Gepubliceerd: 18 juli 2011
Indiener(s): Sharon Dijksma (PvdA)
Onderwerpen: bestuur gemeenten
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-32280-5.html
ID: 32280-5

Nr. 5 VERSLAG

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken1, belast met het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.

Onder het voorbehoud dat de regering op de gestelde vragen en de gemaakte opmerkingen tijdig en genoegzaam zal hebben geantwoord, acht de commissie de openbare beraadslaging over dit wetsvoorstel voldoende voorbereid.

Inhoudsopgave

Blz.

     

1.

Inleiding

1

 

1.1. Algemeen

1

 

1.2. Beschrijving opgaven en bestuurlijke situatie in het gebied

3

2.

Voorgeschiedenis en totstandkoming herindelingsadvies

5

 

2.1. Voorgeschiedenis

5

 

2.2. Grenscorrecties

6

 

2.3. Nader onderzoek Commissie van Wijzen

6

 

2.4. Samenwerkingsalternatief Bussum

8

3.

Toets aan het beleidskader en het coalitieakkoord

8

 

3.1. Toets bestuurskracht

8

 

3.2. Toets duurzaamheid

8

 

3.3. Toets interne samenhang

9

 

3.4. Toets regionale samenhang en evenwicht

9

 

3.5. Toets draagvlak

10

4.

Financiële aspecten

12

5.

Overige aspecten

13

1. Inleiding

1.1. Algemeen

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel tot samenvoeging van de gemeenten Bussum, Naarden, Muiden en Weesp. Zij merken op, dat de minister in zijn brief van 20 april 2011 (TK 28 750, nr. 23) reeds op voorhand aangeeft dat de Tweede Kamer wellicht een amendement zou moeten indienen om het draagvlak onder dit voorstel te vergroten.

Deze leden hebben ook kennisgenomen van de inspraakreacties vanuit de vier gemeenten. Zij komen tot de conclusie dat vrijwel iedereen een afwijkende opvatting heeft over de vraag hoe deze herindeling tot een goed einde kan worden gebracht. Tegelijkertijd dringt iedereen er ook op aan om toch vooral beslissingen te nemen omdat het zó niet langer kan. De leden van de VVD-fractie zijn voornemens te zoeken naar een vergroting van het draagvlak om zo een aantal bestuurlijke problemen in de Gooi- en Vechtstreek op te lossen.

De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van het wetsvoorstel tot samenvoeging van de gemeenten Bussum, Muiden, Naarden en Weesp. Daarnaast hebben deze leden kennis genomen van de brief van de regering met het standpunt inzake controversieel verklaarde herindelingsvoorstellen. Deze leden willen naar aanleiding van het wetsvoorstel en de latere brief graag nog enkele vragen aan de regering stellen.

Gezien de uitgebreide voorbereidingen en vele onderzoeken die aan dit wetsvoorstel vooraf zijn gegaan en de urgente problemen waar de gemeenten Muiden en Weesp mee te maken hebben willen de leden van de PvdA-fractie in de eerste plaats pleiten voor een zorgvuldige maar snelle behandeling van dit wetsvoorstel. Deze leden zijn van mening dat het van belang is dat de betrokken gemeenten kunnen gaan werken aan de oplossing van de knelpunten in de regio. De leden van de PvdA-fractie zien uit naar een spoedige beantwoording, zodat aan de betrokken gemeentebesturen duidelijkheid kan worden geboden over de toekomst en hier op een constructieve wijze aan kan worden gewerkt.

De leden van de PVV-fractie steunen het voorstel van de minister inzake samenvoeging van de gemeenten Bussum, Muiden, Naarden en Weesp niet. Zij zijn van mening dat de gemeentebesturen en haar inwoners zelf verantwoordelijkheid en zeggenschap moeten hebben inzake gemeentelijke herindeling. En daar geeft de regering, na gevoerde gesprekken met betrokken gemeenten, geen gehoor aan. Derhalve zullen de aan het woord zijnde leden het wetsvoorstel niet steunen.

De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van het voorstel tot samenvoeging van de gemeenten Bussum, Muiden, Naarden en Weesp. De minister heeft in zijn brief over de controversiële herindelingsvoorstellen aangegeven dat hij een samenvoeging van de gemeenten Bussum, Muiden, Naarden en Weesp niet langer opportuun vindt. Er is sprake van onvoldoende draagvlak. Wel geeft de minister aan dat hij een samenvoeging van de gemeenten Bussum, Naarden en Muiden met een grenscorrectie ten behoeve van Weesp mogelijk acht.

De leden van de SP-fractie hebben met toenemende verbazing kennis-genomen van dit voorstel. Belangrijke criteria ter beoordeling van een herindeling zijn voor deze leden de bestuurskracht van gemeenten en – in de eerste plaats – het draagvlak onder de bevolking. Zij zien niet waarom gebrek aan bestuurskracht deze herindeling zou rechtvaardigen. Zij zien ook niet dat de inwoners deze herindeling nodig zouden vinden. Bovendien plaatsen deze leden vraagtekens bij de samenhang van de te vormen gemeente. Deze leden hebben ten slotte hun bedenkingen bij het gevolgde proces en bij de conclusies van de genoemde «Commissie van Wijzen».

De leden van de GroenLinks-fractie hebben kennis genomen van het wetsvoorstel. De regering geeft aan dat een samenvoeging van Bussum, Muiden, Naarden en Weesp gewenst is vanwege de bestuurskracht van Weesp en Muiden en dat de herindeling op alle criteria als voldoende is getoetst. In de brief over gemeentelijke herindelingen (TK 28 750, nr. 23) geeft de regering echter aan dat het bestuurlijk draagvlak is afgenomen. Inmiddels is er een breder draagvlak voor de samenvoeging van de gemeenten Bussum, Muiden en Naarden en een grenscorrectie ten gunste van de gemeente Weesp. De leden hebben daar verschillende vragen bij, die het besluitvormingsproces rond deze herindeling, de voorgestelde grenscorrectie en het draagvlak betreffen. Deze vragen komen in de onderstaande paragrafen aan de orde.

De leden van de ChristenUnie-fractie hebben met verbazing kennisgenomen van het onderhavige wetsvoorstel. Deze leden constateren, gelet op gewijzigde omstandigheden, dat het voorleggen van dit voorstel haaks staat op procedures zoals vastgelegd in het hernieuwde beleidskader. In het kader van de beoordelingscriteria voor gemeentelijke herindeling hebben deze leden een aantal vragen.

De leden van de SGP-fractie lezen het wetsvoorstel over de samenvoeging van de gemeenten Bussum, Muiden, Naarden en Weesp in samenhang met de brief van de minister van Binnenlandse Zaken van 20 april 2011 (TK 28 750, nr. 23). Zij willen graag op een aantal punten meer duidelijkheid.

1.2. Beschrijving opgaven en bestuurlijke situatie in het gebied

De gemeente Bussum verzet zich, naar de indruk van de leden van de VVD-fractie, mordicus tegen een herindeling waarbij alle vier de gemeenten betrokken zijn. Hoewel deze leden van mening zijn dat het collectieve belang soms zwaarder kan wegen dan het belang van een individuele gemeente lijkt het deze leden ondenkbaar dat als de grootste gemeente zo nadrukkelijk aangeeft deze oplossing niet te wensen dat dan de herindeling wordt voortgezet, zoals wordt voorgesteld. Is de regering het eens met de leden van de VVD-fractie dat dit overigens niet mag leiden tot een situatie waarbij individuele gemeenten een vetorecht hebben? Gaarne krijgen zij een reactie van de regering.

De gemeente Bussum is akkoord met samenvoeging met de gemeente Naarden, maar dat is voor de leden van de VVD-fractie wel een te mager resultaat. Hoe ziet de regering dat, zo vragen de leden van de VVD-fractie. Deelt de regering de opvatting van de leden van de VVD-fractie?

Niet alleen bij Bussum maar ook bij Naarden, en delen van Muiden, zijn bezwaren tegen het samenvoegen met de gemeente Weesp. Het karakter van de gemeente Weesp als Vechtgemeente wordt echt als anders ervaren dan het karakter van de Gooigemeenten. De leden van de VVD-fractie respecteren deze opvatting van de betrokken gemeenten en zien gaarne een nieuwe procedure om te onderzoeken hoe de bestuurlijke toekomst van Weesp het best kan worden vormgegeven.

Van groot belang is wel dat de ontwikkelingen van de Bloemendalerpolder ongehinderd kunnen worden voortgezet. Daarbij is het van belang dat de totale ontwikkeling plaatsvindt binnen de grenzen van één gemeente. Daarom vragen de leden van de VVD-fractie de regering hoe het staat met de ontwikkelingen van de Bloemendalerpolder. Is het juist dat deze ontwikkelingen ernstig vertraagd zijn? In de plannen tot nu toe wordt er vooral gebouwd op grondgebied van de huidige gemeente Weesp en vindt er een natuurontwikkeling plaats, vooral op het grondgebied van de huidige gemeente Muiden. Deelt de regering de opvatting dat het gehele grondgebied uiteindelijk integraal door één gemeente dient te worden ontwikkeld?

De leden van de VVD-fractie achten het van groot belang voor de verdere ontwikkeling van de gemeente Muiden wanneer deze gemeente zou worden betrokken in een herindelingsvariant met de gemeenten Bussum en Naarden. De leden van de VVD-fractie zien daartoe een steeds groter draagvlak, maar tegelijkertijd ook nog een aantal niet opgeloste problemen. De gemeente Bussum maakt melding van financiële risico’s in de sfeer van de ruimtelijke ordening binnen de gemeente Muiden, t.a.v. het KNSF-terrein, die zodanig worden ingeschat dat de gemeente Bussum nog geen positief besluit heeft kunnen nemen voor een dergelijke variant. Hoe beoordeelt de regering de financiële risico’s? Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie een reactie van de regering.

Is de regering bereid om, eventueel gezamenlijk met de provincie Noord-Holland, te zoeken naar een oplossing die het voor de gemeente Bussum mogelijk maakt de laatste hobbel te nemen? In hoeverre is het denkbaar dat de provincie Noord-Holland een belangrijker rol krijgt bij de ontwikkeling van de plannen? Daarnaast zou het goed zijn als een onafhankelijke partij de gesprekken gaat voeren met de eigenaar van het terrein. Eventuele risico’s zouden moeten worden verwerkt in de exploitatieopzet van het betreffende bestemmingsplan. Daarnaast is de vraag welke rol de rijksoverheid zou kunnen vervullen in het dragen van risico’s in die situatie waarbij een zelfstandige gemeente Muiden nooit in staat is deze risico’s zelfstandig te dragen. In dat geval zou uiteindelijk ook een uitweg gevonden moeten worden via een «artikel 12-procedure». Welke rol ziet de regering voor zichzelf in het zoeken naar een oplossing? Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie een reactie van de regering op de hier gemaakte opmerkingen en de gestelde vragen.

In de informatie die de leden van de PvdA-fractie gelezen hebben over de betrokken gemeenten komt naar voren dat zowel Muiden als Weesp duidelijk knelpunten ervaren in hun functioneren als gemeente. Daarbij is de situatie voor Muiden ronduit zorgwekkend, maar ook in Weesp wordt een aantal duidelijke kwetsbaarheden aangewezen. In de rapportage van de Commissie van Wijzen wordt een fusie tussen Muiden en Weesp als onvoldoende beschouwd om de problematiek van deze gemeenten goed op te lossen. Nu geeft de regering aan dat de problemen van Weesp opgelost kunnen worden door een grenscorrectie, waardoor de groeimogelijkheden in de Bloemendalerpolder toenemen. De leden van de PvdA-fractie vragen van de regering een onderbouwing hoe een dergelijke grenscorrectie de geconstateerde knelpunten uit de bestuurskrachtmeting op kan lossen. Zo bleek uit die meting dat de ambtelijke organisatie en de bestuurlijke aansturing op dit moment tekortschieten. Hoe kan een grenscorrectie hierin uitkomst bieden? Ook zal de ontwikkeling in de Bloemendalerpolder pas op termijn tot een daadwerkelijke uitbreiding van Weesp leiden, wat is de verwachtte planning van de ontwikkeling van dit gebied?

In de memorie van toelichting zijn diverse opgaven in het gebied opgenoemd, zo stellen de leden van de CDA-fractie vast. De memorie van toelichting dateert al van enkele jaren terug. Wat is de stand van zaken met betrekking tot deze opgaven? Zijn er nieuwe opgaven voor het gebied bijgekomen? De toenmalige staatssecretaris geeft in de memorie van toelichting aan dat de opgaven een stevige bestuurskracht vereisen om de inwoners goed te kunnen vertegenwoordigen bij de bestuurlijke en maatschappelijke partners. De leden van de CDA-fractie zijn bekend met het gebruik van het begrip «bestuurskracht», maar vragen of het begrip «stevige bestuurskracht» een nieuw toetsingscriterium is en hoe de minister dit dan weegt.

Wat is de stand van zaken met betrekking tot de woningbouwopgave in de Bloemendalerpolder en het KNSF-terrein? Welke rol heeft de provincie bij de beide bouwopgaven en hoe zal deze rol van de provincie na een eventuele herindeling van de gemeenten zijn?

In de toelichting bij het wetsvoorstel lezen de leden van de SGP-fractie over de gemeenten Muiden en Weesp dat de bestuurskrachtmeting in 2005 uitwees dat de financiële situatie van Weesp en Muiden matig tot onvoldoende is. Intussen is het zes jaar later. De leden van de SGP-fractie vragen zich af hoe de financiële situatie op dit moment is.

Onder meer in het kader van de vergrijzing spreekt de minister in de toelichting uit dat een krachtige gemeente nodig is om de opgaven aan te kunnen. Impliciet lijkt hierbij de veronderstelling dat een kleinere gemeente geen krachtige gemeente kan zijn. Is deze afleiding juist? Waarop baseert de minister die veronderstelling? Hoe verhoudt deze conclusie zich tot de motie-Van der Staaij (28 750, nr. 9) in 2009 dat een beperkt inwoneraantal geen reden mag zijn om gemeenten te dwingen tot herindeling?

Ook spreekt de minister over grote bovengemeentelijke opgaven in de vier betrokken gemeenten. Kan de minister nader toelichten waaruit die opgaven precies bestaan? Zijn deze opgaven zodanig dat er niet door enigerlei vorm van samenwerking tot een vergelijkbaar resultaat gekomen zou kunnen worden?

2. Voorgeschiedenis en totstandkoming herindelingsadvies

2.1. Voorgeschiedenis

De leden van de ChristenUnie-fractie vragen de regering of de stelling, zoals door de Raad van State verwoord, dat er geen beschikbare alternatieven voorhanden zijn, nog steeds actueel is en kan worden onderbouwd.

Deze leden hebben vooralsnog onvoldoende zicht op de rol van de regering met betrekking tot het onderhavig wetsvoorstel. Zij verzoeken daartoe een nadere onderbouwing hoe de regering dit herindelingadvies heeft getoetst op het verloop van het proces, met inbegrip van de laatste ontwikkelingen, en met betrekking tot de motivering van de initiatiefnemers. Zij vragen de regering voorts inzichtelijk te maken waarom zij ertoe heeft besloten het wetsvoorstel voor te leggen aan de Kamer in plaats van een verbeterd herindelingadvies te onderzoeken, zoals verzocht is bij het herindelingadvies Krimpenerwaard.

De leden van de SGP-fractie lezen in de memorie van toelichting dat er voor de vier gemeenten tot samenvoeging werd besloten, tenzij onderzoek zou uitwijzen dat samenvoeging niet wenselijk zou zijn. Vervolgens zijn twee herindelingsvarianten onderzocht. In welke mate is er toen ook serieus aandacht besteed aan een met de BEL-gemeenten vergelijkbare constructie? Is er alleen naar gevraagd hoe de gemeenten een dergelijke constructie zouden vinden of is er ook een concreet voorstel hiervoor onderzocht?

Wanneer de vier gemeenten moeten kiezen tussen samenwerking of een andere herindeling dan ze zouden willen, is samenwerking dan ook geen optie voor de vier gemeenten? Wat zijn daarvoor de argumenten?

Onderling vertrouwen is uiteraard een noodzakelijke voorwaarde voor samenwerking. De leden van de SGP-fractie vragen zich af of het ontbreken van onderling vertrouwen dan geen risico is bij een herindeling. Waaruit bestaat het wantrouwen precies?

2.2. Grenscorrecties

Een eventuele grenscorrectie ten voordele van de gemeente Weesp is voor de leden van de VVD-fractie bespreekbaar. Is de regering van mening dat deze correctie in dit wetsvoorstel moet worden geregeld of kan deze grenscorrectie ook op een later moment plaatsvinden? Valt de grenscorrectie beneden de norm van 10% van het oppervlak en 10% van het aantal inwoners, waardoor de beide gemeenten deze correctie ook zelfstandig zouden kunnen uitvoeren? Is de regering bereid om de provincie Noord-Holland te verzoeken een onderzoek te laten doen om uit te zoeken hoe de gemeente Weesp in de toekomst eventueel met andere buurgemeenten zou kunnen komen tot een nauwere samenwerking? Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie een reactie van de regering op deze vragen.

De leden van de GroenLinks-fractie vragen welke grenscorrectie ten gunste van Weesp de regering voor ogen heeft. Betreft dat de Bloemendalerpolder? En kan de regering onderbouwen waarom daarmee deze gemeente voldoende versterkt wordt?

De leden van de SGP-fractie lezen in de toelichting op het wetsvoorstel dat er in het beleidskader geen aanknopingspunten staan over het nemen van beslissingen over grenscorrecties op perceelsniveau. In de brief over de (mogelijke) wijziging van het wetsvoorstel wordt wel een grenscorrectie voorgesteld. Zijn daar wel aanknopingspunten voor in het beleidskader?

De minister spreekt in zijn brief van 20 april jl. over een grenscorrectie ten gunste van de gemeente Weesp. Kan die grenscorrectie ook concreet worden gemaakt? Om welk deel gaat het precies?

Meer specifiek willen de leden van de SGP-fractie ook graag vernemen hoe de vier gemeenten aankijken tegen de beoogde grenscorrectie ten gunste van de gemeente Weesp. Was die correctie ook onderdeel van de bespreking met de andere drie gemeenten? De leden van de SGP-fractie ontvangen hierover graag nadere informatie.

2.3. Nader onderzoek Commissie van Wijzen

De leden van de PvdA-fractie delen de constatering van de regering dat er geen unaniem bestuurlijk draagvlak is voor de herindeling, zoals beschreven in het wetsvoorstel. De gemeenteraad van Bussum heeft zich unaniem uitgesproken tegen het herindelingsvoorstel, dit is voor de leden van de PvdA-fractie een zwaarwegend signaal. Daarom waarderen deze leden het dat de vorige regering extra onderzoek heeft laten doen naar de noodzaak van de fusie, zoals die door de provincie vastgesteld was en naar de mogelijkheden om het bestuurlijk draagvlak te vergroten. Graag horen deze leden hoe de regering aankijkt tegen de conclusie uit het rapport van deze Commissie van Wijzen. Deelt de regering deze conclusies nog, zo nee op welke punten is zij tot nieuwe inzichten gekomen?

Tegelijk constateren de leden van de fractie van de PvdA dat geen enkel alternatief op volledig draagvlak kan rekenen, nu de gemeente Muiden zich ook verzet tegen een grenscorrectie met Weesp en de gemeente Weesp nog steeds hecht aan de oorspronkelijke herindeling.

De leden van de CDA-fractie stellen vast dat de Commissie van Wijzen met diverse actoren in het gebied heeft gesproken, zoals met de burgemeesters van de betrokken gemeenten en met enkele hoge ambtelijke vertegenwoordigers van de toenmalige ministeries van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu en van Verkeer en Waterstaat. Op welke wijze hebben de leden van de Commissie van Wijzen ook de gemeenteraden betrokken bij het opstellen van hun advies? Welke problemen hebben de hoge ambtelijke vertegenwoordigers voor het gebied vanuit rijksperspectief gesignaleerd?

De Commissie van Wijzen beoordeelt de politieke situatie in de gemeenten Muiden en Weesp als zorgelijk. Wat verstaat de Commissie van Wijzen onder de politieke situatie? Bedoelen zij daarmee het functioneren van de colleges of de gemeenteraden? Hoe beoordeelt de minister de politieke situatie van de beide gemeenten na de laatste verkiezingen?

De Commissie van Wijzen heeft de gemeente Bussum gevraagd zich bewust te zijn van de regionale verantwoordelijkheid die de gemeente heeft. Hoe ervaart de minister de wijze waarop Bussum zich bewust is van zijn regionale verantwoordelijkheid? Hoe beoordeelt de minister de kritische houding van de gemeente Bussum ten opzichte van gedeputeerde staten van de provincie Noord-Holland?

De Raad van State merkt op dat de Commissie van Wijzen ten aanzien van verschillende mogelijke samenwerkingsconstructies onderling wantrouwen bij de betrokken gemeenten heeft geconstateerd. De leden van de CDA-fractie vragen de minister waar dit onderling wantrouwen zich manifesteert en in hoeverre dit van invloed is op de effectiviteit van huidige en toekomstige samenwerkingsverbanden.

Overigens vragen de leden van de CDA-fractie hoe de minister de second opinion «Herindelingsvoorstel Gooi en Vechtstreek (GV4)» door de wetenschappers Boorsma en Herweijer beoordeelt.

De regering stelt, naar de mening van de leden van de SP-fractie, dat het onderliggend voorstel voldoet aan het beleidskader gemeentelijke herindeling. Het Arhi-proces is volgens de genoemde «Commissie van Wijzen» zorgvuldig doorlopen. De leden van de SP-fractie wijzen de minister graag op de second opinion die is opgesteld door prof. dr. Boorsma van de Universiteit Twente en dr. Herweijer van de Rijksuniversiteit Groningen, waarin zij hun twijfels uiten over het gevolgde proces. Onderlinge samenwerking – een gangbaar alternatief voor herindeling – is op het moment dat de provincie besloot de Arhi-procedure te starten niet serieus onderzocht. Inwoners hebben zich onvoldoende kunnen uitspreken over het provinciale voorstel. En een aantal alternatieve herindelingscenario’s is niet nader onderzocht. Dit zijn slechts enkele van de kanttekeningen die in deze second opinion worden geplaatst. Deze leden verzoeken de minister te reageren op alle conclusies van de second opinion.

De minister heeft zich laten adviseren door een «Commissie van Wijzen». Deze begon haar onderzoek in oktober 2008 en adviseerde het herindelingsadvies ongewijzigd over te nemen. Hoe oordeelt de minister over de werkzaamheden van deze commissie, mede in het licht van de conclusies van de second opinion? De leden van de SP-fractie ontvangen graag de reactie van de regering op deze punten.

Ten aanzien van het proces leggen de leden van de GroenLinks-fractie de volgende vraag voor. Waarom legt de regering de Kamer een wetsvoorstel voor waar zij eigenlijk geen voorstander van is? In het verslag van het Algemeen Overleg over de herindelings-brief geeft de minister aan dat hij niet heeft gekozen voor een Nota van Wijziging omdat het wetsvoorstel al bij de Kamer lag. Dat klinkt de leden van de GroenLinks-fractie als een weinig overtuigend argument in de oren. De regering kan ook in dat geval een Nota van Wijziging naar de Kamer sturen.

De leden van de SGP-fractie vragen zich af of de minister voornemens is met een Nota van wijziging te komen. Dit is een vraag die naar hun mening allereerst beantwoord zou moeten worden.

2.4 Samenwerkingsalternatief Bussum

Een constructie waarbij de gemeente Bussum wel de ambtelijke organisatie overneemt maar niet de bestuurlijke fusie plaatsvindt achten de leden van de VVD-fractie geen toekomstbestendige oplossing. Deelt de regering deze opvatting? Is de regering het met de leden van de VVD-fractie eens dat er in deze constructie een volstrekt onwenselijke situatie voor de gemeente Muiden ontstaat? Want eigenlijk bestaat de gemeente dan niet meer, maar is er alleen een juridische structuur overgebleven, waarin een al of niet bestaand risico wordt beheerd, zo menen de leden van de VVD-fractie. Gaarne krijgen zij een reactie van de regering.

De minister concludeert, zo merken de leden van de SP-fractie op, dat de gemeente Bussum niet bereid lijkt tot samenwerkingsconstructies. Dat lijkt in strijd met een brief die de Kamer kreeg van de gemeente Bussum, zo constateren de leden van de SP-fractie, waarin de gemeenten wel degelijk de bereidheid uitspreekt tot nauwe samenwerking en zelfs tot fusie – echter niet in deze variant. Waarop baseert de minister zijn conclusie?

3. Toets aan het Beleidskader en het coalitieakkoord

De leden van de CDA-fractie nodigen de minister uit om zijn voorkeursvariant van deze herindeling te toetsen aan het nieuwe beleidskader herindeling van deze minister.

3.1 Toets bestuurskracht

Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie een reactie van de regering op de volgende vraag. Als er oplossingen worden gevonden voor de problemen van de Bloemendalerpolder en het KNSF-terrein, is de regering dan van mening dat een Gooigemeente bestaande uit de gemeente Bussum, Naarden en Muiden voldoet aan de criteria van een bestuurskrachtige, toekomstbestendige gemeente?

De leden van de CDA-fractie vragen, welke problemen de regering signaleert met de ambtelijke organisatie van de gemeenten Muiden en Weesp.

De leden van de SP-fractie constateren dat geen samenhangend regiobreed knelpuntenonderzoek is verricht. Tevens zijn niet alle gemeenten in de Gooi en Vechtstreek bij het Arhi-onderzoek betrokken. Deze leden vrezen dat hierdoor geen goed beeld is gevormd van mogelijke bestuurlijke problemen en de manier waarop die het beste kunnen worden opgelost. De minister meent dat de bestuurlijke problemen in het gebied «zeer urgent» zijn. Dat zou blijken uit rapporten uit 2005. Inmiddels is het 2011, zo constateren deze leden, dus waaruit blijkt die urgentie?

De leden van de SP-fractie constateren bovendien dat niet alle mogelijke herindelingvarianten zijn onderzocht. Zo zou een samenvoeging van Muiden en Weesp volgens prof. dr. Boorsma en dr. Herweijer een oplossing kunnen zijn die wel voldoet aan het landelijke herindelingskader. Waarom is deze variant niet nader onderzocht?

3.2. Toets duurzaamheid

De leden van de PvdA-fractie zijn van mening dat een ingrijpende en kostbare operatie als een gemeentelijke herindeling de lokale problemen voor langere tijd op moet kunnen lossen. De gekozen herindeling moet dus duurzaam zijn. Hierover maken de leden zich zorgen op het moment dat er gemeenten buiten de herindeling gehouden worden. Graag ontvangen deze leden de visie van de regering op de duurzaamheid van een herindeling, waar Weesp niet bij betrokkken wordt. Hoe groot acht de regering het risico dat Weesp als zelfstandige gemeente zijn bestuurskracht niet tijdig zal weten te vergroten en welke mogelijkheden ziet de regering na deze herindeling om eventuele restproblematiek voor Weesp op te lossen?

3.3. Toets interne samenhang

De leden van de PvdA-fractie vragen de regering in te gaan op de effecten voor de interne samenhang van de nieuwe gemeente als Weesp niet deelneemt aan de fusie. Wat zou dit betekenen voor een goede bescherming van het Naardermeer en de samenhangende ruimtelijke ontwikkeling van het gebied? Welke locaties heeft de nieuwe gemeente zonder Weesp tot haar beschikking voor uitbreiding, zonder dat dit op gespannen voet staat met natuur- en cultuurwaarden? In de ogen van de leden van de PvdA-fractie zou de nieuwe gemeente Naardermeer een mooie combinatie van functies kunnen bieden met de culturele faciliteiten van Bussum, de historische kernen van Naarden, Muiden en Weesp, de recreatiemogelijkheden in Muiden, de uitbreidingsmogelijkheden van Weesp en het natuurmonument het Naardermeer in het hart.

De leden van de ChristenUnie-fractie vragen de regering inzichtelijk te maken, zowel met betrekking tot het huidige voorstel als ten aanzien van een eventuele wijziging hiervan, hoe de voorgestelde herindeling zich verhoudt met de interne samenhang van betrokken gemeenten.

3.4. Toets regionale samenhang en evenwicht

Ook zouden de leden van de PvdA-fractie de regering willen vragen om in te gaan op de verantwoordelijkheid die gemeenten hebben voor een goede regionale ontwikkeling en de bestuurlijke kracht in het gebied. Deze leden vinden het goed dat een gemeente zich in de eerste plaats verantwoordelijk weet voor de eigen bewoners, maar zij menen dat deze belangen ook gediend kunnen zijn met het nemen van verantwoordelijkheid voor de regio. In de nu voorliggende herindeling hebben respectievelijk de provincie en de vorige regering de verantwoordelijkheid genomen om keuzes te maken die niet door de betrokken gemeenten gemaakt konden worden. Hoe vindt deze regering dat zij invulling geeft aan de zorgplicht voor een goed bestuur tegenover de burgers van Weesp nu het de deur open zet om deze gemeente buiten de herindeling te laten?

Tenslotte willen de leden van de PvdA-fractie aandacht vragen voor de mogelijkheden om ook in een groter wordende gemeente het bestuur zo dicht mogelijk bij de burgers te organiseren. De nieuwe gemeente zal bestaan uit een aantal kernen met hun eigen identiteit. Het is voor de inwoners van deze kernen belangrijk dat deze identiteit behouden en versterkt wordt, hieraan kan een actief kernenbeleid en goed contact tussen burgers en bestuur bijdragen. De leden van de PvdA-fractie willen de regering verzoeken om het belang van een actief kernenbeleid onder de aandacht van de nieuw te vormen gemeente te brengen.

De leden van de SP-fractie constateren dat bij de betrokken gemeenten sprake is van onderling wantrouwen. Hierdoor zou een verdergaande samenwerking, als mogelijke oplossing voor bestuurlijke problemen, niet mogelijk zijn, aldus een «Commissie van Wijzen». Maar als gemeenten niet kunnen samenwerken, waarom kunnen zij dan wel fuseren? Deze leden vrezen dat onderling wantrouwen de bestuurbaarheid van de nieuw te vormen gemeente bepaald niet ten goede zal komen. Waardoor is dit wantrouwen ontstaan? In hoeverre komt dit onderlinge wantrouwen juist voort uit het gevolgde proces van herindeling?

De minister stelt dat «de nieuwe gemeente binnen de regio een stevige onderhandelingspositie krijgt, die tegenspel kan bieden aan het krachtenveld van de omliggende grootstedelijke agglomeraties.» Waarover moet dan zoal worden onderhandelt, zo vragen de leden van de SP-fractie. Waarom is ligging in de buurt van «grootstedelijke agglomeraties» een reden voor herindeling? Deelt de minister de opvatting van deze leden dat herindelingen tot grotere gemeenten op deze manier altijd leiden tot nieuwe herindelingen van omliggende gemeenten?

De leden van de SGP-fractie vernemen graag hoe de omliggende gemeenten in de regio tegen het oorspronkelijke plan en tegen de voorgestelde wijziging aankijken.

3.5. Toets draagvlak

De leden van de CDA-fractie merken op, naar aanleiding van de hoorzitting in de Grote Kerk in Naarden, dat het draagvlak diffuus is. Hoe is het draagvlak gewijzigd na de raadsverkiezingen van 2010? In hoeverre maakte de voorgenomen fusie onderdeel uit van de verkiezingsstrijd? De provincie Noord-Holland en de gemeente Weesp pleiten nog steeds voor een samenvoeging van de gemeenten Bussum, Naarden, Muiden en Weesp. Bussum is pleitbezorger voor een gemeentelijke herindeling met Naarden en een ambtelijke samenwerking met Muiden. Vindt de regering het voorstel van de gemeente Bussum een werkbare oplossing? De leden van de CDA-fractie vragen de minister zijn standpunt grondig te onderbouwen.

De gemeente Muiden is voorstander van een samenvoeging van de gemeenten Bussum, Naarden en Muiden, maar deelt niet de opvatting van de minister voor een grenscorrectie ten behoeve van Weesp. De gemeente Naarden schaart zich achter de variant van de gemeente Muiden en merkt op dat zij de opvatting van de gemeente Bussum niet deelt. Welke argumenten heeft de minister om te pleiten voor een grenscorrectie met de gemeente Weesp? Hoe zou deze grenscorrectie dienen te lopen? Wat vindt de minister van de opvatting van de gemeenten Muiden en Naarden, dat de grenscorrectie ook kan volgen nadat de gemeenten samengevoegd zijn? Welke gevolgen heeft dit voor de ontwikkeling van de Bloemendalerpolder? Wat is de stand van zaken met betrekking tot de ontwikkeling van de Bloemendalerpolder?

Indien de voorkeursvariant van de minister het in de Kamer haalt, dan blijft de gemeente Weesp zelfstandig achter. De bestuurskracht van de gemeente Weesp was in de bestuurskrachtmonitor van 2005 matig. Hoe heeft deze bestuurskracht van de gemeente Weesp zich sinds 2005 ontwikkeld? Hoe ziet de minister de toekomst van de gemeente Weesp? Wat zijn de concrete nadelen voor de inwoners van Weesp als deze gemeente buiten de fusie wordt gehouden? Op welke wijze kan de provincie Noord-Holland een rol hebben in het versterken van de positie van de gemeente Weesp anders dan door herindeling (bijvoorbeeld door het versterken van de ambtelijke organisatie van de gemeente Weesp)?

Het ontbreken van een eenduidig draagvlak maakt het voor de leden van de CDA-fractie noodzakelijk dat deze minister onderbouwt op basis van welke andere argumenten de minister kiest voor de variant van een samenvoeging van de gemeenten Bussum, Naarden en Muiden met een grenscorrectie ten behoeve van de gemeente Weesp. De leden van de CDA-fractie willen van de minister graag een duidelijk overzicht zien van welke bestuurlijke en financiële knelpunten in de gemeenten en in het gebied aanwezig zijn die een dergelijke herindeling noodzakelijk maken. In hoeverre acht hij de nieuw te vormen gemeente in staat om de knelpunten adequaat op te pakken? Welke risico’s ziet hij dat de schaal van de gemeente toch niet voldoet aan de omvang van de bestuurlijke en financiële problematiek in het gebied? Hoe beoordeelt de minister de regionale samenhang als voor deze variant gekozen wordt?

De leden van de CDA-fractie hechten eraan dat een gemeentelijke herindeling voor een langere periode een bestuurskrachtige gemeente oplevert. Wordt door de samenvoeging de bestuurskracht zodanig vergroot dat er zeker op korte termijn geen redenen zullen zijn om te komen tot verdere herindelingen? Tijdens de hoorzitting is namelijk betoogd dat de voorgestelde samenvoeging genoemd is als een tussenstap tot verdere samenwerking in de regio. Is er naar de mening van de minister ook sprake van een tussenstap?

Eind 2009 is dit voorstel tot herindeling aan de Kamer aangeboden. Daarna heeft het voorstel een lange geschiedenis gekend, waaronder het initiatief van de toenmalige staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties om een Commissie van Wijzen in te stellen. Hoe ziet de minister het citaat van P.C. Hooft uit de inleiding van het rapport van de commissie in relatie tot de huidige stand van zaken van de herindeling? («Door oorzaaks kracht men al wat schiedt ziet drijven. Waar die te flauw, geen werking zou beklijven.» Hertaling: de kracht is de oorzaak van al wat men ziet gebeuren. Maar als die te zwak zou zijn, kan er niets blijvends tot stand komen.) In de voorafgaande paragraaf 2.3. zijn de leden van de CDA-fractie al nader ingegaan op het advies van de Raad van State en de oorspronkelijke memorie van toelichting.

De regering heeft besloten de grenscorrectie met Huizen niet in het wetsvoorstel op te nemen. Hiervoor is geen draagvlak. De gemeenten en provincie zijn gevraagd dit vraagstuk onderling op te lossen. Wat is de stand van zaken van deze grenscorrectie, vragen de leden van de CDA-fractie. Op hoeveel draagvlak bij de omliggende gemeenten zoals Hilversum en Huizen kan het voorstel tot samenvoeging van de gemeenten Bussum, Naarden en Muiden met een grenscorrectie ten behoeve van de gemeente Weesp rekenen?

Wat is het standpunt van maatschappelijke organisaties over de voorgestelde herindeling, vragen de leden van de CDA-fractie.

De leden van de SP-fractie merken op dat volgens de provincie dit voorstel van alle besproken varianten kan rekenen op het grootste bestuurlijke draagvlak. Dat zegt echter weinig over het daadwerkelijke draagvlak onder de bevolking, zo stellen zij. De gemeente Bussum ziet deze herindeling helemaal niet zitten en Muiden en Naarden dringen erop aan om Weesp buiten de herindeling te houden. De regering merkt op dat zij een eventueel amendement op dit punt niet zal ontraden. Deze leden vragen waarom de regering niet zelf met een aanpassing komt.

De inwoners zijn pas in een laat stadium bij dit voorstel betrokken, constateren de leden van de SP-fractie. De steun van de bevolking is nauwelijks onderzocht. Waar dit gebeurde, bleek steun te ontbreken. In een referendum in Bussum sprak 96 procent van de deelnemers zich uit tegen deze variant. In Weesp is een steekproef gehouden waarbij slechts 12 procent het onderhavige voorstel steunde. Nog liever dan een nieuw voorstel van de regering zien deze leden dat de gemeenten met een voorstel komen dat kan rekenen op steun van de bevolking.

De leden van de GroenLinks-fractie vragen hoeveel breder het draagvlak is voor de samenvoeging van de gemeenten Bussum, Muiden en Naarden dan voor de samenvoeging van de gemeenten Bussum, Muiden, Naarden en Weesp. En ook op basis waarvan de regering tot deze conclusie komt.

De leden van de ChristenUnie-fractie verzoeken de regering de aanname dat er bij de gemeenten Weesp en Muiden draagvlak bestaat voor een wijziging van het onderhavig wetsvoorstel nader te motiveren. Ook vragen deze leden de regering haar conclusie te onderbouwen dat voor de gemeente Bussum een samenvoeging met de gemeente Muiden op termijn bespreekbaar is. Voor de leden van de ChristenUnie-fractie is het bovendien onduidelijk in hoeverre het huidige proces, met inachtneming van een mogelijke wijziging, bijdraagt aan het onderlinge vertrouwen tussen de gemeenten en het maatschappelijk draagvlak. Deze leden missen een onderbouwing van de regering met betrekking tot een eventuele grenscorrectie ten gunste van de gemeente Weesp en verzoeken de regering dit alsnog te motiveren.

De leden van de SGP-fractie lezen in de brief van 20 april (TK 28 750 nr. 23) dat het breedst mogelijke draagvlak bestaat voor een samenvoeging van de gemeenten Bussum, Muiden en Naarden. Kan de minister nader toelichten hoe de vier gemeenten precies over dit herziene herindelingsvoorstel denken? Hoe is de politieke verhouding tussen voor- en tegenstanders in de gemeenteraden?

De gemeente Bussum heeft op de hoorzitting aangegeven niet voor herindeling met de gemeente Muiden te zijn, met name vanwege de grote financiële risico’s. Hoe kijkt de minister hier tegenaan? Wat is de precieze aard van die risico’s? Heeft de minister in dit licht ook overwogen om te kiezen voor een samenvoeging van Naarden en Bussum in nauwe samenwerking met Muiden?

4. Financiële aspecten

De leden van de PvdA-fractie constateren dat de gemeente Muiden een financieel risico loopt door een schadeclaim van de projectontwikkelaar van het KNSF-terrein. Deze leden kunnen zich voorstellen dat het voor de besturen en de inwoners van de omliggende gemeenten als onrechtvaardig ervaren wordt dat een komende fusie belast wordt met deze erfenis waarvan de omvang nu nog onduidelijk is. Daarom vragen zij aan de regering om een zo realistisch mogelijke inschatting te maken van de mogelijke omvang van deze claim en dit af te zetten tegen de begroting van de nieuw te vormen gemeente. Ook willen zij de regering vragen welke mogelijkheden zij ziet om zich in te spannen voor een regeling waardoor het risico van deze claim niet bij de partnergemeenten van Muiden komt te liggen.

De leden van de CDA-fractie lezen in de memorie van toelichting dat met name de precaire financiële situatie van de gemeente Muiden om een oplossing op korte termijn vraagt. Wat is de stand van zaken met betrekking tot de financiële positie van de gemeente Muiden?

Voorts vragen zij hoe de financiële startpositie wordt van de gemeente die de minister voorstaat. Zij nodigen de minister uit om dit nader te onderbouwen en aan te geven welke gevolgen dit heeft voor de uitkering uit het gemeentefonds. Hoe staat het met het grondbeleid van de betrokken gemeenten? Welke gevolgen heeft de mogelijke toekenning van een financiële claim met betrekking tot de ontwikkeling van het KNSF-terrein voor de financiële positie van de nieuwe gemeente? Graag zien zij ook een vergelijking met de financiële startpositie van de GV4-variant. Wat zijn de huidige uitgaven van de gemeente Muiden op het gebied van extern personeel? Welk percentage is dit van de uitkering uit het gemeentefonds voor de gemeente Muiden?

In de second opinion lezen de leden van de SP-fractie dat «fusiekosten de financiële toekomst van een fusiegemeente zwaar kunnen belasten. De fusiekosten nemen toe wanneer er sprake is van een grootschalige variant, wanneer er voor de fusie geen breed draagvlak is, en wanneer de voorbereidende implementatie mede door gebrek aan consensus laat op gang komt. In de casus GV4 wordt aan al deze drie condities voldaan.» Deze leden nodigen de minister uit hierop inhoudelijk te reageren.

De leden van de ChristenUnie-fractie vragen of de regering kan aangeven in hoeverre tegemoet wordt gekomen aan de precaire situatie van de gemeente Muiden door het initiatief tot samenvoeging van de ambtelijke organisaties van de gemeenten Naarden, Muiden en Bussum.

In de toelichting op het wetsvoorstel lezen de leden van de SGP-fractie dat de financiële situatie van de gemeente Weesp matig is. Kan worden toegelicht hoe in het herziene voorstel van de minister die financiële situatie wordt?

5. Overige aspecten

De leden van de CDA-fractie vragen of de regering nog een aanpassing van het wetsvoorstel overweegt ten aanzien van de zittingstermijn van de raden. Indien de Staten-Generaal dit wetsvoorstel of een variant daarop aannemen, dan is de datum van inwerkingtreding hoogstwaarschijnlijk 1 januari 2013. Wat betekent dit voor de zittingstermijn van de raden?

De voorzitter van de commissie,

Dijksma

De adjunct-griffier van de commissie,

Hendrickx