Kamervraag 2024Z02058

Exportkredietverzekeringen in veehouderij

Ingediend 8 februari 2024
Beantwoord 11 maart 2024 (na 32 dagen)
Indiener Christine Teunissen (PvdD)
Beantwoord door Gerrit van Leeuwen
Onderwerpen economie ondernemen
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2024Z02058.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20232024-1204.html
  • Vraag 1
    Bent u bekend met de «Beleidsverklaring dierenwelzijn» ten aanzien van exportkredietverzekeringen welke sinds 2020 van kracht is?

    Ja.

  • Vraag 2
    Bent u zich bewust van het feit dat er in de beleidsverklaring staat aangegeven dat hierin onder andere wordt gespecificeerd dat geen verzekering zal worden afgegeven voor «Accommodatie van legkippen: leveringen aan en met betrekking tot stallen waarin onverrijkte kooien voor legkippen worden toegepast» en ook «Accommodatie van vleeskippen: leveringen aan stallen waarin vleeskippen worden gehouden met een grotere dichtheid dan 42 kg/m2»?

    Ja.

  • Vraag 3
    Gegeven bovengenoemd beleid, kunt u uitleggen waarom sinds 2021 de volgende exportkredietverzekeringen zijn uitgegeven voor legkippen en vleeskippen? Kunt u dit per casus individueel beantwoorden?

    Alle genoemde exportprojecten zijn door uitvoerder Atradius Dutch State Business (ADSB) onderworpen aan een milieu- en sociale beoordeling voordat een ekv-polis werd verstrekt. Onderdeel van deze beoordeling is dat de projecten worden getoetst aan het Nederlandse dierenwelzijnsbeleid voor exportkredietverzekeringen (ekv). Bij geen van deze projecten is er een ekv afgegeven voor leveringen aan en met betrekking tot stallen waarin onverrijkte kooien voor legkippen worden toegepast of leveringen aan stallen waarin vleeskippen worden gehouden met een grotere dichtheid dan 42 kg/m2.

  • Vraag 4
    Bent u zich bewust van het feit dat in de beleidsverklaring staat aangegeven dat «Alle leveringen aan de intensieve veehouderij en aan slachterijen worden behandeld als «gevoelige sector» transacties», wat «betekent dat een milieu en sociale beoordeling zal worden uitgevoerd voor deze transacties, inclusief het onderzoeken van het dierenwelzijnsaspect, ongeacht de omvang van de transactie en proportioneel aan de risico’s van het project»?

    Ja.

  • Vraag 5
    Gegeven bovenstaand beleid, kunt u uitleggen waarom sinds 2021 de volgende exportkredietverzekeringen zijn uitgegeven aan de intensieve veehouderij en aan slachterijen zonder enige toetsing op dierenwelzijn? Kunt u dit per casus individueel beantwoorden?

    Het klopt niet dat deze projecten niet zijn getoetst op dierenwelzijn. Voor de levering van een mengvoederfabriek aan Canada is geen milieu- en sociale beoordeling uitgevoerd, omdat de levering niet direct raakt aan dierenwelzijn. Alle overige genoemde exportprojecten zijn door uitvoerder ADSB onderworpen aan een milieu- en sociale beoordeling voordat een ekv-polis werd verstrekt. De projecten voldoen aan het mvo-beleid en de dierenwelzijnsverklaring voor de ekv.

  • Vraag 6
    Vindt u het wenselijk dat projecten in de zogenoemde categorie «M» überhaupt geen enkele vorm van toetsing ondergaan, omdat het een uitbreiding van een bestaand project aangaat, ook niet als deze niet eerder zijn getoetst op dierenwelzijn omdat de beleidsverklaring nog niet van kracht was bij start van het project? Zo ja, hoe verklaart u dit? Zo nee, waarom wordt deze uitzondering dan nog altijd gemaakt?

    Het klopt niet dat projecten in de categorie «M» geen enkele vorm van toetsing ondergaan. Projecten die gecategoriseerd worden als «M» worden altijd aan een uitgebreide milieu- en sociale beoordeling onderworpen. Hierin wordt de inzet van de exporteur en de afnemer op milieu- en sociaal-vlak, waaronder ook dierenwelzijn, beoordeeld. Daarnaast kan aanvullende informatie over de keten opgevraagd worden.

  • Vraag 7
    Gegeven bovenstaande uitzondering, wat vindt u ervan dat sinds 2021 exportkredietverzekeringen zijn verstrekt zonder enige toetsing op dierenwelzijn aan:

    Alle genoemde exportprojecten zijn door uitvoerder ADSB onderworpen aan milieu- en sociale beoordeling voordat een ekv-polis werd verstrekt. De projecten voldoen aan het mvo-beleid en de dierenwelzijnsverklaring voor de ekv.

  • Vraag 8
    Bent u zich bewust van het feit dat deze beleidsverklaring is opgesteld, omdat, zoals in de beleidsverklaring ook is opgenomen, «In veel landen waar onder de EKV verzekerde export heen gaat is het dierenwelzijnsbeleid en de handhaving ervan soms zwak of ontbreekt zelfs»?

    Ja.

  • Vraag 9
    Bent u het eens met de constatering dat het zeer zorgwekkend is dat de Nederlandse staat bijdraagt aan de levering van producten voor intensieve veehouderij zonder enige controle op dierenwelzijn? Zo nee, waarom niet? Zo ja, waarom staat het kabinet toe dat dit nog steeds gebeurt?

    Het kabinet kan zich niet vinden in de constatering dat de Nederlandse staat bijdraagt aan de levering van producten voor intensieve veehouderij zonder enige controle op dierenwelzijn. Transacties in de intensieve veeteeltsector worden altijd aan een uitgebreide milieu- en sociale beoordeling onderworpen.

  • Vraag 10
    Bent u zich bewust van het feit dat in de beleidsverklaring staat aangegeven dat «In overeenstemming met wetenschappelijke denkwijzen neemt ADSB het standpunt in dat dieren wezens met gevoel zijn die in staat zijn om plezier en pijn te ondervinden»?

    Ja.

  • Vraag 11
    Deelt u de mening dat het leven van een dier in de intensieve veehouderij ervoor zorgt dat een dier per definitie pijn ondervindt en geen plezier zal hebben in het leven? Zo nee, op welk moment denkt u dat een dier in de intensieve veehouderij plezier beleeft?

    De principes die bekend staan als de «Vijf Vrijheden», die de (wereldwijde) internationale uitgangspunten voor dierenwelzijn vormen bij onder meer de World Organisation for Animal Health (OIE) en de OECD-FAO, geven aan dat een dier gevrijwaard moet zijn van honger, dorst en onjuiste voeding; fysiek en fysiologisch ongerief; pijn, verwondingen en ziektes; angst en chronische stress en het dier moet zijn natuurlijke gedrag kunnen vertonen. Veehouderijsystemen en -praktijken die hier niet verenigbaar mee worden geacht zijn daarom uitgesloten van de ekv.1

  • Vraag 12
    Vindt u het wenselijk dat het kabinet door het verstrekken van exportkredietverzekeringen aan intensieve veehouderij in landen met zeer lage of geen standaarden voor dierenwelzijn een groei in ernstig dierenleed faciliteert? Zo ja, waarom? Zo nee, is het kabinet bereid het verstrekken van exportkredietverzekeringen aan de intensieve veehouderij per direct af te schaffen? Zo nee, waarom niet? Kunt u dit toelichten?

    Het kabinet kan zich niet vinden in de stelling dat het kabinet dierenleed faciliteert. Juist door ekv-aanvragen te toetsen aan de hand van internationale kaders en een aanvullende dierenwelzijnsverklaring kan worden geëxporteerd naar landen waar wettelijke dierenwelzijnsstandaarden lager of zelfs afwezig zijn.2 Het hanteren van internationale standaarden is ook belangrijk voor een gelijk speelveld voor Nederlandse exporteurs. Met de dierenwelzijnsverklaring en de daar uit volgende uitsluitingslijst gaat Nederland al verder dan andere landen.
    Het kabinet doet momenteel onderzoek naar de reikwijdte en consequenties van de aangenomen motie Teunissen c.s. die oproept om te stoppen met exportkredietverzekeringen voor projecten met een lagere dierenwelzijnsstandaard dan de Nederlandse. De resultaten van dit onderzoek zullen met uw Kamer worden gedeeld.3


Kamervraag document nummer: kv-tk-2024Z02058
Volledige titel: Exportkredietverzekeringen in veehouderij
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20232024-1204
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Teunissen over exportkredietverzekeringen in veehouderij.