Kamervraag 2015Z14131

Het bericht dat de meerderheid van de VO-scholen alsnog toetsscores wil zien

Ingediend 15 juli 2015
Beantwoord 14 augustus 2015 (na 30 dagen)
Indiener Loes Ypma (PvdA)
Beantwoord door Sander Dekker (staatssecretaris onderwijs, cultuur en wetenschap) (VVD)
Onderwerpen onderwijs en wetenschap voortgezet onderwijs
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z14131.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-3046.html
  • Vraag 1
    Bent u bekend met het onderzoek en bericht van de Vereniging Openbaar Onderwijs (VOO) «Meerderheid VO-scholen wil alsnog toetsscores zien»?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Herkent u de uitkomst van de enquête dat het merendeel van de scholen in het voortgezet onderwijs geen genoegen neemt met het schooladvies van de basisschool?

    Ik herken dit beeld in zoverre dat veel basisscholen rondom de toelating van leerlingen tot het voortgezet onderwijs, meer informatie verstrekken dan alleen het schooladvies. Het schooladvies is namelijk onderdeel van het onderwijskundig rapport dat wordt overgedragen aan de ontvangende school voor voortgezet onderwijs. Dit rapport bevat meer relevante informatie over de leerling dan alleen het schooladvies. De ouders van de leerlingen krijgen een afschrift van het rapport. Onderling kunnen de betrokken scholen afspreken of informatie uit het rapport vóór de toelating of ná de toelating wordt overgedragen. De bredere informatie uit het rapport is nuttig voor de school voor voortgezet onderwijs om meer inzicht te krijgen in de eventuele ondersteuningsbehoefte van de leerling of om te helpen beslissen in welke brugklas de leerling zal starten. Het staat scholen vrij om deze aanvullende informatie al voor de toelating over te dragen. Wat niet is toegestaan, is dat de school voor voortgezet onderwijs de toelating van leerlingen op deze informatie baseert. Het basisschooladvies is immers leidend voor de toelating. Uit het onderzoek van VOO blijkt niet dat dit gebeurt. De inspectie heeft dergelijke signalen ook niet ontvangen.

  • Vraag 3
    Deelt u de mening dat dit tegen de motie van het lid Ypma2 ingaat die scholen verplicht het schooladvies leidend te laten zijn?

    Nee (zie antwoord op vraag 2).

  • Vraag 4
    Hoe beziet u het resultaat dat 40% van de ondervraagde leerkrachten aangeeft dat zij na de uitkomst van een hogere toetsscore geen reden zagen om het advies aan te passen?

    In de wetswijziging Eindtoetsing PO (Stb. 2014, nr. 13) is vastgelegd dat de basisschool gaat over het al dan niet aanpassen van het schooladvies. Het is de professionele afweging van leerkrachten, schoolleiders en intern begeleiders in het basisonderwijs om het initiële schooladvies al dan niet aan te passen naar aanleiding van een hogere toetsscore. In die professionele afwegingen wil en kan ik niet treden. Wel verwacht ik binnenkort, op basis van de in BRON door scholen geregistreerde gegevens over de eindtoetsscores en schooladviezen 2015, kwantitatief inzicht te kunnen geven in de mate waarin scholen het oorspronkelijk schooladvies naar aanleiding van de uitslag op een eindtoets al dan niet naar boven hebben bijgesteld.

  • Vraag 5
    Kunt u inzichtelijk maken welke overwegingen leerkrachten gebruiken als zij het advies heroverwegen en tevens of de ouders van de leerling betrokken worden in dit proces?

    Dit aspect maakt onderdeel uit van de op basis van de Wetswijziging Eindtoetsing PO in gang gezette vierjarige onderzoeksmonitor. In de brief van 11 februari 2015 over de overgang van primair naar voortgezet onderwijs heb ik aangegeven dat de eerste kwalitatieve en representatieve resultaten op dit onderdeel, uiterlijk begin 2017 beschikbaar komen.3
    Hoe leerkrachten hiermee omgaan kan uiteraard variëren, omdat de situatie per leerling verschillend kan zijn. Het is gebruikelijk dat, naast de resultaten die de leerling op de eindtoets heeft geboekt, wordt gekeken naar bijvoorbeeld de leerhouding en motivatie van de leerling, en naar diens thuissituatie. In de regel worden de ouders van leerlingen waarvoor het advies heroverwogen wordt, hierbij betrokken. Zo kan de basisschool tot een goede afweging komen die het meest in het belang van de leerling is.

  • Vraag 6
    In hoeverre was u op de hoogte van de geschetste signalen dat er in bepaalde regio’s afspraken zijn tussen scholen voor primair en voortgezet onderwijs om de resultaten van het leerlingvolgsysteem bepalend te laten zijn voor het eindadvies? Deelt u de mening dat dit een negatieve impact kan hebben op het advies wat aan leerlingen gegeven wordt? Kunt u aangeven welke stappen u gaat ondernemen om soortgelijke situaties te voorkomen in de toekomst?

    Basisscholen bepalen zelf op grond van welke informatie en inzichten zij hun schooladviezen opstellen. Het ligt erg voor de hand dat zij daarbij ook de resultaten van het leerlingvolgsysteem betrekken. Het recente onderzoek van de onderwijsinspectie naar het basisschooladvies toont ook aan dat dit gebeurt.4 Dit onderzoek laat ook zien dat scholen hierbij ook andere informatie en inzichten betrekken, zoals informatie over de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerling en het oordeel van de leerkracht over de leerhouding en motivatie van de leerling. Mij is bekend dat op lokaal of regionaal niveau afspraken gemaakt worden tussen basisscholen en middelbare scholen over de informatie die gebruikt wordt ter onderbouwing van schooladviezen. Dit past binnen de regelgeving. Deze is juist beperkt tot hoofdlijnen om scholen en schoolbesturen in de betrokken sectoren de ruimte te geven om deze hoofdlijnen gezamenlijk verder in te kleuren, rekening houdend met lokale en regionale omstandigheden. In de hiervoor genoemde brief heb ik dat ook verder toegelicht. Het gaat hier om professionele afwegingen, waarin ik niet wil treden. Ik vertrouw op de professionaliteit en integriteit van de professionals in primair en voortgezet onderwijs.
    Tot slot wijs ik er op de dat nieuwe regelgeving afgelopen voorjaar voor het eerst in de praktijk is toegepast. De indrukken van de eerste ervaringen komen dit najaar beschikbaar. De eerste resultaten van empirisch onderzoek naar de werking van de nieuwe regels in 2015 en 2016, komen zoals hiervoor vermeld begin 2017 beschikbaar. Het is daarmee prematuur om nu al conclusies te trekken en eventuele stappen te ondernemen.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2015Z14131
Volledige titel: Het bericht dat de meerderheid van de VO-scholen alsnog toetsscores wil zien
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20142015-3046
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Ypma inzake het bericht dat de meerderheid van de VO-scholen alsnog toetsscores wil zien