Kamervraag 2022Z15642

Het SBS-programma Undercover in Nederland

Ingediend 22 augustus 2022
Beantwoord 23 september 2022 (na 32 dagen)
Indiener Wybren van Haga (BVNL)
Beantwoord door Dilan Yeşilgöz-Zegerius (minister justitie en veiligheid) (VVD)
Onderwerpen criminaliteit openbare orde en veiligheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2022Z15642.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-29.html
  • Vraag 1
    Bent u bekend met het feit dat een veroordeelde zedendelinquent, notabene in afwachting van zijn hoger beroep, opnieuw slachtoffers maakt1?

    Ik ben bekend met de uitspraak van de Rechtbank Limburg van 13 juli 2021 waarbij een 40-jarige man is veroordeeld wegens o.a. het vervaardigen en het bezit van materiaal van seksueel kindermisbruik.2 Ook ben ik bekend met de uitzending van het SBS-programma Undercover in Nederland van 21 augustus 2022, waarin aan de orde wordt gesteld dat deze betreffende man, gedurende de tijd dat hij in afwachting is van de behandeling van zijn strafzaak in hoger beroep, nieuwe slachtoffers maakt. De nieuwe meldingen die in dit verband tegen de verdachte zijn gedaan worden op dit moment door de politie onderzocht. Ik kan daar op dit moment niet op vooruit lopen.

  • Vraag 2
    Deelt u de mening dat dit absoluut onacceptabel is? Zo ja, hoe gaat u de samenleving beter beschermen tegen zedendelinquenten?

    Seksueel geweld, waaronder seksueel kindermisbruik (online en offline) is een maatschappelijk probleem. Dergelijke strafbare feiten hebben veel impact op de slachtoffers en de maatschappij en zijn onacceptabel. Om die reden heeft dit onderwerp voortdurend mijn aandacht en werkt de gehele strafrechtketen samen om herhaling van misdrijven, en daarmee (nieuw) slachtofferschap, zoveel mogelijk te voorkomen.
    Ik kan mij echter niet in lopende strafzaken mengen. Om die reden zal ik mij niet inhoudelijk uitlaten over de eerdergenoemde strafzaak en hetgeen hierover aan de orde is gesteld in de uitzending van het SBS-programma Undercover in Nederland van 21 augustus 2022.
    Wel vind ik het van belang het volgende te benadrukken. Het strafrecht biedt nu al ruimschoots opties om de kans op recidive te beperken. Als iemand verdacht wordt van een strafbaar feit, kan het Openbaar Ministerie (OM) de reclassering en/of het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (NIFP) de opdracht geven een adviesrapport op te stellen. De reclassering en het NIFP maken op basis van wetenschappelijk onderbouwde risicotaxatie-instrumenten een inschatting van het risico op herhaling van delictgedrag. Indien een gemiddeld of hoog risico wordt ingeschat of als een andere aanleiding bestaat voor de inzet van bijvoorbeeld behandeling of begeleiding om het risico te verminderen, dan zal hierover worden geadviseerd. Bij zedenverdachten wordt vaak geadviseerd om het meewerken aan een (ambulante) behandeling bij een forensische zorginstelling op te leggen als bijzondere voorwaarde of als onderdeel van een maatregel. In het geval er een (deels) onvoorwaardelijke gevangenisstraf of een Tbs-maatregel wordt opgelegd, kan ook een maatregel strekkende tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking worden opgelegd.3 Deze maatregel maakt langdurig toezicht op de veroordeelde mogelijk. Het OM kan in de strafeis het advies van de reclassering of het NIFP betrekken. De rechter beslist uiteindelijk welke straf, maatregel of voorwaarden worden opgelegd.
    Het Wetboek van Strafvordering kent verder als algemene regel dat een uitspraak van de rechter pas ten uitvoer wordt gelegd als die uitspraak onherroepelijk is. Dit betekent dat zolang een ingesteld hoger beroep of cassatieberoep loopt, niet met de tenuitvoerlegging kan worden begonnen.4 Het Wetboek van Strafvordering kent op deze hoofdregel een aantal uitzonderingen, waaronder bevelen betreffende de voorlopige hechtenis. Indien een verdachte zich gedurende de behandeling van zijn zaak door de rechtbank en de daaropvolgende uitspraak in voorlopige hechtenis bevindt, dan blijft de voorlopige hechtenis in ieder geval van kracht tot 60 dagen na de datum van de einduitspraak. In het geval een verdachte de behandeling van zijn zaak in eerste aanleg op vrije voeten mocht afwachten, kan de rechtbank bevelen dat hij, in afwachting van zijn hoger beroep, gevangen wordt genomen als de rechtbank dit aangewezen acht. Daarnaast heeft de rechtbank de mogelijkheid om, in bepaalde situaties en in verband met het risico op recidive, opgelegde voorwaarden dadelijk uitvoerbaar te verklaren. In dat geval hebben de voorwaarden direct al hun werking, zelfs als de verdachte in hoger beroep of cassatie gaat tegen een uitspraak.

  • Vraag 3
    Hoe is de controle op masseurs die kinderen masseren? Graag opheldering over die controle naar aanleiding van naaktmasseur Henk, waarvan Undercover in Nederland bericht dat hij kinderen in hun blootje blijkt te masseren (aanranding) met ernstige psychische gevolgen.

    Of masseurs onder de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) en daarmee het toezicht van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) vallen, is afhankelijk van het type massages dat masseurs aanbieden. Aanbieders van ontspanningsmassages vallen daar doorgaans niet onder (meer informatie hierover is te lezen in de folder «Val ik onder de Wkkgz» onder de letter u in de uitzonderingslijst).5
    Massages die zich richten op genezing of handelingen ten gevolge waarvan individuele cliënten een aanmerkelijke kans op schade lopen, vallen onder het toezicht van de IGJ (dit staat ook nader toegelicht in de folder). Het toezicht van de IGJ op alternatieve zorgverleners (waartoe masseurs behoren) is reactief. Dus wanneer meldingen binnenkomen, wordt beoordeeld of nader onderzoek wordt verricht of niet. Hierbij is het Uitvoeringsbesluit Wkkgz leidend.
    Indien strafbare feiten worden gepleegd geldt uiteraard dat opsporing, vervolging en berechting kan plaatsvinden.

  • Vraag 4
    Bent u bekend met de petitie die oproept om zedendelinquenten beter te monitoren?2 Graag een reactie op alle in de petitie genoemde oplossingen om de samenleving beter tegen de samenleving te beschermen.

    Ja, ik ben bekend met de petitie die, onder andere, door de fractie van Belang van Nederland en Kim Feenstra geopend is. In deze petitie wordt het kabinet opgeroepen om:
    Bij zedendelinquenten te allen tijde bijzondere voorwaarden, zoals het opleggen van een gebiedsverbod, een verplichting tot behandeling door een zorginstelling of een verbod contact te leggen met bepaalde personen, op te leggen;
    Tot een plan van aanpak te komen om zedendelinquenten beter te monitoren teneinde recidive te voorkomen en het zwaarder straffen, langdurig gebruik van een enkelband, het verbeteren van de politiële politietaken en het verbeteren van een intensievere samenwerking tussen betrokken instanties hierbij te betrekken;
    Om zedendelinquenten waarbij vooraf blijkt dat toezichtmaatregelen geen zin hebben rücksichtslos vast te houden.
    Ik begrijp dat de opstellers en ondertekenaars van de petitie zorgen hebben over veroordeelde zedendelinquenten die terugkeren in de maatschappij.
    Hieronder reageer ik op de verschillende onderdelen van deze petitie:
    Het Wetboek van Strafrecht7 biedt nu al voldoende mogelijkheden om, als dat naar het oordeel van de rechter nodig en wenselijk is, bijzondere voorwaarden, zoals behandeling of het verbod contact op te leggen of te laten leggen met bepaalde personen of instellingen, op te leggen. Wanneer de persoon in kwestie zich niet aan de bijzondere voorwaarden houdt, dan heeft de officier van justitie de (voorlopige) tenuitvoerlegging van de voorwaardelijke straf (vTUL en TUL)8 als stok achter de deur.
    Of er bijzondere voorwaarden worden opgelegd, is onder meer afhankelijk van het vastgestelde recidiverisico. Een laag risico op herhaling of persoonlijke omstandigheden van de verdachte kunnen reden zijn om weinig of geen interventies in te zetten. Uit onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat zware en ingrijpende interventies een averechts effect kunnen hebben bij laagrisico delinquenten.9 Het is uiteindelijk aan de rechter om afhankelijk van de individuele omstandigheden van een zaak, een passende straf te zoeken en te bepalen of en in dat geval welke bijzondere voorwaarden opgelegd moeten worden.
    Instanties en organisaties die betrokken zijn bij het toezicht op zedendaders voelen een grote verantwoordelijkheid om het proces van terugkeer van deze personen in de samenleving op veilige en verantwoorde wijze te laten verlopen. Ter bevordering van de samenwerking en het terugdringen van de recidive is wet- en regelgeving (o.a. de Wet langdurig toezicht) ontwikkeld en zijn diverse ketenafspraken gemaakt tussen het OM, de politie en de reclassering. Deze ketenafspraken maken voor de betrokken partijen duidelijk wat hun rol en verantwoordelijkheid is binnen de re-integratie van zedendaders in de maatschappij en wat men van elkaar kan verwachten. In 2018 is een landelijk ketenoverleg zeden ingericht en de regionale ketensamenwerking zedenzaken geïmplementeerd. Ook hebben het OM, de politie en de reclassering in elke regio een contactfunctionaris die het proces van terugkeer, toezicht en samenwerking binnen toezicht coördineert. Daarnaast is in iedere regio een periodiek casusgestuurd ketenoverleg georganiseerd. Instrumenten zoals een enkelband worden al, indien nodig, gebruikt om zedendaders, net als andere onder toezicht gestelden, te monitoren. Zoals hieruit zijn al instrumenten ontwikkeld en ketenbrede afspraken gemaakt om zedendaders te monitoren. Ik zie daarom geen aanleiding om op dit moment tot andere of aanvullende afspraken te komen. Wat het zwaarder straffen betreft is Nederland nu al één van de strengst straffende landen in West- en Noord-Europa. Overigens blijkt uit onderzoek dat zwaarder straffen niet per se tot minder recidive leidt.10
    Indien toezicht, bijvoorbeeld binnen het kader van bijzondere voorwaarden bij een (deels) voorwaardelijk opgelegde straf of binnen het kader van een Tbs-maatregel, door een rechtbank niet geïndiceerd wordt geacht, heeft de rechtbank de mogelijkheid – indien de aard en ernst van het delict alsmede de persoon van de verdachte dit toelaten – binnen de grenzen van het wettelijk strafmaximum een langdurige onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen. Daarnaast bestaat, zoals al bij het antwoord bij vraag 2 benoemd, voor de rechtbank de mogelijkheid om een maatregel strekkende tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking (langdurig toezicht) op te leggen. Met de Wet langdurig toezicht is het mogelijk gemaakt om onder andere plegers van zeden- en zware geweldsdelicten langer onder toezicht te stellen en zo nodig levenslang te kunnen monitoren. In dat geval wordt op het moment dat de gevangenisstraf of Tbs-maatregel eindigt, door de rechtbank beslist op een vordering van het OM of de maatregel ten uitvoer moet worden gelegd en of toezicht op dat moment (wel) geïndiceerd is.
    Voor nadere informatie over het toezicht op zedendaders verwijs ik ook graag naar de beantwoording van uw vragen van 8 juni 2022.11

  • Mededeling - 12 september 2022

    Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Van Haga (Groep van Haga), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het SBS-programma Undercover in Nederland (ingezonden 22 augustus 2022) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2022Z15642
Volledige titel: Het SBS-programma Undercover in Nederland
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20222023-29
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Van Haga over het SBS-programma Undercover in Nederland