Kamerstuk 33322-23

Amendement van het lid Lodders over het laten vervallen van artikel I, onderdeel L

Dossier: Wijziging van de Meststoffenwet (invoering mestverwerkingsplicht)

Gepubliceerd: 24 september 2013
Indiener(s): Helma Lodders (VVD)
Onderwerpen: landbouw organisatie en beleid
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33322-23.html
ID: 33322-23

38,0 %
62,0 %

VVD

CDA

50PLUS

SGP

GL

D66

SP

CU

PvdD

PVV

PvdA


Nr. 23 AMENDEMENT VAN HET LID LODDERS

Ontvangen 24 september 2013

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel I, onderdeel L vervalt.

Toelichting

Artikel I, onderdeel L van het wetsvoorstel ziet erop dat Hoofdstuk V van de Meststoffenwet niet zal vervallen per 1 januari 2015, zoals de Meststoffenwet thans bepaalt, maar op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. De motivering daarvoor wordt vermeld in de memorie van toelichting. De indiener van dit amendement deelt de opvatting over de noodzaak voor die wijziging niet om de navolgende redenen.

De Meststoffenwet beoogt mestverwerking te introduceren en niet vast te houden aan dierrechten. Indien wordt vastgehouden aan het stelsel van dierrechten blijft enerzijds het huidige mestbeleid van twee pijlers intact – met het stelsel van gebruiksnormen en gebruiksvoorschriften en het stelsel van dierrechten –, terwijl anderzijds een derde pijler van mestverwerking wordt toegevoegd. Dit strookt niet met het oorspronkelijke doel van de Meststoffenwet, dat immers tot strekking heeft om toe te gaan naar een stelsel van gebruiksnormen en gebruiksvoorschriften, en om mestverwerking en – in 2015 – dierrechten af te schaffen. Reeds daarom is de voorgestelde wijziging onwenselijk.

Voorts betekent de voorgestelde wijziging dat, als wordt vastgehouden aan dierrechten, dit een toename van administratieve lasten en nalevingskosten voor ondernemers en overheid meebrengt. Met dit amendement wordt ook dat onwenselijke gevolg vermeden.

Het wetsvoorstel heeft voorts niet als doel het sturen op aantallen dieren in veehouderijsectoren of de omvang van totale veestapel als geheel. De indiener is van mening dat er reeds genoeg instrumenten beschikbaar zijn om te sturen in de omvang van de veestapel. Ook daarom is de voorgestelde wetswijziging onwenselijk.

Tot slot kan worden opgemerkt dat de sector plannen heeft ingediend waaruit blijkt dat er in 2014 en 2015 voldoende capaciteit beschikbaar zou zijn om het overschot van mest te verwerken. De indiener is van opvatting dat daarmee het argument vervalt dat indien mestverwerking niet van de grond komt, vanaf 2015 dierrechten noodzakelijk zijn. De voorgestelde wetswijziging ontbeert derhalve een overtuigende grondslag.

Lodders