Kamervraag 2020Z07239

Het uitblijven van een wet inzake de vaststelling van staatloosheid

Ingediend 22 april 2020
Beantwoord 8 juni 2020 (na 47 dagen)
Indiener Bram van Ojik (GL)
Beantwoord door Ankie Broekers-Knol (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD)
Onderwerpen migratie en integratie organisatie en beleid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2020Z07239.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20192020-3060.html
  • Vraag 1
    Herinnert u zich uw toezegging dat u de Kamer na de zomer van 2019 zou informeren over de voortgang van het voorgenomen wetsvoorstel inzake de vaststelling van staatloosheid?1

    Ik heb uw Kamer op 19 juli 2019 geïnformeerd dat al enige tijd wordt gewerkt aan de totstandkoming van een wetsvoorstel over staatloosheid. Anders dan toentertijd werd verwacht, heeft dit er tot op heden nog niet toe geleid dat het wetsvoorstel bij de Tweede Kamer kan worden ingediend. Ik zal uw Kamer zo spoedig als mogelijk informeren over de verdere stappen in dit wetgevingstraject. De huidige situatie rondom COVID-19 staat in mijn optiek los van dit wetsvoorstel en de positie van staatlozen in Nederland.

  • Vraag 2
    Waarom heeft u nog steeds geen wetsvoorstel aan de Kamer voorgelegd?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 3
    Op welke termijn denkt u alsnog een wetsvoorstel inzake de vaststelling van staatloosheid aan de Kamer voor te kunnen leggen?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 4
    Deelt u de mening dat het binnen de context van de coronacrisis zo mogelijk nog van nadrukkelijker belang is dat staatlozen een adequate vaststellingsprocedure geboden krijgen, dit met het oog op het al dan niet zekerstellen van een duurzame toekomst in Nederland?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 5
    Bent u bekend met het verhaal van Omid Daqiq, een 30-jarige arts die ondanks zijn opleiding niet mag werken, omdat zijn staatloosheid na 15 jaar in Nederland verbleven te hebben nog steeds niet is vastgesteld?2

    Zoals uw Kamer bekend is, kan ik in de beantwoording van Kamervragen niet ingaan op individuele zaken.

  • Vraag 6
    Wordt, in afwachting van de in te dienen wet inzake de vaststelling van staatloosheid, gebruik gemaakt van de discretionaire bevoegdheid in individuele gevallen in zaken waarin staatloosheid aannemelijk is maar niet juridisch is vastgesteld? Zo nee, waarom niet?

    Op 1 mei 2019 is de discretionaire bevoegdheid van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgeschaft. Sinds die datum is de hoofddirecteur van de Immigratie- en Naturalisatiedienst gemandateerd om bij een eerste in Nederland ingediende aanvraag om een verblijfsvergunning te beoordelen of sprake is van een schrijnende situatie. In dat geval kan ambtshalve een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd worden verleend. Van deze bevoegdheid kan gebruik worden gemaakt indien sprake is van een schrijnende situatie die gelegen is in een samenstel van bijzondere omstandigheden die de vreemdeling betreffen. Van deze bevoegdheid wordt zeer terughoudend gebruik gemaakt. Staatloosheid is op zichzelf geen grond voor rechtmatig verblijf. Deze bevoegdheid kan niet gebruikt worden om situaties van vermeende staatloosheid op te lossen.

  • Vraag 7
    Klopt het dat ongedocumenteerden geen vrijwilligerswerk mogen verrichten in ziekenhuizen, ook niet wanneer zij hiervoor aantoonbaar de juiste opleiding beschikken? Zo ja, bent u van mening dat het afwijzen van deze vrijwilligers te billijken is in deze tijd van disproportionele druk op de zorg?

    Ja, dat klopt. Het is voor vreemdelingen die niet rechtmatig in Nederland verblijven niet toegestaan te werken, noch om vrijwilligerswerk te doen.
    Het Ministerie van VWS ontvangt overigens iedere dag berichten dat mensen willen helpen in deze tijd van de coronacrisis. Dat is hartverwarmend en fijn om te zien. Zo hebben meer dan 20.000 mensen (o.a. gepensioneerde zorgmedewerkers en studenten) zich aangemeld bij www.extrahandenvoordezorg.nl. Deze personen worden waar mogelijk gekoppeld aan zorginstellingen, die behoefte hebben aan extra zorgpersoneel. Ook zien we dat veel instellingen hun voormalige medewerkers hebben aangeschreven, die graag bereid zijn om weer in de zorg bij te springen. Hiermee is gelukkig al heel veel tijdelijke hulp voor zorginstellingen die daar behoefte aan hebben, beschikbaar gekomen.

  • Mededeling - 14 mei 2020

    Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Van Ojik (GroenLinks), van uw Kamer aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het uitblijven van een wet inzake de vaststelling van staatloosheid (ingezonden 22 april 2020) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2020Z07239
Volledige titel: Het uitblijven van een wet inzake de vaststelling van staatloosheid
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20192020-3060
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Van Ojik over het uitblijven van een wet inzake de vaststelling van staatloosheid