Kamervraag 2015Z06159

De aanwezigheid van verdachten van zware geweldsdelicten bij rechterlijke uitspraken

Ingediend 7 april 2015
Beantwoord 27 mei 2015 (na 50 dagen)
Indiener Foort van Oosten (VVD)
Beantwoord door Ard van der Steur (minister justitie en veiligheid) (VVD)
Onderwerpen recht rechtspraak
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z06159.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-2365.html
  • Vraag 1
    Bent u bekend met de recente uitspraak van de rechtbank Assen waar een tweetal criminelen forse gevangenisstraffen zijn opgelegd?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Wat vindt u van het feit dat een verdachte niet zelf bij het uitspreken van een uitspraak in de rechtbank aanwezig hoeft te zijn?

    Momenteel bestaat voor een verdachte geen verschijningsplicht voor het onderzoek ter terechtzitting en de uitspraak.2 Wel kan de rechter, indien deze daartoe aanleiding ziet, voor het onderzoek ter terechtzitting een bevel tot medebrenging van de verdachte uitvaardigen.3 Voor de uitspraak bestaat hiervoor geen wettelijke basis.
    Eerder heeft de toenmalige Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie in een brief aan de Tweede Kamer uiteengezet waarom een verschijningsplicht voor het onderzoek ter terechtzitting niet wenselijk is.4 De in die brief opgenomen argumentatie is naar mijn oordeel nog steeds valide en ook van toepassing op de verschijning bij de uitspraak van het vonnis. Bezien vanuit het belang van het onderzoek is een verschijningsplicht voor de uitspraak ook niet nodig.
    Er zijn echter redenen denkbaar om de aanwezigheid van de verdachte bij de uitspraak te verlangen, bijvoorbeeld in het publieke belang of het belang van slachtoffers en nabestaanden. Zeker bij zaken die een grote maatschappelijke impact hebben of waarin zeer zware straffen worden opgelegd, kan dit spelen.
    De rechter kan dan – bij wijze van ordemaatregel – een bevel tot medebrenging voor de uitspraak geven. Dit gebeurde bijvoorbeeld in de strafzaak tegen Mohammed B. in verband met de moord op Theo van Gogh. Hier gaf de rechter een bevel tot medebrenging voor de uitspraak, omdat hij zich rechtstreeks tot hem wilde wenden.

  • Vraag 3
    In hoeverre past aanwezigheid bij het uitspreken van de uitspraak van zware geweldsdelicten bij het nemen van verantwoordelijkheid voor begane daden en het gevoel van rechtvaardigheid richting slachtoffers? Behoort een verdachte bovendien niet juist ook de argumentatie van de rechter te horen ten aanzien van de op te leggen straf?

    Aanwezigheid van verdachten bij de uitspraak kan – net als bij het aanwezig zijn bij de behandeling ter terechtzitting – worden gezien als een vorm van het nemen van verantwoordelijkheid. Om die reden kan het bijdragen aan het gevoel van rechtvaardigheid richting slachtoffers en nabestaanden. Een (verplichte) aanwezigheid bij een uitspraak draagt hier echter niet per definitie aan bij. Veel hangt namelijk af van de houding van de verdachte (deze kan zich bijvoorbeeld ongeïnteresseerd of respectloos opstellen) en de specifieke wensen en verwachtingen van individuele slachtoffers en nabestaanden. De argumentatie van de rechter is opgenomen in het schriftelijk vonnis. De verdachte hoeft dus niet bij de uitspraak aanwezig te zijn om te kunnen vernemen hoe de rechter tot zijn vonnis is gekomen.

  • Vraag 4
    In hoeverre bestaat bovendien het risico dat langs deze weg het spreekrecht van slachtoffers effectief wordt aangetast doordat een verdachte afwezig is?

    Of de verdachte wel of niet aanwezig is bij de uitspraak is niet van invloed op het spreekrecht van slachtoffers en nabestaanden, omdat het spreekrecht eerder dan de uitspraak wordt uitgeoefend tijdens het onderzoek ter terechtzitting.
    Voor wat betreft de aanwezigheid van de verdachte bij het uitspreken van de slachtofferverklaring hecht ik er aan de wens van het slachtoffer zoveel mogelijk leidend te laten zijn. Voor sommige slachtoffers is het belangrijk dat de verdachte hoort wat hij hen heeft aangedaan, voor andere slachtoffers, bijvoorbeeld sommige zedenslachtoffers, kan de aanwezigheid van de verdachte juist reden zijn om af te zien van het gebruik van het spreekrecht. Het is daarom van belang waar mogelijk maatwerk te leveren, hierover heb ik ook recent nog overleg gehad met het OM ten behoeve van deze beantwoording en zij bevestigt uw beeld.
    De voormalige Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie heeft in zijn eerder genoemde brief een werkwijze voorgesteld die hierop aansluit. Tijdens een gesprek tussen de officier van justitie en het slachtoffer of de nabestaande voorafgaand aan het onderzoek ter terechtzitting kan de officier van justitie aandacht besteden aan de verschijning van de verdachte ter zitting en uitleg geven over wat wel en niet mogelijk is. Het slachtoffer of de nabestaande kan dan aangeven of hij/zij aanwezigheid van de verdachte wenst. De officier kan, alle belangen afwegend, de rechter verzoeken de aanwezigheid van de verdachte te bevelen.
    Het is uiteindelijk aan de rechter om te bepalen of de verdachte aanwezig moet zijn bij het uitspreken van de slachtofferverklaring.

  • Vraag 5
    Welke mogelijkheden ziet u om aanwezigheid van een verdachte van zware geweldsdelicten bij de uitspraak te bevorderen, juist ook met het oog op het nemen van verantwoordelijkheid voor begane daden en respect richting de slachtoffers? Bent u bereid deze mogelijkheden nader te verkennen en waar mogelijk te benutten?

    De rechter kan in uitzonderlijke gevallen een bevel tot medebrenging van de verdachte bij de uitspraak geven. Of een rechter hiertoe besluit wil ik graag aan de rechter overlaten.

  • Mededeling - 30 april 2015

    Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Van Oosten (VVD) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over de aanwezigheid van verdachten van zware geweldsdelicten bij rechterlijke uitspraken (ingezonden 7 april 2015) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2015Z06159
Volledige titel: De aanwezigheid van verdachten van zware geweldsdelicten bij rechterlijke uitspraken
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20142015-2365
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Van Oosten over de aanwezigheid van verdachten van zware geweldsdelicten bij rechterlijke uitspraken