Ingediend | 27 augustus 2025 |
---|---|
Beantwoord | 6 oktober 2025 (na 40 dagen) |
Indiener | Michiel van Nispen (SP) |
Beantwoord door | David van Weel (minister justitie en veiligheid, minister asiel en migratie) |
Onderwerpen | criminaliteit openbare orde en veiligheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2025Z15455.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20252026-197.html |
Ja.
Wederzijds vertrouwen tussen overheid en burger is belangrijk voor het functioneren van onze samenleving. Elke burger moet zich vrij en veilig voelen om een gemeentehuis in te stappen voor vragen en het regelen van gemeentelijke zaken.
Binnentreden in een woning is voor de bewoners een ingrijpende gebeurtenis. Daarom kent de Algemene wet op het binnentreden waarborgen waaraan het bevoegd gezag en functionarissen die daadwerkelijk een woning betreden dienen te voldoen. Het is aan het bevoegde (bestuurs-)orgaan en degenen die het feitelijke binnentreden doen om bij het binnentreden te handelen binnen de kaders van de wet.
Ook bij bestuurlijke maatregelen zijn waarborgen in het leven geroepen door de wetgever om de belangen van burgers te beschermen. Bevoegdheden moeten worden uitgeoefend binnen de wettelijke kaders en met toepassing van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. De burger kan bezwaar maken tegen een besluit van de burgemeester. De rechter zal dan het voorliggende besluit beoordelen en beslissen of het betrokken bestuursorgaan binnen de wettelijke kaders heeft gehandeld. Over de inzet van bestuurlijke maatregelen dient de burgemeester desgevraagd verantwoording af te leggen aan de gemeenteraad.
Opsporingsbevoegdheden kunnen enkel worden ingezet op basis van de ruimte die de wet hiervoor biedt. Dit is niet anders voor de inzet van het bestuurlijk instrumentarium voor het beschermen van de openbare orde en het voorkomen van misbruik van legale structuren.
Wanneer een signaal of melding van mogelijk strafbaar handelen wordt ontvangen door een bijvoorbeeld een gemeente of opsporingsdienst, dan wordt gekeken welke bevoegde (bestuurs-)organen of instanties relevante bevoegdheden en instrumenten kunnen inzetten om de gesignaleerde mogelijke overtredingen of misdrijven tegen te gaan. Dat kunnen strafrechtelijke en/of bestuursrechtelijke bevoegdheden betreffen. Welke keuze ook wordt gemaakt, bij de toepassing van die bevoegdheden gelden de daarbij van toepassing zijnde waarborgen die zijn bepaald door de wetgever.
Ook ingrijpen op basis van bestuurlijke regelgeving kan ingrijpend zijn. Daarom biedt ook het bestuursrecht belangrijke waarborgen ter bescherming van de belangen van betrokkenen.
Bij de brede aanpak van ondermijning door georganiseerde criminaliteit hebben we iedereen nodig. De inzet vanuit het lokale bestuur is hierbij van groot belang. Het is aan het lokale bestuur om te bezien wat binnen de lokale context nodig is om de aanpak vorm te geven. Daarbij dienen alle betrokken overheden vanzelfsprekend te handelen binnen de kaders van de wet. Of en wanneer de aanpak succesvol is moet blijken uit de eigen monitoring en verantwoording tegenover de gemeenteraad. Wanneer het handelen van de betrokken overheden leidt tot een geschil met een burger dan kan deze zich wenden tot de rechter. Ook staat de weg richting de ombudsman vrij. Specifiek ten aanzien van schade die bij het binnentreden is ontstaan kan daarnaast een verzoek om schadevergoeding worden ingediend bij de instantie die binnentrad.
Zie antwoord vraag 7.
Zie antwoord vraag 7.
De grondslag voor eventueel binnentreden is vastgelegd in algemene en specifieke wetten als onderdeel van de handhaving van de in die wet gestelde normen. Welke bestuurlijke maatregelen gemeenten treffen wordt niet centraal bijgehouden. Wel dient elk binnentreden aan de wettelijke vereisten te voldoen.
Zie antwoord vraag 10.
Bij de aanpak van criminaliteit is het van belang dat repressie en preventie hand in hand gaan. Er is daarom altijd aandacht voor een goede balans tussen preventie en repressie. Zaanstad is een van de steden die van mij meerjarig middelen ontvangt om de preventieve aanpak stevig vorm te geven.
Ik zie geen verschuiving in het wettelijk kader, aangezien een duidelijk onderscheid bestaat tussen delicten in het strafrecht en overtredingen in bestuursrechtelijke zin. Ik merk daarbij op dat het bestuursrecht eveneens waarborgen kent en bescherming biedt waar iedere burger zich op kan beroepen.
Het is aan gemeenten, al dan niet in samenwerking met partners binnen een Regionaal Informatie en Expertisecentrum, om passende instrumenten in te zetten bij de aanpak van ondermijnende activiteiten. Bij adresbezoeken is informatieverschaffing een onderdeel dat hoort bij de inzet van dit instrument. Als handhavers of politie zich daar niet aan houden staat voor elke burger de weg richting de rechter open. Wanneer de inzet van een instrument leidt tot onrechtmatig toegebrachte schade ligt vergoeding daarvan in de rede. In voorkomende gevallen is het aan de rechter om daarover een uitspraak doen. Zie ook mijn antwoord op vraag 3.
Zie antwoord vraag 14.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Nispen (SP), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de berichten dat op sommige plaatsen in Nederland de aanpak van (ondermijnende) criminaliteit doorgeslagen lijkt (ingezonden 27 augustus 2025) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.