Kamervraag 2015Z02950

Het Nedersaksisch

Ingediend 20 februari 2015
Beantwoord 9 maart 2015 (na 17 dagen)
Indiener Madeleine van Toorenburg (CDA)
Beantwoord door Ronald Plasterk (minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (PvdA)
Onderwerpen cultuur cultuur en recreatie
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z02950.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-1487.html
  • Vraag 1
    Is het u bekend dat UNESCO 21 februari heeft uitgeroepen tot Internationale Moedertaaldag, en hiermee de aandacht wil vestigen op taal als cultureel erfgoed?

    Ja.

  • Vraag 2
    Kunt u zich de toezeggingen herinneren in het verslag van een schriftelijk overleg van 24 april 2014 (Kamerstuk 33 750 VII, nr. 54) over uw inspanningen rond het erkennen van het Nedersaksisch onder deel III van het Europees Handvest inzake regionale talen?

    Op dit moment werk ik aan de vijfde periodieke rapportage inzake de door Nederland getroffen maatregelen met betrekking tot de implementatie van het Handvest. Ik ben voornemens om deze rapportage, die betrekking heeft op de periode 2012–2014, dit voorjaar af te ronden. Daarna zal duidelijk worden wanneer de Raad van Europa Nederland zal bezoeken. In het verslag van het schriftelijk overleg van 24 april 2014 heb ik opgemerkt dat dit bezoek een moment kan zijn om de balans op te maken over de implementatie van het Europees Handvest en dat ik mij voor kan stellen dat dit aanknopingspunten kan bieden om de positie van het Nedersaksisch onder het Europees handvest tegen het licht te houden. Ik acht het niet opportuun om hier vooruitlopend op het bezoek van de Raad van Europa al uitspraken over te doen.

  • Vraag 3
    Kunt u aangeven wat de (ambtelijke) gesprekken tussen uw ministerie en vertegenwoordigers van de Samenwerkende Organisaties in het Nedersaksisch Taalgebied (SONT) sindsdien hebben opgeleverd?

    In het verslag van het schriftelijk overleg over het Nedersaksisch van 24 april 2014 heb ik opgemerkt dat ik het Nedersaksisch als een wezenlijk onderdeel van het Nederlandse culturele erfgoed zie. Dat geldt ook voor de andere regionale talen en ik ken dan ook grote waarde toe aan de verdere bevordering van deze talen. Naar mijn overtuiging zijn inspanningen vanuit de samenleving en de decentrale overheden hier de belangrijkste waarborg voor. De bijdrage vanuit het Rijk dient hier een aanvulling op te zijn. In de constructieve overleggen die in de afgelopen periode op ambtelijk niveau met SONT zijn gevoerd is er in verkennende zin al over de bijdrage die ik aan de bevordering van de taal kan leveren gesproken. In de komende periode zal in overleg met SONT worden bekeken hoe deze bijdrage concreet vorm kan worden gegeven.

  • Vraag 4
    Wat is op basis van deze gesprekken het «actuele beeld» van het beleid, de inspanningen en resultaten van decentrale overheden inzake de bevordering en bescherming van het Nedersaksisch? Bent u nog steeds van mening dat de huidige inspanningen ontoereikend zijn om het Nedersaksisch te kwalificeren onder deel III?

    Zie antwoord vraag 3.

  • Vraag 5
    Wanneer in 2015 staat het bezoek van de Raad van Europa gepland aan Nederland om onderzoek te verrichten naar de naleving van het Europees Handvest? Op welke wijze is uw ministerie betrokken bij deze evaluatie?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Vraag 6
    Bent u bereid, nu in het verslag van 24 april 2014 het kabinet aangaf zich te kunnen voorstellen dat het bezoek van de Raad van Europa «ook aanknopingspunten biedt om de positie van het Nedersaksisch onder het Europees Handvest tegen het licht te houden», om het komend jaar uw eigen stellingname over erkenning onder deel III te heroverwegen?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Vraag 7
    Kunt u aangeven welke waarde en betekenis u hecht aan het voortbestaan van streektalen en welke extra maatregelen u bereid bent te nemen om het gebruik van streektalen te beschermen?

    Zie antwoord vraag 3.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2015Z02950
Volledige titel: Het Nedersaksisch
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20142015-1487
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Van Toorenburg over het Nedersaksisch