Kamervraag 2016Z08256

Het halveren van de subsidie van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak

Ingediend 21 april 2016
Beantwoord 26 mei 2016 (na 35 dagen)
Indiener Michiel van Nispen (SP)
Beantwoord door Ard van der Steur (minister justitie en veiligheid) (VVD)
Onderwerpen recht rechtspraak
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2016Z08256.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20152016-2651.html
  • Vraag 1
    Waarom heeft u ertoe besloten de subsidie van de vakbond en beroepsvereniging voor rechters en officieren van justitie NVvR (Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak) te halveren, terwijl de NVvR deze subsidie al sinds de jaren ’70 ontvangt en deze bedoeld is de stem van het magistraat te laten horen in bijvoorbeeld wetgevingsadviezen?1

    De huidige subsidieregeling met de NVvR is van kracht sinds 2009. De NVvR ontvangt (naast haar eigen inkomstenbronnen) jaarlijks van het Ministerie van Veiligheid en Justitie een subsidie in de vorm van een lumpsumbedrag. Het subsidiebedrag is bedoeld als tegemoetkoming in de kosten die de vereniging maakt en mag uitsluitend aangewend worden voor activiteiten in haar rol als beroepsvereniging. Over de domeinen waarbinnen de subsidie besteed wordt, geeft de NVvR inzicht via de jaarstukken die zij publiceert. De NVvR bepaalt met haar leden de specifieke activiteiten die zij organiseert en ook hoeveel mensen zij in dienst neemt of houdt.
    De financiële problematiek waarmee mijn ministerie te kampen heeft dwingt mij tot het maken van scherpe keuzes. Aangezien een aantal budgettaire lasten voortvloeit uit wettelijke verplichtingen zijn mijn keuzemogelijkheden beperkt. Een aantal niet-wettelijke subsidierelaties van het Ministerie van Veiligheid en Justitie, waaronder die aan de NVvR, heb ik daarom moeten herzien, hetgeen heeft geresulteerd in beëindiging van die relatie dan wel een korting binnen de bestaande relatie. Voor de NVvR betekent dit dat het subsidiebedrag van € 793.000 in 2015, in twee afbouwstappen wordt voorzien op € 418.000 vanaf 2017. Voor 2016 is € 680.000 beschikbaar gesteld.

  • Vraag 2
    Kunt u uitsluiten dat bij dit besluit enige rol heeft gespeeld de rol van de NVvR bij de discussie over het meerjarenplan huisvesting rechtspraak, het verzet tegen de bezuinigingen op de rechtspraak en de discussie over de positie van de rechtersvakbond, nu het overeenstemmingsvereiste van artikel 51 Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren gewijzigd zal worden in een adviesrecht?

    Er is geen enkele relatie tussen deze korting en de activiteiten en standpunten van de NVvR op enig dossier, noch anticipeert deze korting op de uitkomst over een nog te voeren discussie over de toekomstige bevoegdheden die de NVvR moet krijgen als vakvereniging in het stelsel. Over deze toekomstige rol heb ik nog geen standpunt ingenomen, anders dan de vraagsteller mogelijk veronderstelt.
    De NVvR wordt overigens betrokken bij ontwikkelingen zoals die van Kwaliteit en Innovatie Rechtspraak, de verandering in de hoogste bestuursrechtspraak en de werkdruk binnen Openbaar Ministerie en Rechtspraak. Op alle terreinen die de rechtspleging raken, vraag ik de NVvR om advies. Ik ben niet van plan om dat te veranderen. De NVvR kan daarmee haar rol blijven vervullen bij het versterken van de rechtsstaat.

  • Vraag 3
    Waarom voert u nu tegelijkertijd een fikse korting door op de rechtersvakbond, terwijl u tegelijkertijd het bestaansrecht van de vakbond aan banden wil leggen?2

    Zie antwoord vraag 2.

  • Vraag 4
    Deelt u de mening dat juist in roerige tijden voor het Openbaar Ministerie en de rechtspraak, de NVvR, als vakbond en beroepsvereniging voor rechters en officieren van justitie, juist een sterke rol moet krijgen zodat haar stem in de discussies gehoord kan worden?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Vraag 5
    Waarom trekt u niet juist samen met de NVvR op om de rechtsstaat te versterken, maar probeert u haar te verzwakken? Welk belang is daarmee gediend?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Vraag 6
    Welke rol heeft het halveren van de subsidie voor het werk van de NVvR in het algemeen en de kwaliteit van wetgevingsadviezen in het bijzonder?

    Zoals ik al aangaf, is de subsidie van het Ministerie van Veiligheid en Justitie aan de NVvR bedoeld als tegemoetkoming in het totaal van haar activiteiten als beroepsorganisatie. Aangezien de NVvR een actieve en kundige achterban heeft, verwacht ik niet dat de wetgevingsadvisering zal lijden onder vermindering van de subsidie; de vorige evaluatie heeft inderdaad uitgewezen dat de NVvR-adviezen gewaardeerd worden door mijn ministerie en dat is al van oudsher zo.
    De subsidierelatie als zodanig wordt na de periodieke evaluatie met de NVvR besproken, waarbij eventueel nieuwe afspraken gemaakt worden. De toekenning van het bedrag is per jaar gekoppeld aan goedkeuring van de begroting van het Ministerie van Veiligheid en Justitie voor dat jaar. Eventuele afbouw of beëindiging van de subsidierelatie vindt uiteraard plaats in overeenstemming met de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht.
    Mijn doel is om de NVvR nu voor de komende jaren duidelijkheid te bieden binnen de (krappe) financiële vooruitzichten ten aanzien van de begroting van Veiligheid en Justitie. Opgemerkt moet worden dat de NVvR, naast de subsidie waarop ik moet korten, sinds dit jaar een vergoeding ontvangt voor haar nieuwe huisvesting; hiermee kan zij voorzien in een aanzienlijk deel van haar bedrijfsvoeringsverplichtingen.
    Gezien het voorgaande zie ik geen aanleiding om op mijn besluit terug te komen.

  • Vraag 7
    Hoe verhoudt deze halvering van de subsidie zich tot de positieve evaluatie van de subsidie van de NVvR, waaruit blijkt dat de subsidie aan de NVvR goed besteed is en op hoofdlijn als doeltreffend en doelmatig beschouwd kan worden,3 alsmede tot de vastgestelde begroting van het Ministerie Veiligheid en Justitie, waarin deze subsidie meerjarig gepland staat en waarin vastgelegd is dat «de subsidie wordt bezien na de geplande evaluatie»?

    Zie antwoord vraag 6.

  • Vraag 8
    Als u dan al van mening bent dat de subsidie gekort moet worden, waarom dan zo plotseling en voortvarend in plaats van dat er in een redelijke termijn subsidieafbouw plaatsvindt?

    Zie antwoord vraag 6.

  • Vraag 9
    Bent u bereid op dit dubieuze besluit terug te komen? Zo nee, waarom niet?

    Zie antwoord vraag 6.

  • Mededeling - 17 mei 2016

    Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Van Nispen (SP) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over het halveren van de subsidie van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak (ingezonden 21 april 2016) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2016Z08256
Volledige titel: Het halveren van de subsidie van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20152016-2651
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Van Nispen over het halveren van de subsidie van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak