Kamervraag 2016Z21820

Bijlage 4 bij de Tweede voortgangsrapportage Wet DBA

Ingediend 22 november 2016
Beantwoord 30 november 2016 (na 8 dagen)
Indiener Norbert Klein (Klein)
Beantwoord door Eric Wiebes (staatssecretaris financiën) (VVD)
Onderwerpen belasting financiën
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2016Z21820.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20162017-629.html
  • Vraag 1
    In bijlage 4 van uw schrijven van 18 november 2016 geeft u een definitie van kwaadwillenden; klopt het dat de Belastingdienst wel gaat handhaven, naheffen en boetes uit kan delen bij kwaadwillenden?1

    Ja, zoals in bijlage 4 bij mijn brief van 18 november 2016 is aangegeven, maakt de Belastingdienst bij de opschorting van de handhaving een uitzondering voor de zogenoemde kwaadwillenden. Er kunnen immers situaties ontstaan waarin partijen evident zo ver buiten het wettelijk kader treden dat de Belastingdienst dat niet mag laten lopen. Vanzelfsprekend gaat het daarbij dus niet om een zelfstandige professional bij wie er ruis is over de gezagsrelatie. Ik preciseer in dit verband graag mijn opmerkingen, die ik hierover heb gemaakt in de Eerste Kamer tijdens de Algemene Financiële Beschouwingen naar aanleiding van de Miljoenennota 2017. Het gaat echt om uitzonderlijke gevallen waarin opdrachtgevers opereren in een context van opzet, fraude of zwendel. Daarbij kan worden gedacht aan situaties waarin sprake is van listigheid, valsheid of samenspanning en situaties die leiden tot ernstige concurrentievervalsing, economische of maatschappelijke ontwrichting of waarin het risico aanwezig is van uitbuiting. In het debat in de Eerste Kamer heb ik geschat dat het naar de huidige inzichten gaat om ordegrootte 10 gevallen.

  • Vraag 2
    Hoeveel personeel was ingepland voor handhaving van de Wet DBA per 1 mei 2017, en met hoeveel personeel gaat de Belastingdienst de handhaving bij kwaadwillenden effectueren?

    De handhaving van de Wet DBA is onderdeel van de controleaanpak van de Belastingdienst. De aanpak van kwaadwillenden wordt ingepast in de te plannen controleactiviteiten van 2017 en verder van de Belastingdienst. Hier zijn geen extra kosten aan verbonden.

  • Vraag 3
    Zijn aan deze nieuwe inzichten kosten verbonden bij de Belastingdienst, doordat bijvoorbeeld personeel is aangenomen wat vooralsnog niet aan het werk kan?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Vraag 4
    U geeft aan «Kwaadwillend is de opdrachtgever of opdrachtnemer die opzettelijk een situatie van evidente schijnzelfstandigheid laat ontstaan of voortbestaan, omdat hij weet – of had kunnen weten – dat er feitelijk sprake is van een dienstbetrekking (en daarmee een oneigenlijk financieel voordeel behaalt en/of het speelveld op een oneerlijke manier aantast)»; klopt het dat u hiermee doelt op organisaties en zzp'ers die weten of hadden kunnen weten dat ze te maken hebben met gezag, arbeid en loon?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 5
    Deelt u de mening dat hiermee ongeveer alle organisaties alsnog als kwaadwillend kunnen worden aangemerkt?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 6
    Deelt u de mening dat bijlage 4 de inhoud en signaalwerking van uw brief in enige mate tegenspreekt?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 7
    Waarom heeft u in bijlage 4 niet gekozen voor een aantal concrete voorbeelden van evidente schijnconstructies?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 8
    In de media lijkt het nu zo te zijn dat iedereen frank en vrij verder kan gaan tot 2018; zou het waar kunnen zijn dat hierdoor organisaties en zzp'ers op het verkeerde been worden gezet, aangezien niet iedereen bijlage 4 gedegen heeft bestudeerd?

    Zoals ook uit de antwoorden op de vorige vragen blijkt hoeven opdrachtgevers en opdrachtnemers ten minste tot 2018 niet te vrezen voor boetes en naheffingen.
    Op 18 november 2016 is direct met het versturen van de tweede voortgangsrapportage DBA naar uw Kamer gestart met de communicatie hierover. Naast het persoonlijk informeren van de pers hebben die dag onderstaande acties plaatsgevonden.
    De Belastingdienst heeft de informatie direct geplaatst op www.belastingdienst.nl/dba en op de corporatewebsite van de Belastingdienst https://belastingdienst-in-beeld.nl.
    Ter attendering op deze informatie en de voortgangsrapportage zijn diverse nieuwsberichten gepubliceerd:
    Daarnaast zijn er diverse twitterberichten verstuurd zowel vanuit het Ministerie van Financiën als vanuit de Belastingdienst.
    Ook in de komende periode zullen alle communicatiemogelijkheden worden benut. Via een brief zal ik de belangenorganisaties en de brancheorganisaties en via hen ook zoveel mogelijk de opdrachtgevers benaderen. Ik zal ook de fiscaal intermediairs aanschrijven. De ZZp’ers hoop ik te bereiken via hun branche- en koepelorganisaties maar ik zal ook, in de hoop daarmee een groot deel van de ZZP’ers rechtstreeks te benaderen, de mensen benaderen aan wie voorheen een VAR was verstrekt. Uiteraard zal ik ook de mij ter beschikking staande andere communicatiemogelijkheden benutten. Zonder uitputtend te willen zijn, denk ik daarbij aan de site van de Belastingdienst, Webcare, BelastingTelefoon, Ondernemersplein.nl en de Kamer van Koophandel.

  • Vraag 9
    Bent u bereid bijlage 4 alsnog middels een persbericht breder onder de aandacht te brengen, zodat iedereen weloverwogen kan besluiten hoe nu verder te gaan?

    Zie antwoord vraag 8.

  • Vraag 10
    Bent u bereid bijlage 4 zo aan te passen dat de suggestie van opschorting van handhaving van de wet geen wassen neus zal zijn?

    Zie antwoord vraag 8.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2016Z21820
Volledige titel: Bijlage 4 bij de Tweede voortgangsrapportage Wet DBA
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20162017-629
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Klein over bijlage 4 bij de Tweede voortgangsrapportage Wet DBA