Kamerstuk 33127-42

Amendement van de leden Wiegman-van Meppelen Scheppink en Wolbert ter vervanging van nr. 24 over een plan van de direct betrokkenen

Dossier: Wijziging van de Wet maatschappelijke ondersteuning in verband met de uitbreiding van gemeentelijke taken op het terrein van de begeleiding en een gewijzigde verdeling van de bestuurlijke verantwoordelijkheid


Nr. 42 AMENDEMENT VAN DE LEDEN WIEGMAN-VAN MEPPELEN SCHEPPINK EN WOLBERT TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 241

Ontvangen 5 april 2012

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel I wordt na onderdeel D een onderdeel ingevoegd, luidende:

Da

Na artikel 5 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 5a

Indien gewenst door de cliënt, zijn ouder of ouders, zijn bloedverwanten of aanverwanten of anderen die tot zijn sociale omgeving behoren, geschiedt de toekenning van de voorziening, bedoeld in artikel 5, eerste lid, op basis van een plan dat is opgesteld door de cliënt, zijn ouder of ouders, zijn bloedverwanten of aanverwanten of met anderen die tot zijn sociale omgeving behoren.

Toelichting

Dit amendement beoogt enerzijds dat ouders, familieleden, mantelzorgers en anderszins direct betrokkenen het recht krijgen om voorafgaand aan het toewijzen van aanspraak op begeleiding zelf een plan op te stellen. En anderzijds dat gemeenten burgers op deze mogelijkheid zullen wijzen en hen daartoe zullen faciliteren als dat nodig is. Op deze manier wordt een beroep gedaan op direct betrokkenen om mee te denken en mee te helpen aan een oplossing. Als burgers de regie krijgen, blijken zij in veel gevallen zeer wel bereid en in staat verantwoordelijkheid te nemen voor problemen in eigen familie- of vriendenkring. Sociale samenhang draagt daarnaast bij aan het welzijn van kinderen.

Als voorbeeld dient de zogenaamde Eigen Kracht-conferentie, waarbij het familie-en vriendennetwerk met behulp van een onafhankelijk coördinator zelf een plan opstelt en uitvoert. Deze coördinator zorgt ervoor dat die, voor elke burger specifieke kring van bekenden zo groot mogelijk wordt, heeft geen inhoudelijke bemoeienis of belangen en is niet verbonden aan een besluitvormende organisatie. Daardoor komt de regie bij de burger te liggen.

Gebleken is dat de eigenaar van het probleem, samen met eigen mensen, ook de sleutel voor de oplossing in handen heeft. Daarbij kan de kennis en bijstand van professionals worden ingeroepen.

Door de wijzigingen die door het amendement in het wetsvoorstel worden aangebracht, vraagt de gemeente altijd als eerste stap in de uitvoering van de aanspraak op begeleiding om een plan van de direct betrokkenen. Hiermee wordt de gangbare volgorde omgekeerd, eerst burgers en hun kring en pas als dat niet werkt de gemeente. Indien gewenst door de cliënt, faciliteert de gemeente de totstandkoming van zo’n plan. Als een geschikt plan van aanpak tot stand is gekomen, geldt dit plan als de aanspraak. Onderzoek naar Eigen Kracht-conferenties wijst uit dat burgers die zelf een plan mogen maken, bereid zijn zelf steun en hulpbronnen in te brengen. Zij doen alleen een beroep op overheid en organisaties voor zaken die zij niet zelf kunnen doen.

Als een geschikt plan van aanpak tot stand is gekomen, geldt dit plan als de aanspraak. Per AmvB worden een aantal eisen voor de totstandkoming van dit plan opgesteld. Indien de onafhankelijke coördinator bij dit oordeel tot de conclusie komt dat het plan ongeschikt is, brengt hij het netwerk hiervan op de hoogte, en stelt hij hen in de gelegenheid om alsnog een geschikt plan in te dienen. Indien nadien wederom geen geschikt plan wordt ingediend, stelt de gemeente alsnog zelf een begeleidingsplan op.

Wiegman-Van Meppelen Scheppink Wolbert