| Ingediend | 3 oktober 2025 |
|---|---|
| Beantwoord | 10 november 2025 (na 38 dagen) |
| Indiener | Ismail El Abassi (DENK) |
| Beantwoord door | Foort van Oosten (VVD) |
| Onderwerpen | recht staatsrecht |
| Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2025Z18682.html |
| Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20252026-372.html |
Ja.
Ja.
Het staat Kamerleden vrij om hun eigen woorden te kiezen. Als Minister van Justitie en Veiligheid acht ik mij niet in de positie om te oordelen over uitspraken die in de Tweede Kamer door Kamerleden worden gedaan. Zij zijn daar zelf verantwoordelijk voor.
Zie antwoord vraag 3.
Zie antwoord vraag 3.
Zie antwoord vraag 3.
Nee. Het betrof geen politie-informatie, maar informatie die beschikbaar is in openbare publieke bronnen.
Ik laat mij niet uit over individuele casuïstiek.
Ik vertrouw op een juiste afhandeling van deze aangifte door politie en het Openbaar Ministerie en heb geen aanwijzingen om daaraan te twijfelen.
Zie antwoord vraag 3.
Zie antwoord vraag 3.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid El Abassi (DENK), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de berichtgeving omtrent uitlatingen van de heer Wilders die door de politie zijn weersproken (ingezonden 3 oktober 2025) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.