Kamerstuk 29937-9

Wijziging Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren i.v.m. aanvullingen op de regeling inzake de nevenbetrekkingen van rechterlijke ambtenaren; Amendement om te verhinderen dat advocaten werkzaam kunnen zijn als rechter-plaatsvervanger en/of raadsheer-plaatsvervanger bij 'eigen' rechtbank/gerechtshof

Dossier: Wijziging van de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren in verband met enkele aanvullingen op de regeling inzake de nevenbetrekkingen van rechterlijke ambtenaren en rechterlijke ambtenaren in opleiding gedurende de binnenstage


98,0 %
2,0 %

CDA

SP

Verdonk

PvdA

D66

GL

CU

VVD

PvdD

SGP

PVV


29 937
Wijziging van de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren in verband met enkele aanvullingen op de regeling inzake de nevenbetrekkingen van rechterlijke ambtenaren en rechterlijke ambtenaren in opleiding gedurende de binnenstage

nr. 9
AMENDEMENT VAN DE LEDEN WOLFSEN EN WEEKERS

Ontvangen 27 juni 2007

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel A, wordt artikel 44 gewijzigd als volgt:

A

Onder vernummering van het tweede tot en met achtste lid in derde tot en met negende lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

2. Een advocaat kan niet tevens werkzaam zijn als rechter-plaatsvervanger in de rechtbank waarbij hij als advocaat is ingeschreven onderscheidenlijk als raadsheer-plaatsvervanger in het gerechtshof tot het rechtsgebied waarvan de rechtbank behoort waarbij hij is ingeschreven.

B

In het vijfde lid (nieuw) wordt «tweede lid» vervangen door: derde lid.

C

In het zesde lid (nieuw) wordt «derde lid» vervangen door: vierde lid.

D

In het negende lid (nieuw) wordt «derde, vijfde en zesde lid» vervangen door: vierde, zesde en zevende lid.

II

In artikel I, onderdeel B, wordt artikel 44a gewijzigd als volgt:

A

In het tweede lid wordt «artikel 44, derde lid» vervangen door «artikel 44, vierde lid» en wordt «artikel 44, vijfde lid» vervangen door: artikel 44, zesde lid.

B

In het zesde lid wordt «artikel 44, vijfde lid» vervangen door: artikel 44, zesde lid.

Toelichting

Om ook de schijn van partijdigheid te vermijden is het ongewenst dat advocaten tevens werkzaam kunnen zijn als rechter-plaatsvervanger en/of als raadsheer-plaatsvervanger bij de «eigen» rechtbank en/of bij het «eigen» gerechtshof. Veel rechterlijke colleges werken al conform deze beleidslijn. Dit amendement beoogt dat beleid te formaliseren.

Wolfsen

Weekers