Kamervraag 2021Z24113

Het kredietregister.

Ingediend 22 december 2021
Beantwoord 25 februari 2022 (na 65 dagen)
Indiener Daniel Koerhuis (VVD)
Beantwoord door Stef Blok (VVD)
Onderwerpen economie ondernemen
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2021Z24113.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20212022-1889.html
  • Vraag 1
    Bent u bekend met de problematiek met betrekking tot de financiering van het midden- en kleinbedrijf (mkb) door banken?

    Ja.
    Goede toegang tot financiering is voor ondernemers een essentiële randvoorwaarde om te kunnen ondernemen. Dat was voor de coronacrisis het geval, maar dat is nu des te belangrijker.
    De markt voor mkb-financiering kent diverse knelpunten. Op basis van de verschillende onderzoeken zien we dat onder meer het nog beperkte aandeel van alternatieve financiering, de lage rentabiliteit van kleine kredieten, gebrek aan kennis en overzicht van de financieringsmarkt bij ondernemers en informatieasymmetrie een optimale kredietverstrekking kunnen belemmeren.1 Met name kleine en risicovolle financieringen zijn moeilijker te verkrijgen vanwege hogere transactiekosten en risico’s.

  • Vraag 2
    Welke oplossingsrichtingen ziet u om de problematiek met betrekking tot de financiering van het mkb op te lossen?

    Het kabinet richt zich op het verbeteren van de toegang tot financiering van het mkb door het wegnemen van onnodige belemmeringen en daarmee het dichten van de financieringskloof. Oplossingsrichtingen zijn gericht op vraag, aanbod en werking van de mkb financieringsmarkt. Het kabinet heeft al het nodige beleid daarvoor ingezet.
    Met de verschillende instrumenten, zoals o.a. de Borgstelling MKB-kredieten (BMKB), en Qredits draagt het kabinet flink bij om de kredietverlening aan het mkb op peil te houden. Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat ondersteunt Qredits om zo het aanbod van kleine kredieten te verbreden bij een organisatie waar persoonlijke begeleiding onderdeel is van de dienstverlening.
    Daarnaast stimuleert het kabinet de alternatieve financieringsmarkt op verschillende manieren zoals met (financiële) ondersteuning van de stichting MKB Financiering en met het DACI fonds, een fonds om het aanbod van funding voor alternatieve financiers te vergroten.
    Verder heeft de KVK met de Financieringsdesk veel ondernemers verder geholpen en heeft zij een KVK Gids voor bedrijfsfinanciering. Deze gids laat zien hoe je een financieringsaanvraag voorbereidt en waarop financiers een ondernemersplan beoordelen. Ook geeft de gids een overzicht van financieringsvormen.
    Het kabinet krijgt signalen, adviezen en doet zelf ook onderzoek zoals bijvoorbeeld evaluaties van de individuele instrumenten, maar ook onderzoek naar de mkb-financieringsmarkt in zijn geheel (Dialogic 2019) of naar specifieke belemmeringen. Zo heeft het Nederlands Comité voor Ondernemerschap het kabinet recent (1 november 2021) geadviseerd om met het oog op opportune investeringen in groei, maar ook verduurzaming en digitalisering, de daarvoor benodigde risicovollere financiering beschikbaar te maken voor het mkb middels een zogenaamd quasi equity fonds. Dit advies is op 21 november 2021 aan uw Kamer toegezonden.2 Het kabinet zal dit voorjaar uw Kamer een inhoudelijke reactie toesturen.
    Daarnaast worden de BMKB en Qredits op dit moment geëvalueerd. De motie Van Strien vraagt om de uitkomsten van deze evaluaties tezamen te bezien met de lopende evaluatie van de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s) en een analyse van eventuele knelpunten en mogelijk oplossingen.3 Uiterlijk einde tweede kwartaal 2022 zal ik uw Kamer hierover informeren.

  • Vraag 3
    Bent u bekend met het kredietregister?

    Eerder heeft Staatssecretaris Keijzer uw Kamer in de brief van 23 februari 2021 geïnformeerd over het onderzoek «Nut en noodzaak Kredietregister». Onderzoekers stellen dat een kredietregister kan bijdragen aan een verbeterde toegang van mkb’ers tot financiering en van nieuwe kredietverleners tot de markt voor mkb-kredieten dat dit meerwaarde heeft. Tevens doen onderzoekers een aantal aanbevelingen voor de optimale inrichting van een kredietregister en wijzen op een aantal nog nader uit te zoeken aspecten.4 5
    Naar aanleiding van de motie van het lid Amhaouch6 heeft mijn ambtsvoorganger uw Kamer recent geïnformeerd over een plan van aanpak om een eventuele oprichting van een kredietregister te gaan verkennen.7 Ik laat uw Kamer hierbij weten dat ik voornemens ben dit plan van aanpak ter hand te nemen en dus de mogelijkheden van een kredietregister nader zal verkennen. Ik wijs uw Kamer er hierbij op dat er veel haken en ogen zitten aan een besluit over het al dan niet oprichten van een kredietregister. Het uitwerken van een optimale en effectieve uitvoeringsvorm is complex en vergt daarom zorgvuldig nader onderzoek en kritische afwegingen. Het plan van aanpak voorziet dan ook dat (extern) onderzoek op verschillende vlakken, waaronder de ervaringen in het buitenland met kredietregisters, nodig kan zijn en daar waar aangewezen, zal ik dat ook (laten) uitvoeren. Het kabinet zal het nadere externe onderzoek starten, en pas daarna een besluit nemen.
    Essentieel voor een besluitvorming van het kabinet over de noodzaak en wenselijkheid van een kredietregister is de vraag of een kredietregister wel van toegevoegde waarde kan zijn voor het beoogde doel en zo ja, in welke vorm. Daar zal ik samen met andere betrokken departementen, zoals het Ministerie van Financiën, maar ook met de stakeholders goed naar kijken. Een kredietregister is pas wenselijk als er een uitvoeringsvorm realiseerbaar is die daadwerkelijk effectief en efficiënt bijdraagt aan het verbeteren van de toegang tot kredietverlening aan het mkb. Zo zal, onder andere, een optimale aansluiting van alternatieve financiers op het kredietregister een belangrijk aandachtspunt zijn. Een aandachtspunt op een ander vlak is dat er een balans gevonden moet worden tussen het belang van de mkb-ondernemer over wiens data het gaat en het belang van de financier die data nodig heeft voor het inschatten van het risico.

  • Vraag 4
    Deelt u de mening dat een kredietregister een effectieve manier kan zijn om de kredietwaardigheid van het mkb te registreren voor nieuwe financiers?

    Zie antwoord vraag 3.

  • Vraag 5
    Welke oplossingsroutes ziet u om de problematiek met betrekking tot de financiering van het mkb op te lossen door de invoering van het kredietregister?

    Zie antwoord vraag 3.

  • Vraag 6
    Vindt u de invoering van het kredietregister in Nederland wenselijk? Zo nee, waarom niet? Zo ja, waarom wel?

    Zie antwoord vraag 3.

  • Vraag 7
    Kunt u een overzicht naar de Kamer sturen welke OESO landen het kredietregister hebben ingevoerd?

    Het is niet goed mogelijk gebleken om deze overzichten in dit korte tijdsbestek op te stellen en daarbij tevens inzichtelijk te maken op welke wijze de kredietregisters in die landen hebben bijgedragen om de toegang van mkb’ers tot financiering te vergroten.
    Het eerder genoemde onderzoek over nut en noodzaak van een kredietregister heeft reeds gekeken naar welke landen in Europa over kredietregisters beschikken en de inrichting van deze kredietregisters.8 Deze kredietregisters verschillen op meerdere vlakken van elkaar. Ik zal bij het uitvoeren van het plan van aanpak bezien wat er nog nodig is aan informatie over buitenlandse kredietregisters.

  • Vraag 8
    Kunt u in dit overzicht aangeven welke oplossingsrichting die landen hebben gekozen om de problematiek met betrekking tot de financiering van het mkb op te lossen?

    Zie antwoord vraag 7.

  • Vraag 9
    Kunt u in dit overzicht aangeven in hoeverre het kredietregister in die landen een effectieve manier is om de problematiek met betrekking tot de financiering van het mkb op te lossen?

    Zie antwoord vraag 7.

  • Vraag 10
    Bent u bereid om een onderzoek te laten uitvoeren naar de invoering van het kredietregister in Nederland?

    Zie antwoord vraag 3.

  • Vraag 11
    Kunt u deze vragen beantwoorden voor het commissiedebat ondernemen en bedrijfsfinanciering van 10 februari 2022?

    Het Commissiedebat is verplaatst naar 6 april 2022. Omdat de te nemen stappen niet lichtvoetig genomen moeten worden, heeft beantwoording iets langer op zich laten wachten. Ik heb deze vragen voor de datum van het nieuwe commissiedebat beantwoord.

  • Mededeling - 25 januari 2022

    Op 22 december 2021 heeft het lid Koerhuis (VVD) vragen gesteld aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat inzake het kredietregister (2021Z24113). Vanwege de benodigde interdepartementale afstemming en het kerstreces zijn de vragen niet binnen de gestelde termijn beantwoord. Ik streef ernaar uw Kamer de antwoorden zo snel mogelijk te doen toekomen en nog voor het commissiedebat Ondernemen en bedrijfsfinanciering van 10 februari 2022.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2021Z24113
Volledige titel: Het kredietregister.
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20212022-1889
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Koerhuis over het kredietregister