ministerie van Voeding en Landbouw (BMEL), met 67 landbouwministers uit verschillende landen. De resultaten uit de diverse activiteiten en bijeenkomsten die hebben plaatsgevonden tijdens het GFFA zijn in een communiqué vastgelegd (zie bijlage)1.

Tijdens deze top heb ik benadrukt dat alle betrokken Ministers de droom hebben om de wereld te bevrijden van honger en ondervoeding. «Climate Smart Agriculture» en voedselzekerheid bieden daarvoor perspectieven. Ik heb gemeld dat wij als Nederland samen met de Wereldbank en de FAO het initiatief hebben opgepakt om de Alliantie voor Climate Smart Agriculture te ontwikkelen en te lanceren. Verder heb ik verwezen naar de «Global Oceans Action Summit for Food Security and Blue Growth» die Nederland in april 2014 samen met de Wereldbank, de FAO en andere partners zal organiseren.

Concluderend kijk ik terug op een geslaagde reis waarbij de Nederlandse landbouwsector in Duitsland weer goed op de kaart is gezet.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma