Gepubliceerd: 28 november 2025
Indiener(s): Tieman
Onderwerpen: begroting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-36850-XII-2.html
ID: 36850-XII-2

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

Vergaderjaar 2025‒2026

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 en 2

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2025 wijzigingen aan te brengen in:

  • 1. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII);

  • 2. de begrotingsstaat inzake de agentschappen van dit ministerie;

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,R. Tieman

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1 Leeswijzer

De opzet en structuur van de onderliggende begroting voor Hoofdstuk XII is gebaseerd op de rijksbegrotingsvoorschriften van het Ministerie van Financiën. In de Rijksbegrotingsvoorschriften 2025 zijn onderstaande uniforme ondergrenzen opgenomen, welke worden gehanteerd bij het toelichten van begrotingsmutaties op het niveau van financieel instrument.

Tabel 1 Norm bij toe te lichten verschillen

Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen

Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)

Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)

< 50

1

2

=> 50 en < 200

2

4

=> 200 en < 1000

5

10

=> 1000

10

20

Opbouw

Dit wetsvoorstel kent een opbouw waarbij afhankelijk van de informatie vraag- en behoefte verder kan worden ingezoomd. Deze verdiepingsslag is als volgt opgebouwd:

  • 1. In de begrotings(wet)staat zijn de wijzigingen op de begrotingsstaat van het jaar 2025 voor de begroting van Infrastructuur en Waterstaat (XII) opgenomen. Deze dient ter autorisatie van de mutaties die op artikelniveau in de verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen worden voorgesteld bij deze Tweede suppletoire begroting.

  • 2. In het overzicht in paragraaf 2.1 Overzicht belangrijk uitgaven- en ontvangstenmutatiesNo section foundzijn de belangrijkste mutaties opgenomen, die op hoofdlijnen inzicht verstrekt in de belangrijkste budgettaire voorstellen die leiden tot wijziging van de begroting 2026 (Kamerstukken II 2025-2026, 36 800-XII, nr 2). Hiermee kan snel een indruk worden verkregen van de inhoud van dit wetsvoorstel.

  • 3. In de artikelgewijze toelichting in paragraaf 3 Beleidsartikelen en paragraaf 4 Niet-beleidsartikelen zijn in de tabellen de budgettaire gevolgen van beleid de mutaties in de Tweede suppletoire begroting 2025 opgenomen ten opzichte van de reeds in de aan uw Kamer voorgelegde Suppletoire Begroting September 2025 (Kamerstukken II 2025-2026, 36 820-XII, nr 2). De begrotingsmutaties van de najaarsnota worden toegelicht op basis van bovengenoemde staffel.

  • 4. In paragraaf 5 Agentschappen staan de aanpassingen in de exploitatie- en kasstroomoverzichten van de agentschappen waarbij sprake is van cumulatieve mutaties (in totaal) groter dan 5% van de oorspronkelijk vastgestelde begroting of cumulatieve mutaties (in totaal) groter dan € 20 miljoen ten opzichte van de oorspronkelijk vastgestelde begroting.

2 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties

De onderstaande tabellen geven de belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties van de tweede suppletoire begroting 2025 weer. In paragraaf 3 Beleidsartikelen en paragraaf 4 Niet-beleidsartikelen is een meer gedetailleerd overzicht van de mutaties per artikel te vinden.

Tabel 2 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2025 (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
 

Artikelnummer

Uitgaven 2025

Vastgestelde begroting (incl. suppletoire begrotingen, NvW's en amendementen) 2025

 

14.182.158

Belangrijkste suppletoire mutaties

  

1) BCF afdracht

14, 20, 26

‒ 100.839

2) Decentrale uitkering decentraal Spoor

16

‒ 20.900

3) Nationaal Groeifonds vertraging

11, 17, 18

‒ 16.773

4) Klimaatfonds overschot

21

‒ 11.396

5) Decentrale uitkering zeeland ERTMS

26

‒ 4.993

6) Overige mutaties

Divers

‒ 7.782

Stand 2e suppletoire begroting 2025

 

14.019.475

Toelichting

1 BTW-compensatiefonds ‒ € 100,8 miljoen:

Het betreft de overboeking naar het BTW-Compensatiefonds van het ministerie van Financiën voor verschillende regelingen. Voor € 96,4 miljoen heeft het betrekking op regelingen die op het Mobiliteitsfonds worden uitgevoerd.

2. Decentrale Uitkering decentraal spoor 2025 ‒ € 20,9 miljoen

Decentrale Uitkering (DU) Decentraal Spoor 2025. Dit betreft de jaarlijkse overboeking naar het Provinciefonds voor een bijdrage aan medeoverheden voor exploitatietekorten op gedecentraliseerde spoorlijnen. IenW levert voor de dekking van het exploitatie- of beheertekort van de betreffende decentrale spoor- en tramdiensten een bijdrage, die dit jaar € 20,9 miljoen bedraagt. Het betreft een DU voor vier provincies, namelijk Overijssel, Drenthe, Limburg en Utrecht.

3. Nationaal Groeifonds

IenW boekt voor ‒ € 16,8 miljoen terug naar het generale beeld vanwege vertragingen. De grootste vertraging is binnen het project luchtvaart in Transitie ‒ € 14,5 miljoen. Er is een vertraging opgelopen bij de toekenning van de subsidies voor de tweede fase van het Hydrogen Optimization and Testing (HOT) programma. Het deelproject HOT heeft als doel om gevalideerde kennis en data op te bouwen over waterstof brandstofsystemen. Dit heeft te maken met een subsidieontvanger die nog niet voldoet aan de voorwaarden waardoor de subsidie dit jaar niet meer kan worden verstrekt.

4. Klimaatfonds

IenW boekt € 11,4 miljoen terug naar het generale beeld. Op de subsidieregeling omschakeling plasticverwerkers zijn voor € 7,9 miljoen minder aanvragen binnengekomen. Dit hangt samen met onzekerheid door de discussie rond de plasticnorm. Verder zijn er vertagingen op de subisidieregeling circulaire plastics (€ 3,5 miljoen) vanwege onder andere vertraging binnen het vergunningtraject tot inhoudlijke aanpassingen van projecten.

5. Decentrale uitkering Zeeland ERTMS

Dit betreft een decentralisatie-uitkering ter hoogte van € 5,6 miljoen aan het ministerie van BZK, ten behoeve van het pakket voor Zeeland ter compensatie van het verplaatsen van het proefbaanvak voor ERTMS naar Zeeland.

6. Overige mutaties

Dit betreft diverse kleinere mutaties.

Tabel 3 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2025 (Tweede suppletoire begroting) (Bedragen x € 1.000)
 

Artikelnummer

Ontvangsten 2025

Vastgestelde begroting (incl. suppletoire begrotingen, NvW's en amendementen) 2025

 

177.122

Belangrijkste suppletoire mutaties

  

1) Ontvangsten RVO

Divers

7.025

2) Overige mutaties

Divers

1.928

Stand 2e suppletoire begroting 2025

 

186.075

Toelichting

1. Ontvangsten RVO

Voor verschillende subsidies die de afgelopen jaren zijn uitgevoerd door RVO hebben we een eindafrekening ontvangen. De eindafrekeningen vallen € 7,0 miljoen lager dan aan RVO betaald is. Dit bedrag ontvangt IenW in 2025 weer terug.

2. Overige mutaties

Dit betreft diverse kleinere mutaties.

3 Beleidsartikelen

3.1 Artikel 11 Integraal Waterbeleid

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 4 Budgettaire gevolgen van beleid Artikel 11 Integraal Waterbeleid (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

52.311

‒ 505

51.806

     
 

Uitgaven

81.620

‒ 4.553

77.067

     

11.1

Algemeen waterbeleid

59.362

‒ 3.412

55.950

 

Opdrachten

14.723

‒ 2.210

12.513

 

Partners voor Water (HGIS)

8.825

549

9.374

 

Overige HGIS opdrachten

679

3

682

 

Regie Innovatie

911

‒ 124

787

 

Overige opdrachten

4.308

‒ 2.638

1.670

 

Subsidies (regelingen)

21.383

‒ 847

20.536

 

Incidentele subsidie WKB

520

0

520

 

Overige HGIS subsidies

4.900

‒ 603

4.297

 

Partners voor Water 5 (HGIS)

6.010

391

6.401

 

NGF NL2120

8.842

‒ 275

8.567

 

Overige subsidies

1.111

‒ 360

751

 

Bijdrage aan agentschappen

18.131

237

18.368

 

Bijdrage aan agentschap RWS

17.217

237

17.454

 

Bijdrage aan agentschap KNMI

914

0

914

 

Bijdrage aan medeoverheden

4.725

‒ 742

3.983

 

NGF NL2120

4.687

‒ 818

3.869

 

Overige bijdragen

38

76

114

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

400

150

550

 

Overige bijdragen

400

150

550

11.2

Waterveiligheid

1.638

‒ 225

1.413

 

Opdrachten

1.638

‒ 225

1.413

 

Waterveiligheid

1.548

‒ 135

1.413

 

Overige opdrachten

90

‒ 90

0

11.3

Grote oppervlaktewateren

1.228

78

1.306

 

Opdrachten

1.228

78

1.306

 

RWS Zuid-Westelijke Delta

762

0

762

 

Overige opdrachten

466

78

544

11.4

Waterkwaliteit

19.392

‒ 994

18.398

 

Opdrachten

6.488

‒ 1.071

5.417

 

Waarvan RWS (BOA)

0

31

31

 

Noordzee en oceanen

2.078

‒ 503

1.575

 

Overige opdrachten

4.410

‒ 599

3.811

 

Subsidies (regelingen)

11.048

127

11.175

 

NGF UPPWater

8.836

0

8.836

 

Overige subsidies

2.212

127

2.339

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

1.856

‒ 50

1.806

 

Overige bijdragen

1.856

‒ 50

1.806

     
 

Ontvangsten

196

281

477

     

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, deverplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Verplichtingen

De verlaging van het verplichtingenbudget met € 0,5 miljoen wordt veroorzaakt door de hieronder toegelichte kasuitgaven en de volgende mutatie:

  • Een verplichtingenschuif (€ 3,0 miljoen) van het Deltafonds naar HXII voor het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW). Dit is voor de ondersteuning die het Kadaster de komende 3 jaar moet leveren voor DAW (kadastrale gegevens die nodig zijn bij het uitwerken van maatregelen voor schoner en voldoende water).

Uitgaven

1 Algemeen Waterbeleid

Opdrachten

De verlaging van het opdrachtenbudget met € 2,2 miljoen wordt met name veroorzaakt door:

Overige opdrachten: Dit betreft een overboeking van € 1,8 miljoen van opdrachtmiddelen Algemeen Waterbeleid naar het Meerjarenprogramma Bodem (artikel 13) ter compensatie van de eerder verwerkte SPUK- en subsidietaakstellingen op artikel 13.

2 Waterveiligheid

De uitgaven mutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

3 Grote oppervlaktewateren

De uitgaven mutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

4 Waterkwaliteit

De uitgaven mutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Ontvangsten

De ontvangsten mutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

3.2 Artikel 13 Bodem en Ondergrond

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 5 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 13 Bodem en Ondergrond (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

81.054

‒ 7.090

73.964

     
 

Uitgaven

135.999

‒ 6.285

129.714

     

13.4

Ruimtegebruik bodem

135.999

‒ 6.285

129.714

 

Opdrachten

25.176

‒ 466

24.710

 

Bodem en STRONG

19.767

1.366

21.133

 

RWS Leefomgeving

1.835

‒ 400

1.435

 

Fysieke Leefomgeving Omgevingswet (FLOW)

678

‒ 600

78

 

Overige opdrachten

2.896

‒ 832

2.064

 

Subsidies (regelingen)

20.936

‒ 1.546

19.390

 

Bedrijvenregeling

10.330

‒ 1.636

8.694

 

Subsidie Caribisch Nederland

10.213

0

10.213

 

Overige subsidies

393

90

483

 

Bijdrage aan agentschappen

11.766

‒ 331

11.435

 

Bijdrage aan agentschap RWS

4.669

0

4.669

 

Bijdrage aan agentschap RIVM

7.097

‒ 331

6.766

 

Bijdrage aan medeoverheden

78.121

‒ 3.942

74.179

 

Meerjarenprogramma Bodem

78.121

‒ 3.942

74.179

     
 

Ontvangsten

0

192

192

     

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Verplichtingen

De verlaging van het verplichtingenbudget met € 7,1 miljoen wordt met name verklaard door de hieronder toegelichte overboekingen naar BZK (- € 7,0 miljoen). Het verschil tussen kas en verplichtingen wordt met name verklaard door de hieronder toegelichte budgetoverheveling vanuit artikel 11, waarbij € 0,8 miljoen minder aan verplichtingen is overgeheveld dan kas.

Uitgaven

4 Ruimtegebruik bodem

Bijdrage aan medeoverheden

De verlaging van de bijdrage aan medeoverheden met € 3,9 miljoen wordt met name veroorzaakt door:

Meerjarenprogramma Bodem (MJP Bodem): dit budget is met € 3,9 miljoen verlaagd en dit wordt verklaard door:

  • Een overboeking naar BZK van € 4,3 miljoen voor de Regionale kennisfunctie bodem en ondergrond. De middelen zijn bedoeld voor de inrichting van een regionale kennisfunctie (per provincie) op het gebied van bodem en ondergrond. Het doel van de kennisfunctie is het beter en efficiënter benutten van beschikbare kennis en nadere invulling te geven aan bestaande taken en rollen.

  • Overboekingen naar BZK van in totaal € 2,7 miljoen voor de Maatwerkoplossing grootschalige bodemschade met aan drugsproductie gerelateerde stoffen 2025. Er wordt door IenW samen met JenV, IPO en VNG gewerkt aan een landelijke voorziening voor de problematiek rondom vervuiling van het milieu als gevolg van drugsproductie.

  • De in artikel 11 genoemde overboeking van € 1,8 miljoen van opdrachtmiddelen Algemeen Waterbeleid naar MJP Bodem (artikel 13) ter compensatie van eerder verwerkte SPUK- en subsidietaakstellingen op dit instrument.

  • Een budgetoverheveling binnen artikel 13 van € 1,1 miljoen naar Bijdrage aan medeoverheden voor het Meerjarenprogramma Bodem. Er was eerder dit jaar tijdelijk middelen vanuit het MJP Bodem overgeboekt naar de budgetten van RIVM, RWS BOA en Ruimte voor bodemgerelateerde opgaven en onderzoek.

Ontvangsten

De ontvangsten mutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

3.3 Artikel 14 Wegen en Verkeersveiligheid

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 6 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 14 Wegen en Verkeersveiligheid (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

540.424

‒ 8.450

531.974

     
 

Uitgaven

413.537

‒ 9.505

404.032

     

14.1

Netwerk

28.425

1.310

29.735

 

Opdrachten

10.069

1.625

11.694

 

Wegverkeersbeleid

4.119

1.402

5.521

 

Voertuigen en Digitale Infrastructuur

4.450

136

4.586

 

Overige opdrachten

1.500

87

1.587

 

Subsidies (regelingen)

420

‒ 270

150

 

Overige subsidies

420

‒ 270

150

 

Bijdrage aan agentschappen

11.117

‒ 665

10.452

 

Bijdrage aan agentschap RWS

8.237

‒ 665

7.572

 

Overige bijdragen

2.880

0

2.880

 

Bijdrage aan medeoverheden

6.014

223

6.237

 

Bijdrage aan Caribisch Nederland

6.000

223

6.223

 

Regionale bijdrage MIRT

14

0

14

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

805

397

1.202

 

Overige bijdragen

805

397

1.202

14.2

Verkeersveiligheid

18.730

303

19.033

 

Opdrachten

5.006

100

5.106

 

Opdrachten Verkeersveiligheid

3.606

600

4.206

 

Overige opdrachten

1.400

‒ 500

900

 

Subsidies (regelingen)

10.565

‒ 554

10.011

 

Veilig Verkeer Nederland (VVN)

3.984

0

3.984

 

Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV)

4.437

0

4.437

 

Overige subsidies

2.144

‒ 554

1.590

 

Bijdrage aan agentschappen

789

‒ 35

754

 

Bijdrage aan agentschap RWS

789

‒ 35

754

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

2.370

792

3.162

 

Bijdrage aan CBR

1.970

792

2.762

 

Overige bijdragen

400

0

400

14.3

Slimme en duurzame mobiliteit

366.382

‒ 11.118

355.264

 

Opdrachten

59.542

‒ 3.285

56.257

 

Innovatie en Intelligente Transportsystemen

9.553

‒ 333

9.220

 

Klimaatakkoord

2.942

‒ 2.682

260

 

Verkeersemissies

740

‒ 250

490

 

KF: Laadinfra wegverkeer

30

0

30

 

Programma Vergroening Reisgedrag

2.172

‒ 650

1.522

 

Verduurzaming logistiek

7.444

‒ 1.122

6.322

 

NGF: Dutch Metropolitan Innovations (DMI)

23.744

0

23.744

 

KF: Zero-emissie zones

250

0

250

 

Overige opdrachten

12.667

1.752

14.419

 

Subsidies (regelingen)

236.429

‒ 1.924

234.505

 

Duurzame Mobiliteit

18.091

0

18.091

 

Elektrisch Vervoer

58.444

0

58.444

 

Laad en AanZET

66.713

‒ 1.515

65.198

 

Bronmaatregelen Stikstof

34.029

0

34.029

 

KF: Laadinfra wegvervoer

32.832

0

32.832

 

KF: Laadinfra Bouw

6.200

0

6.200

 

Vergroenen reisgedrag

1.450

0

1.450

 

KF: SWIM

14.486

0

14.486

 

Overige Subsidies

4.184

‒ 409

3.775

 

Bijdrage aan agentschappen

31.151

‒ 625

30.526

 

Bijdrage agentschap RWS

4.361

‒ 55

4.306

 

Bijdrage agentschap NEA

6.052

‒ 268

5.784

 

Bijdrage agentschap RVO

19.790

‒ 400

19.390

 

Bijdrage aan agentschap RIVM

616

98

714

 

Overige bijdragen aan agentschappen

332

0

332

 

Bijdrage aan medeoverheden

36.050

‒ 7.225

28.825

 

Duurzame Mobiliteit

25.050

‒ 7.117

17.933

 

Mobiliteit en Gebieden

1.000

‒ 108

892

 

KF - Laadinfra

10.000

0

10.000

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

710

50

760

 

Overige bijdragen

710

50

760

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

2.500

1.891

4.391

 

Overige bijdragen

2.500

1.891

4.391

     
 

Ontvangsten

9.622

4.924

14.546

     

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Verplichtingen

De verlaging van het verplichtingenbudget met € 8,5 miljoen wordt met name veroorzaakt door de hieronder toegelichte uitgaven mutaties en:

  • Een verplichtingenophoging van in totaal € 1,1 miljoen om opdrachten voor het programma van rijles naar rijonderwijs aan te kunnen gaan. De middelen komen uit 2026 en 2027.

  • Een overboeking naar het IenW brede beeld vanwege lagere uitgevallen prognoses bij de Aanschafregeling Zero-Emissietrucks (AanZET) en de Subsidiereling Waterstof in Mobiliteit (SWiM) van € 2,1 miljoen.

1 Netwerk

De uitgavenmutaties zijn lager dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

2 Verkeersveiligheid

De uitgavenmutaties zijn lager dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

3 Slimme en duurzame mobiliteit

Bijdrage aan medeoverheden

Het budget bijdragen aan medeoverheden wordt met € 7,2 miljoen verlaagd. Dit komt met name door:

Duurzame mobiliteit: De BTW afdrachten van de specifieke uitkering Regionale Aanpak Laadinfrastructuur 2023-2030 worden voor 2024 en 2025 overgeboekt naar het BTW-compensatiefonds. Dit bedraagt € 3,9 miljoen. Verder wordt € 3,9 miljoen aan stikstofmiddelen teruggeboekt naar het MF. Dit zijn middelen van de specfieke uitkering Schoon en Emissieloos Bouwen, die in 2025 niet worden uitgeput op HXII. De middelen kunnen pas uitgekeerd worden, nadat is aangetoond hoeveel emissieloos bouwmaterieel er wordt ingezet bij een bouwproject.

Het restant van € 0,6 miljoen wordt verklaard door diverse kleine mutaties.

Ontvangsten

De ontvangstenmutaties zijn lager dan de voorgeschreven norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

3.4 Artikel 16 Openbaar Vervoer en Spoor

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 7 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 16 Openbaar Vervoer en Spoor (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

177.903

‒ 19.596

158.307

     
 

Uitgaven

185.187

‒ 28.991

156.196

     

16.1

OV en Spoor

166.425

‒ 19.596

146.829

 

Opdrachten

6.261

1.498

7.759

 

OV & Stations

1.570

1.619

3.189

 

ACM

1.131

‒ 719

412

 

Overige opdrachten

3.560

598

4.158

 

Subsidies (regelingen)

134.417

259

134.676

 

NS Sociale Veiligheid

2.300

0

2.300

 

NS-concessie

16.966

500

17.466

 

Overige subsidies

115.151

‒ 241

114.910

 

Bijdrage aan agentschappen

1.171

‒ 89

1.082

 

Bijdrage aan agentschap RWS

880

‒ 112

768

 

Bijdrage aan agentschap KNMI

16

0

16

 

Bijdrage aan agentschap RVO

275

23

298

 

Bijdrage aan medeoverheden

24.474

‒ 21.257

3.217

 

CLU Betuweroute en HSL

3.009

43

3.052

 

Overige bijdragen

21.465

‒ 21.300

165

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

102

‒ 7

95

 

Overige bijdragen

102

‒ 7

95

16.2

Maatregelenpakket OVS

18.762

‒ 9.395

9.367

 

Subsidies (regelingen)

18.762

‒ 9.395

9.367

 

Beschikbaarheidsvergoeding OV-sector

3.204

0

3.204

 

Transitievangnet OV

15.558

‒ 9.395

6.163

     
 

Ontvangsten

115.482

0

115.482

     

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Verplichtingen

De verlaging van het verplichtingenbudget met € 19,6 miljoen wordt met name veroorzaakt door de hieronder toegelichte uitgavenmutaties. Het verschil wordt verklaard door onderschrijdingen die alleen het kasbeeld beïnvloeden.

Uitgaven

1 OV en Spoor

Bijdrage aan medeoverheden

Het bijdrage aan medeoverhedenbudget wordt met € 21,3 miljoen verlaagd. Dit komt met name door:

Overige bijdragen: Decentrale Uitkering (DU) Decentraal Spoor 2025. Dit betreft de jaarlijkse overboeking naar het Provinciefonds voor een bijdrage aan medeoverheden voor exploitatietekorten op gedecentraliseerde spoorlijnen. Deze bijdrage werd voorheen verstrekt door middel van een SPUK, maar zal voortaan door middel van een DU worden verstrekt. IenW levert voor de dekking van het exploitatie- of beheertekort van de betreffende decentrale spoor- en tramdiensten een bijdrage, die dit jaar € 20,9 miljoen bedraagt. Het betreft een DU voor vier provincies, namelijk Overijssel, Drenthe, Limburg en Utrecht. Vastlegging van de beschikkingen Decentraal Spoor vindt plaats op de beleidsbegroting HXII, maar de bekostiging komt uit het Mobiliteitsfonds.

Het restant van € 0,4 miljoen wordt verklaard door diverse kleine mutaties.

2 Maatregelenpakket OVS

Subsidies

Het subsidiebudget wordt met € 9,4 miljoen verlaagd. Dit komt door:

Transitievangnet OV: Dit betreft een overschot van de TVOV middelen ter hoogte van € 9,4 miljoen. Deze middelen komen in 2025 niet meer tot betaling, omdat er minder aanspraak is gemaakt op de TVOV regeling dan eerder werd voorzien en doordat een afrekening voordelig uitvalt. Een deel ter hoogte van € 6 miljoen van de middelen wordt teruggestort naar het MF, omdat de TVOV-regeling oorspronkelijk ook vanuit het Mobiliteitsfonds is gefinancierd. Van de resterende middelen ter hoogte van € 3,4 miljoen is de verwachting dat ze in 2026 nodig zijn voor de afwikkeling van de TVOV regeling. Daarom worden die middelen conform de middelenafspraak doorgeschoven naar 2026.

Ontvangsten

Er hebben geen ontvangstenmutaties plaatsgevonden op dit artikel.

3.5 Artikel 17 Luchtvaart

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 8 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 17 Luchtvaart (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

226.766

‒ 39.083

187.683

     
 

Uitgaven

83.116

‒ 15.991

67.125

     

17.1

Luchtvaart

83.116

‒ 15.991

67.125

 

Opdrachten

18.278

‒ 1.061

17.217

 

Geluidsisolatie Schiphol

0

300

300

 

Caribisch Nederland

469

‒ 339

130

 

NGF Project - Luchtvaart in Transitie

210

‒ 100

110

 

GIS-4 regeling

4.500

‒ 2.500

2.000

 

Programma Omgeving Luchthaven Schiphol

3.204

0

3.204

 

Luchtruim Regio Luchthaven

1.350

125

1.475

 

Luchtruimherziening

1.240

0

1.240

 

KF: Luchtvaartverkeer energie

767

95

862

 

Overige opdrachten

6.538

1358

7.896

 

Subsidies (regelingen)

58.643

‒ 14.971

43.672

 

Tarieven Bonaire

860

‒ 218

642

 

Omploegen graanresten

1.500

0

1.500

 

NGF-project Luchtvaart in transitie

54.100

‒ 14.500

39.600

 

Subsidie Maatschappelijke Raad Schiphol (MRS)

1.153

0

1.153

 

Overige subsidies

1.030

‒ 253

777

 

Bijdrage aan agentschappen

2.249

672

2.921

 

Bijdrage aan agentschap RWS

334

0

334

 

Bijdrage aan agentschap KNMI

30

0

30

 

Bijdrage aan agentschap RVO

797

‒ 68

729

 

Bijdrage aan agentschap RIVM

340

0

340

 

Bijdrage aan agentschap RWS (Caribisch Nederland)

10

740

750

 

Bijdrage aan agentschap RVO (NGF)

500

0

500

 

Overige bijdragen

238

0

238

 

Bijdrage aan medeoverheden

1.427

‒ 489

938

 

Bijdrage Caribisch Nederland

1.427

‒ 489

938

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

1.627

20

1.647

 

ICAO (HGIS)

1.455

0

1.455

 

Overige bijdragen

172

20

192

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

892

‒ 162

730

 

Overige bijdragen

892

‒ 162

730

     
 

Ontvangsten

16.639

200

16.839

Tabel 9 Uitsplitsing verplichtingen art. 17 (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Verplichtingen

226.766

‒ 39.083

187.683

waarvan garantieverplichtingen

73.300

‒ 8.500

64.800

waarvan overige verplichtingen

153.466

‒ 30.583

122.883

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Verplichtingen

De verlaging van het verplichtingenbudget met € 39,1 miljoen wordt veroorzaakt door de hieronder toegelichte uitgavenmutaties en:

  • Luchtvaart in Transitie (- € 26,5 miljoen): Zoals onder Subsidies toegelicht wordt, is er budget overgebleven voor het NGF-project luchtvaart in transitie. Voor dit project zijn er minder verplichtingen vastgelegd dan eerder verwacht. Dit heeft te maken met een subsidieontvanger die nog niet voldoet aan de voorwaarden waardoor de subsidie dit jaar niet meer kan worden verstrekt.

  • Garantstelling Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL) (- € 8,5 miljoen): LVNL beheert de vitale luchtvaartinfrastructuur voor de veilige afhandeling van het luchtverkeer in het Nederlandse luchtruim. Hiervoor moeten zij voortdurend investeren om de continuïtiteit van de dienstverlening te waarborgen en investeren zij in nieuwe en innovatieve technologie om dit ook in de toekomst te kunnen blijven doen. Daarvoor heeft LVNL een jaarlijks leningenplafond ingesteld waarvoor zij bij het ministerie van Financiën leningen aan kunnen gaan waar IenW zich garant voor stelt. Middels deze mutatie wordt het verplichtingenbudget voor de garantstelling van LVNL bijgesteld op basis van het jaarplan van LVNL waarin de investeringsbehoefte is opgenomen.

  • Nadeelcompensatie (- € 4,1 miljoen): Op het verplichtingenbudget voor de nadeelcompensatie is budget overgebleven.

Uitgaven

1 Luchtvaart

Subsidies

Het subsidiebudget wordt met € 15,0 miljoen verlaagd. Dit komt met name door de volgende mutatie:

NGF project Luchtvaart in Transitie (LiT): Het subsidiebudget van het NGF-project LiT is in 2025 verlaagd met € 14,5 miljoen. Er is een vertraging opgelopen bij de toekenning van de subsidies voor de tweede fase van het Hydrogen Optimization and Testing (HOT) programma. Het deelproject HOT heeft als doel om gevalideerde kennis en data op te bouwen over waterstof brandstofsystemen. Dit heeft te maken met een subsidieontvanger die nog niet voldoet aan de voorwaarden waardoor de subsidie dit jaar niet meer kan worden verstrekt.

Het restant van € 0,5 miljoen wordt verklaard door diverse kleine mutaties.

Ontvangsten

De ontvangstenmutaties op dit artikelonderdeel zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

3.6 Artikel 18 Scheepvaart en Havens

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 10 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 18 Scheepvaart en Havens (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

103.571

‒ 9.196

94.375

     
 

Uitgaven

179.028

‒ 8.861

170.167

     

18.1

Scheepvaart en havens

179.028

‒ 8.861

170.167

 

Opdrachten

35.085

‒ 8.514

26.571

 

Topsector Logistiek

5.729

0

5.729

 

Caribisch Nederland

100

7

107

 

NGF Project - Digitale Infrastructuur Logistiek

12.193

‒ 1.665

10.528

 

NGF Project - Maritiem Masterplan

2

0

2

 

Zeehavens/Zeevaart

4.141

‒ 1.487

2.654

 

KF - Verduurzaming Zeevaart

105

6

111

 

KF: Verduurzaming Binnenvaart

65

10

75

 

Opdrachten PBNI

5.433

‒ 3.776

1.657

 

CER/NIS2

649

‒ 537

112

 

Overige opdrachten

6.668

‒ 1.072

5.596

 

Subsidies (regelingen)

131.287

‒ 448

130.839

 

Topsector Logistiek

3.500

‒ 297

3.203

 

Walstroom

54.560

‒ 197

54.363

 

Subsidie verduurzaming binnenvaartschepen

29.228

‒ 113

29.115

 

NGF Project - Zero-emissie binnenvaart batterij-elektrisch

7.397

0

7.397

 

KF - Walstroom

10.471

0

10.471

 

NGF Project - Maritiem Masterplan

25.801

0

25.801

 

KF - Verduurzaming Binnenvaart

250

‒ 16

234

 

Overige subsidies

80

175

255

 

Bijdrage aan agentschappen

7.631

66

7.697

 

Bijdrage aan agentschap RWS

3.866

100

3.966

 

NGF Project - Maritiem Masterplan RVO

600

0

600

 

Overige bijdragen

3.165

‒ 34

3.131

 

Bijdrage aan medeoverheden

3.000

0

3.000

 

Caribisch Nederland

3.000

0

3.000

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

1.757

1

1.758

 

CCR/ IMO HGIS

1.252

0

1.252

 

Overige bijdragen

505

1

506

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

268

34

302

 

Overige

268

34

302

     
 

Ontvangsten

5.895

1.608

7.503

     

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Verplichtingen

De verlaging van het verplichtingenbudget met € 10,9 miljoen wordt met name veroorzaakt door de hieronder toegelichte uitgavenmutaties en:

  • KF waterstof binnenvaart (- € 2,0 miljoen): de regeling voor innovatie van de waterstofmotor wordt niet in 2025 opengesteld, maar in 2026. Hierdoor schuift € 2,0 miljoen aan verplichtingenbudget naar 2026.

Uitgaven

1 Scheepvaart en havens

Opdrachten:

Per saldo wordt het kasbudget voor opdrachten in 2025 op artikel 18 met € 8,5 miljoen verlaagd. Dit wordt met name veroorzaakt door:

NGF digitale infrastructuur en logistiek (DIL) (- € 1,7 miljoen): Door vertraging in het programma is er minder besteed dan gepland. De vertraging heeft verschillende redenen zoals vertraging bij deelnemers en capaciteitsproblemen. Het budget wordt conform afspraken NGF doorgeschoven wordt naar 2026.

Opdrachten PBNI (- € 3,8 miljoen): Voor het Programma Bescherming Noordzee Infrastructuur worden diverse kleine overboekingen gedaan naar andere departementen. Zo doet IenW o.a. een bijdrage aan JenV voor de Sandbox Beeldopbouw Noordzee (- € 1,5 miljoen). Daarnaast wordt er geld overgeboekt naar BZK voor de aanschaf van sensoren (- € 0,8 miljoen) en krijgt Defensie geld voor de Seasec activiteiten en optische hydrofoons (- € 1,4 miljoen).

Zeehavens/Zeevaart (- € 1,1 miljoen): Er wordt een overboeking gedaan naar de ILT voor luchtvaarttaken (- € 0,9 miljoen). Daarnaast worden er een aantal kleine overboekingen gedaan naar verschillende departementen ten behoeve van Zeehavens. Het gaat o.a. Om Economische Zaken en Caribisch Nederland.

Het restant wordt verklaard door diverse kleine mutaties (- € 1,9 miljoen).

Ontvangsten

De ontvangstenmutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

3.7 Artikel 19 Internationaal Beleid

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 11 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 19 Internationaal beleid (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

36.598

‒ 2.103

34.495

     
 

Uitgaven

11.667

‒ 1.147

10.520

     

19.2

Internationaal beleid, coördinatie en samenwerking

11.667

‒ 1.147

10.520

 

Opdrachten

5.686

‒ 1.258

4.428

 

Uitvoering internationaal HGIS

1.367

‒ 200

1.167

 

Uitvoering niet-HGIS

2.693

‒ 307

2.386

 

Overige opdrachten

1.626

‒ 751

875

 

Subsidies (regelingen)

576

0

576

 

Interreg

236

0

236

 

Overige subsidies

340

0

340

 

Bijdrage aan agentschappen

2.936

‒ 164

2.772

 

Bijdrage aan RWS

487

0

487

 

Bijdrage aan RVO

2.319

‒ 164

2.155

 

Bijdrage aan RIVM

130

0

130

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

2.469

275

2.744

 

Bijdrage HGIS

2.144

200

2.344

 

Bijdrage niet-HGIS

325

75

400

     
 

Ontvangsten

1.256

375

1.631

     

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Verplichtingen

De verlaging van het verplichtingenbudget met € 2,1 miljoen wordt met name veroorzaakt door de hieronder toegelichte mutatie:

  • Er wordt € 0,9 miljoen aan verplichtingenbudget overgeheveld naar artikel 22 voor de Subsidieregeling Versterking Omgevingsveiligheid (SVO). Er is onvoldoende verplichtingenbudget beschikbaar binnen artikel 22 voor de eindverantwoording voor in eerdere jaren verstrekte subsidies. Op artikel 19 is er ruimte ontstaan als gevolg van een lagere verplichting inzake het beheer en onderhoud van het Galileo Sensor Station. Voor de vastlegging van de meerjarige verplichting was een verplichtingenschuif van € 15,3 miljoen van de jaren 2026-2044 naar 2025 uitgevoerd. Dit bleek niet volledig nodig te zijn.

Uitgaven

2 Internationaal beleid, coördinatie en samenwerking

Opdrachten

De verlaging van de opdrachten met € 1,3 miljoen wordt met name veroorzaakt door:

Overige opdrachten: een overboeking naar artikel 22 van € 0,8 miljoen. Op het programma Nationaal Milieu Programma (NMP) op artikel 19 zijn diverse activiteiten vertraagd als gevolg van de val van het kabinet en de fte's inzet van RVO (jaaropdracht 2025) die lager uitviel dan voorzien. Deze middelen worden op artikel 22 ingezet ter dekking van de hogere uitgaven voor de Regeling tegemoetkoming niet-loondienstgerelateerde slachtoffers van mesothelioom en asbestose (TNS-regeling), de website van Atlas Leefomgeving (meer bezoekers dan voorzien) en de Subsidieregeling Versterking Omgevingsveiligheid (SVO).

Ontvangsten

De ontvangsten mutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

3.8 Artikel 20 Lucht en Geluid

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 12 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 20 Lucht en Geluid (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

79.384

‒ 1.927

77.457

     
 

Uitgaven

71.812

‒ 1.927

69.885

     

20.1

Gezonde lucht en tegengaan geluidhinder

71.812

‒ 1.927

69.885

 

Opdrachten

17.158

‒ 1.454

15.704

 

Geluid- en luchtsanering

6.638

‒ 764

5.874

 

Waarvan RWS

307

0

307

 

Waarvan RIVM

7.581

105

7.686

 

Overige opdrachten

2.632

‒ 795

1.837

 

Bijdrage aan agentschappen

18.810

155

18.965

 

Bijdrage aan agentschap RWS

3.755

0

3.755

 

Bijdrage aan agentschap KNMI

25

10

35

 

Bijdrage aan agentschap RVO

1.157

0

1.157

 

Bijdrage aan agentschap RIVM

13.873

145

14.018

 

Bijdrage aan medeoverheden

35.788

‒ 652

35.136

 

Uitvoering geluidsanering

30.613

0

30.613

 

Programma NSL en SLA

5.175

‒ 652

4.523

 

Bekostiging

56

24

80

 

Overige bekostiging

56

24

80

     
 

Ontvangsten

1.000

553

1.553

     

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Verplichtingen

De verplichtingen mutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Uitgaven

1 Gezonde lucht en tegengaan geluidhinder

De uitgaven mutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Ontvangsten

De ontvangsten mutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

3.9 Artikel 21 Circulaire economie

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 13 Budgettaire gevolgen van beleid artikel artikel 21 Circulaire Economie (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

92.211

‒ 9.110

83.101

     
 

Uitgaven

86.070

‒ 10.269

75.801

     

21.5

Duurzame Productketens

86.070

‒ 10.269

75.801

 

Opdrachten

15.669

2.156

17.825

 

Uitvoering Duurzame productketens

7.621

1.839

9.460

 

Caribisch nederland

0

40

40

 

KF - Circulair doen en gedrag

551

300

851

 

KF - Biobased bouwen

389

‒ 161

228

 

Overige opdrachten

7.108

138

7.246

 

Subsidies (regelingen)

38.056

‒ 13.127

24.929

 

Subsidies duurzame productketens

19.274

‒ 1.331

17.943

 

KF - DEI + CE

2.845

‒ 1.505

1.340

 

KF - circulair doen en gedrag

560

‒ 550

10

 

KF - Plastics norm

15.297

‒ 9.841

5.456

 

KF - Biobased Bouwen

80

100

180

 

Bijdrage aan agentschappen

30.193

714

30.907

 

Bijdrage aan RWS

13.452

‒ 119

13.333

 

Bijdrage aan RVO

15.855

391

16.246

 

Bijdrage aan RIVM

886

204

1.090

 

Overige bijdragen

0

238

238

 

Bijdrage aan medeoverheden

1.546

‒ 12

1.534

 

Caribisch Nederland afvalbeheer

645

‒ 12

633

 

Overige bijdragen

901

0

901

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

51

0

51

 

Overige bijdragen

51

0

51

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

555

0

555

 

Overige bijdragen

555

0

555

     
 

Ontvangsten

1.632

225

1.857

     

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Verplichtingen

De verlaging van het verplichtingenbudget met € 9,1 miljoen wordt veroorzaakt door de hieronder toegelichte mutaties en:

  • Een verplichtingenafboeking van € 2,4 miljoen vanwege vertraging in de vormgeving van de Decentralisatie Uitkering waardoor er nu voor gekozen wordt de decentrale uitkering van 2025 samen te voegen met die van 2026. Dit verplichtingenbudget is in 2026 weer nodig.

  • De hieronder toegelichte uitgavenmutaties voor vertraging van DEI+CE (- € 1,5 miljoen) en EKOO (- € 2,0 miljoen) betreffen alleen uitgaven en geen verplichtingen.

Uitgaven

1 Duurzaam Productketens

Opdrachten

De verhoging van het opdrachtenbudget met € 2,2 miljoen wordt met name veroorzaakt door:

Uitvoering duurzame productketens: een herschikking binnen artikel 21 van € 1,8 miljoen vanuit het subsidiebudget naar het opdrachtenbudget. Op het opdrachtenbudget worden hogere uitgaven verwacht voor de pilot lachgascilinders, de vervolgstudies voor een ambitieus klimaatdoel, de jaaropdracht aan de Stichting Koninklijk Nederlands Normalisatie Instituur (NEN) en de opdracht aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland omtrent de grote keten doorbraakprojecten. Op het subsidiebudget wordt er juist minder uitgegeven op een aantal regelingen. Het budget komt met name vanuit circulair implementeren en opschalen en DEI+ CE, waar betalingen zijn vertraagd naar latere jaren.

Subsidies

De verlaging van het subsidiebudget met € 13,1 miljoen wordt met name veroorzaakt door:

Subsidies duurzame productketens: een herschikking binnen artikel 21 van € 1,8 miljoen naar het opdrachtenbudget om de planning en budgetten in lijn te brengen. Op het opdrachtenbudget worden hogere uitgaven verwacht voor de pilot lachgascilinders, vervolgstudies voor een ambitieus klimaatdoel, de jaaropdracht aan de Stichting Koninklijk Nederlands Normalisatie Instituur (NEN) en de opdracht aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland omtrent de grote keten doorbraakprojecten. Het budget komt met name vanuit circulair implementeren en opschalen en DEI+ CE, waar betalingen zijn vertraagd naar latere jaren.

KF - DEI + CE: Er wordt € 1,5 miljoen minder uitgegeven voor de subsidieregeling circulaire plastics. Wegens vertraging op verschillende projecten zijn beoogde betalingen in 2025 vertraagd naar 2026. De vertraging van de projecten kent verschillende oorzaken van vertraging binnen het vergunningentraject tot inhoudelijke aanpassing van projecten.

KF - Plastics norm:

  • Er wordt € 7,9 miljoen minder uitgegeven voor de subsidieregeling omschakeling plasticverwerkers. Op het subsidieplafond van € 13 miljoen zijn voor € 5,2 miljoen aan aanvragen binnengekomen. Dit hangt samen met onzekerheid door de discussie rond de plasticnorm.

  • Er wordt € 2,0 miljoen minder uitgegeven voor de subsidieregeling circulaire plastics. Wegens vertraging op verschillende projecten zijn beoogde betalingen in 2025 vertraagd naar 2026. De vertraging van de projecten kent verschillende oorzaken van vertraging binnen het vergunningentraject tot inhoudelijke aanpassingen projecten.

Ontvangsten

De ontvangsten mutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

3.10 Artikel 22 Omgevingsveiligheid en Milieurisico's

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 14 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 22 Omgevingsveiligheid en Milieurisico's (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

83.172

809

83.981

     
 

Uitgaven

80.137

‒ 165

79.972

     

22.1

Veiligheid chemische stoffen

27.704

‒ 176

27.528

 

Opdrachten

9.382

‒ 176

9.206

 

KF: NVS

700

0

700

 

Waarvan RWS

1.536

‒ 13

1.523

 

Waarvan RIVM

3.919

0

3.919

 

Uitvoering Veiligheid

1.181

‒ 395

786

 

Uitvoering stoffen en Milieu & Gezondheid

1.629

167

1.796

 

Overige opdrachten

417

65

482

 

Bijdrage aan agentschappen

17.737

0

17.737

 

Bijdrage aan RWS

2.648

0

2.648

 

Bijdrage aan RIVM

14.869

0

14.869

 

Overige bijdragen

220

0

220

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

430

0

430

 

Overig

430

0

430

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

155

0

155

 

Overige Bijdragen

155

0

155

22.2

Veiligheid biotechnologie

6.968

0

6.968

 

Opdrachten

1.437

‒ 20

1.417

 

Veiligheid Genetisch Gemodificeerde Organismen (GGO)

906

‒ 20

886

 

Overige opdrachten

531

0

531

 

Bijdrage aan agentschappen

5.531

0

5.531

 

Bijdrage aan agentschap RIVM

3.550

0

3.550

 

Bijdrage aan COGEM

1.981

0

1.981

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

0

20

20

 

Overige bijdragen

0

20

20

22.3

Veiligheid bedrijven en transport

45.465

11

45.476

 

Opdrachten

12.700

‒ 898

11.802

 

Omgevingsveiligheid

3.872

‒ 345

3.527

 

Asbest

1.062

340

1.402

 

Waarvan RWS

2.855

298

3.153

 

VTH-stelsel

2.113

‒ 1.163

950

 

Overige opdrachten

2.798

‒ 28

2.770

 

Subsidies (regelingen)

15.195

378

15.573

 

inricht & transp

4.365

535

4.900

 

Vuurwerk

44

0

44

 

Overige subsidies

10.786

‒ 157

10.629

 

Bijdrage aan agentschappen

13.777

0

13.777

 

Bijdrage aan RWS

7.248

0

7.248

 

Bijdrage aan RVO

416

0

416

 

Bijdrage aan RIVM

6.113

0

6.113

 

Inkomensoverdrachten

3.793

531

4.324

 

Inkomensoverdrachten mesothelioom

3.793

531

4.324

     
 

Ontvangsten

1.028

0

1.028

     

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Verplichtingen

De verplichtingen mutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Uitgaven

1 Veiligheid chemische stoffen

De uitgaven mutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

2 Veiligheid biotechnologie

De uitgaven mutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

3 Veiligheid bedrijven en transport

De uitgaven mutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Ontvangsten

Er hebben geen ontvangstenmutaties plaatsgevonden op dit artikel.

3.11 Artikel 23 Meteorologie, Seismologie en Aardobservatie

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 15 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 23 Meteorologie, Seismolologie en Aardobservatie (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

78.447

2.532

80.979

     
 

Uitgaven

77.507

2.532

80.039

     

23.1

Meteorologie en seismologie

57.523

2.318

59.841

 

Bijdrage aan agentschappen

52.803

2.532

55.335

 

Waarvan bijdragen aan agentschap KNMI

52.803

2.532

55.335

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

4.720

‒ 214

4.506

 

Contributie WMO (HGIS)

1.043

‒ 74

969

 

Contributie ECMWF (HGIS)

3.633

‒ 135

3.498

 

Overige bijdragen aan (inter-)nationale organisaties

44

‒ 5

39

23.2

Aardobservatie

19.984

214

20.198

 

Bijdrage aan agentschappen

19.984

214

20.198

 

KNMI: Bijdrage voor Aardobservatie

19.984

214

20.198

     
 

Ontvangsten

0

0

0

     

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Verplichtingen

De verhoging van het verplichtingenbudget met € 2,5 miljoen wordt veroorzaakt door de hieronder toegelichte mutaties.

Uitgaven

1 Meteorologie en seismologie

Bijdrage aan agentschappen

Het budget voor bijdrage aan agentschappen wordt met € 2,5 miljoen verhoogd. Dit komt met name door:

Bijdragen aan agentschap KNMI: Als agentschap met baten-lastenstelsel, dient het KNMI een reservering te treffen voor de verlofuren van het personeel. Aangezien KNMI dit niet doorberekend in de tarieven, worden de kosten voor 2025 in één keer gedekt. Dit bedraagt € 1,8 miljoen. Daarnaast is de dienstverlening in Caribisch Nederland duurder uitgevallen dan verwacht, als gevolg van eerdere verslijting van apparatuur, bepalingen uit de nieuwe CAO en nieuwe internationale normen voor vulkaanmonitoring. De kosten hiervoor liggen op € 0,6 miljoen.

Het verschil van € 0,1 miljoen wordt verklaard door diverse kleine mutaties.

2 Aardobservatie

De uitgavenmutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Ontvangsten

Er hebben geen ontvangstenmutaties plaatsgevonden op dit artikel.

3.12 Artikel 24 Inspectie Leefomgeving en Transport

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 16 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 24 Inspectie Leefomgeving en Transport (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

236.085

2.586

238.671

     
 

Uitgaven

238.390

2.586

240.976

     

24.1

Personele uitgaven

206.637

‒ 1.314

205.323

 

Personele uitgaven

206.637

‒ 1.314

205.323

 

Eigen personeel

187.571

686

188.257

 

Externe Inhuur

19.066

‒ 2.000

17.066

24.2

Materiële uitgaven

31.753

3.900

35.653

 

Materiële uitgaven

31.753

3.900

35.653

 

ICT

4.042

592

4.634

 

Bijdragen aan SSOs

12.655

839

13.494

 

overige materiele uitgaven

15.056

2.469

17.525

     
 

Ontvangsten

15.864

0

15.864

     

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Verplichtingen

De verplichtingenmutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Uitgaven

1 Personele uitgaven

De uitgavenmutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

2 Materiële uitgaven

De uitgavenmutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Ontvangsten

Er hebben geen ontvangstenmutaties plaatsgevonden op dit artikel.

3.13 Artikel 25 Brede Doeluitkering

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 17 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 25 Brede Doeluitkering (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

1.095.657

109.988

1.205.645

     
 

Uitgaven

1.320.281

0

1.320.281

     

25.1

Brede doeluitkering

1.320.281

0

1.320.281

 

Bijdrage aan medeoverheden

1.320.281

0

1.320.281

 

Overige bijdragen

1.320.281

0

1.320.281

     
 

Ontvangsten

0

0

0

     

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Verplichtingen

Omdat de Brede Doeluitkering (BDU) Verkeer en Vervoer formeel een Specifieke Uitkering (SPUK) is en in het Hoofdlijnenakkoord een korting op SPUK-middelen is opgenomen, was ook de BDU als maatregel gekort. Deze maatregel ging gepaard met een korting van 10%.

De voorgenomen korting voor 2026 uit het HLA is bij augustusbesluitvorming 2025 volledig teruggedraaid. Omdat volgens de BDU-systematiek de verplichtingen voorafgaand aan het jaar van betaling worden aangegaan, vindt nu een verplichtingenophoging van € 110,0 miljoen plaats om de beschikking over 2026 af te kunnen geven.

Het kabinet heeft besloten dat de BDU Verkeer en Vervoer als SPUK kan blijven bestaan. De Kamer is hier reeds eerder over geïnformeerd1.

Uitgaven

1 Brede doeluitkering

Er hebben geen uitgavenmutaties plaatsgevonden op dit artikel.

Ontvangsten

Er hebben geen ontvangstenmutaties plaatsgevonden op dit artikel.

3.14 Artikel 26 Bijdrage Investeringsfondsen

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 18 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 26 Bijdrage Investeringsfondsen (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

10.589.431

‒ 81.979

10.507.452

     
 

Uitgaven

10.589.431

‒ 78.979

10.510.452

     

26.1

Bijdrage Mobiliteitsfonds

9.009.317

‒ 79.037

8.930.280

 

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

9.009.317

‒ 79.037

8.930.280

 

Overige bijdragen

9.009.317

‒ 79.037

8.930.280

26.2

Bijdrage Deltafonds

1.580.114

58

1.580.172

 

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

1.580.114

58

1.580.172

 

Overige bijdragen

1.580.114

58

1.580.172

     
 

Ontvangsten

0

0

0

     

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Uitgaven

1. Bijdrage aan het Mobiliteitsfonds

De bijdrage vanuit de beleidsbegroting Hoofdstuk XII aan het Mobiliteitsfonds is met - € 79,0  miljoen afgenomen. Voor meer details wordt verwezen naar de tweede suppletoire begroting 2025 van het Mobiliteitsfonds.

2. Bijdrage aan het Deltafonds

De bijdrage vanuit de beleidsbegroting Hoofdstuk XII aan het aan het Deltafonds is met € 0,1 miljoen verhoogd. Voor meer details wordt verwezen naar de tweede suppletoire begroting 2025 van het Deltafonds.

Ontvangsten

Op dit artikel worden geen ontvangsten geboekt.

4 Niet-beleidsartikelen

4.1 Artikel 97 Algemeen Kerndepartement

Tabel 19 Algemeen Kerndepartement (Bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

61.247

‒ 6.378

54.869

     
 

Uitgaven

69.211

693

69.904

     

97.1

Algemeen departement

66.233

693

66.926

 

Opdrachten

50.901

448

51.349

 

van A naar Beter

1.799

‒ 90

1.709

 

Externe juridische advisering

3.363

0

3.363

 

Onderzoeken PBL

4.641

‒ 266

4.375

 

Onderzoeken ANVS

3.761

‒ 1.022

2.739

 

DCC

9.229

‒ 749

8.480

 

Regeringsvliegtuig

16.251

0

16.251

 

Overige opdrachten

11.857

2.575

14.432

 

Subsidies (regelingen)

29

0

29

 

Overige subsidies

29

0

29

 

Bijdrage aan agentschappen

15.303

245

15.548

 

Bijdrage aan agentschap RWS

3.480

53

3.533

 

Bijdrage aan agentschap KNMI

3.182

0

3.182

 

Overige bijdragen

8.641

192

8.833

97.3

Testen reizigers

2.978

0

2.978

 

Opdrachten

2.978

0

2.978

 

Testen COVID-19

2.978

0

2.978

     
 

Ontvangsten

3.116

0

3.116

     

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Verplichtingen

De verlaging van het verplichtingenbudget met € 7,6 miljoen wordt voornamelijk veroorzaakt door de hieronder toegelichte mutaties en:

  • de eenzijdige verplichtingenverlaging voor het regeringsvliegtuig, als correctie op de eerdere dit jaar eenzijdige verhoging (€ 5,6 miljoen) voor het exploitatiecontract met KLM. Inmiddels zijn van andere departementen bijdragen hiervoor ontvangen.

  • Voor de extra uitgaven van de NAVO-top zijn de verplichtingen eerder aangegaan (€ 2,2 miljoen);

  • Verplichting ophoging voor onderzoeksopdrachten van PBL (- € 0,5 miljoen).

Uitgaven

1 Algemeen departement

De uitgavenmutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

2 Testen reizigers

Er hebben geen uitgavenmutaties plaatsgevonden op dit artikelonderdeel.

Ontvangsten

Er hebben geen ontvangstenmutaties plaatsgevonden op dit artikel.

4.2 Artikel 98 Apparaat Kerndepartement

Tabel 20 Apparaatsuitgaven Kerndepartement (Bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

545.112

53.983

599.095

     
 

Uitgaven

559.165

‒ 1.821

557.344

     

98.1

Personele uitgaven

416.866

4.500

421.366

 

Personele uitgaven

416.866

4.500

421.366

 

Eigen personeel

365.248

9.214

374.462

 

Externe inhuur

50.743

‒ 5.090

45.653

 

Overige personele uitgaven

875

376

1.251

98.2

Materiële uitgaven

142.299

‒ 6.321

135.978

 

Materiële uitgaven

142.299

‒ 6.321

135.978

 

ICT

50.594

‒ 2.125

48.469

 

Bijdrage aan SSO's

65.082

2.441

67.523

 

Overige materiële uitgaven

26.623

‒ 6.637

19.986

     
 

Ontvangsten

5.392

595

5.987

     

Toelichting

Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument, de verplichtingen en de ontvangsten een toelichting gegeven op de mutaties ten opzichte van de september suppletoire begroting 2025. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

Verplichtingen

De verhoging van het verplichtingenbudget met € 54 miljoen wordt veroorzaakt door de hieronder toegelichte mutaties en:

  • De vastlegging van de opdracht voor licenties voor het bedrijfsvoeringssysteem voor de periode van 2025 tot en met 2030, waarvoor een verplichtingenschuif noodzakelijk is (€ 17,5 miljoen);

  • Voor het vastleggen van de dienstverleningsovereenkomst met SSC/ICT2026 is een verplichtingenschuif nodig van 2026 naar 2025 (€ 31 miljoen);

  • Verplichtingenschuif in verband met het vastleggen contractuele verplichting PPP (Proces Primair Platform) die van tot 2030 doorloopt, waarvoor een verplichtingenschuif naar 2025 noodzakelijk is (€ 6,3 miljoen).

Uitgaven

1 Personele uitgaven

Eigen personeel: De uitgaven op eigen personeel is met € 9,2 miljoen verhoogd en wordt met name verklaard door:

  • Ingevulde taakstelling uit het RegeerAkkoord en niet gedekte inzet voor Duurzame Mobiliteit (DUMO) (€ 3,8 miljoen);

  • Extra detachering ter vervanging van externe inhuur en langdurig zieken o.a. t.b.v. Luchtvaartprogramma (€ 1,6 miljoen);

  • Interdepartementale overboekingen o.a. een nabetaling van LPO 2024 aan PBL door EZ voor de Rekenmeesterfunctie (€ 0,2 miljoen);

  • Toegenomen kosten corporate opleidingen die wordt gedekt uit het centrale prioriteitenbudget (€ 0,8 miljoen);

  • Een naheffing van de belastingdienst m.b.t. een overschrijding in het kader van de Werkkostenrekening 2024 (€ 3 miljoen)

  • Diverse mutaties (- € 0,2 miljoen).

Inhuur externen: De uitgaven op inhuur externen is met € 5,1 miljoen verlaagd en wordt met name verklaard door:

  • Meevaller bij project Vernieuwing Generieke Processen (VGP) door meer inzet eigen personeel en het combineren met andere projecten (€ 1,4 miljoen);

  • Minder inhuur bij project DUMO t.g.v. bijgestelde prognose (€ 1,7 miljoen);

  • Keuze voor inzet d.m.v. detachering i.p.v. inhuur o.a. bij ten behoeve van het Nationaal Milieu Programma (NMP) (€ 0,7 miljoen)

  • Bij project Horizon en de Vliegende Brigade wordt in plaats van inhuur een opdracht aan derden verstrekt (€ 0,7 miljoen);

  • Inzet eigen personeel i.p.v. inhuur voor luchtvaart (€ 0,1 miljoen);

  • Terughoudendheid met inhuur op vacatureruimte (€ 0,3 miljoen);

  • Extra inzet voor het onderzoek naar fysieke leefomgeving door directie Participatie (- € 0,2 miljoen);

  • Diverse bijgestelde prognoses (€ 0,4 miljoen).

2 Materiële uitgaven

ICT: De uitgaven op ICT is met € 2,1 miljoen verlaagd en wordt met name verklaard door:

  • Meevaller Vernieuwing Generieke Processen vanwege inzet eigen capaciteit i.p.v. opdrachtverstrekking (€ 0,7 miljoen);

  • Voor project Horizon wordt in plaats van inhuur een opdracht aan derden verstrekt (- € 0,6 miljoen);

  • Vertraging bij de Europese aanbesteding van het project Informatie Gedreven Werken (€ 0,5 miljoen);

  • Meer opdrachten/uitgaven t.b.v. o.a. Horizon, Open Overheid en het documentmanagementsysteem worden uitgevoerd door SSC ICT (€ 0,3 miljoen); 

  • Interdepartementale overboeking naar BZK n.a.v. de nota Kostenverdeelnotitie Rijksbrede ICT-voorzieningen 2025 (€ 0,4 miljoen);

  • Vertraging bij de uitrol van project Horizon doordat er geen tijdige testcapaciteit gemobiliseerd kon worden (€ 0,7 miljoen);

  • Gestegen kosten kantoorautomatisering a.g.v. prijsstijgingen (- € 0,6 miljoen);

  • Diverse kleine overschotten t.g.v. IenW brede beeld (€ 0,6 miljoen);

  • Diverse mutaties (€ 0,1 miljoen).

Bijdrage aan SSO's: De bijdragen aan SSO's zijn met € 2,4 miljoen verhoogd en wordt met name verklaard door:

  • Opgelegde prijsstijgingen van rijksbrede SSO’s (€ 2,8 miljoen);

  • Opdrachten m.b.t. project Open Overheid en update van het document worden deels door SSC ICT uitgevoerd managementsysteem (€ 0,3 miljoen);

  • De afname van diensten bij OenP rijk was lager dan begroot, bijdragen van diensten voor rijkstrainees en een aantal projecten op de Rijnstraat, door FM-Haaglanden, zijn niet doorgegaan/vertraagd dit jaar (- € 0,6 miljoen);

  • Diverse mutaties (- € 0,1 miljoen).

Overige materiële uitgaven: De uitgaven op overige materiële uitgaven is met € 6,6 miljoen verlaagd. Dit wordt met name veroorzaakt door:

  • Bijdragen aan ILT en RWS voor de invulling van de Banenafspraak (werkplekken voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt € 3,6 miljoen);

  • de toename van het aantal uit te voeren veiligheidsonderzoeken voor werknemers (- € 0,6 miljoen);

  • Toegenomen corporate organisatieontwikkeling (- € 0,2 miljoen);

  • Bijdrage kosten CO2 prestatieladder, in het kader van duurzaamheid (- € 0,4 miljoen);

  • Door een terugval in het aantal vacatures kunnen diverse werkzaamheden, in het kader van werving en selectie, die aan RWS zijn uitbesteed afgeschaald worden. Dit budget wordt door RWS teruggegeven (- € 0,5 miljoen);

  • Interdepartementale overboeking naar JenV van middelen ter uitvoering van Versterken SOC Stelsel Rijk (VSSR) door het Nationaal Cybersecurity Centrum (NCSC) (€ 0,3 miljoen);

  • Afrekening aan BZK, Directoraat-generaal Digitalisering en Overheidsorganisatie (DGDOO) voor generieke dienstverlening i.h.k.v. sturing en ontwikkeling van digitalisering binnen de overheid (€ 0,7 miljoen);

  • Herschikking uit het centrale prioriteitenbudget naar Eigen personeel t.b.v. toegenomen uitgaven voor corporate opleidingen (€ 0,8 miljoen);

  • Diverse kleine overschotten t.g.v. het IenW brede beeld (€ 0,6 miljoen);

  • Gereserveerde deel van ontvangen LPO t.g.v. het IenW brede beeld (€ 1,1 miljoen);

  • Herschikking voor extra inhuur voor het onderzoek naar fysieke leefomgeving door directie Participatie (€ 0,2 miljoen);

  • Herschikking uit het centrale prioriteitenbudget naar ICT t.b.v. de toegenomen kosten voor kantoorautomatisering a.g.v. prijsstijgingen (€ 0,6 miljoen);

  • Diverse mutaties (€ 0,4 miljoen).

Ontvangsten

De ontvangsten mutaties zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht. Zie voor de gehanteerde norm de leeswijzer.

4.3 Artikel 99 Nog onverdeeld

Tabel 21 Nog onderdeeld (Bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire begrotingen, NvW en amendementen) (1)

Mutaties 2e suppletoire begroting (2)

Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2)

Art.

Verplichtingen

0

0

0

     
 

Uitgaven

0

0

0

     

99.1

Nog Onverdeeld

0

0

0

 

Nog te verdelen

0

0

0

 

Nog te verdelen

0

0

0

     
 

Ontvangsten

0

0

0

     

Toelichting

Er hebben geen mutaties op dit artikel bij de tweede suppletoire begroting plaatsgevonden.

5 Agentschappen

5.1 Agentschap Rijkswaterstaat

Tabel 22 Exploitatieoverzicht agentschap Rijkswaterstaat Tweede suppletoire begroting 2025 (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

(1) Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen)

(2) Mutaties 2e suppletoire begroting

Totaal geraamd(3) = (1) + (2)

Baten

   

Omzet

4.641.471

59.318

4.700.789

waarvan omzet moederdepartement

3.892.265

50.590

3.942.855

waarvan omzet overige departementen

111.741

‒ 9.660

102.081

waarvan omzet derden

254.706

31.453

286.159

waarvan Saldo Op Ontvangen Bijdragen voor exploitatie en onderhoud

267.676

27.082

294.758

waarvan Saldo Op Ontvangen Bijdragen voor te verlenen diensten

115.083

‒ 40.147

74.936

Rentebaten

32.867

‒ 1.805

31.062

Vrijval voorzieningen

0

0

0

Bijzondere baten

1.500

0

1.500

Totaal baten

4.675.838

57.513

4.733.351

    

Lasten

   

Apparaatskosten

1.714.380

33.972

1.748.352

- Personele kosten

1.369.632

6.650

1.376.282

waarvan eigen personeel

1.219.216

20.726

1.239.942

waarvan inhuur externen

94.206

‒ 12.406

81.800

waarvan overige personele kosten

56.210

‒ 1.670

54.540

- Materiele kosten

344.748

27.322

372.070

waarvan apparaat ICT

58.952

4.672

63.624

waarvan bijdrage aan SSO's

76.534

6.065

82.600

waarvan overige materiele kosten

209.262

16.584

225.846

Kosten uitbesteed werk en andere externe kosten

2.987.963

13.188

3.001.151

Rentelasten

2.568

‒ 178

2.390

Afschrijvingskosten

18.994

‒ 378

18.616

- Materieel

18.962

‒ 378

18.584

waarvan apparaat ICT

4.774

70

4.844

waarvan overige materiele afschrijvingskosten

14.188

‒ 448

13.740

- Immaterieel

32

0

32

Overige lasten

8.000

2.935

10.935

waarvan dotaties voorzieningen

8.000

2.435

10.435

waarvan bijzondere lasten

0

500

500

Totaal lasten

4.731.905

49.539

4.781.444

Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening

‒ 56.067

7.974

‒ 48.093

Agentschapsdeel Vpb-lasten

1.300

‒ 1.838

‒ 538

Saldo van baten en lasten

‒ 57.367

9.812

‒ 47.555

Dotatie/onttrekking aan reserve Rijksrederij

2.435

‒ 2.435

0

Te verdelen resultaat

‒ 59.802

12.247

‒ 47.555

Toelichting

Baten

Omzet

Omzet moederdepartement

De hoger omzet moederdepartement ten opzichte van de suppletoire begroting september (SBS) 2025 ad. € 50,6 miljoen wordt met name veroorzaakt door:

  • Bijdrage ter dekking van de dotatie aan de verlofreservering, die als gevolg van de invoering van het IKB-spaarverlof en de verruiming van het aantal IKB-uren aanzienlijk is gestegen (€ 20 miljoen);

  • middelen van het ministerie van Klimaat en Groene Groei voor Exploitatie en Onderhoud van sensors voor Maritiem InformatieVoorzieningen Servicepunt I (MIVSP-1) (6,8 miljoen);

  • compensatie voor ongeplande kosten die voortkomen uit maatregelen die nodig zijn door de ingestelde grenscontroles in Duitsland (€ 5 miljoen);

  • middelen ter dekking van uitgaven op het Asfaltdossier in het kader van Klimaatneutrale en Circulaire Infrastructuur (KCI) (€ 4,3 miljoen);

  • middelen in het kader van de Banenafspraak Arbeidsbeperkten (€ 3,1 miljoen);

  • aanvullende programmamiddelen voor het uitvoeren van het onderzoeksprogramma 2025 voor de water en bodemopgaven. Dit onderzoeksprogramma wordt uitgevoerd onder de Subsidieregeling Instituten voor Toegepast Onderzoek (SITO-regeling) (€ 2,4 miljoen);

  • middelen voor Nationaal Dataportaal Wegverkeer (NDW) ten behoeve van het Nationaal Toegangspunt Mobiliteitsdata (NTM) programmaplan (€ 2,4 miljoen);

  • bijdrage voor Beheer en onderhoud van het modelinstrumentarium van Deltares (€ 2 miljoen);

  • middelen van het ministerie van Klimaat en Groene Groei voor MISVP-2, deelproject AI beeldherkenning vogels (€ 2 miljoen);

  • het restant betreft verschillende mutaties kleiner dan € 1,0 miljoen (€ 2,6 miljoen).

Omzet overige departementen

De lagere omzet overige departementen ten opzichte van de suppletoire begroting september 2025 ad. € -9,7 miljoen wordt met name veroorzaakt doordat de Rijksrederij lagere tarieven bij de opdrachtgevers in rekening brengt. De lagere tarieven zijn het gevolg van lagere brandstofprijzen dan begroot en het verschuiven van de inhuur van het extra handhavingsvaartuig naar 2026.

Omzet derden

Ten opzichte van de suppletoire begroting september 2025 neemt de omzet derden naar verwachting toe met € 31,5 miljoen. Dit wordt met name veroorzaakt door hogere verwachte energieopbrengst, omdat vanaf 2025 de opbrengsten voor het windmolenpark Maasvlakte II niet meer gesaldeerd worden (€ 27,5 miljoen). Daarnaast nemen naar verwachting de opbrengsten op Ingebruikgeving van vastgoed toe als gevolg van indexering van de tarieven (€ 5,1 miljoen). Het restant betreft mutaties kleiner van € 1 miljoen (€ -1,1 miljoen).

Saldo Op Ontvangen Bijdragen voor exploitatie en onderhoud

Onder dit saldo vallen de ontvangsten en uitgaven die samenhangen met afspraken over het Basis Kwaliteitsniveau (BKN). De huidige prognose geeft het beeld dat RWS meer opdrachten in de markt zal zetten dan het aan opbrengsten ontvangt. Op basis daarvan is het de verwachting dat het saldo met € 294,8 miljoen zal afnemen, waar dit bij suppletoire begroting september nog een verwachte afname van € 267,7 miljoen was.

Saldo Op Ontvangen Bijdragen voor te verlenen diensten

Onder dit saldo vallen de ontvangsten en uitgaven in het kader van planstudies, Caribisch Nederland, werken voor en met partners, aanvullende opdrachten van het moederdepartement die niet tot BKN behoren en overige opdrachten. De huidige prognose geeft het beeld dat RWS minder opdrachten kan uitvoeren dan werd verwacht bij het opstellen van de suppletoire begroting september 2025, waardoor de uitvoering in 2025 lager uitkomt dan verwacht bij suppletoire begroting september. Als gevolg hiervan is het de verwachting dat het saldo € 40,1 miljoen minder zal afnemen ten opzichte van de suppletoire begroting september. Over heel 2025 wordt per saldo wel een afname van het Saldo Op Ontvangen Bijdragen voor te verlenen diensten verwacht van € 74,9 miljoen.

Rentebaten

Voor 2025 zijn de verwachte rentebaten lager dan waarvan bij suppletoire begroting september 2025 is uitgegaan (€ -1,8 miljoen). Dit is het gevolg van verdere daling van de rentepercentages in combinatie met een lagere rekening-courant stand bij het ministerie van Financiën.

Nieuwe Regeling Agentschappen

Per 1 januari 2025 is de nieuwe Regeling Agentschappen ingegaan. In verband met het overgangsjaar naar de nieuwe regeling is voor het uitvoeringsjaar 2025 het exploitatieoverzicht conform de begroting 2025 opgesteld. De nieuwe regeling geeft de mogelijkheid voor bekostiging op basis van output en/of input. Voor de uitvoering van het jaar 2025 wordt daarom naast het exploitatieoverzicht inzicht gegeven in de nieuwe categorieën van baten.

De bekostiging van RWS vindt plaats door middel van input-bekostiging. Dit houdt in dat er afspraken zijn gemaakt tussen de eindverantwoordelijke binnen een agentschap, de continuïteitsverantwoordelijke en tenminste één beleidsverantwoordelijke over een bijdrage voor de ingezette middelen of arbeidskrachten. Hierbij bestaat een relatie tussen de bekostiging en de ingezette middelen, in plaats van de uiteindelijke realisatie van de diensten of producten. Deze bekostigingsvorm is dus gebaseerd op het leveren van een inspanning.

Tabel 23 Nieuwe categorieën van baten (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

(1) Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen)

(2) Mutaties 2e suppletoire begroting

Totaal geraamd(3) = (1) + (2)

    

Baten als tegenprestatie voor levering van input

4.258.712

72.383

4.331.095

waarvan bijdrage aan apparaat (interne kosten)

1.679.218

44.718

1.723.936

waarvan bijdrage aan exploitatie en onderhoud

2.462.876

19.497

2.482.373

waarvan bijdrage aan te verlenen diensten

116.618

8.168

124.786

Baten uit reeds ontvangen bijdragen voor levering van input

382.759

‒ 13.065

369.694

waarvan Saldo Op Ontvangen Bijdragen voor exploitatie en onderhoud

267.676

27.082

294.758

waarvan Saldo Op Ontvangen Bijdragen voor te verlenen diensten

115.083

‒ 40.147

74.936

Rentebaten

32.867

‒ 1.805

31.062

Vrijval voorzieningen

0

0

0

Bijzondere baten

1.500

0

1.500

Totaal baten

4.675.838

57.513

4.733.351

Toelichting

Baten als tegenpresentatie voor levering van input

Bijdrage aan apparaat

De bijdrage aan apparaat dient ter dekking van de interne kosten van RWS (apparaatskosten inclusief rente- en afschrijvingskosten) die verband houden met exploitatie, onderhoud en vernieuwing, ontwikkeling en beleidsondersteuning en –advisering.

De hogere bijdrage aan apparaat ten opzichte van de suppletoire begroting september 2025 ad. € 44,7 miljoen is met name veroorzaakt door:

  • Hogere energie opbrengsten, omdat vanaf 2025 de opbrengsten voor het windmolenpark Maasvlakte II niet meer gesaldeerd worden (€ 21,1 miljoen);

  • bijdrage ter dekking van de dotatie aan de verlofreservering, die als gevolg van de invoering van het IKB-spaarverlof en de verruiming van het aantal IKB-uren aanzienlijk is gestegen (€ 20 miljoen);

  • een hogere verwachte opbrengt op Ingebruikgeving van gebouwen door indexatie van de tarieven (€ 5,2 miljoen);

  • middelen in het kader van de Banenafspraak Arbeidsbeperkten (€ 3,1 miljoen);

  • middelen van het ministerie van Klimaat en Groene Groei voor Exploitatie en Onderhoud van sensors voor Maritiem Informatievoorzieningen Servicepunt I (MIVSP-1) (2,8 miljoen);

  • middelen voor Nationaal Toegangspunt Mobiliteitsdata (NTM) programmaplan (€ 2,4 miljoen);

  • lagere tarieven vanuit de Rijksrederij aan opdrachtgevers als gevolg van lagere brandstofprijzen dan begroot en het verschuiven van de inhuur van het extra handhavingsvaartuig naar 2026. (€ -8,7 miljoen);

  • het saldo van mutaties < € 1 miljoen (€ -1,2 miljoen).

Bijdrage aan exploitatie en onderhoud

De bijdrage aan exploitatie en onderhoud dient ter dekking van de externe kosten die samenhangen met afspraken over het basiskwaliteitsniveau (BKN) voor exploitatie en onderhoud.

De hogere bijdrage aan exploitatie en onderhoud ten opzichte van de suppletoire begroting september 2025 ad. € 19,5 miljoen is met name veroorzaakt door:

  • Hogere verwachte energieopbrengst, omdat vanaf 2025 de opbrengsten voor het windmolenpark Maasvlakte II niet meer gesaldeerd worden (€ 6,4 miljoen);

  • compensatie voor ongeplande kosten die voortkomen uit maatregelen die nodig zijn door de ingestelde grenscontroles in Duitsland (€ 5 miljoen);

  • middelen ter dekking van uitgaven op het Asfaltdossier in het kader van Klimaatneutrale en Circulaire Infrastructuur (KCI) (€ 4,3 miljoen);

  • bijdrage voor beheer en onderhoud van het modelinstrumentarium van Deltares (€ 2 miljoen);

  • het restant betreft verschillende mutaties kleiner dan € 1,0 miljoen (€ 1,8 miljoen).

Bijdrage aan te verlenen diensten

De bijdragen aan te verlenen diensten dient ter dekking van de externe kosten in het kader van planning en studies, Caribisch Nederland, Werken voor en met Partners, aanvullende opdrachten van het moederdepartement die niet tot BKN behoren en overige opdrachten. 

De hogere bijdrage aan te verlenen diensten ten opzichte van de suppletoire begroting september 2025 (€ 8,2 miljoen) is met name het gevolg van:

  • Middelen van het ministerie van Klimaat en Groene Groei voor Exploitatie en Onderhoud van sensors voor Maritiem Informatievoorzieningen Servicepunt I (MIVSP-1) (€ 4,0 miljoen);

  • aanvullende programmamiddelen voor het uitvoeren van het onderzoeksprogramma 2025 voor de water en bodemopgaven. Dit onderzoeksprogramma wordt uitgevoerd onder de Subsidieregeling Instituten voor Toegepast Onderzoek (SITO-regeling) (€ 2,4 miljoen);

  • middelen van het ministerie van Klimaat en Groene Groei voor MISVP-2, deelproject AI beeldherkenning vogels (€ 2 miljoen);

  • het restant betreft verschillende mutaties kleiner dan € 1,0 miljoen (€ -0,2 miljoen).

In onderstaand overzicht is weergegeven hoe de huidige omzetcategorieen, stand Tweede suppletoire begroting 2025, uiteenvallen in de nieuwe specificatie van baten.

Tabel 24 Vertaling van huidige omzetcategorieen naar nieuwe categorieën van baten (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Bijdrage aan apparaat (interne kosten)

Bijdrage aan exploitatie en onderhoud

Bijdrage aan te verlenen diensten

Totaal omzet

Omzet moederdepartement

1.538.316

2.304.264

100.275

3.942.855

Omzet overige departementen

83.923

 

18.158

102.081

Omzet derden

101.697

178.109

6.353

286.159

Totaal baten als tegenpresentatie voor levering van input

1.723.936

2.482.373

124.786

4.331.095

Lasten

Apparaatskosten

Personele kosten

De personele kosten bestaan uit de kosten van het eigen personeel en de kosten van de ingehuurde capaciteit voor de uitvoering van kerntaken.

Eigen personeel

De verdere toename van de kosten eigen personeel ten opzichte van de suppletoire begroting september ad. € 20,7 miljoen zijn met name het gevolg van Verambtelijking in het kader van de taakstelling Kabinet Schoof en de wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA). Daarnaast leidt ook de toekenning van tijdelijke opdrachten vanuit IenW en overige departementen tot verwachte extra personeelskosten. Tot slot is uitstroom lager dan de afgelopen jaren. Eén van de HeRA maatregelen (Herstelplan RWS Agentschap) is het vertragen van vervanging bij uitstroom. Deze maatregel levert minder besparing op dan verwacht.

Inhuur externen

De lagere verwachte inhuur dan ingeschat bij suppletoire begroting september (€ -12,4 miljoen) zijn met name het gevolg van Verambtelijking in het kader van de taakstelling Kabinet Schoof en de wet DBA. Daarnaast is de lagere verwachte inhuur ook het gevolg van het beperken van inhuur vanuit HeRA.

Materiële kosten

De materiële kosten bestaan uit de kosten voor apparaat gebonden ICT-middelen, de bijdrage aan SSO’s die bedrijfsvoeringsdiensten leveren en overige materiële kosten.

De verwachte materiële kosten zijn hoger dan bij suppletoire begroting september (€ 27,3 miljoen), door verwachte toename van de apparaat gebonden ICT (€ 4,7 miljoen). In 2025 worden alle laptops overgezet naar Windows 11. Dit zorgt voor extra kosten bij de servicedesk. Daarnaast zijn de licentiekosten voor applicaties toegenomen door prijsstijgingen.

Daarnaast verwacht RWS een hogere bijdrage aan SSO’s, die voornamelijk wordt veroorzaakt door stijging van de huren (€ 6,1 miljoen).

Tenslotte verwacht RWS een verdere toename van de realisatie van overige materiële kosten ten opzichte van de suppletoire begroting september (€ 16,6 miljoen). De oorzaak hiervan is dat vanaf 2025 de kosten voor het windmolenpark Maasvlakte II nier meer gesaldeerd worden. Hierdoor stijgen zowel de opbrengsten als de kosten met € 21,1 miljoen. Zonder deze wijziging zouden de kosten dalen conform de verwachting van de HeRA maatregelen op materiële kosten en de lagere brandstofkosten bij de Rijksrederij.

Overige lasten

Dotaties voorzieningen

De toename van de dotaties is met name het gevolg van een dotatie aan de voorziening groot onderhoud vaartuigen (€ 2,4 miljoen). De verwachte dotatie aan de voorziening groot onderhoud vaartuigen stijgt hiermee van € 8,0 miljoen naar € 10,4 miljoen.

Agentschapsdeel Vpb lasten

In de suppletoire begroting september is rekening gehouden met een Vennootschapsbelasting last als gevolg van opbrengsten van het windmolenpark Maasvlakte II. Het grootste deel van deze opbrengsten komt ten gunste van Kosten uitbesteed werk en andere externe kosten. Daar wordt nu ook de Vpb last voor dat deel van de opbrengst verantwoord.

Dotatie/onttrekking aan reserve Rijksrederij

Het verschil tussen de afschrijvingskosten en rentekosten op basis van historische kostprijs en de afschrijvingskosten en rentekosten op basis van vervangingswaarde bedraagt dit jaar naar verwachting € 10,4 miljoen. Dit bedrag wordt volledig gedoteerd aan de voorziening groot onderhoud vaartuigen voor de investeringen die worden gevraagd om de bestaande vloot varende te houden. Dit heeft te maken met wijzigingen in de planning en omvang van het levensduur verlengend onderhoud.

Te verdelen resultaat

In vergelijking met de suppletoire begroting september valt het resultaat minder negatief uit (€ -12,2 miljoen). Dit is met name het gevolg van de ontvangen bijdrage ter dekking van de dotatie aan de verlofreservering en uitwerking van genomen HeRA maatregelen.

Tabel 25 Kasstroomoverzicht agentschap Rijkswaterstaat Tweede suppletoire begroting 2025 (bedragen x € 1.000)
 

Omschrijving

(1) Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen)

(2) Mutaties 2e suppletoire begroting

Totaal geraamd(3) = (1) + (2)

1.

Rekening courant RHB 1 januari 2025

1.433.699

 

1.433.699

 

Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

4.293.079

70.578

4.363.657

 

Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

‒ 4.706.211

‒ 45.644

‒ 4.751.855

2.

Totaal operationele kasstroom

‒ 413.132

24.934

‒ 388.198

 

Totaal investeringen (-/-)

‒ 57.498

21.317

‒ 36.181

 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

  

0

3.

Totaal investeringskasstroom

‒ 57.498

21.317

‒ 36.181

 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

0

0

0

 

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

0

0

0

 

Aflossingen op leningen (-/-)

‒ 15.887

359

‒ 15.528

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

54.623

‒ 21.136

33.487

4.

Totaal financieringskasstroom

38.736

‒ 20.777

17.959

5.

Rekening courant RHB 31 december 2025 (=1+2+3+4)

1.001.805

25.474

1.027.279

Toelichting

Operationele kasstroom

Hieronder vallen de ontvangsten en uitgaven uit de reguliere bedrijfsvoering.

De hogere ontvangsten operationele kasstroom ten opzichte van de suppletoire begroting september (€ 70,6 miljoen) worden met name veroorzaakt door hogere ontvangsten van het moederdepartement en derden. Zie hiervoor ook de toelichting onder «Omzet moederdepartement» en «Omzet derden».

De hogere uitgaven operationele kasstroom ten opzichte van de suppletoire begroting september ad. € 45,6 miljoen worden met name veroorzaakt door de hogere personele en materiële kosten en kosten uitbesteed werken andere externe kosten. Voor meer toelichting wordt verwezen naar hetgeen is opgenomen onder de posten personele en materiële kosten.

Investeringskasstroom

Hieronder vallen de investeringen in nieuwe en bestaande activa en de boekwaarden, boekwinsten en boekverliezen van de verschrootte en verkochte vaste activa.

De lagere investeringen ten opzichte van de suppletoire begroting september ad. € 21,3 miljoen bestaat uit meerdere delen:

  • Lagere investering voor in totaal € -22,2 miljoen. Dit wordt met name veroorzaakt door de investeringsstop naar aanleiding van HeRA voor 2025;

  • investeringen waarvoor geen aanvraag op de leenfaciliteit meer mogelijk is, omdat het investeringsplafond was bereikt (€ 0,9 miljoen). Dit betreft met name investeringen in kantoorautomatisering (€ 0,8 miljoen) en Strooiers (€ 0,1 miljoen).  De investeringen voor kantoorautomatisering betreft de investering in nieuwe laptops. Dit is in jaren naar voren gehaald, omdat Windows 11 niet werkt op de vorige laptops.

Financieringskasstroom

Hieronder vallen alle geldstromen die te relateren zijn aan de financiering van RWS.

Het lagere beroep op de leenfaciliteit ten opzichte van de suppletoire begroting september ad. € 21,1 miljoen is met name het gevolg van de hierboven genoemde lagere investeringen.

5.2 Agentschap Koninklijk Nederlands Metereologisch Instituut

Tabel 26 Exploitatieoverzicht agentschap KNMI Tweede suppletoire begroting 2025 (bedragen x € 1.000)
 

(1) Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen)

(2) Mutaties 2e suppletoire begroting

(3) = (1) + (2) Totaal geraamd

Baten

   

- Omzet

121.875

‒ 140

121.735

waarvan omzet moederdepartement

77.266

‒ 69

77.197

waarvan omzet overige departementen

5.756

499

6.255

waarvan omzet derden

38.853

‒ 570

38.283

Rentebaten

400

‒ 50

350

Vrijval voorzieningen

   

Bijzondere baten

   

Totaal baten

122.275

‒ 190

122.085

    

Lasten

   

Apparaatskosten

104.111

‒ 2.236

101.875

- Personele kosten

64.626

‒ 587

64.039

waarvan eigen personeel

59.882

‒ 643

59.239

waarvan inhuur externen

4.744

56

4.800

waarvan overige personele kosten

   

- Materiële kosten

39.485

‒ 1.649

37.836

waarvan apparaat ICT

17.050

‒ 784

16.266

waarvan bijdrage aan SSO's

2.298

300

2.598

waarvan overige materiële kosten

20.137

‒ 1.165

18.972

Kosten uitbesteed werk en andere externe kosten

22.045

‒ 1.182

20.863

waarvan Aardobservatie

22.045

‒ 1.182

20.863

Rentelasten

150

0

150

Afschrijvingskosten

1.857

‒ 400

1.457

- Materieel

1.739

‒ 322

1.417

waarvan apparaat ICT

40

78

118

waarvan overige materiële afschrijvingskosten

1.699

‒ 400

1.299

- Immaterieel

118

‒ 78

40

Overige lasten

0

37

37

waarvan dotaties voorzieningen

   

waarvan bijzondere lasten

0

37

37

Totaal lasten

128.163

‒ 3.780

124.383

Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening

‒ 5.888

3.590

‒ 2.298

Agentschapsdeel Vpb-lasten

45

15

60

Saldo van baten en lasten

‒ 5.933

3.575

‒ 2.358

Toelichting

Baten

Omzet moederdepartement

Er zijn minimale verschillen in vergelijking met de vastgestelde begroting. Onderliggend zijn er grotere verschillen. Zo zijn extra baten opgenomen als gevolg van de toegekende claims inzake de verlofreservering (€ 1,9 miljoen) en de BES-dienstverlening (€ 0,6 miljoen). Daarnaast zijn er lagere baten gerealiseerd op Aardobservatie (€ -1,2 miljoen), Masterplan (€ -0,7 miljoen), Faciliteiten Toegepast Onderzoek-Duurzaamheid(€ -0,3 miljoen) en overige posten (€ -0,4 miljoen), als gevolg van vertraging op deze projecten.

Omzet overige departementen

De geraamde omzet is € 0,5 miljoen hoger dan de vastgestelde begroting. Dit betreffen baten vanuit LVVN inzake een nieuwe maatwerkopdracht voor natuurbrandbeheersing.

Omzet derden

De lagere omzet komt met name door lagere baten (- € 0,9 miljoen) uit hoofde van vertraging bij de uitbreiding van het seismisch netwerk. Daarnaast zijn er enkele eenmalige meevallers (€ 0,3) miljoen.

Nieuwe Regeling Agentschappen

Per 1 januari 2025 is de nieuwe Regeling Agentschappen ingegaan. In verband met het overgangsjaar naar de nieuwe regeling is voor het uitvoeringsjaar 2025 het exploitatieoverzicht conform de begroting 2025 opgesteld. De nieuwe regeling geeft de mogelijkheid voor bekostiging op basis van output en/of input. Voor de uitvoering van het jaar 2025 wordt daarom naast het exploitatieoverzicht inzicht gegeven in de nieuwe categorieën van baten.

Tabel 27 Nieuwe categorieën van baten (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

(1) Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen)

(2) Mutaties 2e suppletoire begroting

(3) = (1) + (2) Totaal geraamd

Baten

   

Baten als tegenprestatie voor de levering van producten en/of diensten

   

Baten als tegenprestatie voor levering van input

121.875

‒ 140

121.735

waarvan basisfinanciering

72.274

‒ 69

72.205

waarvan maatwerk

32.078

‒ 301

31.777

waarvan subsidieprojecten

17.523

230

17.753

Rentebaten

400

‒ 50

350

Vrijval voorzieningen

   

Bijzondere baten

   

Totaal baten

122.275

‒ 190

122.085

Toelichting

Baten als tegenprestatie voor levering van input

Waarvan basisfinanciering

Hogere baten door toevoegen extra middelen voor de BES dienstverlening (€ 0,6 miljoen) en verlofreservering (€ 1,9 miljoen). Daartegenover staan lagere baten voor aardobservatie (-€ 1,2 miljoen) door teruggave overschotten EUMETSAT en lagere baten FTO (-€ 0,3 miljoen), OCW   (-€ 0,2 miljoen) en bijzondere projecten (met name Masterplan (-€ 0,7 miljoen)) door vertraging in de uitvoering.

Waarvan maatwerk

Er zijn voor € 0,3 miljoen extra/hogere baten binnengehaald (LVVN, luchtvaart, e.a.), maar de baten voor uitbreiding van het seismologisch netwerk zijn € 0,6 miljoen lager door vertraging in de uitvoering.

Waarvan subsidieprojecten

De baten voor (nieuwe) subsidieprojecten zijn € 0,5 miljoen hoger, de baten voor de projecten Sesar en Tropomi zijn € 0,3 miljoen lager.

Rentebaten

Iets lagere rentebaten vanwege een dalend rentepercentage.

In onderstaand overzicht is weergegeven hoe de huidige omzetcategorieen, stand Tweede suppletoire begroting, uiteenvallen in de nieuwe specificatie van baten.

Tabel 28 Vertaling van huidige omzetcategorieen naar nieuwe categorieën van baten (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Bijdrage aan basisfinanciering

Bijdrage aan maatwerk

Bijdrage aan subsidieprojecten

Totaal omzet

Omzet moederdepartement

72.160

5.037

 

77.197

Omzet overige departementen

 

6.014

241

6.255

Omzet derden

45

20.726

17.512

38.283

Totaal baten als tegenpresentatie voor levering van input

72.205

31.777

17.753

121.735

Lasten

Personele kosten

Daling van de personele kosten wordt voornamelijk veroorzaakt door de ingezette bezuinigingen op overige personele kosten (met name reiskosten en opleidingskosten) en lagere kosten voor inbesteding.

Materiele kosten

Onderschrijding overig materieel vooral door vertraging in de aanbesteding en daardoor lagere kosten op het Masterplan de Bilt (€ -1,2 miljoen). Bij de uitbreiding van het seismisch netwerk (- € 0,4 miljoen) en overige posten (€ -0,2 miljoen) is ook vertraging opgetreden.

Afschrijvingskosten

Kleine onderschrijding als gevolg van vertraging van investeringen voor met name modernisering waarneemapparatuur.

Kosten uitbesteed werk en andere externe kosten

Onderschrijding komt door teruggave overschot EUMETSAT per 1 juli 2025 (€ 1,2 miljoen). Het overschot wordt door KNMI gesaldeerd met de te betalen contributie waardoor de realisatie op de contributies lager uitvalt.

Resultaat

Het begrote verlies is afgenomen van ‒ € 5,9 miljoen naar ‒ € 2,4 miljoen. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de toegekende claims, ingezette bezuinigingen, lagere materiele kosten agv vertraging op projecten, extra baten LVVN en lagere afschrijvingen uit hoofde van achterblijvende investeringen. Het nog resterende verlies wordt voor het overgrote deel veroorzaakt door een tweetal projecten waarvoor in 2025 een directe vermogensstorting heeft plaatsgevonden (Masterplan en WAU-3) en waarvoor nu dus geen baten genomen kunnen worden.

Tabel 29 Kasstroomoverzicht agentschap KNMI Tweede suppletoire begroting 2025 (bedragen x € 1.000)
 

Omschrijving

(1) Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen)

(2) Mutaties 2e suppletoire begroting

(3)=(1)+(2) Totaal geraamd

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2025

14.413

 

14.413

 

Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

7.990

‒ 400

7.590

 

Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

‒ 7.994

5.157

‒ 2.837

2.

Totaal operationele kasstroom

‒ 4

4.757

4.753

 

Totaal investeringen (-/-)

‒ 6.632

4.899

‒ 1.733

 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

   

3.

Totaal investeringkasstroom

‒ 6.632

4.899

‒ 1.733

 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

   
 

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

   
 

Aflossingen op leningen (-/-)

‒ 1.629

 

‒ 1.629

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

6.632

‒ 4.899

1.733

4.

Totaal financieringskasstroom

5.003

‒ 4.899

104

5.

Rekening-courant RHB 31 december 2025 (=1+2+3+4)

12.780

4.757

17.537

Toelichting

Operationele kasstroom

De operationele kasstroom stijgt met € 4,8 miljoen. De verklaring hiervoor is een daling van ontvangsten met € 0,4 miljoen. Dit is het gevolg van lagere afschrijvingskosten. Daarnaast dalen de uitgaven met € 5,2 miljoen, als gevolg van een vermindering van het begrote verlies van € 4,0 miljoen en lagere uitgaven aan EUMETSAT van € 1,2 miljoen.

Investeringskasstroom

Een aantal investeringen loopt vertraging op door onder andere een lange doorlooptijd inkoopproces (aanbesteding) en capaciteitsproblemen om investeringen te kunnen doen. Dit betreft de aanschaf van apparatuur voor de modernisering van het waarneemnetwerk (€ ‑1,3 miljoen), Faciliteiten Toegepast Onderzoek-Duurzaamheid (€ ‑1,5 miljoen), Zicht sensoren (€ ‑1,0 miljoen), seismologisch meetnetwerk (€ -0,2 miljoen) en overige kleine projecten (€ ‑0,9 miljoen).

Financieringskasstroom

Omdat er alleen wordt geleend voor gerealiseerde uitgaven neemt het beroep op de leenfaciliteit net als de investeringen af met € 4,9 miljoen.