Kamervraag 2016Z17824

De berichten “De bangalijst van Vindicat”, “Vindicat gaat door stof en stuurt 13 leden naar huis” en “Studentencorps Vindicat schorst makers ‘bangalijst’

Ingediend 30 september 2016
Beantwoord 27 oktober 2016 (na 27 dagen)
Indiener Anouchka van Miltenburg (VVD)
Beantwoord door Jet Bussemaker (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (PvdA)
Onderwerpen hoger onderwijs onderwijs en wetenschap
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2016Z17824.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20162017-277.html
  • Vraag 1
    Kent u de berichten over de bangalijst van het Groningse studentencorps Vindicat?1 2 3

    Ja.

  • Vraag 2
    Hoe beoordeelt u de opstelling van het bestuur van de Rijksuniversiteit van Groningen die de bangalijst een interne verenigingszaak noemt? Heeft u het gevoel dat het universiteitsbestuur voldoende opgekomen is voor de belangen van de 22 slachtoffers?

    De eerste reactie van een woordvoerder van de Rijksuniversiteit Groningen was onvoldoende. Ik heb dit ook kenbaar gemaakt aan het college van bestuur. De collegevoorzitter heeft zich terecht een stuk steviger uitgelaten over dit incident, evenals het incident rondom de ontgroening. De collegevoorzitter heeft eveneens aangegeven het volstrekt onacceptabel te vinden wat er is gebeurd.

  • Vraag 3
    Deelt u de mening dat van het universiteitsbestuur, als orgaan dat midden in de samenleving en academische wereld staat, een meer normerende uitspraak mag worden verwacht?

    Ja. Een universiteit kan dit verwerpelijke gedrag tegenover vrouwen niet accepteren. Daarom heb ik ook opheldering gevraagd bij de Rijksuniversiteit Groningen en het college van bestuur gevraagd zich te beraden op stappen tegen de studentenvereniging.

  • Vraag 4
    Bent u bereid de slachtoffers van de bangalijst van Vindicat (persoonlijk) op te roepen om aangifte te doen van smaad? Zo nee, waarom niet?

    Als deze vrouwen van oordeel zijn dat zij smadelijk bejegend zijn, moeten zij zich vrij voelen om aangifte te doen, al blijft dat uiteraard een persoonlijke keuze.

  • Vraag 5
    Wat vindt u ervan dat sommige jonge mensen denken dat het leuk is om een dergelijke lijst te maken? Hoe beoordeelt u de uitspraken van de rector van Vindicat die de bangalijst een slechte studentengrap noemt? Deelt u de mening dat kwalificaties als een «(slechte) grap» of «slechte smaak» misplaatst zijn als het om een dergelijk ernstig verschijnsel gaat?

    Voor mij is dit meer dan een slechte grap of slechte smaak: het is een diepe inbreuk op de privacy van deze slachtoffers en deze seksuele intimidatie verdient iedere mogelijke afkeuring.

  • Vraag 6
    Bent u bereid bij toekomstige overleggen met (vertegenwoordigers van) onderwijsinstellingen van alle niveaus en leerlingen- en studentenvertegenwoordigers het onderwerp seksuele intimidatie en geweld op en rond onderwijsinstellingen aan de orde te stellen en de Kamer over de resultaten van dat overleg te rapporteren vóór het Algemeen overleg emancipatie voorzien op 27 oktober 2016?

    Over dit onderwerp ben ik, ook in het licht van incidenten rondom de ontgroening, in gesprek met de koepels van hogescholen en universiteiten en de Landelijke Kamer van Verenigingen (LKvV), waar Vindicat ook lid van is. In het Algemeen overleg emancipatie zal ik u hierover berichten.
    Voor het hoger onderwijs geldt dat veel instellingen regelingen kennen rondom ongewenste omgangsvormen en klachtenregelingen. Onwenselijke gedragingen, waaronder op het vlak van seksuele intimidatie en geweld, kunnen op deze manier aangepakt worden. Ik heb geen signalen dat instellingen hier niet tegen optreden. Tegelijkertijd zal ik dit onderwerp, ook in het licht van incidenten rondom de ontgroening, bespreken met de koepels van hogescholen en universiteiten.
    In het po en vo is sinds vorig jaar de Wet veiligheid op school van kracht. De Raden zijn nauw betrokken bij de invoering- én uitvoeringsaspecten van deze wet. Scholen zijn op grond van die wet expliciet verantwoordelijk voor de sociale veiligheid in en rond school. Zij dienen daartoe een coördinator sociale veiligheid aan te stellen, een jaarlijkse monitoring te doen en een sociaal veiligheidsplan te hebben. De inspectie ziet met ingang van dit jaar toe op de naleving van deze wet en krijgt daartoe ook inzage in de jaarlijkse monitorgegevens van de scholen. In de monitor Sociale veiligheid in en rond scholen die OCW tot nu toe iedere twee jaar heeft laten uitvoeren in het po en vo, komen de thema’s seksueel grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld overigens al expliciet aan de orde. Voor het eind van het jaar zal de nieuwe monitor Sociale veiligheid in en rond scholen naar de Kamer worden gestuurd.
    In het mbo zijn onderwijsinstellingen op grond van de Arbowet verplicht een veilige leeromgeving te bieden. Het voorkomen en tegengaan van alle verschijningsvormen van seksueel grensoverschrijdend gedrag valt onder de verantwoordelijkheid van de instelling. Het Platform Veiligheid ondersteunt mbo-scholen bij hun verantwoordelijkheid door om de twee jaar in opdracht van OCW, «de monitor sociale veiligheid» in en rond mbo-scholen uit te voeren. De uitkomsten gebruiken mbo-scholen om nodige beleidsmaatregelen te nemen. Stichting School en Veiligheid ondersteunt scholen bij het bevorderen van een sociaal veilig klimaat via trainingen, conferenties en op de website een helpdesk en een kennisbank over onder andere seksualiteit en onveiligheid.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2016Z17824
Volledige titel: De berichten “De bangalijst van Vindicat”, “Vindicat gaat door stof en stuurt 13 leden naar huis” en “Studentencorps Vindicat schorst makers ‘bangalijst’
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20162017-277
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Van Miltenburg over de berichten “De bangalijst van Vindicat”, “Vindicat gaat door stof en stuurt 13 leden naar huis” en “Studentencorps Vindicat schorst makers ‘bangalijst’”