Kamervraag 2023Z14246

Het bericht dat Syngenta een studie naar glyfosaat en hersenschade meer dan twintig jaar achterhield.

Ingediend 24 augustus 2023
Beantwoord 22 september 2023 (na 29 dagen)
Indiener Sandra Beckerman (SP)
Beantwoord door Piet Adema (minister landbouw, natuur en voedselkwaliteit) (CU)
Onderwerpen gezondheidsrisico's zorg en gezondheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2023Z14246.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20232024-38.html
  • Vraag 1
    Bent u bekend met het artikel «Hoe Syngenta een studie naar glyfosaat en hersenschade meer dan twintig jaar achterhield»?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Wat vindt u van het feit dat Syngenta een onderzoek naar neurotoxische effecten van glyfosaat achterhield bij het aanvragen van Europese toelating van glyfosaat?

    Iedere toelatingshouder van een werkzame stof heeft de verplichting om alle nieuwe relevante wetenschappelijke informatie aan te leveren bij de toelatingsautoriteiten. Ik heb begrepen dat de genoemde studie een neurotoxiciteitstudie van glyfosaat-trimesium betreft, een zoutvorm van glyfosaat, die niet goedgekeurd is binnen de EU. Omdat dit een andere werkzame stof met een ander risicoprofiel betreft heb ik begrepen dat de toelatingshouder van mening is dat deze niet relevant is voor herbeoordeling van de stof glyfosaat. Gezien de maatschappelijke discussie over glyfosaat betreur ik dit omdat de risicobeoordeling van glyfosaat zo volledig en onomstreden mogelijk dient te zijn. Het is dan ook goed dat EFSA de studie alsnog heeft meegenomen in de beoordeling. EFSA concludeert dat er op basis van alle beschikbare informatie geen indicaties zijn dat glyfosaat neurotoxische effecten heeft. Overigens adviseert EFSA ook dat de toelatingshouder wel nadere duiding verschaft over de oorzaak van de waargenomen effecten in de neurotoxische studie met het glyfosaat-trimesium.

  • Vraag 3
    Herkent u een patroon van bedrijven die onderzoeksresultaten achterhouden, zoals bijvoorbeeld de Monsanto papers?

    Bedrijven moeten, als gevolg van een wijziging van Algemene Levensmiddelenverordening (ALV), sinds 2019 de autoriteiten voordat een nieuwe studie begint al op de hoogte brengen, in plaats van achteraf. Bovendien moeten ze melding maken als de studie is afgerond. Hier sta ik volledig achter.

  • Vraag 4
    Klopt het dat de Europese Commissie al een positie heeft ingenomen dat glyfosaat veilig is voor gebruik?2

    De Europese Commissie heeft op 19 september 2023 een concept-voorstel aan de lidstaten voorgelegd om de goedkeuring van glyfosaat met tien jaar te verlengen. Ik laat mij hierop adviseren door het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) en zal uw Kamer vervolgens hierover informeren. Inmiddels heeft uw Kamer een motie aangenomen (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1570) om tegen de Europese goedkeuring van glyfosaat te stemmen. Inmiddels heeft uw Kamer een motie aangenomen (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1570) om tegen de Europese goedkeuring van glyfosaat te stemmen. Ik zal uw Kamer op korte termijn informeren over de wijze waarop ik invulling zal geven aan deze motie.

  • Vraag 5
    Deelt u deze mening en acht u bestrijdingsmiddelen met glyfosaat veilig voor gebruik, op basis van alle beschikbare feiten? Zo nee, bent u bereid om samen met andere lidstaten de Europese toelating niet meer te laten verlengen?

    Zie antwoord vraag 4.

  • Vraag 6
    Ziet u een kans om nu tot een Europese stop op glyfosaat te komen en daarmee versneld uw eerder uitgesproken wens voor het beëindigen van glyfosaat gebruik te realiseren?3

    Zie antwoord vraag 4.

  • Vraag 7
    Hoe staat het met de uitvoering van de motie van het lid Beckerman c.s. over zo snel mogelijk met een plan komen om Nederlandse wetenschappers en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) onderzoek te laten verrichten naar een verbeterd toelatingsbeleid (Kamerstuk 27 858, nr. 589)?

    De huidige beoordeling van mogelijke neurotoxische effecten van werkzame stoffen in gewasbeschermingsmiddelen is gebaseerd op de structurele eigenschappen van een stof, het werkingsmechanisme, proefdierstudies en openbare wetenschappelijke literatuur, waaronder epidemiologische studies en bevolkingsonderzoeken. Ik heb uw Kamer eerder geïnformeerd (Kamerstuk 27 858, nrs. 555, 605 en 611) over de stappen die nodig zijn om mogelijke neurotoxische effecten van werkzame stoffen beter te kunnen opsporen, waaronder het ontwikkelen van laboratoriumtesten zonder proefdieren (in vitro testen) en het aanpassen van bestaande OECD-testrichtlijnen voor proefdierstudies, en de stappen die ik zet om dat te bereiken. Zo heb ik het RIVM gevraagd om in EFSA-verband actief bij te dragen aan de actualisatie van de huidige datavereisten voor risicobeoordeling op het gebied van neurologische aandoeningen. Dit doe ik via een nieuw afgesloten overeenkomst met het RIVM, waarbij Nederlandse wetenschappers tot 2026 deelnemen aan wetenschappelijke werkgroepen in EFSA-verband. Hiermee geef ik uitvoering aan de genoemde motie van het lid Beckerman c.s.

  • Vraag 8
    Bent u voornemens om andere stappen te nemen naar aanleiding van deze berichtgeving zoals een boete uitschrijven voor het niet naleven van de informatieplicht?

    Ondanks dat ik het betreur dat deze studie in eerste instantie geen onderdeel van het dossier was, betreft de studie een andere werkzame stof dan glyfosaat en is de studie desalniettemin toch door EFSA in de herbeoordeling betrokken.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2023Z14246
Volledige titel: Het bericht dat Syngenta een studie naar glyfosaat en hersenschade meer dan twintig jaar achterhield.
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20232024-38
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Beckerman over het bericht dat Syngenta een studie naar glyfosaat en hersenschade meer dan twintig jaar achterhield