Kamervraag 2025Z18032

De Ontwerp-Nota Ruimte

Ingediend 29 september 2025
Indiener Merlien Welzijn (NSC)
Onderwerpen ruimte en infrastructuur ruimtelijke ordening
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2025Z18032.html
  • Vraag 1
    De Minister stelt in de Ontwerp-Nota Ruimte dat «iedere regio telt»; hoe wordt dat concreet geborgd, nu de nadruk in de Ontwerp-Nota Ruimte vooral op metropoolregio’s en grote steden ligt?
  • Vraag 2
    Hoe zorgt u ervoor dat woningbouw en ruimtegebruik niet worden gedicteerd door marktbelangen (projectontwikkelaars, beleggers), maar primair door publieke waarden als betaalbaarheid, leefbaarheid en strategische autonomie?
  • Vraag 3
    Deelt u de mening dat er duidelijke keuzes gemaakt moeten worden voor wat Nederland voor economie wil zijn? Waarom ontbreekt in de Ontwerp-Nota Ruimte een normerend kader dat bijvoorbeeld uitsluit dat Nederland zich verder specialiseert in distributiecentra en datacenters, in plaats van in innovatieve maakindustrie of kennisintensieve sectoren?
  • Vraag 4
    Hoe borgt u dat mensen zien dat keuzes rechtvaardig en uitlegbaar zijn? Op welke manier wordt transparant gemaakt wat er niet meer kan, en waarom?
  • Vraag 5
    Waarom kiest u voor open einden en ontwikkelpaden in plaats van voor harde beslissingen tot 2050, terwijl burgers en gemeenten juist behoefte hebben aan duidelijkheid?
  • Vraag 6
    Kunt u bevestigen dat de ambitie uit de woondeals en de Ontwerp-Nota Ruimte is om 1 miljoen woningen te realiseren tot en met 2034?
  • Vraag 7
    Kunt u exact aangeven welke locaties deze 1 miljoen woningen opleveren, uitgesplitst in grootschalige gebieden, regionale locaties en kleinschalige binnenstedelijke verdichting?
  • Vraag 8
    Hoeveel van deze 1 miljoen woningen zijn concreet gealloceerd aan grootschalige locaties die in de Ontwerp-Nota Ruimte zijn opgenomen, en hoeveel zijn afhankelijk van kleinschalige binnenstedelijke verdichting?
  • Vraag 9
    Hoeveel woningen uit de woondeals zijn niet terug te vinden in de Ontwerp-Nota Ruimte? Welke risico’s brengt dat met zich mee voor de haalbaarheid van de nationale doelstelling?
  • Vraag 10
    Hoeveel woningen worden volgens u tot 2034 gerealiseerd op: a) nieuwe uitleglocaties, b) transformatielocaties (bijvoorbeeld bedrijventerreinen), c) binnenstedelijke verdichting?
  • Vraag 11
    Hoeveel woningen verwacht u dat er in de periode 2035–2050 worden gebouwd? Kunt u dit uitsplitsen in scenario’s, mede in relatie tot de rapportage van de Staatscommissie Demografische Ontwikkelingen?
  • Vraag 12
    Wanneer zullen de eerste woningen in de vier nieuwe nationale grootschalige locaties (Apeldoorn, Helmond, Alkmaar, Hengelo/Enschede) worden opgeleverd en hoeveel daarvan zullen tot 2034 opgeleverd worden?
  • Vraag 13
    Welke garanties heeft u dat de fasering van de 17 nationale grootschalige NOVEX-gebieden daadwerkelijk tot de beoogde 400.000 woningen tot 2030 leidt?
  • Vraag 14
    Welke concrete saneringsopgaven (bodem, vervuilde terreinen, oude stortplaatsen) moeten worden opgelost voordat woningbouw op de aangewezen locaties kan starten?
  • Vraag 15
    U stelt dat voor alle ruimtevraagstukken samen drie keer het grondoppervlak van Nederland nodig zou zijn. Welke concrete keuzes zijn daarom niet in de Concept-Nota Ruimte opgenomen; wat doen we dus niet?
  • Vraag 16
    Waarom sluit u geen sectoren uit, zoals datacenters, distributiecentra of grootschalige slachterijen, terwijl dit forse claims legt op de beschikbare ruimte?
  • Vraag 17
    Op welke locaties is woningbouw bewust niet mogelijk verklaard vanwege waterveiligheid, bodemgesteldheid of andere fysieke beperkingen?
  • Vraag 18
    Welke economische functies krijgen volgens de Ontwerp-Nota Ruimte voorrang, en welke functies worden achtergesteld of beperkt?
  • Vraag 19
    Hoe beoordeelt u het verschil in benadering: mijn fractie kiest voor expliciete begrenzing van economische activiteiten (geen grote datacenters/distributie/slachterijen), de Ontwerp-Nota Ruimte kiest voor clustering maar sluit deze functies juist niet uit?
  • Vraag 20
    Welke ruimte wordt in de Ontwerp-Nota Ruimte expliciet gereserveerd voor de borging van voedselzekerheid in Nederland?
  • Vraag 21
    Hoe verhoudt de landbouwtransitie (gericht op verduurzaming en natuurinclusief) zich tot het waarborgen van voldoende productiecapaciteit voor de Nederlandse autonome voedselzekerheid?
  • Vraag 22
    Welke ruimteclaims zijn gereserveerd voor energiezekerheid (opslag, infrastructuur, kernenergie, hernieuwbaar) en zijn deze ruimteclaims prioritair?
  • Vraag 23
    Op welke manier is rekening gehouden met de ruimtebehoefte van Defensie (NPRD – Nationaal Programma Ruimte voor Defensie), en welke gevolgen heeft dit voor de woningbouwplannen?
  • Vraag 24
    Hoe worden conflicten opgelost wanneer de ruimteclaims voor energie, defensie en woningbouw elkaar overlappen in dezelfde regio?
  • Vraag 25
    Op welke wijze heeft u het rapport van de Staatscommissie Demografische Ontwikkelingen meegenomen in de Ontwerp-Nota Ruimte?
  • Vraag 26
    Kunt u toelichten hoe het voorkeursscenario van de Staatscommissie (met een lagere migratie en meer grip op bevolkingsgroei) zich vertaalt in de woningbouwopgave tot 2050?
  • Vraag 27
    Waarom zijn er in de Concept-Nota Ruimte geen harde bouwcijfers na 2034 opgenomen, terwijl we nu al weten dat de demografische druk doorloopt tot 2050 en verder?
  • Vraag 28
    Hoe borgt de Minister dat de regionale verschillen in demografie (krimpgebieden versus groeiregio’s) voldoende worden meegenomen in de ruimtelijke keuzes?
  • Vraag 29
    In hoeverre zijn de demografische ramingen van het CBS en PBL (hoge migratiescenario’s) bepalend geweest voor de gekozen ontwikkelpaden?
  • Vraag 30
    In hoeverre is de Ontwerp-Nota Ruimte beperkt of gestuurd door Europese richtlijnen, zoals de Kaderrichtlijn Water, Natura 2000-verplichtingen en klimaatdoelstellingen (Fit for 55)?
  • Vraag 31
    Hoeveel van de keuzes in de Ontwerp-Nota Ruimte zijn ingegeven door Europees recht en hoeveel door nationale beleidskeuzes?
  • Vraag 32
    Waar ziet de u de meeste spanning tussen Europese verplichtingen en de Nederlandse woningbouwopgave?
  • Vraag 33
    Hoe beoordeelt u de kritiek dat Europese milieudoelen ««verstikkend»« werken voor nationale keuzes in ruimtegebruik, en deelt u de analyse dat dit de bouwopgave vertraagt?
  • Vraag 34
    Hoe borgt u dat Nederland voldoende ruimte houdt voor strategische autonomie (energie, defensie, voedsel) binnen de kaders van Europese wetgeving?
  • Vraag 35
    Wanneer ontvangt de Kamer een concreet uitvoeringsplan bij de Ontwerp-Nota Ruimte met duidelijkheid over verantwoordelijkheden, instrumenten, tijdslijnen en monitoring?
  • Vraag 36
    Hoe voorkomt u dat de Ontwerp-Nota Ruimte net als eerdere nationale plannen blijft steken in ambities zonder tanden, doordat concrete afspraken ontbreken?
  • Vraag 37
    Hoe wordt gezorgd dat de capaciteit bij gemeenten, provincies en uitvoeringsorganisaties voldoende is om de ruimtelijke keuzes daadwerkelijk uit te voeren?
  • Vraag 38
    Hoeveel geld is er tot 2034 en daarna tot 2050 nodig en daadwerkelijk beschikbaar (reality check) om de gekozen woningbouwlocaties, infrastructuur, natuur- en energieopgaven echt te realiseren?
  • Vraag 39
    Hoe beoordeelt u de haalbaarheid van de ruimtelijke keuzes, als er geen duidelijkheid is over budget, kostenverdeling tussen Rijk, regio’s en gemeenten, en dekking in de rijksbegroting?
  • Vraag 40
    Hoe gaat u om met de faalkosten van beleid (vertragingen, juridische procedures, mislukte plannen) en is hiervoor een reservering gemaakt?
  • Vraag 41
    Hoe garandeert u dat keuzes die in de Ontwerp-Nota Ruimte worden gemaakt niet leiden tot structureel hogere kosten voor burgers (bijvoorbeeld via hogere grondprijzen, woonlasten of energieprijzen)?
  • Vraag 42
    Hoe verhoudt de Ontwerp-Nota Ruimte zich tot de adviezen van de Raad van State over de noodzaak tot keuzes en prioritering in het ruimtegebruik?
  • Vraag 43
    Hoe borgt u dat burgers betrokken worden bij keuzes die hun leefomgeving fundamenteel veranderen?
  • Vraag 44
    Hoe wordt voorkomen dat de Ontwerp-Nota Ruimte een papieren werkelijkheid blijft en dat de feitelijke beslissingen versnipperd en inconsistent zijn?
  • Vraag 45
    Hoe gaat u om met de kritiek dat de Ontwerp-Nota Ruimte vooral een optelsom van claims is, zonder helder rangordekader (welke claims zwaarder wegen dan andere)?

Kamervraag document nummer: kv-tk-2025Z18032
Volledige titel: De Ontwerp-Nota Ruimte