Kamerstuk 31266-18

Wijziging Wet educatie en beroepsonderwijs en Wet op de ondernemingsraden (medezeggenschap educatie en beroepsonderwijs); Amendement van het lid Jasper van Dijk

Dossier: Wijziging van de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet op de ondernemingsraden in verband met de medezeggenschap van personeel en deelnemers in de educatie en het beroepsonderwijs (medezeggenschap educatie en beroepsonderwijs)

Gepubliceerd: 17 juni 2009
Indiener(s): Jasper van Dijk (SP)
Onderwerpen: beroepsonderwijs onderwijs en wetenschap
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31266-18.html
ID: 31266-18

18,0 %
82,0 %

Verdonk

PVV

CDA

GL

SP

SGP

D66

VVD

PvdD

CU

PvdA


31 266
Wijziging van de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet op de ondernemingsraden in verband met de medezeggenschap van personeel en deelnemers in de educatie en het beroepsonderwijs (medezeggenschap educatie en beroepsonderwijs)

nr. 18
AMENDEMENT VAN HET LID JASPER VAN DIJK

Ontvangen 17 juni 2009

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel I, onderdeel C, wordt gewijzigd als volgt:

1. De aanhef komt te luiden: Na artikel 4.1.2 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:.

2. Na artikel 4.1.3 wordt een artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 4.1.4. Instemmingsbevoegdheid ondernemingsraad over bestemming middelen

De ondernemingsraad van een instelling heeft instemmingsbevoegdheid met betrekking tot voorgenomen besluiten van het bevoegd gezag ten aanzien van vaststelling of wijziging van de hoofdlijnen van het meerjarig financieel beleid voor de instelling, waaronder de voorgenomen bestemming van de middelen die door het bevoegd gezag ten behoeve van de instelling uit de openbare kas zijn toegekend of van anderen zijn ontvangen, met uitzondering van:

1°. vaststelling of wijziging van de hoogte en de vaststelling of wijziging van de bestemming van de middelen die van de ouders of de deelnemers worden gevraagd zonder dat daartoe een wettelijke verplichting bestaat onderscheidenlijk zijn ontvangen op grond van een overeenkomst die door de ouders is aangegaan; en

2°. de aanvaarding van materiële bijdragen of geldelijke bijdragen anders dan onder 1° bedoeld en niet gebaseerd op de onderwijswetgeving indien het bevoegd gezag daarbij verplichtingen op zich neemt waarmee de deelnemers binnen de onderwijstijden respectievelijk het onderwijs en tijdens de activiteiten die worden georganiseerd onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag, alsmede tijdens het overblijven, zullen worden geconfronteerd.

Toelichting

Met dit amendement wordt de ondernemingsraad in positie gebracht instemming te verlenen over de bestemming van de middelen (lees: de begroting van de instelling). De begroting heeft raakvlakken met vrijwel al het beleid van de instelling. Zo wordt onder andere het onderwijskundig beleid, taakbeleid en formatieplan voor een groot deel mede bepaald door de financiën. In de voormalige Wet medezeggenschap onderwijs 1992 was de medezeggenschap van de medezeggenschapsraad over de bestemming van de middelen gewaarborgd (artikel 7, onderdeel c, Wet medezeggenschap onderwijs 1992).

Jasper van Dijk