Kamervraag 2011Z11240

De onrust in Georgië

Ingediend 27 mei 2011
Beantwoord 22 juni 2011 (na 26 dagen)
Indiener Frans Timmermans (PvdA)
Beantwoord door
Onderwerpen bestuur organisatie en beleid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z11240.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-2917.html
1. Anp, 25 mei 2011.
  • Vraag 1
    Kent u de berichten over de aanhoudende protesten in Georgië tegen het bewind van president Saakashvili?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Deelt u de mening dat bij het onderdrukken van de demonstraties door de autoriteiten excessief geweld wordt gebruikt, waarbij inmiddels meerdere slachtoffers te betreuren zijn?

    Onderzoek zal moeten uitwijzen of het geweld dat door de Georgische autoriteiten is gebruikt bij de ontruiming van de demonstratie van 25/26 mei jl. excessief is geweest of niet, en in verhouding staat tot het geweld dat is gebruikt door de demonstranten. Deze waren deels bewapend met stokken en van plan de parade voor de 20-jarige onafhankelijkheid te verstoren. Het ingrijpen volgde op het aflopen van de demonstratievergunning op de locatie van de viering van de 20-jarige onafhankelijkheid en nadat vertegenwoordigers van het stadsbestuur de demonstranten alternatieve locaties hadden aangeboden waarop het protest kon worden voortgezet. Ik steun de oproep van de Georgische Ombudsman, van de OVSE en van non-gouvernementele organisaties aan de Georgische regering een grondig en transparant onderzoek in te stellen naar de onlusten in de nacht van 25 op 26 mei 2011 en zorg te dragen voor adequate behandeling van arrestanten inclusief toegang voor familie en advocaten.

  • Vraag 3
    Klopt het beeld dat president Saakashvili bovendien weigert de dialoog aan te gaan met de oppositie en met de vertegenwoordigers van de demonstranten?

    De partij van president Saakashvili – de United National Movement – en een groot deel van de oppositie (acht partijen – «Groep van 8» – waarvan de Christendemocraten en de Free Democrats de meeste electorale steun genieten) waren in gesprek in de opmaat naar de verkiezingen van 2012 (parlementair) en 2013 (presidentieel). Deze onderhandelingen zijn echter in een impasse geraakt. Oppositieleider Alasania (Free Democrats) liet onlangs in een gesprek op mijn ministerie weten dat de «Groep van 8» presidents- en regeringswisseling nastreeft door verkiezingen en niet, zoals in het verleden, door straatrevoltes. De demonstranten vertegenwoordigden een kleiner en radicaler deel van de oppositie, dat de dialoog afwijst en veranderingen door straatprotesten wil afdwingen.
    In een gesprek met de Georgische vicepremier heb ik onlangs opgeroepen tot een constructieve dialoog tussen de regeringspartij en de hele oppositie.

  • Vraag 4
    Zo ja, deelt u dan de mening dat de daartoe geëigende instrumenten van de OVSE, de Raad van Europa en/of de EU in stelling moeten worden gebracht om er aan bij te dragen dat het geweld stopt en er een dialoog tussen de president en de oppositie tot stand komt?

    Ik constateer dat een dialoog tussen regering en oppositie is opgestart, maar dat deze op dit moment stil ligt. Nederland zal zich bilateraal en in multilateraal verband blijven uitspreken tegen het gebruik van geweld en alle partijen blijven oproepen tot het voeren van een constructieve dialoog. Ik onderschrijf dan ook de verklaring van de OVSE van 27 mei 2011.

  • Vraag 5
    Zo ja, bent u bereid daartoe op korte termijn stappen te ondernemen? Zo nee, waarom niet?

    Ik zal de verdere ontwikkelingen (afhandeling arrestaties, rechtszaken en onderzoek) nauwlettend blijven volgen alsmede het belang van een constructieve politieke dialoog naar alle partijen blijven onderstrepen. De Nederlandse ambassadeur in Tbilisi heeft het belang van onafhankelijk onderzoek onder de aandacht van de Georgische autoriteiten gebracht. Deze boodschap is ook aan de Georgische ambassadeur in Den Haag overgebracht. Naar aanleiding van zorgen over arrestaties en vervolgingen rondom de demonstraties die in 2009 plaatsvonden heeft de Nederlandse ambassade een onderzoek door een onafhankelijke en professionele Georgische NGO gefinancierd. De resultaten van dit onderzoek en de aanbevelingen die daaruit voortvloeien zullen binnenkort worden gepresenteerd en mogelijk een constructieve bijdrage leveren aan het onderzoek naar onlusten van 25/26 mei 2011.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2011Z11240
Volledige titel: Vragen van het lid Timmermans (PvdA) aan de minister van Buitenlandse Zaken over de onrust in Georgië (ingezonden 27 mei 2011).
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20102011-2917
Volledige titel: Vragen van het lid Timmermans (PvdA) aan de minister van Buitenlandse Zaken over de onrust in Georgië (ingezonden 27 mei 2011).