Kamerstuk 33692-26

Amendement van het lid Ouwehand over het laten aansluiten van wettelijk omschreven doelen waarvoor dierproeven mogen worden verricht bij de overkoepelende bepaling dat dierproeven enkel mogen worden verricht voor zover zij, al dan niet rechtstreeks, gericht zijn op het belang van de gezondheid van mens of dier

Dossier: Wijziging van de Wet op de dierproeven in verband met implementatie van richtlijn 2010/63/EU


Nr. 26 AMENDEMENT VAN HET LID OUWEHAND

Ontvangen 14 november 2013

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel C, komt in artikel 1c, onderdeel c, de zinsnede «, levensmiddelen en diervoerders en andere stoffen of producten» te vervallen.

II

In artikel I, onderdeel E, wordt aan onderdeel 2 een volzin toegevoegd, luidende: Voorts komt de zinsnede «of de voeding» te vervallen.

Toelichting

Indiener stelt voor de wettelijk omschreven doelen waarvoor dierproeven mogen worden verricht te laten aansluiten bij de overkoepelende bepaling dat dierproeven enkel mogen worden verricht voor zover zij, al dan niet rechtstreeks, gericht zijn op het belang van de gezondheid van mens of dier. Dierexperimenten ten behoeve van levensmiddelen of andere stoffen die niet (al dan niet rechtstreeks) zijn gericht op de gezondheid van mens of dier zijn ethisch ontoelaatbaar. Dit amendement regelt dat dit uitgangspunt een striktere borging vindt in de wet.

Ouwehand