Figuur 1 Geraamde uitgaven verdeeld over productartikelen en niet-beleidsartikelen (bedragen x € 1 miljoen). Totaal € 10.468,6 miljoen

Figuur 2 Geraamde ontvangsten verdeeld over productartikelen en niet-beleidsartikelen (bedragen x € 1 miljoen). Totaal € 482,2 miljoen

Figuur 3 Gemiddelde jaarlijkse uitgaven (+) en ontvangsten (-) per productartikel in de periode 2025–2039 (bedragen x € 1 mln). Gemiddelde Uitgaven: € 9.934 miljoen en Gemiddelde Ontvangsten: ‒ € 366 miljoen

Wetsartikel 1
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld.
Het wetsvoorstel strekt ertoe om de onderhavige begrotingsstaat voor het aangegeven jaar vast te stellen.
Alle voor dit jaar vastgestelde begrotingswetten tezamen vormen de Rijksbegroting voor dat jaar. Een toelichting bij de Rijksbegroting als geheel is opgenomen in de Miljoenennota.
Met de vaststelling van dit wetsartikel worden de uitgaven, verplichtingen en de ontvangsten vastgesteld. De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zogenoemde begrotingstoelichting).
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat R.Tieman
Voor u ligt de Ontwerpbegroting 2026 van het Mobiliteitsfonds (A).
Structuur
De opzet en structuur van de begroting voor het Mobiliteitsfonds zijn gebaseerd op de rijksbegrotingsvoorschriften van het Ministerie van Financiën. De begrotingstoelichting kent een opbouw waarbij afhankelijk van de informatievraag- en behoefte verder kan worden ingezoomd.
– Allereerst is de begroting(wet)staat voor het Mobiliteitsfonds voor het jaar 2026 opgenomen. Deze dient ter autorisatie van de budgetten die op artikelniveau in de verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen worden voorgesteld;
– In de Uitvoeringsagenda Mobiliteit is vervolgens inzichtelijk gemaakt welke projecten in 2026 worden opgeleverd en bij welke projecten de uitvoering in 2026 begint;
– Het laatste onderdeel van de agenda, Begroting op hoofdlijnen, verstrekt inzicht in de belangrijkste budgettaire voorstellen die leiden tot wijziging van de begroting. Hiermee kan in één oogopslag de inhoud van dit wetsvoorstel worden gezien;
– In de artikelgewijze toelichting bij dit wetsvoorstel zijn de MIRT-tabellen met de realisatieprojecten, reserveringen, vernieuwingsprogramma's alsmede de verkenningen en planuitwerkingprogramma’s opgenomen waarin de begrotingsmutaties op projectniveau zichtbaar zijn gemaakt. Deze MIRT-tabellen zijn in ieder geval voorzien van toelichtingen indien sprake is: 1) van een wijziging (anders dan door de verwerking van loon- en prijsbijstelling ) in het taakstellend projectbudget groter dan 10% of meer dan € 10 miljoen; 2) van een wijziging groter dan 1 jaar in de oplevering van het project. De stand vorig betreft de stand in de eerste suppletoire begroting 2025. Meer gedetailleerde informatie over de projecten die zich thans in de fase van verkenning, planuitwerking en realisatie bevinden, kunt u vinden in de individuele projectbladen van het MIRT Overzicht 2026. Voor de projecten in de MIRT tabellen is waar mogelijk een digitale verwijzing opgenomen naar het projectblad van dat project in het MIRT Overzicht;
– In de verdiepingsbijlage is door middel van een meerjarige mutatietabel (voor gehele looptijd van het fonds) op artikelonderdeelniveau de aansluiting gemaakt tussen de vorige stand van de begroting en de nu voorgestelde stand in de Ontwerpbegroting 2026. De grootste mutaties worden ook in de verdiepingsbijlage toegelicht (bijlage 1);
– De overige bijlagen geven voor enkele specifieke onderwerpen inhoudelijk meer toelichting, zoals de instandhoudingsbijlage, of betreffen overzichtsconstructies.
Normering
Mede naar aanleiding van overleg met de Tweede Kamer zijn in aanvulling op de rijksbegrotingsvoorschriften de onderstaande punten in deze begroting verwerkt:
– Naar aanleiding van de motie van de leden Van Helvert en Van Veldhoven (Kamerstukken II 2015–2016, 34 475 XII, nr. 12) worden bij alle begrotingsartikelen op het Mobiliteitsfonds en Deltafonds groter dan € 1 miljard de begrotingsmutaties boven de € 5 miljoen toegelicht. Dit heeft als praktische uitwerking dat bij de artikelen tussen de € 200 miljoen en € 1 miljard de ondergrens voor technische mutaties ook neerwaarts is bijgesteld. Voor beleidsmatige mutaties was er bij de artikelen van deze omvang reeds sprake van een ondergrens van € 5 miljoen. De norm voor het toelichten van de begrotingsmutaties op het niveau van artikelonderdeel is hiermee als volgt:
Omvang begrotingsartikel (stand Ontwerpbegroting in € miljoen)  | Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)  | Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)  | 
|---|---|---|
< 50  | 1  | 2  | 
≥ 50 en < 200  | 2  | 4  | 
≥ 200 < 1000  | 5  | 5  | 
≥ 1000  | 5  | 5  | 
– Op de productartikelen worden onder de desbetreffende tabel «budgettaire gevolgen van de uitvoering» na de begrotingsperiode extracomptabel de budgetten op het niveau van artikelonderdeel weergegeven voor de looptijd tot en met 2039.
– Voor Exploitatie, Onderhoud en Vernieuwing (Instandhouding) is een aparte bijlage 3 opgenomen.
Kasschuiven
In het Wetgevingsoverleg begrotingsonderzoek van 12 oktober 2016 is uitgebreid met de Kamer gesproken over kasschuiven op de fondsbegrotingen. In het kader van de informatievoorziening wordt hieronder aangegeven waarom deze kasschuiven worden doorgevoerd op de fondsbegrotingen en op welke plek de doorgevoerde kasschuiven in de begroting 2026 worden toegelicht.
Op de begrotingen van het Mobiliteitsfonds en het Deltafonds vinden jaarlijks kasschuiven plaats. Middels kasschuiven blijft het beschikbare kasbudget per jaar en per modaliteit aansluiten op de geactualiseerde programmering. Kasschuiven zijn altijd budgetneutraal, hetgeen betekent dat de hoeveelheid middelen die meerjarig beschikbaar is niet wijzigt als gevolg van de kasschuif. In de verdiepingsbijlage van het Mobiliteitsfonds zijn de significante kasschuiven in de begroting 2026 over de gehele looptijd van de begroting inzichtelijk gemaakt en toegelicht. Indien sprake is van politiek relevante (generale) kasschuiven dan worden deze tevens opgenomen en toegelicht in de begroting op hoofdlijnen. De begroting op hoofdlijnen treft u aan in hoofdstuk 2 Uitvoeringsagenda Mobiliteit.
Overzicht geschatte Budgetflexibiliteit
Gezien het specifieke karakter en samenhang van de begrote uitgaven op het Mobiliteitsfonds wordt de budgetflexibiliteit op de volgende manier berekend. Als juridisch verplichte uitgaven worden beschouwd: realisatieprojecten en programma’s, DBFM-contracten, apparaatsuitgaven en Exploitatie, Onderhoud en Vernieuwing (Instandhouding). De projecten en programma’s die in de planuitwerkings- en verkenningsfase zitten, worden gezien als bestuurlijk gebonden. (Risico)reserveringen zijn beleidsmatig gereserveerd. De generieke investeringsruimte wordt aangemerkt als vrij te besteden/niet juridisch verplicht.
Groeiparagraaf
Afschaffing voedingsartikel 19 Bijdragen andere begrotingen Rijk
Het gebruik van artikel 19 Bijdragen andere begrotingen Rijk van het Mobiliteitsfonds wordt opgeheven. Het Mobiliteitsfonds werd tot dusverre gevoed via de beleidsbegroting van Infrastructuur en Waterstaat, artikel 26 (XII). Met ingang van de begroting 2026 wordt het Mobiliteitsfonds direct gefinancierd vanuit de schatkist en worden overhevelingen van andere departementen rechtstreeks aan de betreffende artikelen op het Mobiliteitsfonds toegevoegd. Hierdoor wordt de administratieve last verminderd en wordt de verdeling van middelen tussen de beleidsbegroting XII en het Mobiliteitsfonds beter inzichtelijk gemaakt. Met het vervallen van artikel 19 komen ook de bijlage Voeding van het Mobiliteitfonds en de begrotingsstaat van artikelonderdeel 19 te vervallen.
Verdiepingsbijlage
Om de begrotingsstukken te vereenvoudigen is door het Ministerie van Financiën kritisch gekeken naar het aantal bijlagen in relatie tot de informatiebehoefte van de Kamer. Hiertoe is bij de Voorjaarsnota 2025 een voorstel gedaan om een aantal bijlagen ofwel te laten vervallen, danwel alleen bij het beleidsverantwoordelijke departement op te nemen. In lijn hiermee wordt de verdiepingsbijlage van het Mobiliteitsfonds bij de Ontwerpbegroting 2026 voor het laatst gepresenteerd.
Tolbijlage
Ten opzichte van de Ontwerpbegroting 2025 is de tolbijlage (Bijlage 5) aangepast. De tolbijlage is verduidelijkt en vereenvoudigd. Vanaf de Ontwerpbegroting 2026 worden de tolinkomsten en toluitgaven gesplist per project: A24 Blankenburgverbinding en ViA15. Reden hiervoor is omdat vanaf eind 2024 de A24 Blankenburgverbinding is geopend. Daarnaast zijn er twee extra tabellen gepresenteerd waarin de opbouw van de verwachte ontvangsten voor de tolheffing op beide projecten afzonderlijk en met meer detail te zien zijn, inclusief de indicatoren. Er wordt bij deze tabellen uitleg gegeven hoe de opbouw van de tolontvangsten tot stand komen.
Financiële risico's en onzekerheden
In verschillende onderdelen van de begroting van het Mobiliteitsfonds wordt stil gestaan bij financiële risico's en onzekerheden.
– In onderdeel 2.3 wordt het risico op een voordelig saldo en daarop genomen beheersmaatregelen in de vorm van het instrument overprogrammering toegelicht.
– In onderdeel 2.4 wordt de flexnorm in beeld gebracht. Dit geeft aan in welke mate de begroting van het Mobiliteitsfonds planflexibel is om tekorten en financiële risico's op te vangen.
– In onderdeel 3.1 bij artikelonderdeel 11.04 wordt toegelicht hoe de investeringsruimte op het Mobiliteitsfonds ervoor staat en welke ruimte resteert om potentiële tegenvallers en risico's op te vangen.
– In de onderdelen 3.2 tot en met 3.6 wordt de stand van zaken op de instandhoudings- en aanlegprojecten en -programma's toegelicht. Hier wordt ook stil gestaan bij mogelijke financiële risico's en onzekerheden.
– In bijlage 3 wordt bij instandhouding van alle IenW-netwerken stil gestaan en toegelicht wat de mogelijke financiële risico's en onzekerheden zijn.
Hieronder wordt ingegaan op de mijlpalen in het lopende programma. Hiermee wordt inzichtelijk gemaakt, welke projecten in 2026 worden opgeleverd en bij welke projecten de uitvoering in 2026 start.
Exploitatie, onderhoud en vernieuwing
In 2026 gaat IenW onder meer de volgende activiteiten in het kader van exploitatie, onderhoud en vernieuwing uitvoeren.
Mijlpaal  | Project  | |
|---|---|---|
Hoofdwegen  | ‒  | Verkeersmanagement waaronder inzet weginspecteurs bij incidenten, het op alle bemeten wegvakken inwinnen van betrouwbare route- en reisinformatie. Deze informatie tijdig aan de NDW te leveren, het realiseren van benuttingsmaatregelen en connecting mobility.  | 
‒  | Beheer en onderhoud waaronder verhardingsonderhoud, onderhoud aan kunstwerken en onderhoud aan Dynamisch Verkeersmanagement (DVM) systemen.  | |
‒  | Uitvoering van het programma vervangingen en renovaties waaronder het programma Stalen Bruggen.  | |
Spoorwegen  | ‒  | Regulier beheer en onderhoud, waaronder het inspecteren en schouwen van de infrastructuur, functieherstel bij verstoringen, het saneren van geluidsschermen en het onderhouden en schoonmaken van stations.  | 
‒  | Groot onderhoud, waaronder het slijpen van spoorstaven en het seizoenbestendig houden van de sporen.  | |
‒  | Het vervangen van spoorstaven, dwarsliggers en wissels en de vervanging van andere systemen, zoals energie, transfer en treinbeveiliging en treinbeheersing.  | |
Hoofdvaarwegen  | ‒  | Verkeersmanagement waaronder activiteiten in het kader van verkeersbegeleiding, bediening van objecten en vaarwegmarkering.  | 
‒  | Uitvoering van vernieuwingsprojecten op de vaarwegen (sluizen en bruggen)  | |
‒  | Onderhoud om o.a. de breedte en diepte van de vaarweg te handhaven en maatregelen om de kunstwerken (sluizen en bruggen) en verkeersvoorzieningen te kunnen laten functioneren.  | 
Voor een nadere toelichting op de stand van zaken van exploitatie, onderhoud en vernieuwing wordt verwezen naar de toelichting op de productartikelen en naar het MIRT Projectenoverzicht 2026.
Ontwikkeling
Hieronder zijn de mijlpalen voor 2026 per modaliteit opgenomen.
Mijlpaal  | Project  | |
|---|---|---|
Openstelling  | ‒  | n.v.t.  | 
Mijlpaal  | Project  | |
|---|---|---|
Indienststelling  | ‒  | Diverse deelprojecten bij de landelijke programma’s (o.a. Fietsparkeren, Toegankelijkheid Stations, Kleine Functiewijzigingen, Overwegenaanpak, ERTMS en Meerjarenprogramma geluidsanering Spoor)  | 
‒  | Spoorcapaciteit 2030 diverse deelprojecten  | |
‒  | PHS Eindhoven (Behandelen en Opstellen module 2, 4 en 5 (wissels))  | |
‒  | PHS Culemborg; transfermaatregelen  | |
‒  | Ombouw emplacement Den Haag CS  | |
‒  | Projecten in het kader van Klimaatadaptatie  | |
‒  | Antiterrorismemaatregelen op 6 stations  | |
‒  | Verbetermaatregelen Zwolle-Enschede  | |
‒  | Inframaatregelen MerwedeLingelijn  | |
‒  | Capaciteitsvergroting emplacement Moerdijk  | |
‒  | Capaciteitsvergroting c.q. elektrificatie op emplacement Europoort  | |
Start aanleg  | ‒  | Diverse deelprojecten bij de landelijke programma’s (o.a. Fietsparkeren, Toegankelijkheid Stations, Kleine Functiewijzigingen, Overwegenaanpak, ERTMS en Meerjarenprogramma geluidsanering Spoor)  | 
‒  | Spoorcapaciteit 2030 diverse deelprojecten  | |
‒  | Realisatiefase Calandbrug (ombouw en renovatie)  | 
Mijlpaal  | Project  | |
|---|---|---|
Openstelling  | ‒  | n.v.t.  | 
Start aanleg  | ‒  | n.v.t.  | 
Kaderrelevante mutaties Mobiliteitsfonds  | Artikel  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031-2038  | 2039  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2025  | 9.429.121  | 10.633.592  | 10.604.721  | 10.317.893  | 10.686.239  | 10.594.621  | 70.706.031  | |||
1  | Mutaties 1e suppletoire begroting 2025 (Incl. ISB, Amendementen en NvW's)  | 338.538  | ‒ 443.681  | 149.639  | 207.826  | 79.728  | 133.867  | 1.791.189  | ||
Aanvullende Post (AP) - WoMo-middelen  | 27.475  | 108.250  | 158.250  | 308.250  | 458.250  | 1.480.775  | ||||
Bijdragen Derden  | 8.976  | 3.648  | 4.232  | 7.685  | ‒ 78.580  | 12.762  | 20.845  | |||
Overboekingen andere begrotingshoofdstukken  | ‒ 113.020  | ‒ 31.653  | ‒ 31.268  | ‒ 31.033  | ‒ 38.061  | ‒ 37.297  | ‒ 249.703  | |||
- Beleidsbegroting IenW (XII)  | ‒ 79.814  | ‒ 24.237  | ‒ 22.091  | ‒ 26.867  | ‒ 33.895  | ‒ 33.131  | ‒ 256.620  | |||
- Deltafonds  | ‒ 3.800  | ‒ 3.800  | ‒ 5.011  | |||||||
- Overige Ministeries  | ‒ 29.406  | ‒ 3.616  | ‒ 4.166  | ‒ 4.166  | ‒ 4.166  | ‒ 4.166  | 6.917  | |||
Actualisering Ontvangsten  | ‒ 28.121  | 2.849  | ‒ 5.575  | ‒ 76  | 9.119  | 12  | 21.642  | |||
Kaderaanpassing Voorjaarsbesluitvorming  | 220.000  | ‒ 450.000  | 70.000  | 65.000  | ‒ 130.000  | ‒ 300.000  | 525.000  | |||
Saldo 2024 uitgaven  | 403.426  | |||||||||
Taakstellingen Voorjaarsbesluitvorming  | ‒ 152.723  | ‒ 9.860  | ‒ 22.370  | |||||||
KF-middelen: Elekrificatie Friese Waddenveren  | 4.000  | 4.000  | 8.000  | 9.000  | 10.000  | 15.000  | ||||
Stand 1e suppletoire begroting 2025  | 9.767.659  | 10.189.911  | 10.754.360  | 10.525.719  | 10.765.967  | 10.728.488  | 72.497.220  | |||
Belangrijkste mutaties Mobiliteitsfonds Ontwerpbegroting 2026  | ||||||||||
2  | Toevoeging AP-middelen Voorjaarsbesluitvorming Lelylijn aan het MF  | 10.000  | 33.750  | 39.500  | 63.250  | 2.355.500  | ||||
- Nedersaksenlijn  | 10.000  | 10.000  | 10.000  | 10.000  | 1.872.000  | |||||
- Kornwerderzand  | 18.750  | 18.750  | 37.500  | 300.000  | ||||||
- N36 Almelo-Ommen  | 5.750  | 5.750  | 103.500  | |||||||
- Flessenhals Meppel  | 5.000  | 5.000  | 10.000  | 80.000  | ||||||
3  | Loon- en prijsbijstelling  | 162.625  | 182.486  | 182.018  | 177.150  | 183.536  | 182.293  | 1.233.434  | 151.247  | |
- Loonbijstelling  | 38.838  | 38.817  | 38.674  | 38.782  | 38.646  | 38.613  | 299.173  | 37.243  | ||
- Prijsbijstelling  | 123.787  | 143.669  | 143.344  | 138.368  | 144.890  | 143.680  | 934.261  | 114.004  | ||
4  | Bijdragen derden  | 79.285  | 4.520  | 4.010  | 6.021  | 4.517  | 4.441  | 20.204  | 56.810  | |
- Wegen  | 9.586  | 2.919  | 2.492  | 2.391  | 3.261  | 3.540  | 16.506  | 16.810  | ||
- Spoorwegen  | 55.130  | 40.000  | ||||||||
- Vaarwegen  | 13.117  | 114  | 285  | 2.033  | ||||||
- Megaprojecten  | 1.452  | 1.487  | 1.233  | 1.597  | 1.256  | 901  | 3.698  | |||
5  | Extrapolatie  | 8.632.011  | ||||||||
- Bijdrage aan MF  | 8.348.303  | |||||||||
- Ontvangsten derden  | 283.708  | |||||||||
6  | Actualisering Ontvangsten  | ‒ 210.372  | 119.008  | ‒ 35.885  | ‒ 41.622  | ‒ 105.563  | ‒ 99.829  | 184.943  | 189.320  | |
7  | Overboekingen beleidsbegroting IenW (XII)  | ‒ 23.970  | ‒ 24.174  | ‒ 70.806  | ‒ 32.533  | ‒ 17.885  | ‒ 18.273  | ‒ 35.618  | ‒ 2.212  | |
- Dekking BDU  | ‒ 36.666  | |||||||||
- Decentraal Spoor  | ‒ 20.900  | |||||||||
- Veiligheid en Goederenvervoer  | ‒ 8.300  | ‒ 4.500  | ‒ 2.500  | ‒ 1.500  | ‒ 1.500  | |||||
- Overige overboekingen XII  | ‒ 3.070  | ‒ 15.874  | ‒ 29.640  | ‒ 30.033  | ‒ 16.385  | ‒ 16.773  | ‒ 35.618  | ‒ 2.212  | ||
8  | Overboeking ministeries  | ‒ 1.800  | ‒ 500  | 8.192  | 14.308  | ‒ 500  | 12.400  | 177.100  | 23.500  | |
- Emergency Response Towing Vessels (ERTV’s)  | 8.692  | 14.808  | 12.900  | 181.100  | 24.000  | |||||
- Overige overboekingen ministeries  | ‒ 1.800  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 4.000  | ‒ 500  | ||
9  | Taakstelling Amendement Kent  | ‒ 2.695  | ||||||||
Stand ontwerpbegroting 2026  | 9.773.427  | 10.468.556  | 10.851.889  | 10.682.793  | 10.869.572  | 10.872.770  | 76.432.783  | 9.050.676  | ||
Toelichting
Kaderrelevante mutaties MF: Dit zijn mutaties die het (meerjarige) kader op het MF veranderen ten opzichte van de vorige begrotingswet (eerste suppletoire begroting).
1. Mutaties 1e suppletoire begroting 2025:Het inmiddels demissionaire kabinet-Schoof I had middelen beschikbaar gesteld voor de ontsluiting en bereikbaarheid van nieuwe woningbouwlocaties. Deze middelen zijn overgeboekt naar het Mobiliteitsfonds bij de 1e suppletoire begroting 2025 (€ 2,5 miljard + € 41 miljoen indexatie). Daarnaast heeft er een kaderaanpassing plaatgevonden, waarbij in 2026, € 450 miljoen weggeschoven wordt, een deel hiervan (€ 220 miljoen) schuift naar 2025. In totaal is er in de begrotingsperiode (2025-2030), € 525 miljoen weggeschoven naar 2031 en verder. Verder is de taakstelling van 152,7 miljoen als gevolg van de dekking voor Herstel Toeslagen, ingeboekt. Tot slot zijn er, middels een nota van wijziging op de 1e suppletoire begroting 2025, middelen vanuit het Klimaatfonds overgeboekt in de periode 2026 t/m 2031. Het gaat in totaal om € 50 miljoen voor een investeringssubsidie voor de elektrificatie van de Friese Waddenveren.
Mutaties Ontwerpbegroting 2026
2. Toevoeging AP-middelen Voorjaarsbesluitvorming Lelylijn: Met de Voorjaarsnota 2025 zijn de AP-middelen voor de Lelylijn anders ingezet. De middelen zijn ingezet voor de Nedersaksenlijn (€ 1.912 miljoen), Sluis Kornwerderzand (€ 375 miljoen), N36 Almelo-Ommen (€ 115 miljoen) en Flessenhals Meppel (€ 100 miljoen). Met de Voorjaarsnota 2025 zijn deze technisch verwerkt op artikel 99 van de beleidsbegroting HXII. Met de Ontwerpbegroting 2026 worden deze middelen overgeboekt naar het Mobiliteitsfonds.
3. Loon- en Prijsbijstelling 2025: Dit betreft de verwerking van de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2025. Deze middelen zijn bij de eerste suppletoire begroting 2025 aan de beleidsbegroting Hoofdstuk XII toegevoegd. Deze tranche is bij de Ontwerpbegroting 2026 overgeboekt vanuit Hoofdstuk XII naar het Mobiliteitsfonds en zijn verdeeld over de budgetten van de projecten en programma’s in realisatie, instandhouding en waar sprake is van een juridisch bindende afspraak.
4. Bijdragen derden: Dit betreft de wijziging van diverse bijdragen van derden aan het Mobiliteitsfonds. In de artikelgewijze toelichting en verdiepingsbijlage worden deze bijdragen per modaliteit nader toegelicht;
5. Extrapolatie 2039: Bij de Ontwerpbegroting 2026 wordt de looptijd van het Mobiliteitsfonds beleidsarm met een jaar verlengd tot en met 2039. Het niveau van extrapolatie is gelijk aan het jaar 2038 in de begroting 2025 na verwerking van structurele begrotingsmutaties. Daarnaast zijn de structurele bijdragen van derden doorgetrokken. Met de verlenging tot en met 2039 komt in totaal – inclusief structurele ontvangsten van derden – een ruimte van circa € 8,6 miljard beschikbaar op het Mobiliteitsfonds. Deze ruimte wordt met voorrang ingezet voor het dekken van de doorlopende verplichtingen, zoals de uitgaven die benodigd zijn voor de instandhouding van het huidige areaal en het opvangen van risico's en tegenvallers. Er resteert geen vrije investeringsruimte in 2038.
6. Actualisering Ontvangsten: In deze begroting zijn de programma-ramingen aan zowel de uitgaven- als de ontvangstenkant geactualiseerd. In totaal schuift € 374,3 miljoen van de ontvangsten uit 2025-2030 door naar 2031-2039. De voornaamste actualiseringen vinden plaats op de tolontvangsten A24 Blankenburg en de ViA15. In totaal schuift er € 370 miljoen van de ontvangsten uit de periode 2025-2030 weg naar 2031-2039. In de verdiepingsbijlage worden alle actualisaties uitgebreider toegelicht.
7. Overboekingen HXII: Voor de uitvoering van diverse projecten en programma's op het MF is tot en met 2039 in totaal € 225,5 miljoen overgeboekt vanuit de beleidsbegroting Hoofdstuk XII naar het Mobiliteitsfonds. De grootste overboekingen betreffen:
• De BDU verkeer en vervoer is gekort als onderdeel van de maatregel om SPUKs om te zetten naar fondsuitkeringen, zoals opgenomen in het Hoofdlijnenakkoord. Deze maatregel ging gepaard met een korting van 10%. In 2027 wordt vanuit het ministerie van IenW 1/3de van de korting teruggedraaid door een onttrekking uit de generieke investeringsruimte van het MF. Deze middelen worden overgeboekt naar de beleidsbegroting HXII. Het gaat om € 36,7 miljoen.
• De specifieke uitkering decentraal Spoor (€ 20,9 miljoen in 2025).
• De overboekingen in het kader van «Veiligheid en Goederenvervoer» (€ 18,3 miljoen in de periode 2026-2030). Hiervan gaat € 2 miljoen naar het Integraal Programma Goederenvervoer Binnenvaart, € 2,3 miljoen naar Beveiliging Station Maarheze, € 12 miljoen naar de Bodycams en € 2 miljoen naar de Digitale Goederenvervoer.
11. Overboekingen ministeries: Dit betreft de overboekingen van en naar andere begrotingshoofdstukken voor de periode 2025 tot en met 2039. In totaal gaat het om € 232,7 miljoen. De grootste overboeking komt vanuit KGG. In de periode 2027 tot en met 2039 is vanuit KGG € 241,5 miljoen overgeboekt voor de ERTV"s (noodsleepboten).
12. Taakstelling Amendement Kent: De Kamer heeft het amendement van lid Kent bij de Voorjaarsnota 2025 aangenomen, waarbij medewerkers van sociaal-ontwikkelbedrijven worden gecompenseerd voor de veranderingen bij de arbeids- en algemene heffingskorting en het tarief eerste schijf, die voor een deel van deze groep nadelig uitpakt. Dekking is gevonden door de uitgaven voor externe inhuur in 2026 te verlagen. Met deze mutatie is de taakstelling ingepast. Het gaat om een korting van € 2,7 miljoen in 2026, die verwerkt is op artikel 12 en artikel 15 van het MF.
Mutatie onder kader Mobiliteitsfonds  | Artikel  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031-2038  | 2039  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1  | Kaderruilen Mobiliteitsfonds  | |||||||||
12  | ‒ 150.000  | 92.500  | 40.000  | 35.000  | 25.000  | ‒ 42.500  | ||||
13  | 100.000  | ‒ 100.000  | ||||||||
15  | ‒ 27.500  | ‒ 25.000  | 10.000  | 40.000  | ‒ 25.000  | 27.500  | ||||
17  | 77.500  | ‒ 67.500  | ‒ 50.000  | ‒ 75.000  | 115.000  | 
Toelichting
Mutaties onder kader MF: Dit zijn mutaties die het (meerjarige) kader op het MF niet veranderen ten opzichte van de vorige begrotingswet (eerste suppletoire begroting).
1. Kaderruilen Mobiliteitsfonds: In de beantwoording rondom de schriftelijke Kamervragen van de 1e suppletoire begroting Mobiliteitsfonds 2025 is door IenW benoemd dat, indien van toepassing, de kaderruilen ook in de begrotingsstukken zouden worden toegelicht. Een kaderruil is een overboeking van kasbudget tussen twee artikelen die in een later jaar tegenovergesteld wordt geboekt. In principe kan het kasoverschot op een artikel het kastekort oplossen op een ander artikel, maar moet daarmee over de hele fondsperiode budgetneutraal zijn. Er heeft een kaderruil plaatsgevonden tussen artikel 12, artikel 13, artikel 15 en artikel 17 van het MF. De bedragen zijn in tabel 7 benoemd. In de artikelsgewijze toelichtingen wordt hier nader op ingegaan.
Het Mobiliteitsfonds is een productbegroting. Op het Mobiliteitsfonds worden dus voor een groot deel investeringsuitgaven gedaan om uiteindelijk een project te realiseren. De programmering van projecten wordt doorlopend geactualiseerd op basis van de laatst beschikbare informatie. De kasramingen van de projecten in de begroting worden op de reguliere begrotingsmomenten aangepast. De afgelopen jaren heeft bijvoorbeeld de stikstofproblematiek bij meerdere projecten geleid tot (kas)vertraging. De kasramingen in de begroting zijn hier vervolgens op aangepast.
Het MF kent een 100% eindejaarsmarge. Het instrument overprogrammering wordt als instrument ingezet om te voorkomen dat programmavertragingen direct tot een voordelig saldo leiden en zorgt ervoor dat de beschikbare budgetten voor het investeringsprogramma zo veel mogelijk tot besteding komen in de jaren waarin deze beschikbaar zijn gesteld. Hiermee wordt geanticipeerd op een voorspelbare mate van vertraging, die zich op portfolio-niveau altijd voordoet. Overprogrammering houdt in dat de programmering in de eerste jaren hoger is dan het beschikbaar budget. Over de planperiode zijn beiden in evenwicht.
Overprogrammering kan alleen worden ingezet voor beheersing van reguliere ramingsonzekerheden. Onzekerheden van exogene aard, bijvoorbeeld juridische ontwikkelingen, krapte op de arbeidsmarkt, of schokken in de economie, kunnen hiermee niet (volledig) opgevangen worden. De hoogte van de overprogrammering wisselt van jaar op jaar binnen een bepaalde marge en hangt af van bijvoorbeeld het risicobeeld van de onderliggende programmering. Over de maximale hoogte hebben het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en het Ministerie van Financiën afspraken gemaakt.
Artikel  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2025-2030  | 2031-2039  | 
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
12 Hoofdwegennet  | ‒ 467  | ‒ 419  | ‒ 545  | ‒ 242  | ‒ 420  | ‒ 566  | ‒ 2.660  | 2.660  | 
- Vernieuwing  | ‒ 45  | ‒ 57  | ‒ 110  | ‒ 122  | ‒ 112  | ‒ 145  | ‒ 591  | 591  | 
- Aanleg  | ‒ 202  | ‒ 218  | ‒ 266  | 202  | 218  | 266  | 0  | 0  | 
- Planning en studies  | ‒ 220  | ‒ 145  | ‒ 170  | ‒ 322  | ‒ 526  | ‒ 687  | ‒ 2.069  | 2.069  | 
13 Spoorwegen  | ‒ 262  | ‒ 178  | ‒ 305  | ‒ 316  | ‒ 285  | ‒ 220  | ‒ 1.567  | 1.567  | 
- Aanleg  | ‒ 242  | ‒ 96  | ‒ 216  | ‒ 242  | ‒ 223  | ‒ 160  | ‒ 1.179  | 1.179  | 
- Planning en studies  | ‒ 20  | ‒ 82  | ‒ 90  | ‒ 74  | ‒ 62  | ‒ 60  | ‒ 388  | 388  | 
15 Hoofvaarwegennet  | ‒ 73  | ‒ 78  | ‒ 258  | ‒ 181  | ‒ 176  | ‒ 158  | ‒ 924  | 924  | 
- Vernieuwing  | ‒ 34  | ‒ 48  | ‒ 93  | ‒ 71  | ‒ 70  | ‒ 64  | ‒ 379  | 379  | 
- Aanleg  | ‒ 38  | ‒ 12  | ‒ 11  | 38  | 12  | 11  | 0  | 0  | 
- Planning en studies  | ‒ 1  | ‒ 19  | ‒ 154  | ‒ 148  | ‒ 118  | ‒ 105  | ‒ 545  | 545  | 
17 Megaprojecten  | ‒ 227  | ‒ 488  | ‒ 531  | ‒ 587  | ‒ 495  | ‒ 285  | ‒ 2.614  | 2.614  | 
- Aanleg  | ‒ 225  | ‒ 488  | ‒ 531  | ‒ 564  | ‒ 464  | ‒ 235  | ‒ 2.508  | 2.508  | 
- Planning en studies  | ‒ 2  | 0  | 0  | ‒ 23  | ‒ 30  | ‒ 50  | ‒ 105  | 105  | 
Totale overprogrammering  | ‒ 1.028  | ‒ 1.165  | ‒ 1.640  | ‒ 1.326  | ‒ 1.376  | ‒ 1.229  | ‒ 7.765  | 7.765  | 
Toelichting
De Ontwerpbegroting 2026 laat het volgende zien:
– Bij de Ontwerpbegroting 2025 is de overprogrammering van het jaar 2025 middels een pilot verhoogd, om te onderzoeken of dit tot een realistischere begroting leidt.
– Bij de eerste suppletoire begroting 2025 is de programmering op het Mobiliteitsfonds meerjarig geactualiseerd op basis van de beschikbare informatie over de ontwikkeling van de project- en programmaramingen.
– Daarnaast is bij de eerste suppletoire begroting 2025, door het kabinet besloten om de pilot door te zetten en ook de overprogrammering in de jaren 2026 en 2027 te verhogen en vanaf 2028 weer af te bouwen via een afbouwpad, om te kijken of er meerjarig een realistischere begroting ontstaat.
– Het kabinet heeft bij de Voorjaarsbesluitvorming 2025 tevens besloten om de investeringsuitgaven te faseren. Bij de Ontwerpbegroting 2026 is deze kasschuif teruggedraaid.
– Bij Ontwerpbegroting 2026 is nogmaals kritisch gekeken naar de projectramingen, ook op advies van de 18e Studiegroep Begrotingsruimte, en zijn vervolgens de laatste programma-actualisaties meerjarig doorgevoerd. Het gaat met name om de programma-actualisatie op de Regeling Schoon Emissieloos Bouwen en ERTMS die in een realistischere ritme zijn gezet. Verder is de reservering Emergency Response Towing Vessels (ERTV's) in de meest actuele ritme gezet gelet op inschrijvingen op het project Power2Tow. Er schuift in totaal € 346 miljoen aan programma weg uit 2025 en 2026.
– Bovengenoemde actualiseringen leiden tot een resterende overprogrammering van € 1.028 miljoen in 2025 en € 1.165 miljoen in 2026. Dit betekent dat mogelijke programma-vertragingen van € 1.028 miljoen in de laatste maanden van 2025 niet leiden tot aanpassing van het uitgavenkader op het MF.
– Bij de Voorjaarsbesluitvorming 2025 is afgesproken dat IenW niet remt in de productie. Gedurende de tweede helft van 2025 wordt gemonitord of de hogere overprogrammering effectief is om kasvertragingen op te vangen.
Figuur 4 Investeringsprogramma en budget (bedragen x € 1.000)

In de bovenstaande grafiek wordt het investeringsprogramma over 15 jaar weergegeven, onderverdeeld naar de MIRT-categorieën. De categorieën: aanleg, geïntegreerde contractvormen (DBFM-contracten), planning en studies vallen onder de budgetten voor ontwikkeling. De categorie vernieuwing valt onder de budgetten voor exploitaite, onderhoud en vernieuwing. Deze categorieën vormen tezamen het investeringsprogramma binnen het Mobiliteitsfonds. De onderliggende projecten komen middels het kas-verplichtingenstelsel tot betaling. Het instrument overprogrammering wordt toegepast op het investeringsprogramma, omdat er sprake kan zijn van kasversnellingen en kasvertragingen als gevolg van geactualiseerde projectramingen. Op het onderhoudsprogramma vindt geen overprogrammering plaats, eventuele kasversnellingen en –vertragingen hierop worden opgevangen binnen de begroting van de uitvoeringsorganisaties.
De zwarte lijn geeft het totale beschikbare budget weer in het investeringsprogramma en geldt als het vastgestelde uitgavenplafond. De grafiek laat zien dat het investeringsprogramma in de eerste jaren hoger ligt dan het beschikbare budget. Waarbij er dus sprake is van overprogrammering. Vanaf 2032 is sprake van de omgekeerde situatie en ligt het beschikbare budget hoger dan het investeringsprogramma; er is sprake van onderprogrammering. De totale programmering en het budget over de looptijd van het fonds zijn hiermee aan elkaar gelijk, zodat het investeringsprogramma volledig budgettair gedekt is.
In de begroting 2018 is de flexnorm geïntroduceerd, waarmee het inzicht in de meerjarige hardheid van de bestuurlijke afspraken is aangescherpt. De flexnorm is een percentage dat aangeeft welk aandeel van de aanlegbudgetten (inclusief investeringsruimte) naar mening van het kabinet flexibel is om bij nieuwe planvorming te betrekken. Het betreft de ruimte binnen de begroting waar nog geen definitieve oplossing is bepaald en gekozen kan worden voor een alternatieve aanwending of oplossing. Overigens geldt ook dat waar wél bestuurlijke afspraken zijn gemaakt, maar er nog geen juridische verplichtingen zijn aangegaan, de budgetten nog altijd onverminderd door de Tweede Kamer te amenderen zijn.
In onderstaande tabel is weergegeven welke budgetten in de begroting 2026 conform hierboven geschetste flexnorm flexibel zijn om bij nieuwe planvorming te betrekken. Voor nadere duiding over de generieke investeringsruimte wordt verwezen naar de toelichting in artikel 11.
Artikel onderdeel  | Omschrijving  | Budgetten t/m 2039 (x € 1 miljoen)  | 
|---|---|---|
11.01  | Verkenningen  | 4.692  | 
11.03  | Reserveringen  | 8.085  | 
11.04  | Generieke investeringsruimte  | 3.605  | 
Totaal  | ||
Als percentage van de budgetten (inclusief investeringsruimte)  | 11,0%  | |
Met het artikel 11 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte wordt invulling gegeven aan een meer flexibele planning van infrastructuur zoals toegezegd in de kabinetsreactie op IBO Flexibiliteit in infrastructurele planning (Kamerstukken II 2016-2017, 34 550 A, nr. 5).
Het artikel bevat alle (plan)flexibele budgetten die gereserveerd zijn voor het verbeteren van de bereikbaarheid en gerelateerd aan de beleidsdoel stellingen zoals beschreven in de begroting Hoofdstuk XII, Hoofdlijnennotitie Mobiliteitsvisie 2050 en de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). De planflexibele budgetten zijn de budgetten die naar mening van het kabinet flexibel zijn om bij (nieuwe) planvorming te betrekken. Het gaat om de (beschikbare) investeringsruimte, reserveringen die worden aangehouden en om budgetten voor projecten in de verkenningsfase. Over deze budgetten zijn nog geen (definitieve) bestuurlijke afspraken gemaakt en ze zijn niet-juridisch verplicht. Door deze budgetten te plaatsen op één artikel zijn alle flexibele budgetten overzichtelijk gepresenteerd. Na besluitvorming, zoals een voorkeursbeslissing, wordt budget overgeheveld naar het desbetreffende productartikel. Het gaat om algemene reserveringen, de investeringsruimte, verkenningen naar bereikbaarheidsopgaven en reserveringen voor korte termijn mobiliteitsmaatregelen. De budgetten op artikel 11 zijn de basis voor het berekenen van de flexnorm in de uitvoeringsagenda mobiliteit.
In dit artikel staan ook de brede verkenningen nieuwe stijl. Kenmerkend aan deze verkenningen is dat ze – indien mogelijk - modaliteitsneutraal zijn, een niet-infrastructurele oplossing wordt meegenomen en dat ze niet automatisch doorgaan naar de planuitwerking, maar dat een expliciete afweging (tussen verkenningen) plaatsvindt. Dit is vastgelegd in de MIRT- werkwijze. In deze werkwijze staat het opgavengericht werken voorop. Samen met bestuurlijke partners wordt steeds bezien welke maatregel op welk schaalniveau, op de korte en op de lange termijn het meest bijdraagt aan de opgave bereikbaarheid. Zo ontstaat een mix van maatregelen die samen met andere partners over een langere periode worden uitgevoerd.
2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen  | 0  | 36.105  | 515.463  | 2.011.958  | 671.034  | 901.778  | 2.157.822  | 
Uitgaven  | 0  | 22.972  | 287.151  | 674.362  | 613.681  | 1.020.085  | 1.771.557  | 
11.01 Verkenningen  | 0  | 0  | 53.320  | 262.279  | 219.275  | 396.478  | 694.113  | 
11.03 Reserveringen  | 0  | 22  | 168.435  | 229.160  | 308.706  | 511.870  | 763.164  | 
11.03.01 Gebiedsrogramma's  | 0  | 1  | 3  | 1.934  | 1.931  | 1.931  | 126.932  | 
11.03.02 Overige reserveringen  | 0  | 20  | 48.071  | 65.727  | 74.961  | 134.865  | 182.431  | 
11.03.03 Reserveringen Coalitieakkoord  | 0  | 1  | 120.361  | 161.499  | 231.814  | 375.074  | 453.801  | 
11.04 Generieke investeringsruimte  | 0  | 22.950  | 65.396  | 182.923  | 85.700  | 111.737  | 314.280  | 
Ontvangsten  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
11.09 Ontvangsten  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
Geschatte Budgetflexibiliteit
De budgetten zijn in 2026 niet juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2026. De verkenningen zijn bestuurlijk gebonden, de reserveringen en de risicoreserveringen binnen de generieke investeringsruimte zijn in 2026 beleidsmatig gereserveerd.
2026  | |
|---|---|
Juridisch verplicht  | |
Bestuurlijk gebonden  | 19%  | 
Beleidsmatig gereserveerd  | 81%  | 
Niet-juridisch verplicht / vrij te besteden  | 
11.01 Verkenningen
Motivering
In dit artikel staan de brede verkenningen nieuwe stijl. Kenmerkend aan de verkenningen nieuwe stijl is dat ze - indien mogelijk - modaliteitsneutraal zijn, een niet-infrastructurele oplossing wordt meegenomen en dat ze niet automatisch doorgaan naar de planuitwerking maar een expliciete afweging (tussen verkenningen) plaatsvindt. De verkenningen op dit artikel dragen bij aan de bereikbaarheidsdoelstellingen uit de Hoofdlijnennotitie Mobiliteitsvisie 2050 en de Nationale Omgevingsvisie (NOVI).
Verkenningen (11.01)  | Projectbudget  | Planning  | Toelichting  | |
|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | Voorkeursbeslissing  | |
Projecten Zuidwest-Nederland  | ||||
A15 Papendrecht-Gorinchem  | 0  | 0  | ntb  | |
Verkenning MerwedeLingelijn  | 57  | 57  | ||
Verkenning Rail Gent Terneuzen  | 113  | 113  | ||
Verkenning BRT Leiden-Zoetermeer  | 37  | 37  | ||
Projecten Zuid-Nederland  | ||||
A2 Deil-Den Bosch/Vught  | 0  | 0  | ||
A58 Tilburg-Breda  | 0  | 0  | ntb  | |
A2/N2 (incl. Brainportlijn)  | 417  | 417  | 2027  | |
Verkenning HUB Den Bosch  | 142  | 142  | ||
Projecten Oost-Nederland  | ||||
A50 Ewijk-Bankhoef-Paalgraven & corridor Nijmegn-Eindhoven  | 0  | 0  | ||
Verkenning Knooppunt OV Nijmegen  | 55  | 55  | ||
Verkenning RegioExpress  | 87  | 87  | ||
Verkenning Eurregiorail  | 33  | 33  | ||
N35 Wijthmen-Nijverdal  | 112  | 112  | 2025/2026  | |
Projecten Noord Nederland  | ||||
Vaarverbinding Ameland  | 248  | 248  | 2027  | |
Verkenning Groningen Suiker  | 97  | 97  | ||
Projecten Noordwest-Nederland  | ||||
OV en Wonen in en rond Utrecht  | 905  | 905  | ||
OV-verbinding Amsterdam-Haarlemmermeer  | 1.072  | 872  | 1  | |
Verkenning Oude Lijn  | 1.402  | 1.402  | ||
A27 Zeewolde-Eemnes  | 0  | 0  | ntb  | |
Totaal verkenningsprogramma  | ||||
Begroting (MF 11.01)  | 4.777  | 4.577  | ||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. OV-verbinding Amsterdam-Haarlemmermeer: Vanaf het jaar 2039 wordt structureel € 200 miljoen vanuit de extrapolatie gereserveerd voor de OV-verbinding Amsterdam-Haarlemmermeer.
11.03 Reserveringen
Motivering
Op dit artikelonderdeel zijn middelen gereserveerd voor beleidsprioriteiten of voorziene omstandigheden waarbij nog geen sprake is van een formele verkenning of gedragen uitwerking. Deze middelen zijn bestemd voor specifieke toekomstige opgaven. Dit zijn bijvoorbeeld de gebiedsgerichte bereikbaarheidsprogramma’s. In deze gebiedsgerichte bereikbaarheidsprogramma’s wordt de bereikbaarheidsopgave in deze gebieden adaptief en integraal opgepakt. Daarbij wordt samengewerkt met de verschillende decentrale overheden. Wanneer duidelijk is hoe en wanneer de opgaven worden aangepakt, bijvoorbeeld met een verkenning of ander soortige (korte termijn) maatregelen worden de gereserveerde middelen overgeboekt naar het betreffende productartikel of artikelonderdeel op artikel 11.
Producten
Reserveringen (11.03)  | Projectbudget  | Voorkeursbeslissing  | Toelichting  | ||
|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | huidig  | vorig  | |
Projecten Noordwest-Nederland  | |||||
Gebiedsprogramma's  | 8  | 8  | nvt  | nvt  | |
Projecten Zuid-Nederland  | |||||
Multimodaal Metropool Regio Eindhoven  | 76  | 76  | nvt  | nvt  | |
Projecten Noord-Nederland  | |||||
Westflank Groningen  | 90  | 90  | nvt  | nvt  | |
Reserveringen  | |||||
N33 Noord (Appingedam - Eemshaven)  | 253  | 253  | ntb  | ntb  | 1  | 
Nedersaksenlijn  | 2.000  | 88  | 2  | ||
Beheer en onderhoud Caribisch Nederland  | 74  | 68  | nvt  | nvt  | 3  | 
Maatregelenpakket Spoorgoederenvervoer  | 7  | 7  | nvt  | ||
Landelijke uitrol ERTMS  | 788  | 475  | nvt  | 4  | |
Pakket Zeeland  | 60  | 57  | nvt  | ||
Schoon Emissieloos Bouwen (rijksdiensten)  | 1  | 1  | nvt  | nvt  | |
Reservering Bereikbaarheid WoMo HWN  | 374  | 374  | nvt  | nvt  | |
Robuuste Hoofdvaarwegen  | 173  | 173  | nvt  | nvt  | |
Goederenvervoercorridors  | 1  | 1  | nvt  | nvt  | |
Programma Bescherming Noordzee Infrastructuur (PBNI)  | 180  | 163  | nvt  | nvt  | 5  | 
Reservering Stikstof  | 14  | 14  | nvt  | nvt  | |
Verduurzaming Gebouwen  | 1  | 1  | nvt  | nvt  | |
Klimaatneutrale en Circulaire Infrastructuur  | 100  | 100  | nvt  | nvt  | |
PHS Reservering  | 133  | 133  | nvt  | nvt  | |
Elektrificatie Friese Waddenveren  | 50  | 50  | |||
Lelylijn  | 4  | 4  | nvt  | nvt  | |
Brainport Eindhoven: Woningbouwmiddelen BO MIRT 2022  | 744  | 744  | nvt  | nvt  | |
Reservering CER  | 6  | 6  | nvt  | nvt  | |
Ontsluiting Woningbouw  | 34  | 34  | nvt  | nvt  | |
Reservering Ontsluiting Woningbouw Regeerakkoord  | 2.441  | 2.541  | nvt  | nvt  | 6  | 
Reservering Instandhouding  | 224  | 62  | nvt  | nvt  | 7  | 
Totaal reserveringen  | 7.836  | 5.523  | |||
Begroting (MF 11.03)  | 7.836  | 5.523  | |||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. N33 Noord (Appingedam-Eemshaven): De reservering was in eerdere begrotingen samengevoegd met de Nedersaksenlijn. De reservering van € 253 miljoen voor de N33 Noord wordt apart opgenomen.
2. Nedersaksenlijn: bij de voorjaarsbesluitvorming heeft het Kabinet aanvullend een reservering van € 1,9 miljard gemaakt voor een MIRT-verkenning naar de Nedersaksenlijn. Samen met de provincies Groningen, Drenthe en Overijssel wordt gewerkt aan een startdocument om bij het BO MIRT 2025 een startbeslissing te kunnen nemen voor het starten van deze verkenning.
3. Exploitatie en Onderhoud Caribisch Nederland: Het projectbudget wordt verhoogd door de toevoeging van het extrapolatiejaar 2039.
4. Landelijk Uitrol ERTMS: Vanaf het jaar 2039 wordt structureel € 200 miljoen vanuit de extrapolatie gereserveerd voor ERTMS.
5. Reservering PBNI: Door extrapolatie 2039 is dit budget met € 16,7 miljoen toegenomen.
6. Reservering Ontsluiting Woningbouw Regeerakkoord: Dit betreft een overboeking vanuit de Woningbouw Mobiliteitsprogramma middelen naar HXII voor apparaatskosten.
7. Reservering Instandhouding: Het projectbudget wordt verhoogd door de toevoeging van het extrapolatiejaar 2039.
11.04 Generieke investeringsruimte
Motivering
Op dit artikelonderdeel is de generieke investeringsruimte tot en met 2039 begroot. Dit betreft de investeringsruimte waarvoor nog geen bestemming is aangegeven, en ook niet specifiek is toebedeeld aan een beleidsreservering, (gebieds)programma, verkenning of een modaliteit.
De generieke investeringsruimte is onder meer beschikbaar voor het kunnen opvangen van (toekomstige) risico’s en nieuwe beleidswensen onder andere op basis van de Nationale Omgevingsvisie (NOVI), toekomstbeelden en Integrale Mobiliteitsanalyse (IMA). De vrije investeringsruimte wordt jaarlijks gevoed door de verlenging van het fonds. Na de bestuurlijke overleggen MIRT informeert het kabinet de Tweede Kamer over de voorstellen om de voor het huidige kabinet beschikbare investeringsruimte in te zetten.
Het beschikbare budget op artikelonderdeel 11.04 bedroeg in de Ontwerpbegroting 2025, € 4,4 miljard; waarvan € 4,2 miljard gereserveerd voor risicoreserveringen, € 1,1 miljard aan vrije investeringsruimte en € 860 miljoen staat op de minregel Vrachtwagenheffing
Door de aanpassingen die zijn doorgevoerd bij de 1e suppletoire begroting 2025 en deze ontwerpbegroting 2026 is de omvang van de investeringsruimte, € 3,6 miljard tot en met 2039. De investeringsruimte is grotendeels gereserveerd voor risicoreserveringen en tegenvallers (€ 3,6 miljard). De minregel van de vrachtwagenheffing is € 400 miljoen. Er resteert nog een vrije investeringsruimte van € 414 miljoen door de extrapolatie 2039.
2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Vrije investeringsruimte  | ||||||||
Risicoreserveringen  | 22.950  | 65.396  | 182.923  | 85.700  | 111.737  | 414.280  | 138.975  | 188.875  | 
Voorfinanciering vrachtwagenheffing  | ‒ 100.000  | ‒ 100.000  | ‒ 100.000  | |||||
Totaal  | 22.950  | 65.396  | 182.923  | 85.700  | 111.737  | 314.280  | 38.975  | 88.875  | 
2033  | 2034  | 2035  | 2036  | 2037  | 2038  | 2039  | 2025-2039  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Vrije investeringsruimte  | 414.149  | 414.149  | ||||||
Risicoreserveringen  | 212.089  | 150.883  | 168.883  | 268.555  | 566.147  | 286.485  | 727.208  | 3.591.086  | 
Voorfinanciering vrachtwagenheffing  | ‒ 100.000  | 0  | ‒ 12  | ‒ 400.012  | ||||
Totaal  | 112.089  | 150.883  | 168.871  | 268.555  | 566.147  | 286.485  | 1.141.357  | 3.605.223  | 
Producten
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. Loon- en Prijsbijstelling tranche 2025: Het ministerie van Financiën heeft bij de Voorjaarsbesluitvorming 2025 besloten om de helft van de prijsbijstelling uit te keren. De toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2025 is met de Voorjaarsnota 2025 overgeboekt naar de beleidsbegroting XIII. Met de Ontwerpbegroting is de loon- en prijsbijstelling 2025 overgeboekt naar het Mobiliteitsfonds (artikelonderdeel 11.04) en wordt vanuit dit artikelonderdeel verdeeld over de verschillende artikelen op het Mobiliteitsfonds. De budgetten van de projecten en programma’s in realisatie, instandhouding en waar sprake is van een juridisch bindende afspraak, zijn geïndexeerd.
2. Minregel Vrachtwagenheffing: De minregel op de Vrachtwagenheffing was bij de eerste suppletoire begroting 2025: € 860 miljoen. De vrachtwagenheffing wordt vanaf de Ontwerpbegroting 2026 geraamd op de beleidsbegroting XII, artikel 15. De financiering van de exploitatiekosten voor de vrachtwagenheffing van circa € 460 miljoen is niet meer nodig vanuit het MF. Deze kosten worden vanaf 2026 direct verrekend met de ontvangsten die binnenkomen op de beleidsbegroting HXII. In deze ontwerpbegroting is een deel van de minregel daarom al opgeheven. Er resteert nog circa € 400 mljoen op de minregel vrachtwagenheffing. Het streven is om deze minregel met de Voorjaarsnota 2026 definitief op te heffen op het Mobiliteitsfonds.
3. Brede Doeluitkering: Vorig jaar is de BDU verkeer en vervoer gekort als onderdeel van de maatregel om SPUKs om te zetten naar fondsuitkeringen. Deze maatregel ging gepaard met een korting van 10% op de BDU-uitkering. Met Rijksbrede middelen wordt deze korting voor 2026 teruggedraaid. In 2027 wordt vanuit het ministerie van IenW 1/3de van de korting teruggedraaid door een onttrekking uit de generieke investeringsruimte van het Mobiliteitsfonds. Het gaat om € 36,7 miljoen.
Op dit artikel worden de producten op het gebied van het hoofdwegennet verantwoord. Dit betreft de onderdelen exploitatie, onderhoud en vernieuwing, ontwikkeling, geïntegreerde contractvormen/PPS, en netwerkgebonden kosten. Deze producten zijn gerelateerd aan de beleidsdoelen en -instrumenten zoals beschreven in beleidsartikel 14 Wegen en Verkeersveiligheid op de beleidsbegroting Hoofdstuk XII.
2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen  | 3.170.492  | 6.395.182  | 5.746.624  | 3.519.412  | 3.613.570  | 3.464.435  | 3.367.413  | 
Uitgaven  | 3.718.174  | 4.023.132  | 4.439.364  | 4.662.062  | 4.638.150  | 4.360.678  | 3.944.351  | 
12.01 Exploitatie  | 8.474  | 8.022  | 12.750  | 13.284  | 13.488  | 9.143  | 8.603  | 
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS  | 8.474  | 8.022  | 12.750  | 13.284  | 13.488  | 9.143  | 8.603  | 
12.02 Onderhoud en vernieuwing  | 1.147.514  | 1.417.815  | 1.583.103  | 1.736.800  | 1.731.870  | 1.872.607  | 1.721.264  | 
12.02.01 Onderhoud  | 929.291  | 1.126.977  | 1.156.035  | 1.189.546  | 1.161.697  | 1.155.440  | 1.099.391  | 
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS  | 929.291  | 1.126.977  | 1.156.035  | 1.189.546  | 1.161.697  | 1.155.440  | 1.099.391  | 
12.02.04 Vernieuwing  | 218.223  | 290.838  | 427.068  | 547.254  | 570.173  | 717.167  | 621.873  | 
12.03 Ontwikkeling  | 648.265  | 745.431  | 1.073.314  | 1.075.569  | 1.128.542  | 926.151  | 671.885  | 
12.03.01 Aanleg  | 460.860  | 353.087  | 673.632  | 678.726  | 879.133  | 600.199  | 569.372  | 
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS  | 1.872  | 3.200  | 3.800  | 1.500  | 300  | 300  | 9  | 
12.03.02 Planning en studies  | 158.071  | 320.472  | 79.016  | 106.081  | 107.530  | 257.688  | 39.393  | 
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS  | 21.564  | 12.051  | 8.515  | 7.830  | 7.830  | 10.882  | 8.640  | 
12.03.03 Optimalisering gebruik  | 29.334  | 71.872  | 320.666  | 290.762  | 141.879  | 68.264  | 63.120  | 
12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS  | 1.141.593  | 1.009.128  | 1.013.544  | 1.092.044  | 1.022.173  | 822.246  | 813.417  | 
12.06 Netwerkgebonden kosten HWN  | 772.328  | 842.736  | 756.653  | 744.365  | 742.077  | 730.531  | 729.182  | 
12.06.01 Apparaatskosten RWS  | 660.438  | 705.648  | 697.899  | 688.069  | 685.781  | 678.715  | 677.366  | 
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS  | 660.438  | 705.648  | 697.899  | 688.069  | 685.781  | 678.715  | 677.366  | 
12.06.02 Overige netwerkgebonden kosten  | 111.890  | 137.088  | 58.754  | 56.296  | 56.296  | 51.816  | 51.816  | 
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS  | 111.890  | 137.088  | 58.754  | 56.296  | 56.296  | 51.816  | 51.816  | 
Ontvangsten  | 41.402  | 118.175  | 93.024  | 84.334  | 72.758  | 77.102  | 67.995  | 
12.09 Ontvangsten  | 41.402  | 118.175  | 93.024  | 84.334  | 72.758  | 77.102  | 67.995  | 
12.09.01 Ontvangsten  | 0  | 43.457  | 5.910  | 9.150  | 10.983  | 14.278  | 0  | 
12.09.02 Tolopgave  | 0  | 74.718  | 87.114  | 75.184  | 61.775  | 62.824  | 67.995  | 
Budgetflexibiliteit
2026  | |
|---|---|
Juridisch verplicht  | 98%  | 
Bestuurlijk gebonden  | 2%  | 
Beleidsmatig gereserveerd  | |
Niet-juridisch verplicht / vrij te besteden  | 
Toelichting
Met uitzondering van planning en studies, zijn de budgetten in 2026 juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2026. De budgetten voor planning en studies zijn bestuurlijk gebonden.
12.01 Exploitatie
Motivering
Met exploitatie streeft IenW naar een veilig en optimaal gebruik van de beschikbare weginfrastructuur en het bereiken van een voorspelbare en betrouwbare reistijd van deur tot deur op de meest duurzame manier en met oog voor de leefomgeving. Daarmee worden de verkeersveiligheid, bereikbaarheid en leefbaarheid in Nederland bevorderd.
Producten
De uitgaven voor de exploitatie hebben betrekking op het verzamelen en verspreiden van verkeersdata en op besturingssoftware voor informatiepanelen en andere apparatuur. Samen met de weginspecteurs van Rijkswaterstaat (RWS) resulteert dit in:
– Verkeersbegeleiding bij grote drukte, inclusief grootschalige evenementen en crisissituaties zoals bij een weeralarm;
– Hulpverlening, bevorderen doorstroming en informatievoorziening bij pech en ongevallen (incidentmanagement);
– Maatregelen ter bevordering van gedisciplineerd en sociaal weggedrag, bijvoorbeeld ter voorkoming van het negeren van rode kruizen en vlucht- strookparkeren;
– Voorlichting over rijkswegen, zoals voorlichting over de gevolgen van wegwerkzaamheden.
De meeste van deze maatregelen worden ingezet vanuit zes regionale verkeerscentrales en een landelijke verkeerscentrale. Hierbij wordt het rijkswegennet in samenhang met het regionale wegennet beschouwd door toepassing van gebiedsgericht verkeersmanagement waarbij wordt ingezet op regionale samenwerking.
De activiteiten die door RWS centraal worden uitgevoerd, worden bekostigd uit het budget voor netwerkgebonden kosten.
Meetbare gegevens
Areaalomschrijving  | Eenheid  | Realisatie 2024  | Prognose 2025  | Prognose 2026  | 
|---|---|---|---|---|
Verkeerssignalering  | km op rijbaan  | 3.003  | 3.031  | 3.042  | 
Verkeerscentrales  | aantal  | 6  | 6  | 6  | 
Spitsstroken  | km  | 281  | 246  | 241  | 
Bron: Rijkswaterstaat 2025
Toelichting
De lengte verkeerssignalering (de matrixborden boven de weg) zal in 2026 toenemen door de ingebruikname van de wisselbaan A9 Gaasperdammerweg - knooppunt Holendrecht.
De lengte spitsstroken zal in 2026 afnemen door het opheffen van de spitsstrook links tussen Houten - knooppunt Everdingen, om op dat traject ruimte te maken voor een volwaardige rijstrook (project A27 Houten - Hooipolder).
Realisatie 2023  | Realisatie 2024  | Streefwaarde 2025  | Streefwaarde 2026  | |
|---|---|---|---|---|
Levering verkeersgegevens: op alle bemeten wegvakken wordt betrouwbare reis en routeinformatie ingewonnen en tijdig geleverd aan de serviceproviders  | ||||
1. beschikbaarheid data voor derden: % van de RWS-meetlocaties dat goed functioneert  | 91%  | 91%  | 90%  | 90%  | 
Bron: Rijkswaterstaat 2025
Toelichting
Deze indicator geeft aan in welke mate RWS intensiteits- en snelheidsgegevens van de meetlocaties beschikbaar heeft (aantal x tijd). Het percentage wordt berekend ten opzichte van het totaal.
12.02 Onderhoud en vernieuwing
Motivering
Door middel van onderhoud en vernieuwing worden het hoofdwegennet en de directe omgeving op orde gehouden, zodat het vervullen van de primaire functie gewaarborgd is: het faciliteren van veilig, vlot en comfortabel vervoer van personen en goederen met aandacht voor de kwaliteit van het milieu. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen regulier onderhoud enerzijds en vernieuwingen anderzijds.
Producten
Het regulier onderhoud van hoofdwegen omvat maatregelen aan verhar dingen, kunstwerken (zoals bruggen, tunnels en viaducten), verkeersvoor- zieningen, landschap en milieu en voorzieningen voor verkeersmanagement (zoals signalering en verkeerscentrales).
In bijlage 3 'Instandhouding' van deze begroting wordt uitgebreid ingegaan op de werking van de instandhouding van de netwerken die onder verantwoordelijkheid van IenW vallen.
Maatregelen
In de Voorjaarsbesluitvorming van 2025 is besloten om het budgettair niveau van 2032 structureel door te trekken, zodat RWS de ruimte en continuïteit krijgt om de instandhoudingsopgave langjarig samen met de markt en regionale overheden te organiseren. Zo kan RWS werk slimmer en efficiënter vormgeven waarmee de productie kan worden verhoogd. Een voorbeeld hiervan is een portfolio-aanpak waarbij RWS langjarige raamovereenkomsten met de markt aangaat. Met deze aanpak probeert RWS gehoor te geven aan de aanbevelingen uit het rapport «Instandhouding voorop!» (Kamerstukken II 2023-2024, 29 385, nr. 139), dat in juni 2024 aan de Kamer is aangeboden.
Daarnaast verhoogt IenW in de begroting 2026 vanaf 2039 de budgetten voor Vernieuwing met € 200 miljoen per jaar zodat RWS meer vernieuwingsprojecten kan uitvoeren. De verdeling is € 130 miljoen voor het Hoofdwegennet en € 70 miljoen voor het Hoofdvaarwegennet. De vernieuwingsopgave is namelijk groter dan oorspronkelijk gebudgetteerd. Niet alleen nadert veel infrastructuur het einde van de technische levensduur, ook de acute problematiek met de tand-nokconstructies van bruggen en viaducten, evenals waterstofverbrossing, vergroot de vernieuwingsbehoefte. Een verdere productievergroting blijft dus noodzakelijk om de vernieuwingsopgave de komende jaren beheersbaar te houden. Daarom blijft de focus liggen op het vergroten van de maakbaarheid en productie, zodat het beschikbare budget optimaal kan worden ingezet ten behoeve van de instandhoudingsopgave.
Tot slot is er in de Voorjaarsbesluitvorming 2025 structureel extra budget vrijgemaakt voor de inzet van extra weginspecteurs (38 fte). De weginspecteur treft veiligheidsmaatregelen bij incidenten en coördineert een veilige en vlotte afhandeling ervan. Het toenemend aantal incidenten heeft als effect dat het langer duurt voordat de weginspecteur ter plaatse is of, bij drukte, niet meer ter plaatse kan komen. Hierdoor neemt het risico op aanrijdingen toe, net als de filedruk. Door inzet van extra weginspecteurs kan dit risico worden beheerst.
12.02.01 Onderhoud
IenW zet in op veiligheid, beschikbaarheid en betrouwbaarheid van het hoofdwegennet over de hele levenscyclus van de infrastructuur. Die omhelst wegen, bruggen, viaducten, tunnels, aquaducten, matrixborden, verkeerscentrales en verkeersvoorzieningen. Onderhoud betreft zowel het preventief als het correctief onderhoud.
Zoals in de Kamerbrief Basiskwaliteitsniveau RWS-netwerken van 11 november 2022 (Kamerstuk 29 385, nr. 116) is toegelicht, worden drie uitgangspunten gehanteerd bij de nadere uitwerking van keuzes, namelijk een efficiënte en duurzame inzet, haalbaar en maakbaar, en een eerlijke verdeling van kosten. Het doel is om op alle netwerken de veiligheid te blijven bieden en toe te werken naar een hoger niveau van voorspelbaarheid en beschikbaarheid. Hiermee zorgen we ervoor dat nu en in de toekomst onze wegen, vaarwegen en waterwerken goed te gebruiken zijn. Dit is de basis. Deze basis geeft ook voorspelbaarheid in de uitvoering, zowel voor marktpartijen als voor RWS.
De uitgaven voor het onderhoud bestaan hoofdzakelijk uit:
– Uitgaven voor onderhoud van verhardingen waaronder het herstel van vorstschade en het zoveel mogelijk voorkomen daarvan;
– Uitgaven voor onderhoud van kunstwerken;
– Uitgaven voor onderhoud aan (Dynamisch Verkeersmanagement) DVM- systemen zoals matrixborden, informatiepanelen en verkeerscentrales;
– Klein variabel en vast onderhoud aan verkeersvoorzieningen, zoals onderhoud aan bermen, geleiderail, bewegwijzering, geluidsschermen en verlichting;
– Uitgaven voor geluidsmaatregelen (landschap en milieu) als gevolg van naleving van geluidsproductieplafonds voor zover geen onderdeel van een aanlegproject.
Meetbare gegevens
In onderstaande figuur is een verdeling gegeven van de onderhoudskosten. De percentages zijn gebaseerd op een meerjarig gemiddelde over de periode 2021-2025.
Figuur 5 Onderverdeling van de onderhoudskosten hoofdwegennet (HWN)

Bron: Rijkswaterstaat 2025
Eenheid  | Realisatie 2024  | Prognose 2025  | Prognose 2026  | ||
|---|---|---|---|---|---|
Rijbaanlengte  | Hoofdrijbaan  | km  | 5.862  | 5.885  | 5.885  | 
Rijbaanlengte  | Verbindingswegen en op- en afritten  | km  | 1.623  | 1.630  | 1.643  | 
Areaal asfalt  | Hoofdrijbaan  | km2  | 77,9  | 78,0  | 78,0  | 
Areaal asfalt  | Verbindingswegen en op- en afritten  | km2  | 14,6  | 14,7  | 14,7  | 
Groen areaal  | km2  | 188  | 188  | 188  | 
Toelichting
In 2026 wordt geen wijziging in de rijbaanlengte hoofdrijbaan voorzien. De prognose voor 2025 is naar beneden bijgesteld ten opzichte van de begroting 2025. Dit heeft te maken met de overdracht van de laatste delen van de oude N18 (Varsseveld – Enschede) van RWS naar de provincies Gelderland en Overijssel. Eerder was de overdracht naar Gelderland en de overdracht naar Overijssel respectievelijk in 2024 en 2026 gepland. De huidige planning is dat beide overdrachten in 2025 zullen plaatsvinden, waardoor de prognose voor 2025 lager uitkomt.
De rijbaanlengte van de verbindingswegen zal naar verwachting toenemen door de ingebruikname van de wisselbaan op de A9 Gaasperdammerweg - knooppunt Holendrecht en de nieuwe verbindingsboog bij knooppunt Hooipolder, van de A59 uit de richting van knooppunt Zonzeel naar de A27 richting Utrecht.
Het areaal asfalt van de hoofdrijbaan zal iets toenemen door deelopenstellingen van verbredingen op de A9 ter hoogte van de knooppunten Badhoevedorp en Holendrecht. Dit blijft echter binnen de afronding. Ook de toename van het areaal asfalt van de verbindingswegen, door de bovengenoemde wisselbaan en de verbindingsboog, blijft binnen de afronding.
Areaal  | Eenheid  | Omvang 2026  | Budget (x € 1.000) 2026  | |
|---|---|---|---|---|
Wegen  | Oppervlakte wegdek(Exclusiefverzorgingsbanen)  | km2  | 92,7  | 1.126  | 
Toelichting
In deze tabel wordt het totale areaal exclusief verzorgingsbanen weergegeven.
In 2026 betreft dit in totaal 92,7 km2 als gevolg van de ingebruikname van de wisselbaan A9 Gaasperdammerweg - knooppunt Holendrecht, de uitbreiding van knooppunt Hooipolder met een extra verbindingsboog, en de verbredingen op A9 ter hoogte van de knooppunten Badhoevedorp en Holendrecht.
Voor de netwerken in beheer van RWS moeten de afspraken over het basiskwaliteitsniveau worden vertaald naar nieuwe indicatoren en streefwaarden. De overige prestatieafspraken worden nog in lijn gebracht met het basiskwaliteitsniveau. Daarom wordt in afwachting daarvan in onderstaande tabel nog uitgegaan van de prestatieafspraken vanuit de Beheer en Onderhoud (BenO) overeenkomst 2022-2023.
Realisatie 2023  | Realisatie 2024  | Streefwaarde 2025  | Streefwaarde 2026  | |
|---|---|---|---|---|
Files door Werk in Uitvoering, als gevolg van aanleg en gepland onderhoud (1):  | 4,4%  | 7,2%  | 10,0%  | 10,0%  | 
Technische Beschikbaarheid: deel van lengte en tijd (%) dat de weg veilig beschikbaar is, zonder dat rij- of vluchtstroken zijn afgesloten als gevolg van aanleg of geplande onderhoudswerkzaamheden  | 98,5%  | 98,6%  | 90,0%  | 90,0%  | 
Veiligheid (2):  | ||||
a. voldoen aan norm voor verhardingen (stroefheid en spoorvorming)  | 99,6%  | 99,4%  | 99,7%  | 99,7%  | 
b. voldoen aan norm gladheidbestrijding (binnen 2 uur preventief strooien).  | 99%  | 99%  | 95%  | 95%  | 
Bron: Rijkswaterstaat 2025
Toelichting
1. Files door Werk in Uitvoering, als gevolg van aanleg en gepland onderhoud (1): Deze indicator betreft de verhouding 'Files door aanleg, beheer en onderhoud’ ten opzichte van ‘Alle files’. Hierbij worden alleen files meegeteld die een snelheid hebben lager dan 50 km/uur en een lengte van minstens 2 km. De overige vertragingen, namelijk die met een snelheid tussen 50 en 100 km/uur en/of over korte lengte, worden niet benoemd als files, maar als congestie.
2. Veiligheid (2): de indicator kent twee aspecten, namelijk:
a) Het voldoen aan de veiligheidsnormen: dit wordt gemonitord aan de hand van de schadekenmerken stroefheid en spoorvorming.b) Het tijdig bestrijden van wintergladheid: dit wordt gemonitord aan de hand van de situaties waarin tijdig preventief dient te worden gestrooid.
12.02.04 Vernieuwing
Op dit artikelonderdeel staan de beschikbare budgetten voor vernieuwing (voorheen: vervanging en renovatie) van het hoofdwegennet. Sinds medio vorige eeuw is in hoog tempo een groot deel van de infrastructuur aangelegd. Het is van belang dat de veiligheid en de beschikbaarheid van het hoofdwegennet in stand worden gehouden tegen de achtergrond van een beperkte technische levensduur van kunstwerken. Het einde van de levensduur kan ontstaan door de ouderdom van het kunstwerk of door intensiever gebruik dan bij het ontwerp is voorzien. Op basis van onderzoek wordt jaarlijks een analyse gemaakt voor welke kunstwerken vervanging of renovatie aan de orde is. RWS bekijkt via inspecties waar maatregelen nodig zijn. Voor een zichtperiode van ongeveer 7 jaar is dit vooruit te plannen in concrete projecten. Voor de periode daarna zijn budgetten beschikbaar t/m 2039, maar wordt de invulling van het programma op een later moment concreet. De werkwijze staat verder toegelicht in bijlage 3 'Instandhouding'. In het MIRT-projectenoverzicht worden onderliggende projecten inzichtelijk gemaakt.
Projectbudget  | Kasbudget  | Openstelling  | Toelichting  | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | later  | huidig  | vorig  | |
Programma Vernieuwing  | 8.376  | 8.502  | 1.692  | 329  | 477  | 646  | 680  | 815  | 753  | 2.985  | Diverse  | Diverse  | |
Totaal programma Vernieuwing  | 8.376  | 8.502  | 1.692  | 329  | 477  | 646  | 680  | 815  | 753  | 2.985  | |||
Budget Vernieuwing (MF 12.02.04)  | 284  | 420  | 536  | 558  | 703  | 607  | 3.576  | ||||||
Overprogrammering (-)  | ‒ 45  | ‒ 57  | ‒ 110  | ‒ 122  | ‒ 112  | ‒ 145  | 591  | ||||||
Toelichting
Bij deze ontwerpbegroting 2026 is voor Vernieuwing Hoofdwegennet ook overprogrammering opgenomen. Daarom is er een nieuw Projectoverzicht behorende bij 12.02.04 opgesteld.
12.03 Ontwikkeling
Motivering
Om een betrouwbaar netwerk te realiseren en de verwachte verkeersgroei te faciliteren, worden infrastructuurprojecten voorbereid en uitgevoerd. Zo wordt bereikt dat de noodzakelijke wegcapaciteit beschikbaar is en komt. Daarbij wordt rekening gehouden met de kaders van veiligheid en leefbaarheid.
Maatregelen
Herprioritering MIRT
De combinatie van de stikstofproblematiek, financiële tekorten en de personele krapte heeft geleid tot een herprioritering van projecten in 2023 en 2025. In 2023 zijn zeventien weg- en vaarwegprojecten gepauzeerd (Kamerstuk 36 200 A, nr. 78). In 2025 zijn aanvullend vijf wegprojecten gepauzeerd (Kamerstuk 36725 A, nr. 4). De middelen worden ingezet voor het dekken van tekorten op het Mobiliteitsfonds en worden besteed aan projecten die maakbaar en uitvoerbaar zijn. De ambitie van IenW is om ieder jaar één gepauzeerd project op te starten, mits voldaan kan worden aan de randvoorwaarden op het gebied van stikstof, financiën en capaciteit.
Verkeersveiligheid hoofdwegennet
Er wordt op verschillende manieren geïnvesteerd in verder verbeteren van de verkeersveiligheid op het hoofdwegennet. Vanuit het Coalitieakkoord van het kabinet-Rutte IV is in totaal € 200 miljoen beschikbaar gesteld voor het verbeteren van de verkeersveiligheid op Rijks-N-wegen. In het voorjaar 2025 heeft het kabinet-Schoof besloten om de gereserveerde middelen voor de Lelylijn op de Aanvullende Post van het ministerie van Financiën over te hevelen voor o.a. de N36 Almelo/Wierden-Ommen (€ 115 miljoen). Het aanvullende budget voor de N36 is toegevoegd aan het programma verkeersveiligheid Rijks-N-wegen. Daarnaast worden verschillende verkeersveiligheidsmaatregelen genomen vanuit het programma Meer Veilig.
12.03.01 Aanleg
Motivering
Op dit artikel staan de beschikbare budgetten die noodzakelijk zijn voor de (realisatie)activiteiten bij het hoofdwegennet. Voorbeelden zijn uitgaven die worden gedaan voor de uitvoering (bouwfase) van MIRT-projecten.
Mijpalen Aanlegprojecten
In 2026 zijn er geen mijlpalen voor aanlegprojecten voorzien. Tijdens de jaarlijkse MIRT-brieven wordt de Tweede Kamer geïnformeerd over de voortgang van lopende projecten. Daarbij geeft het MIRT-projectenoverzicht 2026 een toelichting bij deze begroting over de projecten en programma’s.
Mijlpaal  | Project  | |
|---|---|---|
Openstelling  | ‒  | n.v.t.  | 
Bron: Rijkswaterstaat 2025
Producten
Projectbudget  | Kasbudget  | Openstelling  | Toelichting  | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | later  | huidig  | vorig  | |
Kleine projecten / Afronding projecten  | 84  | 6.095  | 6.013  | 19  | 10  | 14  | 5  | 5  | 18  | 14  | |||
Programma snelheidsaanpassing  | 56  | 56  | 52  | 3  | |||||||||
Programma aansluitingen  | 133  | 133  | 127  | 6  | |||||||||
Quick Wins Wegen  | 12  | 12  | 12  | 0  | |||||||||
Verkeersveiligheid Rijks-N-wegen  | 23  | 0  | 3  | 9  | 3  | 4  | 4  | ||||||
ZSM 1+2 (spoedwet wegverbreding)  | 1.478  | 1.478  | 1.475  | 2  | 0  | 2016  | 2016  | ||||||
Projecten Noordwest-Nederland  | |||||||||||||
A10 Amsterdam praktijk-proef FES  | 41  | 41  | 38  | 3  | 2018  | 2018  | |||||||
A10 Knooppunten De Nieuwe Meer en Amstel (Zuidas)  | 867  | 853  | 148  | 96  | 86  | 47  | 54  | 4  | 94  | 337  | 2032-2036  | 2032-2036  | |
A1/A6/A9 Schiphol-Amsterdam-Almere  | 1.222  | 1.218  | 1.002  | 35  | 38  | 116  | 31  | 2027  | 2027  | ||||
A9 Badhoevedorp  | 289  | 292  | 288  | 1  | 0  | 2017  | 2017  | ||||||
Projecten Zuidwest-Nederland  | |||||||||||||
A15 Papendrecht-Sliedrecht  | 23  | 22  | 19  | 3  | 2021  | 2021  | |||||||
A4-A44 Rijnlandroute  | 543  | 542  | 513  | ‒  | 30  | regio  | regio  | ||||||
A4 Vlietland / N14  | 32  | 31  | 16  | 11  | 5  | 2020  | 2020  | ||||||
N57/59 EuroRAP (verkeersveiligheid)  | 22  | 22  | 8  | 2  | 12  | ntb  | ntb  | ||||||
Projecten Zuid-Nederland  | |||||||||||||
A2 Passage Maastricht  | 686  | 686  | 679  | 1  | 6  | 2016  | 2016  | ||||||
A4 Dinteloord-Bergen op Zoom  | 260  | 260  | 259  | 0  | 1  | 2014  | 2014  | ||||||
A27 Houten Hooipolder  | 110  | 110  | 110  | ‒  | ntb  | ntb  | |||||||
A2 Het Vonderen-Kerensheide  | 424  | 417  | 73  | 64  | 132  | 132  | 23  | 2025-2027  | 2025-2027  | ||||
KTM I Randweg Eindhoven  | 34  | ‒  | 2  | 7  | 15  | 10  | 2027  | ntb  | |||||
Projecten Oost-Nederland  | |||||||||||||
A12-A15 Ressen - Oudenbroeken (ViA15)  | 1.308  | 1.263  | 178  | 22  | 350  | 331  | 299  | 126  | 2  | 2029-2031  | ntb  | 1  | |
A1 Apeldoorn - Azelo: fase 1 en fase 2a  | 479  | 478  | 444  | 32  | 3  | 2024  | 2023-2025  | ||||||
N35 Combiplan Nijverdal  | 320  | 319  | 317  | 1  | 0  | 1  | 2015  | 2015  | |||||
N35 Wijthmen - Nijverdal  | 25  | 24  | 4  | 10  | 8  | 2  | 0  | 2018  | 2018  | ||||
Projecten Noord-Nederland  | |||||||||||||
A7 Zuidelijke Ringweg Groningen fase 2  | 967  | 965  | 828  | 122  | 11  | 6  | 2024  | 2024  | |||||
N31 Leeuwarden (De Haak)  | 222  | 222  | 221  | 1  | 2014  | 2014  | |||||||
Overige maatregelen  | |||||||||||||
Fileaanpak  | 70  | 61  | 61  | 3  | 4  | 2  | 0  | 0  | |||||
Afrondingen  | |||||||||||||
Totaal aanlegprogramma  | 9.727  | 15.601  | 12.885  | 439  | 680  | 698  | 428  | 138  | 121  | 351  | |||
Totaal uitvoeringsprogramma  | 9.727  | 15.601  | 12.885  | 439  | 680  | 698  | 428  | 138  | 121  | 351  | |||
Aanleg uitgaven op MF 12.03.01 mbt Planning en studies  | 1.247  | 1.186  | 656  | 106  | 96  | 65  | 104  | 99  | 48  | 73  | |||
Programma Aanleg  | 10.974  | 16.787  | 13.541  | 545  | 776  | 763  | 532  | 237  | 169  | 424  | |||
Budget Aanleg (MF 12.03.01)  | 13.339  | 327  | 510  | 965  | 750  | 503  | 305  | 687  | |||||
Overprogrammering (-)  | ‒ 202  | ‒ 218  | ‒ 266  | 202  | 218  | 266  | 136  | 263  | |||||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. A12-A15 Ressen - Oudenbroeken (ViA15): de overheveling naar het DBFM project heeft geleid tot een negatieve stand. Met deze correctie wordt wat er teveel was overgeheveld weer teruggeboekt bij het aanlegproject (€ 25 miljoen). Daarbij is de openstelling aangepast van ntb naar 2029-2031 vanwege de nieuwe planning na het definitieve tracébesluit door Raad van State.
De overige budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van loon- en prijsbijstelling 2025.
12.03.02 Planning en studies
Motivering
Op dit artikel staan de beschikbare budgetten die noodzakelijk zijn voor de (studie)activiteiten bij het hoofdwegennet. Voorbeelden zijn de gereserveerde realisatiebudgetten voor de projecten in de planning- en studiefase (planuitwerking).
Producten
Projectbudget  | Planning  | Toelichting  | |||
|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | Tracébesluit  | Openstelling  | |
Aanleguitgaven op MF 12.03.01 mbt planning en studies  | ‒ 1.247  | ‒ 1.186  | nvt  | nvt  | |
Projecten Nationaal  | |||||
Beter Benutten  | 85  | 85  | nvt  | nvt  | |
Geluidsaneringprogramma – weg  | 569  | 562  | nvt  | nvt  | |
Kosten voorbereiding tol  | 117  | 114  | nvt  | nvt  | |
Exploitatie tol  | 553  | 497  | nvt  | nvt  | 1  | 
Reservering voor LCC  | 387  | 343  | nvt  | nvt  | 2  | 
Digitaal Stelsel Mobiliteitsdata  | 120  | 117  | nvt  | nvt  | |
Snelfietsroutes  | 46  | 28  | nvt  | nvt  | 3  | 
Voorbereiding vrachtheffing  | 358  | 370  | nvt  | nvt  | 4  | 
Exploitatie vrachtheffing  | 0  | 460  | nvt  | nvt  | 5  | 
Investeringsimpuls Verkeersveiligheid  | 443  | 438  | nvt  | nvt  | 6  | 
Maatregelen Fietsveiligheid  | 47  | 48  | nvt  | ntv  | |
Verkeersveiligheid Rijks-N-wegen  | 287  | 178  | nvt  | nvt  | 7  | 
Reservering inzet restbudgetten  | 200  | 218  | ntv  | ntv  | 8  | 
Bijdrage aan agentschap t.b.v. externe kosten planuitwerkingen  | 161  | 165  | nvt  | nvt  | |
Projecten Noordwest-Nederland  | |||||
A1/A28 Knooppunt Hoevelaken  | 175  | 138  | ntb  | ntb  | 9  | 
A12/A27 Ring Utrecht  | 1.802  | 1.773  | ntb  | ntb  | |
A7/A8 Amsterdam-Hoorn  | 23  | 22  | ntb  | ntb  | |
A6 Almere Oostvaarders - Lelystad  | 23  | 23  | ntb  | ntb  | |
Noordelijke Randweg Utrecht  | 0  | Regio  | Regio  | ||
Projecten Zuidwest-Nederland  | |||||
A20 Nieuwerkerk a/d IJssel – Knooppunt Gouwe  | 216  | 216  | 2028  | ntb  | |
A4 Haaglanden - N14  | 36  | 36  | ntb  | ntb  | |
A4 Burgerveen - N14  | 3  | 3  | ntb  | ntb  | |
Westerscheldetunnel  | 151  | 151  | nvt  | nvt  | |
Capaciteitsverruiming A16 Van Brienenoordcorridor Rotterdam  | 0  | ntb  | |||
Projecten Zuid-Nederland  | |||||
A67/A73 Knooppunt Zaarderheiken  | 6  | 6  | ntb  | ntb  | |
N65 Vught - Haaren  | 89  | 89  | Regio  | Regio  | |
Programma SmartwayZ.NL: A67 Leenderheide-Geldrop  | 58  | 58  | ntb  | ntb  | |
Programma SmartwayZ.NL: InnovA58  | 581  | 581  | ntb  | ntb  | |
Programma SmartwayZ.NL: ITS en Smart Mobility  | 9  | 9  | nvt  | nvt  | |
Projecten Oost-Nederland  | |||||
A1/A30 Barneveld  | 24  | 24  | ntb  | ntb  | |
N35 Nijverdal - Wierden  | 129  | 129  | ntb  | ntb  | |
N35 Knooppunt Raalte  | 26  | 26  | Regio  | Regio  | |
N50 Kampen – Kampen Zuid  | 17  | 17  | ntb  | ntb  | |
A28 Amersfoort-Hoogeveen  | 34  | 34  | 2028  | 2028  | |
A1/A35 Knooppunt Azelo - Buren  | 0  | ntb  | ntb  | ||
Projecten Noord-Nederland  | |||||
Toegangsweg Groningen Airport Eelde  | 14  | 14  | Regio  | Regio  | |
N33 Zuidbroek-Appingedam  | 204  | 200  | ntb  | ntb  | |
N33 Appingedam-Eemshaven  | 4  | 4  | ntb  | ntb  | |
Overige projecten en reserveringen  | 179  | 145  | |||
Projecten in voorbereiding  | |||||
Projecten Nationaal  | |||||
Studiebudget Verkenningen / MIRT onderzoeken  | |||||
Programma DUMO  | |||||
Programma Fiets  | |||||
Strategisch plan Verkeersveiligheid  | |||||
Afrondingen  | |||||
Totaal programma planning en studies  | 5.928  | 6.135  | |||
Begroting (MF 12.03.02)  | 5.928  | 6.135  | |||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. Exploitatie Tol: Aan het budget is het extrapolatiejaar 2039 toegevoegd.
2. Reservering voor LCC: Aan het budget is het extrapolatiejaar 2039 toegevoegd.
3. Snelfietsroutes: Voor het programma Meerjarige Adaptieve Uitvoeringsagenda Fiets (MAUF) wordt een Specifieke Uitkering (SPUK) voorbereid. Dit betreft een overboeking ten hoogte van € 18 miljoen vanuit MAUF aangezien de SPUK binnen doorfietsroutes wordt aangegaan.
4. Voorbereiding Vrachtwagenheffing: Dit betreft de overboeking naar artikel 15 op HXII.
5. Dit betreft een overboeking van € 460 miljoen van de exploitatie kosten voor de invoering van vrachtwagenheffing naar de minregel waar het uit voorgefinancierd was. Dit budget is op het Mobiliteitsfonds niet meer nodig, omdat het vanaf 2026 via Hoofdstuk HXII artikel 15 verplicht en betaald gaat worden en direct wordt verrekend met de binnengekomen ontvangsten.
6. Strategisch Plan Verkeersveiligheid: Het budget wordt opgehoogd door een herschikking van de middelen binnen verkeersveiligheid, die tot doel hadden kosteneffectieve infrastructurele maatregelen aan bermen van N-wegen (die niet in beheer zijn bij het Rijk). Deze middelen worden toegevoegd aan de regeling stimulering verkeersveiligheidsmaatregelen 2025–2030, waarmee ook subsidie voor veilige, obstakelvrije bermen van N-wegen kunnen worden aangelegd.
7. Verkeersveiligheid Rijks-N-wegen: Aan het budget wordt € 115 miljoen toegevoegd, volgend uit de Voorjaarsbesluitvorming 2025, als aanvulling van N36 Almelo/Wierden-Ommen. Daarnaast is de opdracht aan Rijkswaterstaat verstrekt voor de realisatie van de maatregelen aan de N18.
8. Reservering inzet restbudgetten: Bij de vorming van deze reservering is te veel afgeroomd van het budget van A1/A28 Knooppunt Hoevelaken en dat wordt bij deze gecorrigeerd. Hierdoor blijft € 200 miljoen beschikbaar voor de herstart van een gepauzeerd project (Kamerstuk 36 600 A, nr. 16).
9. A1/A28 Knooppunt Hoevelaken: Dit betreft de correctie van de afroming van de restbudgetten (Kamerstuk 36 600 A, nr. 16).
De overige budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van loon- en prijsbijstelling 2025.
12.03.03 Optimalisering gebruik
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden uitgaven gedaan die de optimalisering van het gebruik van infrastructuur op de weg bevorderen. Voorbeelden zijn intelligent verkeersmanagement, informatie over werk in uitvoering en beperkte infrastructurele aanpassing van weginfrastructuur.
Producten
Optimalisering gebruik (12.03.03)  | Projectbudget  | Openstelling  | Toelichting  | ||
|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | huidig  | vorig  | |
Digitale Infrastructuur voor Toekomstbestendige Mobiliteit  | 32  | 32  | nvt  | nvt  | |
Schoon Emissieloos Bouwen  | 183  | 203  | nvt  | nvt  | 1  | 
Slim, Veilig, Doelmatig en Duurzaam Gebruik van Mobiliteitsinfrastructuur  | 155  | 130  | nvt  | nvt  | |
Ringen draaiende houden WoMo  | 133  | 212  | nvt  | nvt  | 2  | 
Reservering kleine maatregelen  | 280  | 280  | nvt  | nvt  | |
Meerjarig Adaptie Fiets  | 0  | 18  | 3  | ||
Noordwest-Nederland  | |||||
Maatregelenpakket regio Amersfoort  | 50  | 50  | Regio  | nvt  | |
Zuidwest-Nederland  | |||||
A4/N211 Harnaschknoop  | 35  | 35  | Regio  | nvt  | |
Maatregelenpaket A15 Papendrecht-Gorinchem  | 16  | 16  | Regio  | nvt  | |
Maatregelenpakket A4 Haaglanden-N14  | 16  | 16  | Regio  | nvt  | |
Zuid-Nederland  | |||||
Reservering VDL  | 5  | 5  | nvt  | nvt  | |
Ringen draaiende houden WoMo  | 21  | 55  | nvt  | nvt  | |
Quickwins A2 Deil-Vught  | 14  | 14  | nvt  | nvt  | |
Maatregelenpakket A2 Deil-Vught  | 54  | 54  | Regio  | nvt  | |
Maatregelenpakket A58 Stedelijke regio Breda-Tilburg  | 23  | 23  | Regio  | nvt  | |
Totaal Optimalisering gebruik  | 1.017  | 1.143  | |||
Begroting (MF 12.03.03)  | 1.017  | 1.143  | |||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. Schoon Emissieloos Bouwen: Dit betreft een overboeking naar HXII waar een deel van de regeling via RVO wordt uitgekeerd.
2. Ringen draaiende houden WoMo: De eerste tranche van de werkzaamheden (€ 79 miljoen) is in opdracht gegeven aan Rijkswaterstaat. Het is daartoe overgeboekt naar de betreffende realisatiebudgetten binnen artikel 12.
3. Meerjarig Adaptatie Fiets: Voor het programma Meerjarige Adaptieve Uitvoeringsagenda Fiets (MAUF) wordt een Specifieke Uitkering (SPUK) voorbereid. Dit betreft de overboeking ter hoogte van € 18 miljoen vanuit MAUF aangezien de SPUK binnen doorfietsroutes wordt aangegaan.
12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS
Motivering
Bij infrastructuurprojecten boven het drempelbedrag van € 60 miljoen wordt middels een Publiek Private Comparator (PPC) getoetst of een DBFM-contract meerwaarde op kan leveren. Infrastructuurprojecten die via een DBFM (Design, Build, Finance en Maintain) contract worden aanbesteed, hebben als kenmerk dat sprake is van de overdracht van de integrale onderdelen van een bouwproject (ontwerp, bouw, onderhoud en financiering) aan een private opdrachtnemer. In plaats van een product wordt een dienst uitgevraagd, te weten de beschikbaarheid van de infrastructuur. De betaling voor deze dienst vindt plaats aan de hand van de overeengekomen prestatie die wordt afgezet tegen de daadwerkelijk geleverde prestatie, de beschikbaarheid. De beschikbaarheidsvergoeding wordt pas uitgekeerd na openstelling van het project; tijdens de bouw dient de DBFM- opdrachtnemer daarom zelf de financiering te regelen. Omdat het project gefinancierd is door banken en/of institutionele beleggers, is sprake van een sterke druk vanuit de financierders op de opdrachtnemer om de afgesproken prestatie ook te leveren: op tijd en binnen de geraamde kosten. Een lager prestatieniveau leidt tot lagere betalingen, die op hun beurt de terugbetaling van de financiering moeten zeker stellen. In de bouwfase is doorgaans wel sprake van een gedeeltelijke betaling (de partiële beschikbaarheidsvergoeding) als sprake is van de uitbreiding van een bestaande weg die ook tijdens de verbouwing beschikbaar moet blijven voor het wegverkeer. Bij openstelling van de weg wordt overgegaan naar een volledige beschikbaarheidsvergoeding. Het afronden van een aanbesteding resulteert in een meerjarige verplichting, van zowel aanleg als ook beheer en onderhoud op het desbetreffende project. Op dit begrotingsartikel bestaat daarmee geen enkele budgetflexibiliteit. Slechts bij onderpresteren van de opdrachtnemer kunnen boetes en kortingen worden aangebracht.
De verplichting aan de DBFM-opdrachtnemer vervalt aan het einde van de looptijd van het contract waarna het beheer en onderhoud van deze wegvakken terugkomen bij RWS en de bijbehorende budgetten geraamd worden op het reguliere onderhoudsartikel (artikelonderdeel 12.02 Onderhoud en Vernieuwing).
Producten
De projecten A16 Rotterdam, A9 Badhoevedorp-Holendrecht en A12/A15 Ressen-Oudbroeken (ViA15) verkeren in de bouwfase. De voorgenoemde projecten kennen een partiële beschikbaarheidsvergoeding. In oktober 2024 is er een uitspraak van de Raad van State omtrent het Tracébesluit van A12/A15 Ressen-Oudbroeken (ViA15) geweest, waarmee het Tracébesluit onherroepelijk is geworden.
Projectbudget  | Kasbudget  | Openstelling  | Eind contract  | Toelichting  | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | later  | huidig  | vorig  | ||
Projecten Noordwest-Nederland  | ||||||||||||||
A10 Tweede Coentunnel  | 2.279  | 2.265  | 1.514  | 60  | 61  | 59  | 59  | 58  | 58  | 410  | 2013  | 2013  | 2037  | |
A12 Lunetten - Veenendaal  | 733  | 729  | 498  | 42  | 26  | 26  | 25  | 25  | 24  | 67  | 2012  | 2012  | 2033  | |
A1/A6/A9 SA Badhoevedorp-Holendrecht  | 1.510  | 1.484  | 188  | 74  | 69  | 119  | 162  | 81  | 80  | 737  | 2027  | 2027  | 2040  | |
A1/A6/A9 Schiphol - Amsterdam - Almere (deeltraject A1/A6)  | 1.950  | 1.932  | 932  | 66  | 63  | 62  | 60  | 59  | 67  | 640  | 2019  | 2019  | 2042  | |
A1/A6/A9 Schiphol - Amsterdam - Almere (deeltraject A6 Almere)  | 409  | 405  | 151  | 20  | 18  | 18  | 17  | 17  | 21  | 148  | 2019  | 2019  | 2040  | |
A1/A6/A9 Schiphol - Amsterdam - Almere (deeltraject A9 Gaasperdammerweg)  | 1.229  | 1.218  | 598  | 51  | 49  | 48  | 47  | 47  | 46  | 343  | 2020  | 2020  | 2038  | |
A27/A1 Utrecht-Eemnes-Bunschoten  | 383  | 378  | 117  | 18  | 15  | 15  | 15  | 15  | 15  | 174  | 2019  | 2019  | 2043  | |
Aflossing tunnels  | 966  | 965  | 880  | 39  | 34  | 0  | 14  | 0  | 0  | 0  | ||||
Projecten Zuidwest-Nederland  | ||||||||||||||
A15 Maasvlakte - Vaanplein  | 2.466  | 2.454  | 1.781  | 125  | 70  | 70  | 62  | 62  | 62  | 234  | 2015  | 2015  | 2035  | |
A16 Rotterdam  | 2.004  | 1.980  | 694  | 120  | 89  | 133  | 66  | 62  | 62  | 778  | 2025  | 2025  | 2043  | |
A24 Blankenburgverbinding  | 2.138  | 2.111  | 619  | 153  | 145  | 78  | 86  | 78  | 74  | 905  | 2024  | 2024  | 2043  | |
Projecten Zuid-Nederland  | ||||||||||||||
A59 Rosmalen - Geffen  | 277  | 271  | 271  | 1  | 1  | 1  | 1  | 1  | 1  | 2  | 2005  | 2005  | 2020  | |
A27 Houten-Hooipolder  | 2.888  | 2.517  | 253  | 166  | 266  | 325  | 271  | 255  | 263  | 1.091  | 2029-2031  | 2029-2031  | 2046  | 1  | 
Projecten Oost-Nederland  | ||||||||||||||
A12-A15 Ressen - Oudenbroeken (ViA15)  | 607  | 625  | 217  | 34  | 74  | 102  | 101  | 24  | 2  | 53  | 2029-2031  | ntb  | 2051  | 2  | 
A12 Ede - Grijsoord  | 173  | 172  | 96  | 11  | 10  | 10  | 9  | 9  | 9  | 18  | 2016  | 2016  | 2032  | |
N18 Varsseveld – Enschede  | 335  | 332  | 157  | 15  | 11  | 11  | 11  | 11  | 11  | 108  | 2018  | 2018  | 2043  | |
Projecten Noord-Nederland  | ||||||||||||||
N33 Assen - Zuidbroek  | 371  | 368  | 203  | 16  | 16  | 17  | 17  | 17  | 17  | 68  | 2014  | 2014  | 2034  | |
Tolgefinancierde uitgaven (NCW)  | ||||||||||||||
Tolgefinancierde uitgaven A12/A15 Ressen - Oudbroeken (ViA15)  | 599  | 580  | 2  | 2  | 595  | |||||||||
Afrondingen  | ||||||||||||||
Totaal  | 21.318  | 20.787  | 9.170  | 950  | 954  | 1.034  | 964  | 765  | 756  | |||||
Budget (MF 12.04)  | 21.318  | 20.787  | 9169,949  | 949,578  | 953,819  | 1033,743  | 964,276  | 764,544  | 755,881  | |||||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. A27 Houten-Hooipolder: het projectbudget is gestegen met € 329 miljoen door de overheveling t.b.v. van de excessieve prijsstijgingen.
2. A12-A15 Ressen - Oudenbroeken (ViA15): bij de voorjaarsnota 2025 heeft de overheveling naar het DBFM project geleid tot een negatieve stand. Met deze correctie wordt wat er teveel was overgeheveld weer teruggeboekt bij het aanlegproject (€ 25 miljoen).
De overige budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van loon- en prijsbijstelling 2025.
12.06 Netwerkgebonden kosten Hoofdwegennet
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de aan het netwerk te relateren apparaatskosten (inclusief afschrijving en rente) van RWS en de overige netwerkgebonden kosten geraamd. De overige netwerkgebonden kosten komen ten goede aan exploitatie, onderhoud en vernieuwing, ontwikkeling en DBFM, en betreffen taken die gecentraliseerd binnen RWS worden opgepakt. Het gaat bij deze zogeheten landelijke taken onder meer om het verzamelen van basisinformatie, onderhouden van ICT-systemen, het inspecteren van het areaal en de ontwikkeling van kennis en innovatie. Er is gekozen voor centrale uitvoering met het oog op enerzijds uniformiteit in werkwijze en anderzijds kostenbesparing.
12.09 Ontvangsten
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de bijdragen van derden aan de producten op het gebied van Rijkswegen, die rechtstreeks aan IenW worden betaald, verantwoord.
Het project Tijdelijke Tolheffing betreft de invoering en exploitatie van tolheffing op de A24 Blankenburgverbinding (BBV) en de ViA15. De A24 BBV is op 7 december 2024 in gebruik genomen. Op dat moment is ook de tolheffing gestart. De startdatum van de tolheffing op de ViA15 is onzeker. Naar huidig inzicht wordt de verbinding niet vóór 2030 in gebruik genomen.
Het doel van de tolheffing is om een financieringsbehoefte voor de aanleg van de A24 BBV en de ViA15 te dekken. Zonder de tolheffing zou er onvoldoende financiële dekking voor de aanleg van deze verbindingen zijn in het Mobiliteitsfonds en hadden deze verbindingen niet gerealiseerd kunnen worden.
Deze financieringsbehoefte komt tot uiting in een tolopgave van € 405 miljoen voor de A24 BBV en van € 366 miljoen voor de ViA15 (bedragen in prijzen 2025 en in contante waarde). De tolopbrengsten moeten deze tolopgave, maar ook de uitvoeringskosten voor tolheffing dekken. Dit zijn de invoeringskosten van tolheffing en de cumulatieve kosten voor exploitatie tijdens de periode waarin tol geheven wordt. De kosten voor het realiseren en heffen van tol worden dus gedekt vanuit de tolopbrengsten.
Als de tolopgave, inclusief de uitvoeringskosten van tolheffing, is voldaan, zal de tolheffing worden beëindigd. Naar verwachting wordt op beide verbindingen voor een periode van maximaal 25 jaar tol geheven.
Hierna volgen de verwachte uitgaven en ontvangsten van tolheffing. Voor een gedetailleerd overzicht van uitgaven en ontvangsten wordt verwezen naar bijlage 5 tol.
Producten
2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | |
|---|---|---|---|---|---|---|
Bijdragen van derden  | 43  | 6  | 9  | 11  | 14  | |
Geraamde inkomsten tol  | 75  | 87  | 75  | 62  | 63  | 68  | 
Totaal Ontvangsten (MF 12.09)  | 118  | 93  | 84  | 73  | 77  | 68  | 
Bijdragen van derden
Dit betreffen de bijdragen van decentrale overheden en andere derden aan projecten in de investeringen van Rijkswegenprojecten.
Totaal geraamde inkomsten tol
De ontvangsten uit tolheffing bestaan uit de ontvangsten uit de tolgelden, plus de ontvangsten uit de administratiekosten bij een betaalherinnering en de ontvangsten uit bestuurlijke boetes. Voor de A24 BBV en de ViA15 worden de volgende ontvangsten geraamd:
2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontvangsten tolgelden  | 37,5  | 37  | 39  | 39  | 39  | 41  | 41  | 41  | 
Ontvangsten administratiekosten  | 23  | 16  | 10  | 10  | 10  | 10  | 10  | |
Ontvangsten boetes  | 37,5  | 27  | 20  | 13  | 13  | 13  | 13  | 13  | 
Totaal  | 75  | 87  | 75  | 62  | 62  | 64  | 64  | 64  | 
2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontvangsten tolgelden  | 4  | 24  | 27  | |||||
Ontvangsten administratiekosten  | 2  | 13  | ||||||
Ontvangsten boetes  | 20  | 17  | ||||||
Totaal  | 4  | 46  | 57  | 
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
In 2026 wordt een bijdrage van € 93 miljoen verwacht. De bijdragen van derden (€ 6 miljoen) komt met name ten bate van het project A67/A73 Knooppunt Zaarderheiken en Vervanging en Renovatie (€ 2,7 miljoen) en het restant is een optelsom van bijdragen kleiner dan € 1 miljoen en komt ten bate van diverse andere projecten (€ 3,2 miljoen). Daarnaast wordt € 87 miljoen aan tolopbrengsten verwacht bij het project A24 Blankenburgverbinding.
Op dit artikel worden de producten op het gebied van Spoorwegen verantwoord. Het productartikel Spoorwegen is gerelateerd aan de beleidsdoelstellingen en beleidsinstrumenten zoals beschreven in de begroting Hoofdstuk XII bij beleidsartikel 16 Openbaar Vervoer en Spoor.
2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen  | 3.439.066  | 3.581.594  | 2.902.113  | 2.807.437  | 2.524.645  | 2.408.368  | 2.771.324  | 
Uitgaven  | 3.170.623  | 3.182.870  | 3.175.694  | 3.034.507  | 2.949.327  | 2.918.182  | 2.805.365  | 
13.02 Exploitatie, onderhoud en vernieuwing  | 2.570.447  | 2.678.004  | 2.513.149  | 2.481.024  | 2.383.821  | 2.391.188  | 2.295.474  | 
13.03 Ontwikkeling  | 360.532  | 276.709  | 442.368  | 345.610  | 402.719  | 429.388  | 419.631  | 
13.03.01 Aanleg personenvervoer  | 277.285  | 165.972  | 347.464  | 187.154  | 208.422  | 231.205  | 207.421  | 
13.03.02 Aanleg goederenvervoer  | 41.615  | 26.218  | 50.542  | 61.654  | 46.396  | 26.756  | 23.987  | 
13.03.03 Optimalisering gebruik  | 778  | 802  | 2.208  | ||||
13.03.04 Planning en studies personenvervoer  | 36.925  | 64.918  | 25.670  | 53.918  | 76.398  | 90.736  | 109.035  | 
13.03.05 Planning en studies goederenvervoer  | 3.929  | 18.799  | 16.484  | 40.664  | 71.003  | 80.191  | 79.188  | 
13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS  | 239.644  | 228.157  | 220.177  | 207.873  | 162.786  | 97.606  | 90.260  | 
13.07 Rente en aflossing  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
Ontvangsten  | 207.722  | 284.090  | 300.998  | 150.284  | 153.284  | 149.586  | 163.284  | 
13.09 Ontvangsten  | 207.722  | 284.090  | 300.998  | 150.284  | 153.284  | 149.586  | 163.284  | 
Budgetflexibiliteit
Met uitzondering van planning en studies, zijn de budgetten in 2026 juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2026. De budgetten voor planning en studies zijn bestuurlijk gebonden.
2026  | |
|---|---|
Juridisch verplicht  | 99%  | 
Bestuurlijk gebonden  | 1%  | 
Beleidsmatig gereserveerd  | |
Niet-juridisch verplicht / vrij te besteden  | 
13.02 Exploitatie, onderhoud en vernieuwing
Motivering
Op grond van richtlijn 91/440/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschap van 29 juli 1991 kan een beheerder voor de spoorweginfrastructuur worden aangewezen en kunnen lidstaten financiële middelen verstrekken aan de beheerder om te voldoen aan zijn taken. De Minister van IenW heeft op 14 december 2014 aan ProRail een concessie verleend voor het beheer van de hoofdspoorweginfrastructuur in de periode 2015 tot en met 2024. In 2024 is de beheerconcessie beleidsneutraal verlengd tot 1 januari 2029. De Tweede Kamer is hierover geinformeerd (Kamerstukken 2024, 29984, nr. 1205). In de beheerconcessie staan de afspraken tussen de overheid en ProRail over het beheer van de hoofdspoorweginfrastructuur (HSWI). Deze afspraken gaan onder meer over de beschikbaarheid, betrouwbaarheid en kwaliteit van de hoofdspoorweginfrastructuur en de daarmee samenhangende voorzieningen, maar ook over de kwaliteit van de informatievoorziening. Jaarlijks wordt aan ProRail subsidie verstrekt voor de instandhouding van de hoofdspoorweginfrastructuur, overeenkomstig het bepaalde in de Wet Mobiliteitsfonds.
De beheerconcessie bevat instrumenten als prestatie-indicatoren, programma’s en maatregelen, audits en reviews, verplichtingen om informatie aan IenW te verstrekken en/of besluiten voor te leggen en verplichtingen met betrekking tot samenwerking en transparantie. De ruggengraat van de concessie is de jaarcyclus waarmee in het beheerplan jaarlijks afspraken worden gemaakt tussen de Minister van IenW en ProRail over de te bereiken prestaties en de te nemen maatregelen. De Minister van IenW geeft jaarlijks in de beleidsprioriteitenbrief aan welke prestaties het komende jaar van ProRail worden verwacht. ProRail stelt op basis van de beleidsprioriteitenbrief een beheerplan op en consulteert belanghebbenden over de hoofdlijnen van het ontwerp-beheerplan. Vervolgens legt ProRail het beheerplan ter instemming voor aan de Minister van IenW.
Nadat de Minister van IenW heeft ingestemd met het beheerplan, wordt dit toegezonden aan de Tweede Kamer. Na afloop van het jaar legt ProRail op grond van de concessie verantwoording af in de jaarrapportage en op grond van de Wet Mobiliteitsfonds in het jaarverslag en de jaarrekening. Zodra deze documenten zijn vastgesteld worden ook deze aan de Tweede Kamer toegezonden.
Producten
De exploitatie-, onderhoud- en vernieuwingsactiviteiten van het spoor zijn gericht op het realiseren van de in het beheerplan opgenomen prestaties per prestatiegebied zoals opgenomen in de beheerconcessie. Onderdeel hiervan zijn de activiteiten van ProRail die samenhangen met verkeersleiding en capaciteitsmanagement. In het beheerplan zelf wordt jaarlijks een uitgebreide beschrijving opgenomen van de belangrijkste activiteiten die voor dat jaar zijn gepland. ProRail ontvangt voor de uit te voeren activiteiten een subsidie van het Rijk. Bij de vaststelling van de subsidie voor exploitatie, onderhoud en vernieuwing wordt rekening gehouden met de inkomsten van de gebruiksvergoeding die ProRail ontvangt van de vervoerders en eventuele bijdragen van andere partijen voor onderhoudsactiviteiten. Nadere informatie over areaal, prestaties en budgetten is opgenomen in bijlage 3 Instandhouding.
Maatregelen
Met het basiskwaliteitsniveau (BKN) Spoor zijn de budgetbehoefte en de beschikbare middelen langjarig tot en met 2037 met elkaar in evenwicht gebracht. Inmiddels is de dekking beleidsneutraal verlengd t/m 2039. Sinds de vaststelling van het BKN hebben zich enkele exogene ontwikkelingen voorgedaan in wet- en regelgeving en zijn bepaalde risico's gematerialiseerd waar eerder geen rekening mee kon worden gehouden. Bij de voorjaarsbesluitvorming 2025 heeft dit geleid tot besluitvorming over aanvullende budgettaire kaders. Dit is toegelicht in de voorjaarsnota 2025.
13.03 Ontwikkeling Spoor
IenW is verantwoordelijk voor de uitbreiding van de hoofdspoorweginfrastructuur. Deze wordt in belangrijke mate gefinancierd met middelen uit de Rijksbegroting. Op dit artikelonderdeel worden de uitgaven begroot die noodzakelijk zijn voor:
– door ProRail uit te voeren planningen en studies;
– door IenW uit te voeren planningen en studies;
– voorbereiding van de uitvoering van nieuwbouwprojecten Spoor;
– uitvoering van deze projecten.
13.03.01 Aanlegprogramma personenvervoer spoor
Maatregelen
Projectbudget  | Kasbudget  | Indienststelling  | Toelichting  | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | later  | huidig  | vorig  | |
Projecten Nationaal  | |||||||||||||
Maatregelenpakket HSL Zuid  | 347  | 174  | 153  | 31  | 32  | 11  | 10  | 20  | 25  | 65  | 1  | ||
Benutten Betrouwbaarheid & Capaciteit  | |||||||||||||
Geluidsanering Spoorwegen (MJPG)  | 631  | 623  | 129  | 40  | 66  | 78  | 79  | 52  | 45  | 143  | |||
Programma Behandelen en Opstellen  | 193  | 190  | 36  | 43  | 20  | 21  | 31  | 13  | 10  | 17  | |||
Uitvoeringsprogramma geluid emplacementen (UPGE)  | 30  | 29  | 15  | 1  | 0  | 0  | 3  | 4  | 4  | 3  | |||
Verbeteraanpak stations  | 12  | 12  | 4  | 2  | 4  | 2  | 0  | 0  | 0  | 0  | |||
Spoorcapaciteit 2030  | 870  | 857  | 95  | 41  | 66  | 97  | 111  | 177  | 127  | 155  | |||
Innovatieprogramma Spoortrillingen  | 23  | 23  | 13  | 8  | 2  | 1  | 0  | 0  | 0  | 0  | |||
Regionale Knelpunten  | 17  | 17  | 5  | 9  | 1  | 1  | 0  | 0  | 0  | 0  | |||
Stations en stationsaanpassingen  | |||||||||||||
Kleine stations  | 13  | 13  | 0  | 0  | 0  | 5  | 5  | 3  | 0  | ||||
Toegankelijkheid stations  | 528  | 526  | 408  | 14  | 9  | 17  | 24  | 33  | 20  | 3  | |||
Overige projecten/lijndelen etc.  | |||||||||||||
Programma ATB-Vv  | 82  | 81  | 10  | 2  | 3  | 5  | 5  | 19  | 26  | 14  | |||
Fietsparkeren bij stations  | 460  | 456  | 255  | 19  | 24  | 26  | 30  | 26  | 20  | 61  | |||
Kleine projecten personenvervoer  | 220  | 227  | 15  | 32  | 35  | 33  | 23  | 35  | 47  | ||||
Nazorg gereedgekomen lijnen/halten  | 29  | 33  | 4  | 3  | 3  | 6  | 6  | 6  | 2  | ||||
Programma Overwegen  | 946  | 943  | 662  | 51  | 71  | 42  | 48  | 31  | 26  | 13  | |||
Programma aanpak suïcidepreventie  | 22  | 22  | 10  | 2  | 4  | 4  | 2  | 0  | 0  | 0  | |||
Programma kleine functiewijzigingen  | 401  | 399  | 308  | 13  | 12  | 9  | 8  | 10  | 10  | 32  | |||
Maaslijn  | 230  | 226  | 23  | 30  | 63  | 51  | 40  | 22  | 0  | 0  | |||
Schoon en Emissieloos Bouwen  | 89  | 87  | 1  | 2  | 4  | 9  | 17  | 25  | 21  | 9  | |||
Projecten Noordwest-Nederland  | |||||||||||||
Amsterdam CS Cuypershal  | 28  | 28  | 27  | 1  | 1  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | |||
Paspoort- en beveiligingsfaciliteiten op A'dam CS  | 22  | 22  | 9  | 7  | 2  | 0  | 4  | 0  | 0  | 0  | |||
Projecten Zuidwest-Nederland  | |||||||||||||
Programma Wind in de Zeilen  | 10  | 10  | 3  | 2  | 4  | 0  | 1  | 0  | 0  | 0  | |||
Stations en Stationsaanpassingen  | |||||||||||||
Emplacement Den Haag centraal  | 119  | 118  | 63  | 28  | 19  | 5  | 5  | 0  | 0  | 0  | |||
Projecten Oost Nederland  | |||||||||||||
Traject Oost  | 224  | 223  | 199  | 11  | 8  | 5  | 0  | 0  | 0  | 0  | |||
Regionale lijnen  | 17  | 17  | 17  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | |||
Spoorzone Ede Oost  | 49  | 49  | 43  | 5  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | |||
Projecten Noord Nederland  | |||||||||||||
Sporendriehoek Noord-Nederland  | 146  | 146  | 132  | 1  | 12  | 1  | 0  | 0  | 0  | 0  | |||
Totaal ProRail projecten  | |||||||||||||
Totaal overige (niet ProRail) projecten  | |||||||||||||
Totaal uitvoeringsprogramma  | 5.759  | 5.551  | 2.621  | 383  | 459  | 422  | 463  | 466  | 378  | 566  | |||
Planning- en studieuitgaven binnen aanlegprogramma  | ‒ 204  | ‒ 181  | ‒ 86  | ‒ 16  | ‒ 31  | ‒ 28  | ‒ 16  | ‒ 12  | ‒ 10  | ‒ 5  | |||
Afrekening voorschotten  | 297  | 276  | 276  | 21  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | |||
Programma Aanleg  | 5.852  | 5.646  | 2.811  | 387  | 429  | 395  | 448  | 454  | 368  | 561  | |||
Aanleg uitgaven binnen planning en studies  | 87  | 79  | 46  | 19  | 14  | 6  | 2  | 0  | 0  | 0  | |||
Aanleg uitgaven binnen MF11  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | |||
Budget Aanleg (MF 13.03.01)  | 5.939  | 5.725  | 2.857  | 406  | 443  | 400  | 450  | 454  | 368  | 561  | |||
Overprogrammering (-)  | ‒ 242  | ‒ 96  | ‒ 216  | ‒ 242  | ‒ 223  | ‒ 160  | 1.179  | ||||||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. De constructiefouten in viaducten en de zettingenproblematiek op de HSL moeten worden hersteld. De financiering van deze werkzaamheden was deels geraamd binnen MF 13.04 en omdat de werkzaamheden worden uitgevoerd door ProRail via de MIRT-systematiek is de hiervoor gereserveerde € 70 miljoen overgeboekt naar MF 13.03.01. Tevens is met de voorjaarsbesluitvorming besloten om € 100 miljoen toe te voegen aan het budget voor de HSL-Zuid voor de herstelwerkzaamheden aan de viaducten vanuit de generieke investeringsruimte. Bij Voorjaarsnota 2025 is deze € 100 miljoen abusievelijk toegevoegd aan het instandhoudingsprogramma (MF 13.02). In deze begroting wordt dit gecorrigeerd waarmee dit bedrag aan het juiste projectbudget is toegevoegd. Vervolgens is deze € 170 miljoen euro in bij de ontwerpbegroting in het juiste kasritme gezet.
13.03.02 Aanlegprogramma goederenvervoer spoor
Maatregelen
Projectbudget  | Kasbudget  | Indienststelling  | Toelichting  | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | later  | huidig  | vorig  | |
Projecten Nationaal  | |||||||||||||
Optimalisering Goederencorridor Rotterdam-Genua  | 172  | 171  | 162  | 0  | 0  | 1  | 1  | 1  | 6  | ‒  | |||
Programma Emplacementen op orde  | 232  | 231  | 191  | 2  | 5  | 5  | 8  | 12  | 9  | ‒  | |||
Kleine projecten goederenvervoer  | 57  | 28  | 9  | 25  | 11  | 5  | 5  | 2  | ‒  | 1  | |||
Projecten Zuidwest-Nederland  | |||||||||||||
Calandbrug  | 276  | 275  | 139  | 1  | 8  | 24  | 36  | 36  | 28  | 4  | |||
Geluidmaatregelen Zeeuwselijn  | 22  | 22  | 21  | 0  | 0  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | |||
Spooraansluiting 2e Maasvlakte achterlandverbinding  | 267  | 265  | 75  | 11  | 15  | 40  | 50  | 26  | 27  | 24  | |||
Projecten Oost Nederland  | |||||||||||||
Uitv.progr Goederenroute Elst-Deventer-Twente (NaNov)  | 146  | 145  | 119  | 1  | 6  | 14  | 3  | 2  | 0  | 0  | |||
Overige projecten  | |||||||||||||
Nazorg gereedgekomen projecten  | 1  | 1  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | ||||
Totaal uitvoeringsprogramma  | 1.171  | 1.140  | 707  | 25  | 61  | 94  | 102  | 83  | 72  | 28  | |||
Planning en studieuitgaven binnen het aanlegprogramma  | ‒ 413  | ‒ 414  | ‒ 170  | ‒ 12  | ‒ 10  | ‒ 33  | ‒ 56  | ‒ 56  | ‒ 48  | ‒ 28  | |||
Afrekening voorschotten  | 42  | 29  | 29  | 13  | 0  | ||||||||
Programma Aanleg  | 800  | 755  | 566  | 26  | 50  | 61  | 46  | 27  | 24  | 0  | |||
Aanleguitgaven binnen planning en studies  | 1  | 1  | 0  | 0  | 0  | 1  | 0  | 0  | 0  | 0  | |||
Budget Aanleg (MF 13.03.02)  | 801  | 756  | 566  | 26  | 51  | 62  | 46  | 27  | 24  | 0  | |||
Overprogrammering (-)  | |||||||||||||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. Dit betreffen overboekingen vanuit de generieke investeringsruimte op artikel 11.04 naar aanleg, omdat verschillende kleine projecten binnen goederenveroer in uitvoering zijn. Het betreft de projecten, Uitvoering realisatiepacten multimodale knooppunten op 9 goederenvervoercorridors, Beter Benutten Spoor en Digitalisering spoorgoederenvervoer.
13.03.03 Optimalisering gebruik
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden uitgaven gedaan die de optimalisering van het gebruik van infrastructuur bevorderen. Dit zijn maatregelen die door ProRail worden uitgevoerd.
Budget  | Planning  | ||
|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | |
Modal shift OVS  | 11  | 9  | |
Totaal Optimalisering gebruik  | 11  | 9  | |
Begroting (MF 13.03.03)  | 11  | 9  | |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. Dit betreft een overboeking van artikel 11.04 naar artikel 13.03.03 voor Veiligheid en Goederenvervoer ter hoogte van € 2 miljoen. Dit bedrag is bedoeld om verladers gericht te stimuleren om te kiezen voor vervoer over spoor, via een modal shift subsidieregeling en inzet van logistieke makelaars.
13.03.04 Planning en studies personenvervoer
Budget  | Planning  | Toelichting  | |||
|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | PB of TB  | Indienststelling  | |
Projecten Nationaal  | |||||
Beter Benutten Decentraal Spoor (fase 2)  | 11  | 11  | |||
Grensoverschrijdend Spoorvervoer  | 145  | 145  | |||
Kleine projecten personenvervoer  | 79  | 80  | |||
Reizigersfonds  | 3  | 3  | |||
Projecten Zuid-Nederland  | |||||
Toekomstvast Spoor Zuid NL  | 201  | 201  | |||
Projecten Zuidwest-Nederland  | |||||
Stadionpark Rotterdam  | 139  | 139  | |||
Projecten Oost-Nederland  | |||||
Elektrificatie Almelo-Mariënberg en Zutphen-Hengelo-Oldenzaal  | 98  | 98  | |||
Quick scan decentraal spoor Gelderland  | 12  | 12  | |||
Projecten Noordwest-Nederland  | |||||
Amsterdam Zuid 3e perron  | 429  | 429  | |||
Multimodale knoop Schiphol  | 146  | 146  | |||
Projecten Noord-Nederland  | |||||
Nedersaksenlijn  | 1  | 1  | |||
Meppel: Spoor- en perroncapaciteit  | 179  | 79  | 1  | ||
Lelylijn  | 5  | 5  | |||
HRMK Spoorbrug  | 82  | 82  | |||
Overige projecten en reserveringen  | |||||
Studie en innovatiebudget  | 46  | 47  | |||
Totaal planning en studies personenvervoer  | 1.575  | 1.477  | |||
Afrekening voorschotten  | 31  | 24  | |||
Aanleguitgaven binnen planning en studies  | ‒ 87  | ‒ 79  | |||
Programma planning en studies  | 1.519  | 1.422  | |||
Planning en studieuitgaven binnen het aanlegprogramma  | 204  | 181  | |||
Planning en studieuitgaven op MF 11  | 43  | 24  | |||
Begroting (MF 13.03.04)  | 1.766  | 1.628  | |||
Overprogrammering (-)  | |||||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. Bij de voorjaarsbesluitvorming 2025 heeft het kabinet aanvullend € 100 miljoen beschikbaar gesteld voor de Flessenhals Meppel. Bij het BO MIRT in het najaar van 2025 zullen afspraken gemaakt worden met de regionale overheden hoe deze nieuwe aanvullende middelen zo goed mogelijk ingezet kunnen worden.
13.03.05 Planning en studies goederenvervoer
Budget  | Planning  | Toelichting  | |||
|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | PB of TB  | Indienststelling  | |
Projecten Nationaal  | |||||
Kleine projecten Goederenvervoer  | 2  | 3  | Diversen  | ||
Overige projecten en reserveringen  | |||||
Programma 740 treinen  | 90  | 90  | Diversen  | ||
Totaal programma planning en studies goederenvervoer  | 92  | 93  | |||
Afrekening voorschotten  | 2  | 2  | |||
Planning en studieuitgaven binnen het aanlegprogramma  | 413  | 414  | |||
Programma Aanleg  | 507  | 509  | |||
Aanleguitgaven binnen planning en studies  | ‒ 1  | ‒ 1  | |||
Begroting (MF 13.03.05)  | 506  | 508  | |||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
Er hebben geen significante wijzigingen in het projectbudget plaatsgevonden ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2025.
13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS
Motivering
De Staat betaalt volgens de contractuele overeenkomst met Infraspeed voor de beschikbaarheid van de HSL-Zuid infrastructuur, zoals deze door het consortium Infraspeed is ontworpen, gebouwd (enkel de bovenbouw) en wordt onderhouden (onder- en bovenbouw) tot en met 2031. Het contractbeheer, inclusief het verrichten van betalingen, wordt uitgevoerd door ProRail, met uitzondering van de rente- en belastingaanpassingen. ProRail ontvangt hiervoor een bijdrage van IenW.
Projectbudget  | Kasbudget  | ||||
|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 
Beschikbaarheidsvergoeding  | 3.974  | 4.028  | 2.967  | 228  | 220  | 
Rente- en belastingaanpassingen  | ‒ 141  | ‒ 141  | ‒ 141  | ||
Totaal  | 3.833  | 3.887  | 2.826  | 228  | 220  | 
Begroting (MF 13.04)  | 3.833  | 3.887  | 2.826  | 228  | 220  | 
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
De constructiefouten in viaducten en de zettingenproblematiek op de HSL moeten worden hersteld. De financiering van deze werkzaamheden was deels geraamd binnen MF 13.04 en omdat de werkzaamheden worden uitgevoerd door ProRail via de MIRT-systematiek is de hiervoor gereserveerde € 70 miljoen overgeboekt naar MF 13.03.01. Daarnaast is wegens de problematiek omtrent spoorstaafschade met voorjaarsbesluitvorming besloten om € 24 miljoen toe te voegen aan het PPS-budget vanuit de generieke investeringsruimte. Ten slotte is er € 8 miljoen overgeboekt naar EOV, omdat een deel van de onderhoudswerkzaamheden op de HSL worden verantwoord op het EOV-budget.
13.09 Ontvangsten
Motivering
Dit artikelonderdeel bevat de verantwoording van de bijdragen van derde partijen rechtstreeks aan IenW voor spooruitgaven. ProRail int de gebruiksvergoeding van vervoerders en het grootste deel van de onderhoudsbijdragen van derde partijen, deze zijn daarom gesaldeerd met de uitgaven opgenomen in de begroting onder artikelonderdeel 13.02.
Producten
Omschrijving  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 
|---|---|---|---|---|---|---|
Vergoedingen huidige concessieperiode  | 244  | 301  | 150  | 153  | 126  | 124  | 
Vergoedingen volgende concessieperiode  | 24  | 33  | ||||
Terugbetaling voorschotten  | 40  | |||||
Bijdragen van derden  | 6  | |||||
Totaal Ontvangsten (MF 13.09)  | 284  | 301  | 150  | 153  | 150  | 163  | 
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
Er vindt een terugbetaling plaats ter hoogte van € 40 miljoen vanwege de te hoge bevoorschotting aan ProRail voor het 2e halfjaar van 2024. De terugbetaling wordt in 2025 als ontvangst verantwoord. Om het uitgavenbudget in stand te houden worden tegelijktertijd de uitgaven opgehoogd.
Op dit artikel worden de producten op het gebied van regionale/lokale infrastructuur, de impulsen inzake de Regionale Mobiliteitsfondsen en de bereikbaarheidsprogramma's voor ontsluiting van de woningbouw op korte termijn en mobiliteitspakketten toegelicht. De producten van dit artikel zijn gerelateerd aan de beleidsdoelstellingen en beleidsinstrumenten zoals beschreven in de begroting Hoofdstuk XII bij beleidsartikel 16 Openbaar Vervoer en Spoor.
2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen  | 1.099.206  | 159.114  | 187.511  | 74.714  | 133.345  | 162.700  | 197.102  | 
Uitgaven  | 844.795  | 570.915  | 426.854  | 199.659  | 231.014  | 175.726  | 197.102  | 
14.01 Regionale infrastructuur  | 0  | 7.988  | 92.877  | 105.880  | 163.884  | 175.726  | 197.102  | 
14.01.02 Planning en studies prg reg/lok  | 0  | 7.733  | 53.629  | 74.713  | 133.345  | 163.197  | 195.789  | 
14.01.03 Aanleg reg/lok  | 0  | 255  | 39.248  | 31.167  | 30.539  | 12.529  | 1.313  | 
14.03 Bereikbaarheidsprogramma's  | 844.795  | 562.927  | 333.977  | 93.779  | 67.130  | 0  | 0  | 
14.03.01 Concrete bereikbaarheidsprojecten  | 0  | 5  | |||||
14.03.02 Regionaal Mobiliteitsprojecten  | 0  | 1  | |||||
14.03.03 Ruimtelijke economisch programma  | 0  | 1  | |||||
14.03.04 Woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur  | 541.460  | 155.004  | 144.978  | 0  | |||
14.03.05 Mobiliteitspakketten  | 303.335  | 407.916  | 188.999  | 93.779  | 67.130  | 0  | 0  | 
Ontvangsten  | 293  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
14.09 Ontvangsten  | 293  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
Budgetflexibiliteit
Met uitzondering van planning en studies, zijn de budgetten in 2026 juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2026. De budgetten voor planning en studies zijn bestuurlijk gebonden.
2026  | ||
|---|---|---|
Juridisch verplicht  | 87%  | |
Bestuurlijk gebonden  | 13%  | |
Beleidsmatig gereserveerd  | ||
Niet-juridisch verplicht / vrij te besteden  | 
14.01 Regionale infrastructuur
Motivering
Binnen dit artikel zijn de budgetten opgenomen voor de aanlegprojecten, waarvoor een aparte projectsubsidie wordt of is verleend. Om in aanmerking te komen voor een aparte projectsubsidie moeten de kosten van de meest kosteneffectieve oplossing hoger zijn dan € 225 miljoen indien dat project geheel of gedeeltelijk wordt gerealiseerd binnen één of meer van de samenwerkingsgebieden, waarin de Metropoolregio Amsterdam, Metropoolregio Rotterdam Den Haag is gelegen, of € 112,5 miljoen, indien dat project geheel in een ander gebied wordt gerealiseerd. Het project moet passen binnen de beleidsdoelstellingen voor regionale bereikbaarheid, zoals verwoord in de begroting Hoofdstuk XII beleidsartikel 16 Openbaar Vervoer en Spoor, de Lange Termijn Spooragenda (LTSa) en het Toekomstbeeld OV.
Producten
Algemeen
Regionale lokale projecten worden uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid van de decentrale overheid. IenW levert een bijdrage aan de aanlegkosten van die projecten. Dit betekent ook dat de uitvoeringsperiode van een project niet gelijk hoeft te lopen met de periode waarin de rijksbijdrage beschikbaar komt in het MIRT.
Planning en studies
Voor regionale/lokale infrastructuurprojecten wordt geen apart planning- en studieprogramma opgenomen in het MIRT. In de begroting zijn dan ook geen middelen voor dit product opgenomen. De planningen en studies worden onder verantwoordelijkheid van de decentrale overheid uitgevoerd en pas na toetsing en besluitvorming door IenW al dan niet opgenomen in het planning- en studieprogramma.
Budget  | Planning  | ||||
|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | PB of TB  | Indienststelling  | |
Overige projecten en reserveringen  | |||||
Rotterdam HOV  | 691  | 691  | |||
De Vlietlijn  | 329  | 329  | |||
Randstadrail/Metronet Rotterdam  | 275  | 275  | |||
Projecten in voorbereiding  | 20  | 20  | |||
Overige projecten in voorbereiding  | 62  | 62  | |||
Totaal planning en studies  | 1.378  | 1.378  | |||
Planuitwerkingskosten op MF 11  | 42  | 42  | |||
Begroting (MF 14.01.02)  | 1.420  | 1.420  | |||
Legenda
PB = Projectbesluit
TB = Tracébesluit
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
Er hebben geen wijzigingen in het projectbudget plaatsgevonden ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2025.
14.01.03 Aanlegprogramma Regionaal/lokaal
Hieronder vallen de uitgaven (subsidies) voor de realisatie van grote regionale/lokale infrastructuurprojecten die door regionale overheden worden aangelegd.
Projectbudget  | Kasbudget  | Indienststelling  | |||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | later  | huidig  | vorig  | |
Projecten Zuidwest-Nederland  | |||||||||||||
HOV-NET Zuid-Holland Noord (vh Rijn-Gouwelijn)  | 185  | 183  | 70  | 0  | 39  | 31  | 31  | 13  | 1  | divers  | divers  | ||
Begroting (MF 14.01.03)  | 185  | 183  | 70  | 0  | 39  | 31  | 31  | 13  | 1  | ||||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
Er hebben geen wijzigingen in het projectbudget plaatsgevonden ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2025.
14.03 Bereikbaarheidsprogramma's
Motivering
Binnen dit artikel zijn de budgetten opgenomen voor de bereikbaarheidsprogramma’s. In het verleden werd op artikel 14.03 het Regionaal Mobiliteitsfonds (RMf) RSP voor Noord-Nederland begroot en verantwoord. Sinds de Ontwerpbegroting 2024 worden binnen dit artikel de budgetten voor bovenplanse infrastructuur en de mobiliteitspakketten begroot en verantwoord. Deze budgetten hebben tot doel nieuwe woningbouwlocaties te ontsluiten en bereikbaar te maken.
Producten
14.03.04 Woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur
Hieronder vallen de middelen die tot doel hebben om gemeenten in staat te stellen bovenplanse infrastructurele voorzieningen te realiseren, zodat op locaties in heel Nederland op korte termijn woningbouw kan plaatsvinden. Hierover zijn afspraken gemaakt in het BO Leefomgeving van 2022 (kamerstuk 35925-A-76) en BO MIRT van 2022 (kamerstuk 36200-A-9).
Projectbudget  | Kasbudget  | Indienststelling  | Toelichting  | |||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | later  | huidig  | vorig  | ||
Woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur  | 1.404  | 1.399  | 1.105  | 154  | 145  | |||||||||
Begroting (MF 14.03.04)  | 1.404  | 1.399  | 1.105  | 154  | 145  | |||||||||
Belangrijkste budgettaire aanpassingen
De verhoging van het projectbudget wordt veroorzaakt door de toekenning van de loon- en prijsbijstelling.
14.03.05 Mobiliteitspakketten
Projectbudget  | Kasbudget  | Indienststelling  | Toelichting  | |||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | later  | huidig  | vorig  | ||
Mobiliteitspakketten  | 1.061  | 1.048  | 303  | 408  | 189  | 94  | 67  | |||||||
Begroting (MF 14.03.05)  | 1.061  | 1.048  | 303  | 408  | 189  | 94  | 67  | |||||||
Belangrijkste budgettaire aanpassingen
De verhoging van het projectbudget wordt veroorzaakt door de toekenning van de loon- en prijsbijstelling.
Op dit artikel worden de producten op het gebied van rijksvaarwegen verantwoord. Dit betreffen de onderdelen exploitatie, onderhoud en vernieuwing, ontwikkeling, geïntegreerde contractvormen/Publiek Private Samenwerking (PPS), netwerkgebonden kosten en de investeringsruimte. De doelstellingen van het onder liggende beleid zijn terug te vinden in de begroting Hoofdstuk XII en vinden hun oorsprong in de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). Het artikel Hoofdvaarwegennet op het Mobiliteitsfonds is gerelateerd aan beleidsartikel 18 Scheepvaart en havens op de begroting Hoofdstuk XII.
2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen  | 1.920.526  | 1.445.019  | 2.902.904  | 1.788.847  | 1.588.611  | 1.573.929  | 1.489.389  | 
Uitgaven  | 1.397.734  | 1.412.371  | 1.547.487  | 1.559.839  | 1.579.244  | 1.596.726  | 1.563.152  | 
15.01 Exploitatie  | 12.147  | 8.902  | 25.673  | 28.033  | 24.256  | 22.558  | 22.456  | 
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS  | 12.147  | 8.902  | 25.673  | 28.033  | 24.256  | 22.558  | 22.456  | 
15.02 Onderhoud en vernieuwing  | 617.271  | 751.306  | 905.031  | 914.159  | 826.046  | 812.617  | 782.045  | 
15.02.01 Onderhoud  | 520.995  | 557.264  | 628.260  | 532.529  | 531.947  | 526.039  | 520.817  | 
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS  | 520.155  | 552.095  | 627.736  | 532.110  | 531.632  | 525.861  | 520.754  | 
15.02.04 Vernieuwing  | 96.276  | 194.042  | 276.771  | 381.630  | 294.099  | 286.578  | 261.228  | 
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
15.03 Ontwikkeling  | 242.396  | 145.041  | 140.903  | 145.428  | 255.428  | 280.772  | 292.080  | 
15.03.01 Aanleg  | 236.908  | 132.072  | 94.040  | 109.076  | 194.356  | 206.540  | 187.398  | 
15.03.02 Planning en studies  | 3.738  | 7.772  | 40.617  | 27.163  | 55.648  | 73.313  | 104.658  | 
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS  | 1.937  | 2.257  | 1.839  | 1.839  | 1.839  | 1.839  | 1.839  | 
15.03.03 Optimalisering gebruik  | 1.750  | 5.197  | 6.246  | 9.189  | 5.424  | 919  | 24  | 
15.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS  | 90.818  | 70.530  | 59.100  | 54.417  | 55.172  | 64.512  | 51.605  | 
15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN  | 435.102  | 436.592  | 416.780  | 417.803  | 418.342  | 416.268  | 414.967  | 
15.06.01 Apparaatskosten RWS  | 400.850  | 401.882  | 400.060  | 400.972  | 401.554  | 400.417  | 398.882  | 
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS  | 400.850  | 401.882  | 400.060  | 400.972  | 401.554  | 400.417  | 398.882  | 
15.06.02 Overige netwerkgebonden kosten  | 34.252  | 34.710  | 16.720  | 16.831  | 16.788  | 15.851  | 16.085  | 
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS  | 34.252  | 34.710  | 16.720  | 16.831  | 16.788  | 15.851  | 16.085  | 
Ontvangsten  | 48.177  | 24.248  | 3.752  | 2.737  | 15.491  | 9.275  | 9.950  | 
15.09 Ontvangsten  | 48.177  | 24.248  | 3.752  | 2.737  | 15.491  | 9.275  | 9.950  | 
Budgetflexibiliteit
Met uitzondering van planning en studies, zijn de budgetten in 2026 juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2026. De budgetten voor planning en studies zijn bestuurlijk gebonden.
2026  | |
|---|---|
Juridisch verplicht  | 97%  | 
Bestuurlijk gebonden  | 3%  | 
Beleidsmatig gereserveerd  | |
Niet-juridisch verplicht / vrij te besteden  | 
15.01 Exploitatie
Motivering
De activiteiten binnen exploitatie worden uitgevoerd om een vlot, betrouwbaar en veilig scheepvaartverkeer op het hoofdvaarwegennet te realiseren. Er zijn met RWS voor exploitatie, onderhoud en vernieuwing prestatieafspraken gemaakt en er zijn indicatoren opgesteld om aan te sluiten op de beleidsdoelen.
Producten
Bij exploitatie gaat het voornamelijk om de volgende activiteiten
– Verkeersbegeleiding, bediening van objecten en vaarwegmarkering;
– Monitoring en informatieverstrekking;
– Vergunningverlening en handhaving;
– Crisisbeheersing en preventie.
In het goederenvervoer over water is een groei voorzien (Integrale Mobiliteitsanalyse [2021] en Integrale Mobiliteitsanalyse [2023]), die deels met exploitatie wordt gefaciliteerd, rekening houdend met autonome ontwikkelingen. Daarnaast is de inzet om de betrouwbaarheid en reistijd te verbeteren. Beleidsdoelstellingen op het gebied van exploitatie zijn:
– Het zoveel mogelijk beperken van de gemiddelde structurele wachttijd bij sluizen in de hoofdvaarwegen;
– Het afstemmen van de bediening van bruggen en sluizen op de vraag vanuit de markt.
In de Kamerbrief Toekomst Binnenvaart die op 30 november 20221aan de Tweede Kamer is aangeboden, zijn de belangrijkste veranderingen, uitdagingen en kansen geschetst voor de binnenvaart. Voor wat betreft de infrastructuur geldt dat we willen toewerken naar toekomstbestendige vaarwegen: klimaatadaptief en betrouwbaar. In de Kamerbrief modal shift aanpak van 15 november 20222 is de verwachte groei van het goederenvervoer en het groeipotentieel van de vaarwegen gepresenteerd. Om dit groeipotentieel te benutten en/of een reverse modal shift te voorkomen, wordt ernaar toegewerkt om alle huidige vaarwegen optimaal te onderhouden.
Zoals beschreven in de Kamerbrief Basiskwaliteitsniveau RWS-netwerken van 17 maart 2023 (Kamerstuk 29 385, nr. 119)3 wordt ingezet op het instandhouden van het areaal en voorspelbaarheid bij een groeiend gebruik. Daarbij wordt gezocht naar mogelijkheden om ook de kostenontwikkeling in de hand te houden. Door technologische ontwikkelingen als smart shipping en verdergaande digitalisering kan een deel van de systemen en voorzieningen ten behoeve van de informatieverstrekking en verkeersbegeleiding naar de toekomst toe waarschijnlijk efficiënter worden ingericht. Aanpassingen zullen afgestemd worden op de snelheid van de technologische ontwikkeling en de implementatie ervan bij de gebruikers. Ook wordt in het kader van droogte gekeken naar het ontwikkelen van klimaatadaptieve schepen met minder diepgang of andere vervoersconcepten, waardoor investeringen aan de infrastructuur mogelijk minder groot zullen zijn. Zo wordt bekeken welke vaarwegtrajecten, gegeven de geschetste toekomstige ontwikkelingen ook in aanmerking kunnen komen voor een aanpassing van bedienvensters. Om de vaarwegen toekomstbestendig en betaalbaar te houden, wordt onderzocht waar beperkingen in de bediening en begeleiding mogelijk zijn om de doelen voor de binnenvaart structureel te kunnen behouden. Daartoe wordt onderzoek in gang gezet naar a) opwaardering/afwaardering van vaarwegen; b) de functie en een bijpassend onderhoudsregime oevers; c) het langetermijn verkeersmanagement; d) betaald gebruik van overnachtingsplaatsen voor de recreatievaart; en e) de veiligheidsperspectieven bij een invoering van een verplicht vaarbewijs voor de recreatievaart.
Naast het gastheerschap op de vaarwegen, is ook toezicht van belang. Dit wordt door ILT, politie en RWS uitgevoerd om de veiligheid voor de gebruikers te borgen. Dit toezicht heeft ook een preventieve werking. Met de inwerkingtreding van de nieuwe Binnenvaartwet is meer nadruk komen te liggen op bestuursrechtelijke handhaving door IenW (in plaats van strafrechtelijke handhaving door de politie). In geval van calamiteiten, zoals schade en verontreinigingen, wordt hierover bericht en adequaat opgetreden. Hiervoor is een calamiteitenorganisatie operationeel.
De activiteiten die door RWS centraal worden uitgevoerd, worden bekostigd uit het budget voor netwerkgebonden kosten.
Meetbare gegevens
Areaalomschrijving  | Eenheid  | 2024  | 2025  | 2026  | 
|---|---|---|---|---|
Begeleide vaarweg  | km  | 858  | 858  | 858  | 
Bediende objecten  | stuks  | 235  | 235  | 235  | 
Bron: Rijkswaterstaat 2025
Toelichting
Alleen de vaarwegen die vanuit vaste verkeersposten worden begeleid, zijn in het hierboven opgenomen areaal meegeteld. De vaarwegen in beheer bij RWS die met patrouillevaartuigen worden bestreken zijn derhalve niet meegerekend. In 2026 zijn geen wijzigingen voorzien in de begeleide vaarweg en het aantal bediende objecten.
15.02 Onderhoud en Vernieuwing
Motivering
Onderhoud en vernieuwing worden uitgevoerd om een vlot, betrouwbaar en veilig scheepvaartverkeer op het hoofdvaarwegennet te realiseren. Er zijn met RWS voor exploitatie, onderhoud en vernieuwing prestatieafspraken gemaakt en er zijn indicatoren opgesteld om aan te sluiten op de beleidsdoelen.
Producten
Het regulier onderhoud en vernieuwing van rijksvaarwegen omvat maatregelen aan bodems, oevers, kunstwerken zoals sluizen en bruggen, verkeersvoorzieningen, landschap en milieu en voorzieningen voor exploitatie, zoals verkeerscentrales.
In bijlage 3 'Instandhouding' van deze begroting wordt uitgebreid ingegaan op de werking van de instandhouding van de netwerken die onder verantwoordelijkheid van IenW vallen.
Maatregelen
In de Voorjaarsbesluitvorming van 2025 is besloten om het budgettair niveau van 2032 structureel door te trekken, zodat RWS de ruimte en continuïteit krijgt om de instandhoudingsopgave langjarig samen met de markt en regionale overheden te organiseren. Zo kan RWS werk slimmer en efficiënter vormgeven waarmee de productie kan worden verhoogd. Een voorbeeld hiervan is een portfolio-aanpak waarbij RWS langjarige raamovereenkomsten met de markt aangaat. Met deze aanpak probeert RWS gehoor te geven aan de aanbevelingen uit het rapport «Instandhouding voorop!» (Kamerstukken II 2023-2024, 29 385, nr. 139), dat in juni 2024 aan de Kamer is aangeboden.
Daarnaast verhoogt IenW in de begroting 2026 vanaf 2039 de budgetten voor Vernieuwing met € 200 miljoen per jaar zodat RWS meer vernieuwingsprojecten kan uitvoeren. De verdeling is € 130 miljoen voor het Hoofdwegennet en € 70 miljoen voor het Hoofdvaarwegennet. De vernieuwingsopgave is namelijk groter dan oorspronkelijk gebudgetteerd. Niet alleen nadert veel infrastructuur het einde van de technische levensduur, ook de acute problematiek met de tand-nokconstructies van bruggen en viaducten, evenals waterstofverbrossing, vergroot de vernieuwingsbehoefte. Een verdere productievergroting blijft dus noodzakelijk om de vernieuwingsopgave de komende jaren beheersbaar te houden. Daarom blijft de focus liggen op het vergroten van de maakbaarheid en productie, zodat het beschikbare budget optimaal kan worden ingezet ten behoeve van de instandhoudingsopgave.
15.02.01 Onderhoud
Een voorwaarde voor het optimaal gebruiken van het vaarwegennet is de bedrijfszekerheid van de infrastructuur van de vaarwegen.
De activiteiten zijn erop gericht, om de scheepvaart (beroeps- en recreatie vaart) zo goed mogelijk te faciliteren. Het betreft maatregelen om de breedte en diepte van de vaarweg te handhaven. Daarnaast betreft het maatregelen om de kunstwerken (sluizen en bruggen) en verkeersvoorzieningen te laten functioneren. Om verkeersoverlast tot een minimum te beperken, worden zowel de werkzaamheden binnen onderhoud als werkzaamheden die voortkomen uit het ontwikkelingprogramma goed afgestemd. Binnen onderhoud vallen zowel het preventief als het correctief onderhoud.
Met de extra beschikbare financiële middelen verwachten we dat op termijn het aantal ongeplande stremmingen kan worden teruggedrongen, waardoor de voorspelbaarheid met betrekking tot de beschikbaarheid van de vaarroutes groter wordt.
Kustwacht
De Kustwacht Nederland is een organisatie met eigen taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. De directeur Kustwacht maakt jaarlijks een Activiteitenplan en Begroting (APB) en legt dit voor aan de raad voor de kustwacht. De ministerraad stelt het APB vervolgens vast. De directeur Kustwacht beschikt over een informatiecentrum, schepen, surveillance vliegtuigen en helikopters.
De Minister van IenW is als coördinerend minister voor Noordzee-aangelegenheden verantwoordelijk voor totstandkoming van geïntegreerd beleid voor de Noordzee en het Gecombineerd Jaarplan voor de uitvoeringtaken door de Kustwacht. De Minister van Defensie is beheerder van de Kustwacht. De overzichtsconstructie Kustwacht is als bijlage 2 'Overzichtsconstructie Kustwacht' aan deze begroting toegevoegd.
Overdracht Brokx-Nat
De nog over te dragen vaarwegen in het kader van Brokx-Nat zijn in beeld gebracht in een eindbalans, op basis waarvan de Tweede Kamer in 2002 is geïnformeerd (Kamerstukken II 2002–2003, 28 600 XII, nr. 17). Op dit artikel wordt o.a. de betaling aan provincies en gemeenten voor het onderhoud aan kanalen in Drenthe en wegen en paden Texel verantwoord.
Meetbare gegevens
In onderstaande figuur is een verdeling gegeven van de onderhoudskosten. De percentages zijn gebaseerd op een meerjarig gemiddelde over de periode 2022-2026.
Figuur 6 Onderverdeling van de onderhoudskosten hoofdvaarwegennet (HVWN)

Bron: Rijkswaterstaat 2025
Eenheid  | Omvang 2026  | Budget (x € 1.000) 2026  | |
|---|---|---|---|
Vaarwegen  | km  | 7.273  | 552.000  | 
Bron: Rijkswaterstaat 2025
Toelichting
Het totale areaal is een optelling hoofdtransportassen, hoofdvaarwegen en overige vaarwegen van in totaal afgerond 3.415 kilometer en van zeecorridors en zeetoegangsgeulen van in totaal afgerond 3.858 kilometer. Tezamen is dit afgerond 7.273 kilometer. Er worden in 2026 geen wijzigingen voorzien.
Voor de netwerken in beheer van RWS moeten de afspraken over het basiskwaliteitsniveau worden vertaald naar nieuwe indicatoren en streefwaarden. Daarom wordt in afwachting daarvan in onderstaande tabel nog uitgegaan van de prestatieafspraken vanuit de Beheer en Onderhoud (BenO) overeenkomst 2022-2023.
Indicator  | 2023  | 2024  | Streefwaarde 2025  | Streefwaarde 2026  | 
|---|---|---|---|---|
Geplande stremmingen (gehele areaal)  | 0,6%  | 0,7%  | 0,8%  | 0,8%  | 
- Hoofdtransportas  | 0,7%  | 0,7%  | 0,8%  | 0,8%  | 
- Hoofdvaarweg  | 0,5%  | 0,6%  | 0,8%  | 0,8%  | 
- Overige Vaarweg  | 0,6%  | 0,8%  | 0,8%  | 0,8%  | 
Ongeplande stremmingen (gehele areaal)  | 1,2%  | 1,2%  | 0,2%  | 0,2%  | 
- Hoofdtransportas  | 0,2%  | 0,3%  | 0,2%  | 0,2%  | 
- Hoofdvaarweg  | 1,9%  | 1,1%  | 0,2%  | 0,2%  | 
- Overige Vaarweg  | 0,7%  | 1,6%  | 0,2%  | 0,2%  | 
Bron: Rijkswaterstaat 2025
Toelichting
De geplande en ongeplande stremmingen geven een beeld van de betrouwbaarheid en beschikbaarheid van de sluizen en beweegbare bruggen op de vaarwegen. De percentages zijn berekend door de gestremde uren voor het maatgevend schip af te zetten tegen de totale bedientijd van deze objecten. De streefwaarden betreffen de afgesproken maximale waarden. Door uitgesteld onderhoud, ouderdom en intensiever gebruik neemt de kans op ongeplande uitval van objecten toe. Dit zien we met name terug in de ongeplande stremmingen, die de streefwaarde zo'n zes keer overschrijden. Er wordt verwacht dat dit beeld de komende jaren weinig zal veranderen, tot er (meer) Vernieuwingsprojecten zijn uitgevoerd.
In bijlage 3 'Instandhouding' van deze begroting zijn nog een aantal indicatoren met betrekking tot beschikbaarheid/betrouwbaarheid en veiligheid opgenomen. De indicator Passeertijd sluizen is opgenomen bij beleidsartikel 18 Scheepvaart en havens in de begroting Hoofdstuk XII.
15.02.04 Vernieuwing
Op dit artikel staan de beschikbare budgetten voor vernieuwing (voorheen: vervanging en renovatie) van het hoofdvaarwegennet. Sinds medio vorige eeuw is in hoog tempo een groot deel van de infrastructuur aangelegd. Het is van belang dat de veiligheid en de beschikbaarheid van het hoofdvaarwegennet in stand wordt gehouden tegen de achtergrond van een beperkte technische levensduur van kunstwerken. Het einde van de levensduur kan ontstaan door de ouderdom van het kunstwerk of door intensiever gebruik dan bij het ontwerp is voorzien. Op basis van onderzoek wordt een analyse gemaakt voor welke kunstwerken wanneer vervanging of renovatie aan de orde is. RWS bekijkt via inspecties waar maatregelen nodig zijn. Voor een zichtperiode van ongeveer 7 jaar is dit vooruit te plannen in concrete projecten. Voor de periode daarna zijn budgetten beschikbaar, maar wordt de invulling van het programma in latere jaren concreet. De werkwijze staat verder toegelicht in bijlage 3 'Instandhouding'. In het MIRT-projectenoverzicht worden onderliggende projecten inzichtelijk gemaakt.
Projectbudget  | Kasbudget  | Openstelling  | Toelichting  | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | later  | huidig  | vorig  | |
Programma Vernieuwing  | 4.345  | 4.113  | 903  | 224  | 319  | 466  | 357  | 350  | 319  | 1.407  | diverse  | diverse  | |
Totaal programma Vernieuwing  | 4.345  | 4.113  | 903  | 224  | 319  | 466  | 357  | 350  | 319  | 1.407  | |||
Budget Vernieuwing (MF 15.02.04)  | 190  | 271  | 373  | 286  | 280  | 256  | 1.787  | ||||||
Overprogrammering (-)  | ‒ 34  | ‒ 48  | ‒ 93  | ‒ 71  | ‒ 70  | ‒ 64  | 379  | ||||||
Toelichting
15.03 Ontwikkeling
Motivering
Onder dit programma vallen alle activiteiten die noodzakelijk zijn voor de realisatie- en studie activiteiten bij het hoofdvaarwegennet.
Een beweging naar instandhouding en tussen MIRT-projecten
In 2023 is besloten om 17 MIRT-projecten te pauzeren vanwege de opeenstapeling van financiële, stikstof- en personele problematiek, en om de middelen hiervoor in te zetten voor tegenvallers bij lopende projecten en voor intensivering op instandhouding. De laatste stand van zaken van de gepauzeerde projecten is toegelicht in de Kamerbrief van 13 juni 2025 over het MIRT (Kamerstuk 36 600-A, nr. 63). In bijlage 6 hiervan wordt voor onder meer de drie betrokken vaarwegprojecten ingegaan op de actuele stand van zaken. Voor de projecten Volkeraksluizen en Kreekraksluizen is er geen restbudget beschikbaar. Rijk en regio hebben in het BO MIRT 2024 besloten om de wachttijden bij de sluizencomplexen te monitoren en te bekijken of de wachttijd de wettelijke limiet niet overschrijdt. Ook voor Vaarweg IJsselmeer – Meppel (VIJM) is er geen restbudget beschikbaar. Voor dit project wordt onderzocht of het uitdiepen van de VIJM kan worden opgepakt door de grond te gebruiken bij andere projecten. Het bodemonderzoek hiervoor loopt nog, na afronding hiervan kunnen de mogelijkheden hiertoe worden bezien.
15.03.01 Aanleg
Producten
In 2026 zijn er geen geplande mijlpalen op aanleg in het hoofdvaarwegennetwerk.
Mijlpaal  | Project  | |
|---|---|---|
Openstelling  | ‒  | n.v.t.  | 
Start aanleg  | ‒  | n.v.t.  | 
Bron: Rijkswaterstaat 2025
Projectbudget  | Kasbudget  | Openstelling  | Toelichting  | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | later  | huidig  | vorig  | |
Projecten Nationaal  | |||||||||||||
Beter Benutten  | 16  | 16  | 16  | geen  | geen  | ||||||||
Impuls Dynamisch Verkeersmanagement  | 100  | 100  | 100  | 2018  | 2018  | ||||||||
Walradarsystemen  | 35  | 35  | 30  | 3  | 2  | divers  | divers  | ||||||
Regeling kademuren  | 9  | 9  | 1  | 2  | 1  | 1  | 2  | 1  | nvt  | nvt  | 1  | ||
reservering ERTV's  | 631  | 0  | 0  | 0  | 20  | 34  | 20  | 5  | 18  | 535  | 2  | ||
Projecten Noordwest-Nederland  | |||||||||||||
De Zaan (Wilhelminasluis)  | 14  | 14  | 10  | 3  | 2020  | 2020  | |||||||
Lichteren buitenhaven IJmuiden  | 83  | 83  | 46  | 1  | 16  | 20  | n.t.b.  | n.t.b.  | |||||
Projecten Zuidwest-Nederland  | |||||||||||||
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Beneden-Lek  | 13  | 13  | 13  | 2022  | 2022  | ||||||||
Capaciteitsuitbreiding overnachtingsplaatsen Merwede  | 7  | 7  | 7  | 2021  | 2021  | ||||||||
Nieuwe Sluis Terneuzen  | 1.271  | 1.232  | 1.174  | 72  | 26  | 2025  | 2025  | 3  | |||||
Project Mainport Rotterdam (PMR)  | 1.147  | 1.147  | 1.102  | 1  | 0  | 2  | 2  | 1  | 1  | 38  | 2033  | niet opgenomen  | |
Projecten Zuid-Nederland  | |||||||||||||
Maasroute modernisering fase 2  | 873  | 868  | 760  | 62  | 33  | 18  | 2027  | 2027  | |||||
Zuid-Willemsvaart: aanleg Maximakanaal en opwaarderen tot Veghel  | 429  | 429  | 427  | 1  | 1  | 2015  | 2015  | ||||||
Sluis II Wilhelminakanaal  | 128  | 126  | 5  | 1  | 6  | 19  | 31  | 31  | 1  | 32  | n.t.b.  | niet opgenomen  | |
Projecten Oost Nederland  | |||||||||||||
Toekomstvisie Waal  | 150  | 150  | 147  | 2  | 2024  | 2024  | |||||||
Verruiming Twentekanalen fase 2  | 235  | 235  | 231  | 1  | 1  | 3  | 2023  | 2023  | |||||
Vaarweg Meppel-Ramspol (keersluis Zwartsluis)  | 59  | 59  | 59  | 1  | 2017  | 2017  | |||||||
Projecten Noord-Nederland  | |||||||||||||
Vaarweg Lemmer-Delfzijl fase 1: verbetering tot klasse Va  | 294  | 294  | 282  | 9  | 4  | 2017  | 2017  | ||||||
Verruiming vaarweg Eemshaven-Noordzee  | 39  | 39  | 37  | 1  | 1  | 2018  | 2018  | ||||||
Sluiscomplex Kornwerderzand  | 513  | 129  | 5  | 25  | 85  | 150  | 150  | 98  | n.t.b.  | n.t.b.  | 4  | ||
Overige projecten  | |||||||||||||
Kleine projecten / Afronding projecten  | 225  | 205  | 209  | 2  | 1  | 2  | 4  | 3  | 4  | divers  | divers  | ||
Afrondingen  | 2  | ‒ 2  | ‒ 1  | 1  | 1  | 3  | divers  | divers  | |||||
Totaal uitvoeringsprogramma  | 6.273  | 5.190  | 4.656  | 157  | 94  | 123  | 164  | 196  | 178  | 705  | |||
Aanleg uitgaven op MF 15.03.01 mbt planning en studies  | 5  | 74  | 21  | 13  | 12  | 15  | 15  | ||||||
Programma Aanleg  | 6.278  | 5.264  | 4.677  | 170  | 106  | 138  | 179  | 196  | 178  | 705  | |||
Uitgaven mbt planning en studies op MF 15.03.02 mbt het programma aanleg  | ‒ 77  | ‒ 108  | ‒ 18  | ‒ 22  | 0  | 0  | ‒ 37  | ||||||
Budget Aanleg (MF 15.03.01)  | 4.706  | 4.678  | 4.321  | 132  | 54  | 75  | 175  | 202  | 170  | 101  | |||
Overprogrammering (-)  | 38  | 12  | 11  | ‒ 38  | ‒ 12  | ‒ 11  | |||||||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. Regeling Kademuren: wegens het ontbreken van geschikte projecten in 2025 worden de middelen middels een kasschuif (- € 1,5 miljoen) van 2025 naar latere jaren geschoven. Oorzaak is de stikstofdiscussie waardoor er geen zicht is op concrete bouw van kades.
2. Reservering ERTV's: vanuit 15.03.02 Planning en Studies is in de periode 2025 t/m 2039 € 389,682 miljoen overgeboekt vanaf «reservering voor scheepvaartveiligheid maatregelen wind agv Wind op Zee» naar 15.03.01 Aanleg voor de vervanging van noodsleepboten (ERTV’s). Daarnaast is er vanuit KGG hiervoor aanvullend € 241,5 miljoen overgeboekt in de periode 2027 t/m 2039.
3. Nieuwe Sluis Terneuzen: in 2025 het projectbudget gestegen met € 18 miljoen door aanvullende ontvangsten vanuit Vlaanderen (€ 10 miljoen) en een overheveling vanuit de NST reservering DGLM naar RWS (€ 8 miljoen) t.b.v. scopeaanpassingen categorie 3 en 4. Daarnaast is er ook een reservering voor staalprijzen opgenomen in het budget (€ 20 miljoen).
4. Sluiscomplex Kornwerderzand: bij de Voorjaarsnota onderhandelingen tussen de coalitiepartijen is besloten om € 375 miljoen uit de AP-middelen voor de Lelylijn te gebruiken voor het tekort op de sluis Kornwerderzand. Verder is het budget verhoogd met € 9 miljoen prijsbijstelling 2025.
15.03.02 Planning en studies
Budget  | Planning  | Toelichting  | |||
|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | huidig  | vorig  | |
Projectomschrijving  | |||||
Aanleg uitgaven op MF 15.03.01 mbt planning en studies  | ‒ 75  | ‒ 74  | |||
Uitgaven mbt planning en studies op MF 15.03.02 mbt het programma aanleg  | 77  | 108  | 1  | ||
Projecten Nationaal  | |||||
Bijdrage aan agentschap t.b.v. externe kosten planuitwerkingen  | 34  | 29  | 2  | ||
Reservering voor LCC  | 471  | 437  | 3  | ||
Reservering voor scheepvaartveiligheid maatregelen agv Wind op Zee  | 426  | 798  | 4  | ||
Projecten Noordwest-Nederland  | |||||
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Amsterdam-Lemmer  | 7  | 7  | |||
Vaarweg IJsselmeer-Meppel  | 0  | 0  | |||
Projecten Zuidwest-Nederland  | |||||
Capaciteit Volkeraksluizen  | 0  | 0  | |||
Projecten Oost-Nederland  | |||||
Bovenloop IJssel (IJsselkop tot Zutphen)  | 42  | 42  | |||
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen IJssel  | 33  | 33  | |||
Projecten Noord-Nederland  | |||||
Vaarweg Lemmer-Delfzijl fase 2  | 515  | 514  | |||
Overige projecten en reserveringen  | 490  | 411  | 5  | ||
Projecten in voorbereiding  | |||||
Projecten Zuidwest-Nederland  | |||||
Kreekraksluizen  | 0  | 0  | |||
Projecten Oost-Nederland  | |||||
Verkenning IJssel fase 2  | |||||
Overige projecten in voorbereiding  | |||||
Gesignaleerde risico's  | |||||
Afrondingen  | 1  | ||||
Totaal programma planning en studies  | 2.020  | 2.306  | |||
Begroting (MF 15.03.02)  | 2.020  | 2.306  | |||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. Het verschil wordt veroorzaakt doordat het restant van de reservering Wilhelminakanaal is ondergebracht bij overige projecten en reserveringen.
2. Bijdrage aan agentschap RWS: door de extrapolatie naar 2039 is de bijdrage aan agentschap t.b.v. externe kosten planuitwerkingen met € 5 miljoen toegenomen
3. Reservering Life Cycle Costs (LCC): door de extrapolatie naar 2039 is de reservering voor LCC met € 34 miljoen toegenomen
4. Reservering voor scheepvaartveiligheid (SVV) maatregelen Wind op Zee (WOZ): Reservering voor scheepvaartveiligheid (SVV) maatregelen Wind op Zee (WOZ): Er is € 4,6 miljoen overgeboekt naar Rijkswaterstaat (RWS) voor monitoring en onderzoek WOZ. Naar het ministerie van EZ is € 1,5 miljoen overgeboekt voor het onderzoeksprogramma SVV Noordzee 2025. Naar RWS is € 1,7 miljoen overgeboekt voor project- en personele kosten in 2025 voor de vervanging van noodsleephulp schepen (ERTV's). Vanuit artikel 11 Generieke investeringsruimte is € 25 miljoen overgeboekt voor extrapolatie naar 2039 voor de vervanging van noodsleephulp schepen (ERTV's). Vervolgens is het budget reservering ERTV's van € 389,682 miljoen overgeboekt naar 15.03.01 Aanleg.
5. Overige projecten en reserveringen:
• Naar het ministerie van Defensie is € 7 miljoen overgeboekt voor verhoging tarief Rijksrederij Kustwacht handhavingsvaartuigen.
• Het restant van de reservering Wilhelminakanaal € 32,4 miljoen is ondergebracht bij overige projecten en reserveringen.
• Naar Rijkswaterstaat (15.03.01 Aanleg) is voor het project Nieuwe Sluis Terneuzen € 8 miljoen overgeboekt.
• Door de extrapolatie naar 2039 is het budget met € 17,3 miljoen toegenomen.
• Vanuit artikel 11 Generieke investeringsruimte is € 14 miljoen overgeboekt voor extrapolatie naar 2039 voor vlootvervanging.
• Vanuit artikel 11 Generieke investeringsruimte is € 30 miljoen overgeboekt voor korte termijn maatregelen Integraal Programma Goederenvervoer.
15.03.03 Optimalisering verbruik
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden uitgaven gedaan die de optimalisering van het gebruik van Infrastructuur op de vaarwegen bevorderen. Dit zijn maatregelen die door IenW worden uitgevoerd. Een voorbeeld is de optimalisatie van logistieke routes om modal shift te bevorderen.
Budget  | Planning  | ||
|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | |
Modal shift van weg naar water  | 27  | 20  | nvt  | 
Totaal Optimalisering gebruik  | 27  | 20  | nvt  | 
Begroting (MF 15.03.03)  | 27  | 20  | nvt  | 
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. Vanuit artikel 11 Generieke investeringsruimte is € 7 miljoen overgeboekt voor korte termijn maatregelen Integraal Programma Goederenvervoer. Verder was per abuis de stand vorig niet correct. Dit is nu aangepast in de OB2026.
15.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS
Motivering
Bij infrastructuurprojecten boven het drempelbedrag van € 60 miljoen wordt middels een Publiek Private Comparator (PPC) getoetst of een DBFM-contract meerwaarde op kan leveren. Infrastructuurprojecten die via een DBFM (Design, Build, Finance en Maintain) contract worden aanbesteed, hebben als kenmerk dat sprake is van de overdracht van de integrale onderdelen van een bouwproject (ontwerp, bouw, financiering en onderhoud) aan een private opdrachtnemer. In plaats van een product wordt een dienst uitgevraagd, te weten de beschikbaarheid van de infrastructuur. De betaling voor deze dienst vindt plaats aan de hand van de overeengekomen prestatie die wordt afgezet tegen de daadwerkelijk geleverde prestatie, de beschikbaarheidsvergoeding. De beschikbaarheidsvergoeding wordt pas uitgekeerd na oplevering van het project; tijdens de bouw dient de DBFM-Opdrachtnemer daarom zelf de financiering te regelen. Omdat het project gefinancierd is door banken en/of institutionele beleggers, is sprake van een sterke druk vanuit de financiers op de private opdrachtnemer om de afgesproken prestatie ook te leveren: op tijd en binnen de geraamde kosten. Een lager prestatieniveau leidt tot lagere betalingen, die op hun beurt de terugbetaling van de financiering moeten zekerstellen. In de bouw fase is doorgaans wel sprake van een gedeeltelijke betaling (de partiële beschikbaarheidsvergoeding), als sprake is van de uitbreiding van een bestaande sluis die ook tijdens de verbouwing beschikbaar moet blijven voor de scheepvaart. Bij openstelling van de sluis wordt overgegaan naar een volledige beschikbaarheidsvergoeding. Het afronden van een aanbesteding resulteert in een meerjarige verplichting, van zowel aanleg als ook beheer en onderhoud op het desbetreffende project. Op dit begrotingsartikel bestaat daarmee geen enkele budgetflexibiliteit. Slechts bij onderpresteren van de opdrachtnemer kunnen boetes en kortingen worden aangebracht.
De verplichting aan de DBFM-Opdrachtnemer vervaltaan het einde van de looptijd van het contract waarna het beheer en onderhoud van deze vaarwegdelen en/of objecten terugkomen bij RWS en de bijbehorende budgetten gaan vallen onder het reguliere onderhoudsartikel (artikel onderdeel 15.02 Onderhoud en Vernieuwing).
Producten
De projecten Zeetoegang IJmond, Sluis Limmel, 3e Kolk Beatrixsluis en sluis Eefde zijn opengesteld. Er is sprake van een volledige beschikbaarheidsvergoeding. De looptijd van deze contracten varieert; in onderstaand projectenoverzicht is zichtbaar wanneer de contracten eindigen.
Projectbudget  | Kasbudget  | Openstelling  | Eind contract  | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | later  | huidig  | vorig  | |
Projecten Noordwest-Nederland  | |||||||||||||
Lekkanaal: 3e kolk Beatrixsluis en verbreding kanaalzijde/uitbreiding ligplaatsen  | 448  | 443  | 146  | 16  | 15  | 15  | 15  | 15  | 15  | 211  | 2019  | 2019  | |
Zeetoegang IJmond  | 1.301  | 1.289  | 654  | 45  | 35  | 30  | 32  | 41  | 29  | 434  | 2021  | 2021  | |
Projecten Oost-Nederland  | |||||||||||||
Capaciteitsuitbreiding sluis Eefde  | 178  | 176  | 67  | 6  | 6  | 6  | 6  | 6  | 5  | 76  | 2021  | 2021  | |
Projecten Zuid-Nederland  | |||||||||||||
Keersluis Limmel  | 97  | 96  | 36  | 3  | 3  | 3  | 3  | 3  | 3  | 44  | 2018  | 2018  | |
afrondingen  | ‒ 1  | ‒ 1  | 1  | ‒ 1  | ‒ 1  | divers  | divers  | ||||||
Totaal  | 2.023  | 2.004  | 902  | 71  | 59  | 54  | 55  | 65  | 51  | 765  | |||
Begroting (MF 15.04)  | 2.023  | 2.004  | 902  | 71  | 59  | 54  | 55  | 65  | 51  | 765  | |||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. De verhoging van de budgetten wordt veroorzaakt de toegekende loon- en prijsbijstelling. Daarnaast was de vorige stand voor de sluis Eefde en het Lekkanaal per abuis niet goed. Dit is bij deze gecorrigeerd.
15.06 Netwerkgebonden kosten Hoofdvaarwegennet
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de aan het netwerk te relateren apparaatskosten (inclusief afschrijving en rente) van RWS en de overige netwerkgebonden kosten geraamd. De overige netwerkgebonden kosten komen ten goede aan exploitatie, onderhoud en vernieuwing, ontwikkeling en DBFM, en betreffen taken die gecentraliseerd binnen RWS worden opgepakt. Het gaat bij deze zogeheten landelijke taken onder meer om het verzamelen van basisinformatie, onderhouden van ICT-systemen, het inspecteren van het areaal en de ontwikkeling van kennis en innovatie. Er is gekozen voor centrale uitvoering met het oog op enerzijds uniformiteit in werkwijze en anderzijds kostenbesparing.
Rijksrederij
De Rijksbrede Civiele Rijksrederij is een organisatie die nautische diensten levert aan andere overheden zoals het Ministerie van EZ, Financiën (Douane), IenW, LVVN en JenV en de Kustwacht. De Rijksrederij valt onder de verantwoordelijkheid van RWS. De kerntaken van de Rijksrederij zijn:
– Het ter beschikking stellen van vaartuigen voor een bepaalde tijdsduur (al dan niet met nautische bemanning) met een door de opdrachtgever gespecificeerd dienstverleningsniveau;
– Het leveren van kennisintensief advies aan overheidsinstellingen bij beheer, ontwerp en aanbesteding van vaartuigen;
– Het leveren van kennisintensief adviesop het gebiedvan eisen aan bemanningen, veiligheidsmanagement en scheepsuitrustingen.
15.09 Ontvangsten
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de bijdragen van derden aan de producten op het gebied van Rijksvaarwegen, die rechtstreeks aan IenW worden betaald, verantwoord.
Producten
Bijdragen van derden
Dit betreffen de bijdragen van decentrale overheden en andere derden aan projecten.
2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | |
|---|---|---|---|---|---|---|
Bijdragen van derden  | 22  | 3  | 3  | 15  | 9  | 10  | 
Totaal Ontvangsten (MF 15.09)  | 22  | 3  | 3  | 15  | 9  | 10  | 
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
Er hebben geen wijzigingen in het ontvangsten budget plaatsgevonden ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2025.
Megaprojecten zijn door de Tweede Kamer aangewezen grote projecten (grootprojectstatus). De aanwijzing van grote projecten gebeurt op basis van artikel 2 van de Regeling Grote Projecten. De grootprojectstatus behelst dat de Regeling Grote Projecten van toepassing is, die voorschrijft dat de Minister ten minste halfjaarlijks de Tweede Kamer informeert over de voortgang en verantwoording aflegt via een Voortgangsrapportage.
Onder dit artikel vallen de megaprojecten Verkeer en Vervoer:
– Programma ERTMS;
– Zuidasdok;
– Programma Hoogfrequent Spoorvervoer.
Het projectartikel is gerelateerd aan de beleidsartikelen 14 Wegen en Verkeersveiligheid, 16 Openbaar Vervoer en Spoor en 18 Scheepvaart en havens op de beleidsbegroting Hoofdstuk XII.
2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen  | 816.158  | 1.625.138  | 801.030  | 1.180.860  | 238.112  | 383.645  | 176.206  | 
Uitgaven  | 578.030  | 560.267  | 591.006  | 720.610  | 670.735  | 798.175  | 591.343  | 
17.06 Project Mainportontwikkeling Rotterdam  | 183  | 0  | |||||
17.07 ERTMS  | 147.619  | 133.476  | 182.509  | 201.835  | 159.612  | 326.764  | 131.929  | 
17.07.01 Aanleg ERTMS  | 147.354  | 133.474  | 182.509  | 201.835  | 159.612  | 326.764  | 131.929  | 
17.07.02 Planning en studies ERTMS  | 265  | 2  | 0  | ||||
17.08 Zuidasdok  | 160.837  | 253.079  | 273.234  | 348.897  | 308.264  | 265.998  | 258.734  | 
17.10 Programma Hoogfrequent Spoorvervoer  | 269.391  | 173.712  | 135.263  | 169.878  | 202.859  | 205.413  | 200.680  | 
17.10.01 Aanleg PHS  | 260.189  | 170.007  | 131.339  | 160.276  | 183.229  | 174.603  | 147.071  | 
17.10.02 Planning en studies PHS  | 9.202  | 3.705  | 3.924  | 9.602  | 19.630  | 30.810  | 53.609  | 
Ontvangsten  | 69.663  | 98.864  | 84.434  | 69.984  | 90.701  | 71.291  | 75.878  | 
17.09 Ontvangsten  | 69.663  | 98.864  | 84.434  | 69.984  | 90.701  | 71.291  | 75.878  | 
Budgetflexibiliteit
Met uitzondering van planning en studies, zijn de budgetten in 2026 juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2026. De budgetten voor planning en studies zijn bestuurlijk gebonden.
2026  | |
|---|---|
Juridisch verplicht  | 99%  | 
Bestuurlijk gebonden  | 1%  | 
Beleidsmatig gereserveerd  | |
Niet-juridisch verplicht / vrij te besteden  | 
17.07 European Rail Traffic Management System (ERTMS)
Motivering
De Ontwikkelagenda Toekomstbeeld OV 2040 (Kamerstukken II 202/21, 23645, nr. 746) zet erop in lange termijn keuzes voor het OV met bijdragen aan wonen, werken en recreëren in een duurzaam en welvarend Nederland te realiseren. Het digitaliseren van het treinbeveiligingssysteem is een van de bouwstenen om de doelen van Toekomstbeeld OV te bereiken. Het vervangen van het analoge huidige systeem, dat stamt uit de jaren ’50-60, door de digitale Europese standaard wordt vormgegeven binnen het groot project ERTMS. Deze vervanging sluit aan bij het algemene uitgangspunt om prioriteit te geven aan de instandhouding van het bestaande netwerk. Met deze beslissing wordt ook invulling gegeven aan Europese afspraken over de aanleg van ERTMS op de belangrijkste nationale en internationale verbindingen (TEN-T kernnetwerk). Daarnaast biedt ERTMS meer mogelijkheden dan de huidige treinbeveiliging, zoals meer veiligheid, de mogelijkheid om meer treinen te laten rijden, en op termijn automatisch rijden.
Producten
Op 17 mei 2019 heeft het Kabinet de programmabeslissing ERTMS (Kamerstukken II 2018/19, 33652, n2. 65) genomen en besloten het huidige treinbeveiligingssysteem landelijk te vervangen door ERTMS. Tot en met 2030 worden door ProRail en vervoerders tientallen werkprocessen aangepast om treinen te kunnen laten rijden, circa 1.300 treinen en locomotieven omgebouwd of opgewaardeerd naar ERTMS en tenminste 15.000 gebruikers opgeleid. Ook zal het systeem en de operatie worden beproefd en uiteindelijk 345 km spoor op zeven baanvakken van ERTMS voorzien. Het kabinet heeft in 2019 tevens besloten structureel middelen te reserveren voor de uitrol van ERTMS in de rest van Nederland in de periode 2030-2050. Hiervoor zijn middelen gereserveerd op artikelonderdeel 11.03.
Zoals aangekondigd is gewerkt aan een herijking van de planning en kostenraming (Tweede Kamer, vergaderjaar 2022–2023, 33 652, nr. 88). In de herijking zijn ook de effecten van gebeurtenissen als de coronapandemie, de arbeidsmarktkrapte en bewegingen op de leveranciersmarkt (zoals overnames) op het programma meegenomen. Uit de herijking blijkt dat een hoger bedrag en langere tijd nodig zijn om de treinbeveiliging en gerelateerde systemen klaar te maken voor de toekomst. Een commissie van experts op het gebied van de implementatie van ERTMS of vergelijkbare systemen in andere landen heeft een second opinion uitgevoerd die dit beeld ondersteunt. De second opinion is de basis van de nieuwe Tranche-aanpak. Deze aanpak zorgt voor een gefaseerde implementatie met ruimte voor leren en bijsturen. Tijdens de twee proefbaanvakken worden waardevolle lessen opgedaan voor techniek, operatie en samenwerking die bij de rest van de uitrol gebruikt worden. Naast de geleerde lessen wordt er voor nieuwe tranches ook gekeken naar de mogelijkheid om nieuwe innovaties zoals FRMCS en ATO te implementeren. Bij Voorjaarsnota 2025 is de begroting bijgesteld ter verwerking van de budgettaire gevolgen van de nieuwe Tranche-aanpak.
Het programma ERTMS is door de Kamer aangewezen als Groot Project. De Kamer wordt daarom twee keer per jaar door middel van een voortgangsrapportage geïnformeerd. De laatste voortgangsrapportage van de staatssecretaris van IenW betreft de twintigste voortgangsrapportage (Kamerstukken II 2023/2024, 33562, nr. 92).
Projectbudget  | Kasbudget  | Openstelling  | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | later  | huidig  | vorig  | 
ERTMS  | ||||||||||||
Aanleg  | 3.464  | 3.419  | 683  | 287  | 528  | 555  | 514  | 632  | 234  | 31  | divers  | divers  | 
Planning en studies  | 90  | 90  | 90  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | divers  | divers  | 
Programma  | 3.555  | 3.509  | 773  | 287  | 528  | 555  | 514  | 632  | 234  | 31  | ||
Afrekening voorschotten  | 36  | 30  | 30  | 6  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | ||
Begroting (MF 17.07)  | 3.590  | 3.539  | 803  | 292  | 528  | 555  | 514  | 632  | 234  | 31  | ||
Overprogrammering (-)  | ‒ 159  | ‒ 346  | ‒ 353  | ‒ 355  | ‒ 305  | ‒ 102  | 1.620  | |||||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
Er hebben geen significante wijzigingen in het projectbudget plaatsgevonden ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2025.
17.08 Zuidasdok
Motivering
De ruimtelijke ontwikkelingen in de corridor Haarlemmermeer-Almere en op de Zuidas versterken de toename van reizigers en verkeer. Door opening van de Noord-Zuidlijn, Hanzelijn en OV-SAAL neemt het aantal reizigers op station Amsterdam-Zuid toe. De vergroting van de stations capaciteit en kwalitatieve opwaardering van station Amsterdam Zuid is nodig om de groeiende reizigersstromen te accommoderen en te voldoen aan de NSP-kwaliteitsnorm. Om ruimte te bieden aan de uitbreiding van de ov-terminal en de wegcapaciteit te vergroten, wordt de A10 ondergronds gebracht en verbreed. Een investering in de ruimtelijke kwaliteit van de Zuidas draagt verder bij aan de versterking van een internationale toplocatie. In de Kamerbrief van 21 december 2023 is de Kamer geïnformeerd over een nieuw verwacht tekort op het project van € 600 ‒ 800 miljoen (Kamerstukken 32668, nr. 22). Bestuurders hebben de volledige scope van Zuidasdok in mei 2024 herbevestigd (Kamerstukken 36410).
Producten
– Programmaorganisatie en voorbereiding (inclusief A10 Knooppunten De Nieuwe Meer en Amstel, artikel 12.03.01 op het Mobiliteitsfonds);
– Uitbreiding van de ov-terminal (regionaal ov en ketenmobiliteit);
– Tunnel en uitbreiding van de wegcapaciteit A10-zuid;
– Inrichting van de openbare ruimte en generieke uitgaven.
Projectbudget  | Kasbudget  | Openstelling  | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | later  | huidig  | vorig  | 
Zuidasdok  | ||||||||||||
Generieke en ruimtelijke inrichting  | 66  | 66  | 66  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 2017  | 2017  | 
Projectorganisatie en voorbereiding  | 629  | 622  | 291  | 49  | 45  | 38  | 37  | 32  | 29  | 108  | 2028-2029  | 2028-2029  | 
Tunnel en A10  | 1.597  | 1.580  | 148  | 63  | 75  | 147  | 155  | 186  | 221  | 602  | 2028-2029  | 2028-2029  | 
OVT incl. keerspoor  | 1.184  | 1.162  | 403  | 141  | 153  | 165  | 116  | 48  | 9  | 149  | 2028-2029  | 2028-2029  | 
Afrondingen  | ||||||||||||
Programma  | 3.475  | 3.430  | 908  | 253  | 273  | 350  | 308  | 266  | 259  | 859  | 2032-2036  | 2032-2036  | 
Begroting (MF 17.08)  | 3.475  | 3.430  | 908  | 253  | 273  | 350  | 308  | 266  | 259  | 859  | ||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
Er hebben geen significante wijzigingen in het projectbudget plaatsgevonden ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2025.
Overzicht van de bijdragen
In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de financiering van het programma. Deze middelen kunnen tijdens de realisatieperiode integraal aan alle productuitgaven worden besteed. Tussentijds en achteraf zal inzichtelijk worden gemaakt waaraan de middelen zijn besteed (verantwoording).
Projectomschrijving  | Totaal  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | later  | 
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Bijdragen Rijk  | |||||||||
Bijdrage gemeente Amsterdam  | 435  | 128  | 43  | 37  | 37  | 43  | 38  | 41  | 68  | 
Bijdrage Vervoersregio Amsterdam  | 354  | 104  | 32  | 30  | 31  | 36  | 32  | 34  | 55  | 
Bijdrage Provincie Noord Holland  | 87  | 87  | |||||||
EU-ontvangsten  | 65  | 52  | 13  | ||||||
Bijdrage derden  | 118  | 33  | 0  | 16  | 1  | 10  | 0  | 0  | 58  | 
Totaal programma  | 1.059  | 404  | 88  | 83  | 69  | 89  | 70  | 75  | 181  | 
Begroting (MF 17.08)  | 
17.10 Programma Hoogfrequent Spoorvervoer
Motivering
Vanaf 2018 heeft het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer de status van groot project. Op dit artikelonderdeel worden de uitgaven van PHS verantwoord. De basisrapportage, die voortvloeit uit de status van groot project, is in april 2019 naar de Tweede Kamer gezonden (Kamerstukken II 2018-2019, 32 404, nr. 92). Sindsdien zijn er halfjaarrapportages naar de Kamer gestuurd, de laatste betreft de tweede helft van 2024 (VGR 2024-2, Kamerstuk 32404-127). Er wordt volgens de prognoses steeds meer gebruik gemaakt van het openbaar vervoer. Ook het spoorgoederenvervoer neemt toe. Dat vraagt om een aanpak om meer capaciteit te bieden en een hoogwaardig spoorvervoer mogelijk te maken. Het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS) heeft tot doel op de drukste trajecten in het land te komen tot hoogfrequent spoorvervoer en een toekomstvaste routering van het goederenvervoer met zo intensief mogelijk gebruik van de Betuweroute. Er gaan meer treinen rijden in de drukste delen van het land en er komt extra ruimte voor goederenvervoer op het spoor naast maatregelen om het gebruik van de Betuweroute nog extra te stimuleren. Het gaat om de volgende corridors en frequenties:
– Alkmaar-Amsterdam (6 intercity’s en 6 sprinters);
– Amsterdam-Utrecht-Eindhoven (6 intercity’s op de corridor en 6 sprinters tussen Utrecht en Geldermalsen);
– Schiphol-Utrecht-Arnhem/Nijmegen (6 intercity’s op de corridor en 4 sprinters tussen Breukelen en Driebergen-Zeist);
– Den Haag-Rotterdam-Breda (8 intercity’s en 6 sprinters tussen Den Haag en Rotterdam en 4 intercity’s tussen Rotterdam en Breda);
– Breda-Eindhoven (4 intercity’s en 4 sprinters Breda-Tilburg);
– Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad (SAAL) Schiphol-Amsterdam Zuid-Almere-Lelystad (4 intercity’s en 4 sneltreinen tussen Flevoland, via Amsterdam Zuid, en Schiphol, 4 intercity’s tussen Schiphol, via Amsterdam Zuid, en Hilversum, 6 sprinters tussen Almere en Amsterdam Centraal, 4 sprinters tussen Hilversum/Gooi en Amsterdam Centraal);
– Goederenroutering Zuid-Nederland.
Het PHS-programma en de diverse projecten die hier onderdeel van uit maken moeten de gewenste treinaantallen mogelijk maken in combinatie met een zo goed mogelijke dienstregeling (goede verdeling van de treinen over het uur, goede aansluitingen, combinatie met goederenvervoer e.d.). Daarbij is een belangrijk aandachtspunt dat de PHS-corridors onderdeel vormen van een samenhangend spoorwegnet en treindienstregeling, waarbij er vele afhankelijkheden bestaan en er in de loop der tijd rekening moet worden gehouden met nieuwe inzichten en ontwikkelingen. De uiteindelijke dienstregeling wordt conform de vervoerconcessie van IenW aan NS opgesteld door NS. NS stelt deze vast op basis van de daadwerkelijk beschikbare infrastructuur, de daadwerkelijk marktvraag per traject, overleg met betrokken overheden en consumentenorganisaties. De scope, planning en financiële stand van zaken (peildatum eind 2018) zijn opgenomen in de basisrapportage PHS; deze dient als referentie voor de opeenvolgende voortgangsrapportages over PHS die elk half jaar verschijnen. PHS is volledig opgenomen in de nieuwe HRN concessie 2025-2033 en zal stap voor stap worden ingevoerd.
Producten
Op 4 juni 2010 (Kamerstukken II 2009-2010, 32 404, nr. 1) heeft het kabinet een voorkeursbeslissing genomen over PHS. Sinds begin 2011 loopt de planuitwerking. PHS is een samenhangend en langlopend programma en wordt stap voor stap gerealiseerd. Fasegewijs zullen de frequenties worden verhoogd, als de benodigde infrastructuur dat mogelijk maakt. Inmiddels is een aantal projecten uitgevoerd en gaat PHS steeds verder in realisatie en worden onderdelen vastgelegd in subsidiebeschikkingen. In het MIRT overzicht is per onderdeel in realisatie een MIRT-blad opgenomen en is de voortgang van de diverse PHS onderdelen aangegeven. Elk halfjaar wordt in de opeenvolgende voortgangsrapportages PHS de inhoudelijke en financiële voortgang van PHS en de diverse corridors aangegeven. In de laatste VGR 2024-2 is aangegeven dat het PHS-programma in volle uitvoering is en meer dan 95% van het budget in 2025 verplicht is. Ook is duidelijk geworden dat een aantal belangrijke onderdelen eerst rond 2030-2031 gereed zullen zijn.
Projectbudget  | Kasbudget  | Indienststelling  | Toelichting  | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving  | huidig  | vorig  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | later  | huidig  | vorig  | |
Programma Hoogfrequent Spoorvervoer  | |||||||||||||
Aanleg  | |||||||||||||
PHS: Doorstroomstation Utrecht  | 253  | 253  | 253  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 2017  | 2017  | |
PHS: Spooromgeving Geldermalsen  | 149  | 149  | 149  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 2021  | 2021  | |
PHS: Meteren - Boxtel  | 825  | 805  | 132  | 59  | 45  | 120  | 115  | 124  | 103  | 127  | 2031  | 2028-2029  | 1  | 
PHS: Rijswijk - Rotterdam  | 377  | 376  | 327  | 21  | 1  | 0  | 5  | 5  | 5  | 12  | 2024-2026  | 2023-2025  | |
PHS Amsterdam  | 1088  | 1.068  | 296  | 82  | 114  | 96  | 116  | 105  | 88  | 193  | 2030-2032  | 2030-2032  | 2  | 
PHS Ede  | 78  | 77  | 70  | 5  | 1  | 1  | 0  | 0  | 0  | 0  | 2022  | 2021  | |
PHS: Amsterdam-Alkmaar  | 303  | 298  | 18  | 2  | 16  | 30  | 67  | 69  | 54  | 48  | 2029-2030  | 2027-2028  | |
PHS maatregeken TEV  | 147  | 145  | 38  | 17  | 29  | 21  | 25  | 9  | 5  | 3  | divers  | divers  | |
PHS: Nijmegen West-Entree  | 213  | 200  | 21  | 23  | 34  | 43  | 37  | 15  | 20  | 21  | 2028  | 2027  | 3  | 
OV-SAAL korte termijn  | 630  | 630  | 630  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 2016  | 2016  | |
OV-SAAL middellange termijn  | 98  | 98  | 98  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 2026-2028  | 2026-2028  | |
PHS: Overige maatregelen (projecten < € 50 miljoen)  | 250  | 229  | 128  | 18  | 33  | 27  | 29  | 8  | 5  | 1  | divers  | divers  | 4  | 
Planning en studies  | |||||||||||||
Diverse corridors  | 643  | 685  | 5  | ||||||||||
Programma  | 5.052  | 5.013  | 2.160  | 227  | 274  | 339  | 392  | 334  | 280  | 404  | |||
Afrekening voorschotten  | 106  | 97  | 97  | 9  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | |||
Begroting (MF 17.10.10)  | 5.158  | 5.110  | 2.257  | 236  | 274  | 339  | 392  | 334  | 280  | 404  | |||
Overprogrammering (-)  | ‒ 68  | ‒ 142  | ‒ 178  | ‒ 232  | ‒ 190  | ‒ 183  | 993  | ||||||
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. Meteren-Boxtel: het projectbudget is verhoogd met € 7,6 miljoen in verband met opgetreden prijsstijgingen veroorzaakt door de delta toegekende IBOI 2024 versus de CBS index 2024.
2. Amsterdam CS: het projectbudget is verhoogd met € 6,1 miljoen in verband met opgetreden prijsstijgingen veroorzaakt door de delta toegekende IBOI 2024 versus de CBS index 2024.
3. Nijmegen en West-entree: het projectbudget is verhoogd met € 2 miljoen in verband met opgetreden prijsstijgingen veroorzaakt door de delta toegekende IBOI 2024 versus de CBS index 2024.
4. Overige maatregelen < € 50 miljoen: de kosten bij het deelproject PHS Culemborg bleken tijdens het aanbestedingsproces en de verdere uitwerking van de werkzaamheden € 1,5 miljoen hoger uit te vallen. De damwanden bleken minder efficiënt te plaatsen en moesten dieper de grond in, met zowel extra materiaal- als uitvoeringskosten als gevolg. Daarnaast is € 8,4 miljoen toegevoegd vanuit het planuitwerkingsbudget aan het deelproject Programmabureau Realisatiefase in verband met een aanvullende subsidiebeschikking.
5. Planning en studies: Diverse corridors: In totaal is € 16 miljoen toegevoegd aan de diverse realisatieprojecten in verband met opgetreden prijsstijgingen veroorzaakt door de delta toegekende IBOI 2024 versus de CBS index 2024. Daarnaast is € 1,5 miljoen toegevoegd aan PHS Culemborg en € 8,4 miljoen aan Programmabureau Realisatiefase in verband met aanvullende subsidiebeschikkingen.
17.09 Ontvangsten
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de bijdragen van derden voor de realisatie van de Megaprojecten verkeer en vervoer, die rechtstreeks aan IenW worden betaald, verantwoord.
2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | |
|---|---|---|---|---|---|---|
Bijdragen van derden ERTMS  | 13  | |||||
Bijdragen van derden Zuidasdok  | 76  | 84  | 70  | 91  | 71  | 76  | 
Bijdragen van derden PHS  | 9  | |||||
Totaal Ontvangsten  | 98  | 84  | 70  | 91  | 71  | 76  | 
Totaal Ontvangsten (MF 17.09)  | 98  | 84  | 70  | 91  | 71  | 76  | 
Dit artikel bevat een aantal uiteenlopende onderwerpen.
Het projectartikel is gerelateerd aan het beleidsartikel 22 Omgevingsveiligheid en milieurisico’s (Externe veiligheid) van de begroting Hoofdstuk XII.
2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen  | 98  | 950  | 1.137  | 900  | 450  | ||
Uitgaven  | 6  | 900  | 1.000  | 850  | 642  | ||
18.06 Externe veiligheid  | 6  | 900  | 1.000  | 850  | 642  | ||
18.08 Netwerkoverstijgende kosten  | |||||||
18.08.03 Afroming Eigen Vermogen Rijkswaterstaat  | |||||||
Ontvangsten  | 0  | 238.733  | |||||
18.09 Ontvangsten  | 0  | 4  | |||||
18.10 Saldo van de afgesloten rekeningen  | 0  | 238.729  | 
Budgetflexibiliteit
De budgetten voor externe veiligheid zijn 2026 juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2026. De middelen afroming eigen vermogen Rijkswaterstaat zijn beleidsmatig gereserveerd.
2026  | |
|---|---|
Juridisch verplicht  | 100%  | 
Bestuurlijk gebonden  | 0%  | 
Beleidsmatig gereserveerd  | 0%  | 
Niet-juridisch verplicht / vrij te besteden  | 0%  | 
18.06 Externe Veiligheid
Motivering
Het budget is bestemd voor het oplossen van externe veiligheidsknelpunten in het kader van de Nota Vervoer Gevaarlijke Stoffen (NVGS) (Kamerstukken II 2005–2006, 30 373, nr. 2). De opgenomen kasreeks heeft betrekking op het RWS-programma aankopen en saneren van kwetsbare objecten in het kader van basisnet.
18.08 Netwerkgebonden kosten
Motivering
Dit betreft de afdracht van het surplus aan eigen vermogen van Rijkswaterstaat. Het eigen vermogen van een baten-lastenagentschap is via de Regeling agentschappen gebonden aan een maximumomvang van 5 procent van de gemiddelde jaaromzet, berekend over de laatste drie jaar.
Belangrijkste budgettaire aanpassing
Er heeft een budgetneutrale programma-schuif plaatsgevonden uit 2025 (€ 2,5 miljoen) naar 2026-2028 voor Externe veiligheid, omdat de verwachting is dat dit bedrag niet uitgeput wordt in 2025.
18.09 Ontvangsten
Motivering
Dit betreft de afdracht van het surplus aan eigen vermogen van Rijkswaterstaat. Het eigen vermogen van een baten-lastenagentschap is via de Regeling agentschappen gebonden aan een maximumomvang van 5 procent van de gemiddelde jaaromzet, berekend over de laatste drie jaar. De maximale omvang van het eigen vermogen is door Rijkswaterstaat in 2023 overschreden. Conform de Regeling agentschappen is het surplus eigen vermogen afgedragen aan de eigenaar (IenW). Voor het surplus eigen vermogen van Rijkswaterstaat geldt dat – in lijn met het zwaartepunt van de herkomst – deze middelen zijn toegevoegd aan het Mobiliteitsfonds. Deze middelen zijn in afwachting van nadere bestemming toegevoegd aan artikelonderdeel 18.08 Netwerkgebonden kosten.
Op dit artikel worden de ontvangen bijdragen verantwoord die ten laste van de begroting Hoofdstuk XII komen. De doelstellingen van het onderliggende beleid zijn terug te vinden in de begroting Hoofdstuk XII.
Het productartikel is gerelateerd aan artikel 26 Bijdragen aan de Investeringsfondsen op de begroting Hoofdstuk XII.
2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontvangsten  | 9.153.614  | 9.009.317  | |||||
19.09 Ten laste van begroting IenW  | 9.153.614  | 9.009.317  | 
Motivering
Dit begrotingsartikel is technisch van aard. Het voedingsartikel is met de OB 2026 komen te vervallen conform de afspraken die gemaakt zijn met het ministerie van Financiën. Daarom zijn de jaren 2026 en later leeg.
11 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte  | Totaal mutatie  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | 2033  | 2034  | 2035  | 2036  | 2037  | 2038  | 2039  | 
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 11.01 Verkenningen  | 37.215  | 90.858  | 218.373  | 264.686  | 708.907  | 775.830  | 683.112  | 432.677  | 411.674  | 402.009  | 200.001  | 180.000  | 190.298  | 161.518  | ||
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ‒ 27.916  | ‒ 27.522  | 80.572  | 2.089  | ‒ 252.429  | ‒ 118.383  | ‒ 151.150  | 7.888  | 41.829  | 80.383  | 98.113  | 26.000  | 25.000  | ‒ 31.701  | ||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 11.01 Verkenningen  | 9.299  | 63.336  | 298.945  | 266.775  | 456.478  | 657.447  | 531.962  | 440.565  | 453.503  | 482.392  | 298.114  | 206.000  | 215.298  | 129.817  | ||
Kasschuiven Verkenningen  | 0  | ‒ 1.800  | ‒ 36.666  | ‒ 47.500  | ‒ 60.000  | 36.666  | 1.864  | 1.000  | 25.936  | 27.000  | 27.000  | 26.500  | ||||
Overboeking Correctie Negatieve Stand 11.01  | 1  | 1  | ||||||||||||||
Overboeking Verkenning A2/N2  | 500  | 500  | ||||||||||||||
Overboekingen Verkenningen Oude Lijn  | ‒ 18.016  | ‒ 8.000  | ‒ 10.016  | |||||||||||||
Overboeking Extrapolatie 2039 ten behoeve van de Noord-Zuidlijn  | 200.000  | 200.000  | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | ‒ 9.299  | ‒ 10.016  | ‒ 36.666  | ‒ 47.500  | ‒ 60.000  | 36.666  | 1.864  | 1.000  | 25.936  | 27.000  | 27.000  | 26.500  | 0  | 0  | 200.000  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 11.01 Verkenningen  | 0  | 53.320  | 262.279  | 219.275  | 396.478  | 694.113  | 533.826  | 441.565  | 479.439  | 509.392  | 325.114  | 232.500  | 215.298  | 129.817  | 200.000  | |
0  | ||||||||||||||||
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 11.03 Reserveringen  | 127.230  | 256.868  | 182.936  | 316.127  | 357.767  | 418.630  | 248.513  | 184.647  | 1.297.286  | 1.425.065  | 1.329.877  | 1.326.417  | 1.450.842  | 1.396.741  | 1.469.989  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ‒ 55.665  | ‒ 141.243  | 55.598  | 3.152  | 160.599  | 342.077  | 614.819  | 541.327  | ‒ 771.766  | ‒ 939.059  | ‒ 970.325  | ‒ 1.010.273  | ‒ 1.174.786  | ‒ 1.198.855  | ‒ 956.424  | |
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 11.03 Reserveringen  | 71.565  | 115.625  | 238.534  | 319.279  | 518.366  | 760.707  | 863.332  | 725.974  | 525.520  | 486.006  | 359.552  | 316.144  | 276.056  | 197.886  | 513.565  | |
HXII: Apparaatskosten Woningbouw Mobiliteitsprogramma  | ‒ 100.000  | ‒ 3.188  | ‒ 4.789  | ‒ 19.374  | ‒ 20.686  | ‒ 16.496  | ‒ 17.545  | ‒ 17.922  | ||||||||
HXII: AP-middelen Nedersaksenlijn  | 1.912.000  | 10.000  | 10.000  | 10.000  | 10.000  | 20.000  | 20.000  | 20.000  | 267.500  | 367.500  | 359.000  | 409.000  | 409.000  | |||
Kasschuiven Reserveringen  | 0  | ‒ 68.340  | 57.728  | 0  | 113  | 0  | 10.002  | 498  | ‒ 1  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
Overboeking Correctie Negatieve Stand 11.01  | ‒ 1  | ‒ 1  | ||||||||||||||
Overboeking Programma Bescherming Noordzee Infrastructuur (PBNI)  | 16.700  | 16.700  | ||||||||||||||
Overboeking Programma Beter Bediend  | ‒ 14  | ‒ 14  | ||||||||||||||
Overboeking Reservering Slim, Veilig en Duurzame Mobiliteit  | ‒ 129  | ‒ 129  | ||||||||||||||
Overboeking Weginspecteurs  | ‒ 5.491  | ‒ 5.491  | ||||||||||||||
Overboeking Instandhouding ProRail (BKN Spoor)  | ‒ 225.000  | ‒ 225.000  | ||||||||||||||
Overboeking Instandhouding Rijkswaterstaat (BKN RWS)  | ‒ 899  | ‒ 899  | ||||||||||||||
Overboeking Extrapolatie 2039 ten behoeve van de Reservering ERTMS  | 200.000  | 200.000  | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | ‒ 71.543  | 52.810  | ‒ 9.374  | ‒ 10.573  | ‒ 6.496  | 2.457  | 2.576  | 19.999  | 20.000  | 267.500  | 366.601  | 359.000  | 409.000  | 409.000  | ‒ 13.791  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 11.03 Reserveringen  | 22  | 168.435  | 229.160  | 308.706  | 511.870  | 763.164  | 865.908  | 745.973  | 545.520  | 753.506  | 726.153  | 675.144  | 685.056  | 606.886  | 499.774  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 11.04 Generieke investeringsruimte  | 64.223  | 85.416  | 201.220  | 139.881  | 401.627  | 221.596  | 50.240  | 119.501  | 53.296  | 314.416  | 305.642  | 338.317  | 212.237  | 912.961  | 2.054.913  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ‒ 27.532  | 43.006  | ‒ 39.097  | ‒ 59.481  | ‒ 294.952  | 141.150  | ‒ 125.065  | ‒ 144.426  | ‒ 55.007  | ‒ 162.333  | ‒ 135.559  | ‒ 68.561  | 355.110  | ‒ 644.145  | ‒ 152.723  | |
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 11.04 Generieke investeringsruimte  | 36.691  | 128.422  | 162.123  | 80.400  | 106.675  | 362.746  | ‒ 74.825  | ‒ 24.925  | ‒ 1.711  | 152.083  | 170.083  | 269.756  | 567.347  | 268.816  | 1.902.190  | |
Bijdragen Derden HSL-Heffing  | 40.000  | 40.000  | ||||||||||||||
HXII: Dekking Brede Doeluitkering (BDU) 2027  | ‒ 36.666  | ‒ 36.666  | ||||||||||||||
HXII: Problematiek EUMETSTAT  | ‒ 32.929  | ‒ 703  | ‒ 3.069  | ‒ 3.416  | ‒ 2.497  | ‒ 2.714  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | 
HXII: Veiligheid en Goederenvervoer: Integraal Programma Goederenvervoer Binnenvaart  | ‒ 2.000  | ‒ 2.000  | ||||||||||||||
HXII: Veiligheid en Goederenvervoer: Beveiliging Station Maarheze  | ‒ 2.300  | ‒ 2.300  | ||||||||||||||
HXII: Veiligheid en Goederenvervoer: Bodycams  | ‒ 12.000  | ‒ 6.000  | ‒ 1.500  | ‒ 1.500  | ‒ 1.500  | ‒ 1.500  | ||||||||||
HXII: Veiligheid en Goederenvervoer: Digitale Goederenvervoer  | ‒ 2.000  | ‒ 1.000  | ‒ 1.000  | |||||||||||||
Kasschuiven Generieke Investeringsruimte  | 0  | ‒ 35.928  | ‒ 67.033  | 52.636  | ‒ 31.100  | ‒ 46.378  | 18.426  | 40.973  | 36.367  | 81.343  | 18.795  | ‒ 11.578  | 9.149  | ‒ 20.911  | 7.024  | ‒ 51.785  | 
Loon- en Prijbijstelling 2025  | 18.262  | 23.390  | 7.080  | ‒ 6.449  | ‒ 2.798  | 11.459  | ‒ 32.833  | ‒ 10.523  | ‒ 5.917  | ‒ 6.698  | ‒ 17.942  | 12.419  | ‒ 8.297  | 21.764  | 12.698  | 20.909  | 
Overboeking Correctie Negatieve Stand 11.04  | 1  | 1  | ||||||||||||||
Overboeking Extrapolatie 2039 ten behoeve van de Reservering ERTMS en Noord-Zuidlijn  | ‒ 400.000  | ‒ 400.000  | ||||||||||||||
Overboeking Extrapolatie 2039 ten behoeve van ERTV's  | ‒ 25.000  | ‒ 25.000  | ||||||||||||||
Overboeking Extrapolatie 2039 ten behoeve van Instandhouding ProRail (BKN Spoor)  | ‒ 112.204  | ‒ 112.204  | ||||||||||||||
Overboeking Extrapolatie 2039 ten behoeve van PBNI  | ‒ 16.700  | ‒ 16.700  | ||||||||||||||
Overboeking Extrapolatie 2039 ten behoeve van Reservering Vernieuwing  | ‒ 200.000  | ‒ 200.000  | ||||||||||||||
Overboeking Extrapolatie 2039 ten behoeve van Reservering Vlootvervanging RWS  | ‒ 14.000  | ‒ 14.000  | ||||||||||||||
Overboeking Herbeplantingsplicht Instandhouding  | ‒ 6.000  | ‒ 6.000  | ||||||||||||||
Overboeking Minregel Vrachtwagenheffing  | 459.988  | 30.295  | 44.195  | 44.195  | 44.195  | 85.094  | 85.403  | 85.403  | 41.208  | |||||||
Overboeking Spitsmijden en Spreiden  | ‒ 25.000  | ‒ 25.000  | ||||||||||||||
Overboeking Veiligheid en Goederenvervoer: Integraal Programma Goederenvervoer Binnenvaart  | ‒ 30.000  | ‒ 30.000  | ||||||||||||||
Overboeking Veiligheid en Goederenvervoer: Modal Shift Vaarwegen  | ‒ 7.000  | ‒ 7.000  | ||||||||||||||
Overboeking Veiligheid en Goederenvervoer: Beter Benutten Spoor  | ‒ 17.000  | ‒ 16.000  | ‒ 1.000  | |||||||||||||
Overboeking Veiligheid en Goederenvervoer: Beveiliging Station Maarheze  | ‒ 4.600  | ‒ 4.600  | ||||||||||||||
Overboeking Veiligheid en Goederenvervoer: Modal shift OVS  | ‒ 2.000  | ‒ 2.000  | ||||||||||||||
Overboeking Veiligheid en Goederenvervoer: Veiligheid Stations  | ‒ 10.000  | ‒ 10.000  | ||||||||||||||
Overboeking Veiligheid en Goederenvervoer:Digitale Goederenvervoer Spoor  | ‒ 2.000  | ‒ 2.000  | ||||||||||||||
Overboeking Veiligheid en Goederenvervoer:Realisatiepacten Spoor  | ‒ 16.000  | ‒ 16.000  | ||||||||||||||
Overboeking Veiligheid en Goedervervoer: Truckparkings Wegen  | ‒ 43.000  | ‒ 43.000  | ||||||||||||||
Overboeking Verkenning A2/N2  | ‒ 500  | ‒ 500  | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | ‒ 13.741  | ‒ 63.026  | 20.800  | 5.300  | 5.062  | ‒ 48.466  | 113.800  | 113.800  | 113.800  | ‒ 1.200  | ‒ 1.212  | ‒ 1.201  | ‒ 1.200  | 17.669  | ‒ 760.833  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 11.04 Generieke investeringsruimte  | 22.950  | 65.396  | 182.923  | 85.700  | 111.737  | 314.280  | 38.975  | 88.875  | 112.089  | 150.883  | 168.871  | 268.555  | 566.147  | 286.485  | 1.141.357  | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2025 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte  | 228.668  | 433.142  | 602.529  | 720.694  | 1.468.301  | 1.416.056  | 981.865  | 736.825  | 1.762.256  | 2.141.490  | 1.835.520  | 1.844.734  | 1.853.377  | 2.471.220  | 3.524.902  | |
Totaal Uitgaven stand eerste suppletoire wet 2025 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte  | 117.555  | 307.383  | 699.602  | 666.454  | 1.081.519  | 1.780.900  | 1.320.469  | 1.141.614  | 977.312  | 1.120.481  | 827.749  | 791.900  | 1.058.701  | 596.519  | 2.415.755  | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2026 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte  | 22.972  | 287.151  | 674.362  | 613.681  | 1.020.085  | 1.771.557  | 1.438.709  | 1.276.413  | 1.137.048  | 1.413.781  | 1.220.138  | 1.176.199  | 1.466.501  | 1.023.188  | 1.841.131  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 11.09 Ontvangsten  | 47.500  | |||||||||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ‒ 47.500  | |||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 11.09 Ontvangsten  | 0  | |||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | ||||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 11.09 Ontvangsten  | 0  | |||||||||||||||
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2025 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte  | 47.500  | |||||||||||||||
Totaal Ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2025 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte  | 0  | |||||||||||||||
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2026 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte  | 0  | 
Toelichting
Bijdragen Derden HSL-Heffing
Vanaf 2039 zijn de HSL-heffing onvangsten jaarlijks structureel € 40 miljoen hoger. Hierdoor worden de uitgaven ook gesaldeerd en worden die ook vanaf 2039, jaarlijks met € 40 miljoen verhoogd op artikelonderdeel 11.04.
HXII: AP-middelen Nedersaksenlijn
Met de Voorjaarsbesluitvorming 2025 zijn de AP-middelen voor de Lelylijn anders ingezet. De middelen zijn onder andere ingezet voor de Nedersaksenlijn (€ 1.912 miljoen). Deze zijn bij Voorjaarsnota 2025 technisch verwerkt op artikel 99 van de beleidsbegroting HXII. Met de Ontwerpbegroting 2026 worden deze middelen overgeboekt naar het Mobiliteitsfonds.
HXII: Apparaatskosten Woningbouw Mobiliteitsprogramma
Dit betreft een overboeking naar de beleidsbegroting HXII vanuit de Reservering Woningbouwmiddelen. De middelen zijn bedoeld voor de apparaatskosten voor woningbouw. In de jaren 2025-2031 gaat het om een totaalbedrag van € 100 miljoen.
HXII: Dekking Brede Doeluitkering (BDU) 2027
De BDU verkeer en vervoer is gekort als onderdeel van de maatregel om SPUKs om te zetten naar fondsuitkeringen. Deze maatregel ging gepaard met een korting van 10%. Met rijksbrede middelen wordt deze korting voor 2026 teruggedraaid. In 2027 wordt vanuit het ministerie van IenW 1/3de van de korting teruggedraaid door een onttrekking uit de generieke investeringsruimte. Deze middelen worden overgeboekt naar de beleidsbegroting HXII. Het gaat om € 36,7 miljoen.
HXII: Problematiek EUMETSTAT
Vanuit de beleidsbegroting HXII, beleidsartikel 23, ontvangt het KNMI middelen om aan de contributies aan EUMETSAT te voldoen. De begrote contributies worden jaarlijks door EUMETSAT geactualiseerd voor de komende 15 jaar. Vanaf 2025 wordt een nieuw programma uitgevoerd (Sterna) waarvoor er tot en met 2042 € 39,2 miljoen extra nodig is. Het Mobiliteitsfonds draagt tot en met 2039, € 33 miljoen bij in deze kosten.
Kasschuiven Verkenningen, Reserveringen en Investeringsruimte
Er zijn op dit artikel budgetneutrale kasschuiven doorgevoerd om de programmering bij de Verkenningen en (Risico)Reserveringen te actualiseren naar het meest realistische ritme.
Loon- en Prijsbijstelling 2025
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2025 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de generieke investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Overboeking Instandhouding ProRail (BKN Spoor)
Bij de Voorjaarsbesluitvorming 2025 is besloten om BKN-spoor ook beleidsarm door te trekken naar 2038 en 2039. Bij de Ontwerpbegroting 2026 wordt de looptijd van het Mobiliteitsfonds met een jaar verlengd tot en met 2039. Hierdoor is de mutatie voor 2039 mee gegaan met de Ontwerpbegroting 2026. In 2039 wordt daarom € 225 miljoen uit de Reservering instandhouding toegevoegd aan artikel 13.02 voor Insstandhouding Spoor.
Overboekingen Extrapolatie 2039
Bij de Voorjaarsbesluitvorming 2025 zijn er vanuit de generieke investeringsruimte middelen vrijgemaakt voor: Instandhouding ProRail, ERTMS, Noord-Zuidlijn, ERTV's, PBNI, Vernieuwing en Vlootvervanging RWS. Bij de Ontwerpbegroting 2026 wordt de looptijd van het Mobiliteitsfonds met een jaar verlengd tot en met 2039. Hierdoor is de mutatie voor 2039 mee gegaan met de Ontwerpbegroting 2026. Er wordt in 2039 voor in totaal € 782 miljoen overgeboekt vanuit de generieke investeringsruimte (extrapolatie 2039) naar de andere artikelonderdelen (artikel 11, 12, 13, 15) op het MF.
Overboeking Minregel Vrachtwagenheffing
De minregel op de Vrachtwagenheffing was bij de eerste suppletoire begroting 2025: € 860 miljoen. De vrachtwagenheffing wordt vanaf de Ontwerpbegroting 2026 geraamd op de beleidsbegroting XII, artikel 15. De financiering van de exploitatiekosten voor de vrachtwagenheffing van circa € 460 miljoen is niet meer nodig vanuit het MF. Deze kosten worden vanaf 2026 direct verrekend met de ontvangsten die binnenkomen op de beleidsbegroting HXII. In deze ontwerpbegroting is een deel van de minregel daarom al opgeheven met circa € 460 miljoen.
Overboekingen Veiligheid en Goederenvervoer Regeerprogramma
Middels Kamerstuk 36725-A-4 is de Kamer geïnformeerd over de reservering van € 150 miljoen voor de Regeerprogramma-ambities bij Voorjaarsnota 2025. Het gaat om maatregelen en projecten voor de verbetering van de veiligheid en goederenvervoer. Middels deze mutaties is de € 150 miljoen overgeboekt en verdeeld over artikel 12, 13 en 15 van het MF. Van de € 150 miljoen is € 18,3 miljoen in de periode 2026-2030 overgeboekt naar de beleidsbegroting van IenW (XII). Van de € 150 miljoen is € 18,3 miljoen in de periode 2026-2030 overgeboekt naar de beleidsbegroting van IenW (XII).
Overboeking Spitsmijden en Spreiden
Middels Kamerstuk 36725-A-4 is de Kamer geïnformeerd over de reservering van € 50 miljoen voor de landelijke aanpak spitsmijden spreiden bij Voorjaarsnota 2025. Er vindt een overboeking uit 2027 plaats van € 25 miljoen voor deze reserverng om op artikel 12 alvast de verplichtingen aan te kunnen gaan.
Overboekingen Verkenningen Oude Lijn
Dit betreffen diverse overboekingen van in totaal € 18 miljoen voor de Verkenning Oude Lijn. De grootste overboeking van € 13 miljoen betreft een overboeking naar artikelonderdeel 13.03.04 ten behoeve van een aanvullende subsidieaanvraag, op basis van het Plan van Aanpak voor de inzet van ProRail, in deze fase van de MIRT-Verkenning Oude Lijn.
Overboeking Vernieuwing
Bij de Voorjaarsbesluitvorming 2025 is besloten om jaarlijks structureel € 200 miljoen vanuit de generieke investeringsruimte beschikbaar te stellen voor de Vernieuwingsopgave. Bij de Ontwerpbegroting 2026 wordt de looptijd van het Mobiliteitsfonds met een jaar verlengd tot en met 2039. Dit betreft de structurele overboeking vanaf 2039 van dit reeds genomen besluit.
12 Hoofdwegennet  | Totaal mutatie  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | 2033  | 2034  | 2035  | 2036  | 2037  | 2038  | 2039  | 
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 12.01 Exploitatie  | 5.676  | 9.922  | 10.550  | 9.764  | 8.618  | 8.451  | 7.824  | 7.769  | 4.537  | 4.537  | 4.537  | 4.537  | 4.537  | 4.537  | 4.537  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 1.115  | 157  | 162  | 166  | 3.428  | 3.208  | 3.091  | 2.848  | 2.728  | 2.606  | 3.042  | |||||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 12.01 Exploitatie  | 6.791  | 10.079  | 10.712  | 9.930  | 8.618  | 8.451  | 7.824  | 7.769  | 7.965  | 7.745  | 7.628  | 7.385  | 7.265  | 7.143  | 7.579  | |
Loon- en prijsbijstelling 2025  | 2.204  | 122  | 181  | 192  | 178  | 155  | 152  | 140  | 139  | 143  | 139  | 137  | 132  | 130  | 128  | 136  | 
Overboeking naar NDW  | ‒ 271  | ‒ 271  | ||||||||||||||
Overboeking voor Aanpak Draaiend houden Ringen fase 1  | 10.000  | 1.380  | 2.490  | 2.380  | 3.380  | 370  | ||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | 1.231  | 2.671  | 2.572  | 3.558  | 525  | 152  | 140  | 139  | 143  | 139  | 137  | 132  | 130  | 128  | 136  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 12.01 Exploitatie  | 8.022  | 12.750  | 13.284  | 13.488  | 9.143  | 8.603  | 7.964  | 7.908  | 8.108  | 7.884  | 7.765  | 7.517  | 7.395  | 7.271  | 7.715  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 12.02 Onderhoud en vernieuwing  | 1.369.323  | 1.479.874  | 1.450.530  | 1.534.478  | 1.376.014  | 1.362.469  | 1.442.870  | 1.449.278  | 843.516  | 866.453  | 875.161  | 920.912  | 928.876  | 962.614  | 899.390  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 15.512  | 63.214  | 245.054  | 155.005  | 452.424  | 327.524  | 337.043  | 335.762  | 793.324  | 769.293  | 558.745  | 473.374  | 492.530  | 474.914  | 672.958  | |
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 12.02 Onderhoud en vernieuwing  | 1.384.835  | 1.543.088  | 1.695.584  | 1.689.483  | 1.828.438  | 1.689.993  | 1.779.913  | 1.785.040  | 1.636.840  | 1.635.746  | 1.433.906  | 1.394.286  | 1.421.406  | 1.437.528  | 1.572.348  | |
Correctie Tijdelijke Tolheffing 2025  | 102  | 102  | ||||||||||||||
HXII: Amendement Kent  | ‒ 1.223  | ‒ 1.223  | ||||||||||||||
HXII: CO2 prestatieladder 2026-2028  | 252  | 84  | 84  | 84  | ||||||||||||
Kasschuiven Hoofdwegennet  | 0  | 1.000  | ‒ 1.000  | |||||||||||||
Loon- en prijsbijstelling 2025  | 428.748  | 25.642  | 28.359  | 32.037  | 32.208  | 34.574  | 34.076  | 31.921  | 32.012  | 29.003  | 29.334  | 23.816  | 23.002  | 21.742  | 22.825  | 28.197  | 
Overboeking correctie Hoevelaken  | ‒ 19.565  | ‒ 19.565  | ||||||||||||||
Overboeking Herbeplantingsplicht Instandhouding  | 6.000  | 6.000  | ||||||||||||||
Overboeking naar OV-terminal  | ‒ 164  | ‒ 164  | ||||||||||||||
Overboeking voor Aanpak Draaiend houden Ringen fase 1  | 48.400  | 600  | 10.600  | 11.900  | 12.900  | 12.400  | ||||||||||
Overboeking voor Verkeersveiligheid N18  | 5.800  | 5.800  | ||||||||||||||
Taakstelling apparaat kabinet Schoof  | ‒ 39.270  | ‒ 2.805  | ‒ 2.805  | ‒ 2.805  | ‒ 2.805  | ‒ 2.805  | ‒ 2.805  | ‒ 2.805  | ‒ 2.805  | ‒ 2.805  | ‒ 2.805  | ‒ 2.805  | ‒ 2.805  | ‒ 2.805  | ‒ 2.805  | |
Toevoeging CA-middelen Vernieuwing  | 130.899  | 130.000  | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | 32.980  | 40.015  | 41.216  | 42.387  | 44.169  | 31.271  | 29.116  | 29.207  | 6.633  | 26.529  | 21.910  | 20.197  | 18.937  | 20.020  | 155.392  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 12.02 Onderhoud en vernieuwing  | 1.417.815  | 1.583.103  | 1.736.800  | 1.731.870  | 1.872.607  | 1.721.264  | 1.809.029  | 1.814.247  | 1.643.473  | 1.662.275  | 1.455.816  | 1.414.483  | 1.440.343  | 1.457.548  | 1.727.740  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 12.03 Ontwikkeling  | 727.350  | 1.005.721  | 1.081.231  | 1.234.529  | 966.599  | 686.003  | 425.482  | 648.837  | 865.886  | 464.826  | 812.295  | 820.513  | 808.475  | 602.533  | 88.996  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 109.404  | 106.164  | 53.390  | ‒ 63.770  | 21.164  | 311.331  | ‒ 20.315  | ‒ 265.488  | ‒ 372.797  | ‒ 54.182  | 77.626  | 227.535  | 140.711  | 252.772  | 29.839  | |
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 12.03 Ontwikkeling  | 836.754  | 1.111.885  | 1.134.621  | 1.170.759  | 987.763  | 997.334  | 405.167  | 383.349  | 493.089  | 410.644  | 889.921  | 1.048.048  | 949.186  | 855.305  | 118.835  | |
Bijdragen derden  | 5.415  | 5.415  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
Correctie overboeking ViA15  | 25.440  | 25.440  | ||||||||||||||
Correctie terugsluis Vrachtwagenheffing  | ‒ 10.816  | ‒ 10.816  | ||||||||||||||
Correctie Tijdelijke Tolheffing 2025  | ‒ 102  | ‒ 102  | ||||||||||||||
Excessieve prijsstijgingen: A27 Houten-Hooipolder  | ‒ 329.200  | ‒ 221.300  | ‒ 9.500  | ‒ 98.400  | ||||||||||||
HXII: Amendement Strategisch Plan Verkeersveiligheid  | ‒ 550  | ‒ 550  | ||||||||||||||
HXII: AP-middelen N36 Almelo-Ommen  | 115.000  | 5.750  | 5.750  | 11.500  | 11.500  | 34.500  | 40.250  | 5.750  | ||||||||
HXII: Externe inhuur Verkeersveiligheid  | ‒ 815  | ‒ 525  | ‒ 290  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
HXII: Schoon Emissieloos Bouwen 2026  | ‒ 20.000  | ‒ 10.000  | ‒ 10.000  | |||||||||||||
Kaderruilen 2025  | 0  | ‒ 150.000  | 92.500  | 40.000  | 35.000  | 25.000  | 77.500  | ‒ 35.000  | ‒ 85.000  | |||||||
Kasschuiven Ontwikkeling  | 0  | 32.686  | ‒ 90.836  | ‒ 73.212  | ‒ 19.959  | ‒ 16.912  | ‒ 322.715  | 2.905  | 79.817  | ‒ 44.805  | 52.126  | 71.287  | 58.110  | 45.285  | 204.080  | 22.143  | 
Loon- en prijsbijstelling 2025  | 160.178  | 12.732  | 18.198  | 18.985  | 14.567  | 7.865  | 8.610  | 5.799  | 7.005  | 4.229  | 4.382  | 7.687  | 26.917  | 4.811  | 2.526  | 15.865  | 
Overboeking Correctie Hoevelaken  | 19.565  | 19.565  | ||||||||||||||
Overboeking Minregel Vrachtwagenheffing  | ‒ 459.988  | ‒ 30.295  | ‒ 44.195  | ‒ 44.195  | ‒ 44.195  | ‒ 85.094  | ‒ 85.403  | ‒ 85.403  | ‒ 41.208  | |||||||
Overboeking m.b.t. aansluiting A9/A4 omlegging Badhoevedorp  | ‒ 2.818  | ‒ 97  | ‒ 2.721  | |||||||||||||
Overboeking Slim en Duurzame Mobiliteit  | 129  | 129  | ||||||||||||||
Overboeking Spitsmijden en Spreiden  | 25.000  | 25.000  | ||||||||||||||
Overboeking Tijdelijke Tolheffing 2025  | ‒ 343  | ‒ 343  | ||||||||||||||
Overboeking Veiligheid en Goedervervoer: Truckparkings Wegen  | 43.000  | 43.000  | ||||||||||||||
Overboeking Verkeersveiligheid Rijks N-wegen  | ‒ 750  | ‒ 150  | ‒ 150  | ‒ 150  | ‒ 150  | ‒ 150  | ||||||||||
Overboeking voor Aanpak Draaiend houden Ringen fase 1  | ‒ 69.700  | ‒ 8.480  | ‒ 14.290  | ‒ 15.480  | ‒ 17.480  | ‒ 13.970  | ||||||||||
Overboeking voor Verkeersveiligheid N18  | ‒ 5.800  | ‒ 5.800  | ||||||||||||||
Overboeking Vrachtwagenheffing 2025  | ‒ 1.549  | ‒ 1.549  | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | ‒ 91.323  | ‒ 38.571  | ‒ 59.052  | ‒ 42.217  | ‒ 61.612  | ‒ 325.449  | ‒ 65.199  | 12.919  | ‒ 27.719  | 174.258  | ‒ 136.576  | 40.527  | ‒ 48.304  | 121.606  | 38.008  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 12.03 Ontwikkeling  | 745.431  | 1.073.314  | 1.075.569  | 1.128.542  | 926.151  | 671.885  | 339.968  | 396.268  | 465.370  | 584.902  | 753.345  | 1.088.575  | 900.882  | 976.911  | 156.843  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS  | 1.057.604  | 1.094.119  | 944.439  | 875.056  | 804.914  | 889.908  | 862.809  | 616.761  | 579.573  | 485.261  | 680.546  | 405.904  | 487.061  | 433.526  | 378.355  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ‒ 44.427  | ‒ 142.755  | 61.248  | 69.555  | ‒ 18.833  | 5.311  | 58.936  | 39.741  | 5.283  | 61.012  | ‒ 46.372  | 13.916  | ‒ 166.061  | 207.090  | ||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS  | 1.013.177  | 951.364  | 1.005.687  | 944.611  | 786.081  | 895.219  | 921.745  | 656.502  | 584.856  | 546.273  | 634.174  | 419.820  | 321.000  | 640.616  | 378.355  | |
Bijdragen derden  | 1.089  | 718  | 371  | |||||||||||||
Correctie overboeking ViA15  | ‒ 25.440  | ‒ 25.440  | ||||||||||||||
Excessieve prijsstijgingen: A27 Houten-Hooipolder  | 329.200  | 221.300  | 9.500  | 98.400  | ||||||||||||
Kasschuiven Geïntegreerde contractvormen  | 0  | 2.405  | 42.026  | 68.322  | 60.622  | 21.096  | ‒ 98.810  | ‒ 98.907  | 1.093  | 1.093  | 1.075  | 15  | 0  | 0  | ‒ 191.296  | 191.266  | 
Loon- en prijsbijstelling 2025  | 198.762  | 18.171  | 17.062  | 18.035  | 16.940  | 15.069  | 17.008  | 16.981  | 12.224  | 11.458  | 10.312  | 11.857  | 8.017  | 7.738  | 12.165  | 5.725  | 
Overboeking m.b.t. aansluiting A9/A4 omlegging Badhoevedorp  | 2.818  | 97  | 2.721  | |||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | ‒ 4.049  | 62.180  | 86.357  | 77.562  | 36.165  | ‒ 81.802  | ‒ 81.926  | 13.317  | 12.551  | 11.387  | 233.172  | 17.517  | 106.138  | ‒ 179.131  | 196.991  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS  | 1.009.128  | 1.013.544  | 1.092.044  | 1.022.173  | 822.246  | 813.417  | 839.819  | 669.819  | 597.407  | 557.660  | 867.346  | 437.337  | 427.138  | 461.485  | 575.346  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 12.06 Netwerkgebonden kosten HWN  | 777.516  | 911.186  | 931.040  | 889.154  | 864.844  | 860.805  | 844.857  | 810.640  | 730.244  | 730.749  | 730.776  | 730.776  | 730.776  | 730.776  | 730.776  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 9.810  | ‒ 189.778  | ‒ 222.107  | ‒ 182.419  | ‒ 169.065  | ‒ 165.026  | ‒ 170.164  | ‒ 146.496  | ‒ 90.514  | ‒ 90.539  | ‒ 90.540  | ‒ 91.001  | ‒ 91.001  | ‒ 91.001  | ‒ 96.492  | |
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 12.06 Netwerkgebonden kosten HWN  | 787.326  | 721.408  | 708.933  | 706.735  | 695.779  | 695.779  | 674.693  | 664.144  | 639.730  | 640.210  | 640.236  | 639.775  | 639.775  | 639.775  | 634.284  | |
HXII: Amendement Kent  | ‒ 630  | ‒ 630  | ||||||||||||||
HXII: CO2 prestatieladder 2026-2028  | 723  | 241  | 241  | 241  | ||||||||||||
HXII: Detachering RWS  | 335  | 335  | ||||||||||||||
HXII: Inzet Personeelsraadgever voor RWS  | ‒ 2.319  | ‒ 93  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | 
HXII: Opdracht RWS stimulering hergeberuik en recyclaat  | 19.140  | 3.190  | 3.190  | 3.190  | 3.190  | 3.190  | 3.190  | |||||||||
Loon- en prijsbijstelling 2025  | 400.263  | 29.555  | 28.238  | 27.785  | 27.695  | 27.346  | 27.347  | 26.967  | 26.563  | 25.564  | 25.583  | 25.584  | 25.565  | 25.565  | 25.565  | 25.341  | 
Overboeking Laadinfra voor Schoon Emissieloos Bouwen  | 14.700  | 13.610  | 210  | 220  | 220  | 220  | 220  | |||||||||
Overboeking naar NDW  | 271  | 271  | ||||||||||||||
Overboeking Tijdelijke Tolheffing 2025  | 343  | 343  | ||||||||||||||
Overboeking Verkeersveiligheid Rijks N-wegen  | 750  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | ||||||||||
Overboeking voor Aanpak Draaiend houden Ringen fase 1  | 11.300  | 6.500  | 1.200  | 1.200  | 1.200  | 1.200  | ||||||||||
Overboeking Vrachtwagenheffing 2025  | 1.549  | 1.549  | ||||||||||||||
Overboeking Weginspecteurs  | 5.491  | 5.491  | ||||||||||||||
Taakstelling apparaat kabinet Schoof  | 39.270  | 0  | 2.805  | 2.805  | 2.805  | 2.805  | 2.805  | 2.805  | 2.805  | 2.805  | 2.805  | 2.805  | 2.805  | 2.805  | 2.805  | 2.805  | 
Mutaties Miljoenennota 2026  | 55.410  | 35.245  | 35.432  | 35.342  | 34.752  | 33.403  | 29.613  | 29.209  | 28.210  | 28.229  | 28.230  | 28.211  | 28.211  | 28.211  | 33.478  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 12.06 Netwerkgebonden kosten HWN  | 842.736  | 756.653  | 744.365  | 742.077  | 730.531  | 729.182  | 704.306  | 693.353  | 667.940  | 668.439  | 668.466  | 667.986  | 667.986  | 667.986  | 667.762  | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2025 Hoofdwegennet  | 3.937.469  | 4.500.822  | 4.417.790  | 4.542.981  | 4.020.989  | 3.807.636  | 3.583.842  | 3.533.285  | 3.023.756  | 2.551.826  | 3.103.315  | 2.882.642  | 2.959.725  | 2.733.986  | 2.102.054  | |
Totaal Uitgaven stand eerste suppletoire wet 2025 Hoofdwegennet  | 4.028.883  | 4.337.824  | 4.555.537  | 4.521.518  | 4.306.679  | 4.286.776  | 3.789.342  | 3.496.804  | 3.362.480  | 3.240.618  | 3.605.865  | 3.509.314  | 3.338.632  | 3.580.367  | 2.711.401  | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2026 Hoofdwegennet  | 4.023.132  | 4.439.364  | 4.662.062  | 4.638.150  | 4.360.678  | 3.944.351  | 3.701.086  | 3.581.595  | 3.382.298  | 3.481.160  | 3.752.738  | 3.615.898  | 3.443.744  | 3.571.201  | 3.135.406  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 12.09 Ontvangsten  | 124.305  | 118.556  | 122.404  | 112.016  | 208.968  | 164.325  | 162.173  | 173.338  | 73.982  | 51.300  | 51.300  | 11.302  | 84.276  | 85.824  | 80.774  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 41.982  | 2.326  | ‒ 5.120  | ‒ 27  | ‒ 29.564  | ‒ 41  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 25.000  | 0  | 0  | ||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 12.09 Ontvangsten  | 166.287  | 120.882  | 117.284  | 111.989  | 179.404  | 164.284  | 162.173  | 173.338  | 73.982  | 51.300  | 51.300  | 36.302  | 84.276  | 85.824  | 80.774  | |
Bijdragen derden Ontvangsten  | 6.504  | 6.133  | 371  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
Loon- en prijsbijstelling 2025  | 51.001  | 3.453  | 2.548  | 2.492  | 2.391  | 3.261  | 3.540  | 2.712  | 2.387  | 1.488  | 1.044  | 1.011  | 1.015  | 1.015  | 5.834  | 16.810  | 
Herschikking tolontvangsten  | 0  | ‒ 57.698  | ‒ 30.777  | ‒ 35.442  | ‒ 41.622  | ‒ 105.563  | ‒ 99.829  | ‒ 55.060  | ‒ 18.496  | 39.049  | 51.143  | 52.936  | 69.690  | 23.477  | 18.872  | 189.320  | 
Mutaties Miljoenennota 2026  | ‒ 48.112  | ‒ 27.858  | ‒ 32.950  | ‒ 39.231  | ‒ 102.302  | ‒ 96.289  | ‒ 52.348  | ‒ 16.109  | 40.537  | 52.187  | 53.947  | 70.705  | 24.492  | 24.706  | 206.130  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 12.09 Ontvangsten  | 118.175  | 93.024  | 84.334  | 72.758  | 77.102  | 67.995  | 109.825  | 157.229  | 114.519  | 103.487  | 105.247  | 107.007  | 108.768  | 110.530  | 286.904  | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2025 Hoofdwegennet  | 124.305  | 118.556  | 122.404  | 112.016  | 208.968  | 164.325  | 162.173  | 173.338  | 73.982  | 51.300  | 51.300  | 11.302  | 84.276  | 85.824  | 80.774  | |
Totaal Ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2025 Hoofdwegennet  | 166.287  | 120.882  | 117.284  | 111.989  | 179.404  | 164.284  | 162.173  | 173.338  | 73.982  | 51.300  | 51.300  | 36.302  | 84.276  | 85.824  | 80.774  | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2026 Hoofdwegennet  | 118.175  | 93.024  | 84.334  | 72.758  | 77.102  | 67.995  | 109.825  | 157.229  | 114.519  | 103.487  | 105.247  | 107.007  | 108.768  | 110.530  | 286.904  | 
Toelichting
Bijdragen derden
Dit betreft voornamelijk de bijdragen van derden voor verschillende projecten hoofdwegennet en Zuidasdok.
Correctie overboeking ViA15
Dit betreft een correctie overboeking binnen artikel 12 voor de ViA15. Bij de voorjaarsnota 2025 heeft de overheveling naar het DBFM project geleid tot een negatieve stand. Met deze correctie wordt wat er teveel was overgeheveld weer teruggeboekt bij het aanlegproject.
Correctie Tijdelijke Tolheffing 2025
Dit betreft een correctie voor het budget voor Tijdelijke Tolheffing dat is aangevraagd op de verkeerde budgetplaats. Na overboeking is aangegeven dat het gaat om E&O budget waar het eerder was overgeboekt naar het planstudiebudget.
Correctie terugsluis Vrachtwagenheffing
Dit betreft een overboeking van het Mobiliteitsfonds naar HXII voor de terugsluis in verband met de middelenafspraak Tijdelijke Tolheffing. Dit is abusievelijk niet verwerkt bij de Voorjaarsnota 2025.
Excessieve prijsstijgingen: A27 Houten-Hooipolder
Dit betreft de overboeking van excessieve prijsstijgingen van artikel 11 naar het project A27 Houten-Hooipolder. Dit betreft een eerdere reservering - die gemaakt is ten tijde van de aanbesteding van het project (2022) t.b.v. prijsbijstellingen en inzichten uit de aanbestedingsfase - die nu wordt toegevoegd aan het projectbudget.
HXII: CO2 prestatieladder 2026-2028
Dit betreft een overboeking voor het CO2-managementsysteem om de uitstoot van IenW en de inkoopketen in kaart te brengen en te verminderen. Door te werken volgens de normen van dit systeem laat IenW zien dat het transparant is in de missies, reductieresultaten en open te communiceren over het CO2 beleid.
HXII: Amendement Kent
De Kamer heeft het amendement van lid Kent bij de Voorjaarsnota 2025 aangenomen, waarbij medewerkers van sociaal-ontwikkelbedrijven worden gecompenseerd voor de veranderingen bij de arbeids- en algemene heffingskorting en het tarief eerste schijf, die voor een deel van deze groep nadelig uitpakt. Dekking is gevonden door de uitgaven voor externe inhuur in 2026 te verlagen. Met deze mutatie is de taakstelling ingepast. Het gaat om een korting van € 2,7 miljoen in 2026, die verwerkt is op artikel 12 en artikel 15 van het MF.
HXII: Amendement Strategisch Plan Verkeersveiligheid
Dit betreft een overboeking van het Mobiliteitsfonds naar de HXII-begroting ten behoeve van beleidsopdrachten in het kader van het Amendement SPV. Dit staat op het MF geraamd, maar dient op de beleidsbegroting HXII verantwoord te worden.
HXII: Schoon Emissieloos Bouwen 2026
Het programma Schoon en Emissieloos Bouwen (SEB) bevat meerdere instrumenten om de bouwsector te ondersteunen met onderandere het reduceren van de stikstofuitstoot. Voor één van deze instrumenten (de Specifieke Uitkering (SPUK)) Schoon en Emissieloos Bouwen voor medeoverheden staan de beschikbare middelen op het Mobiliteitsfonds. Een deel van de middelen voor de SPUK in 2026 moet naar de HXII-begroting worden overgeboekt. Door deze overboeking kan de regeling naast infrastructurele projecten ook projecten op het gebied van o.a. woningbouw en waterbouw ondersteunen.
HXII: AP-middelen N36 Almelo-Ommen
Met de Voorjaarsbesluitvorming zijn de AP-middelen voor de Lelylijn anders ingezet. De middelen zijn onder andere ingezet voor de N36 Almelo-Ommen (€ 115 miljoen). Met de Voorjaarsnota 2025 zijn deze technisch verwerkt op artikel 99 van de beleidsbegroting HXII. Met de Ontwerpbegroting 2026 worden deze middelen overgeboekt naar het Mobiliteitsfonds artikel 12.
HXII: Opdracht RWS stimulering hergeberuik en recyclaat
Dit betreft een overboeking vanuit artikel 21 HXII naar MF artikel 12 in het kader van opdrachtverlening aan RWS ter uitvoering van de middelen uit het klimaatakkoord omtrent stimulering hergebruik en recyclaat in bouwmaterialen in de Grond-. Weg- en Waterbouw (GWW).
HXII: Inzet Personeelsraadgever voor RWS
Naar aanleiding van onderzoek FNV is er in de CAO opgenomen dat er een personeelsraadgever wordt aangesteld. Deze wordt bekostigd door RWS.
HXII: Detachering RWS
Dit betreft een overeengekomen detachering van een medewerker RWS aan I&W DGMo voor een brede inzet rondom beleidsvoorbereiding en uitvoering op het gebied van digitale infrastructuur rondom mobiliteit.
HXII: Externe inhuur Verkeersveiligheid
Dit betreft overboekingen van het Mobiliteitsfonds artikel 12 naar de beleidsbegroting HXII voor externe inhuur voor verschillende verkeersveiligheidsprojecten onder andere: ROMO2, Digitaal Stelsel Mobiliteit (DSM), Voertuigen en Digitale Infrastructuur (VDI), fietsveiligheid en Strategisch Plan Verkeersveiligheid (SPV).
Kasschuiven Hoofdwegennet
Om binnen een modaliteit tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair neutrale kasschuiven over de diverse jaren noodzakelijk.
Kaderruilen 2025
Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Over alle jaren is dit per saldo budgettair neutraal voor de modaliteiten.
Loon- en prijsbijstelling 2025
Dit betreft de verwerking van de loon- en prijsbijstelling 2025.
Overboeking Minregel Vrachtwagenheffing
De minregel op de Vrachtwagenheffing was bij de eerste suppletoire begroting 2025: € 860 miljoen. De vrachtwagenheffing wordt vanaf de Ontwerpbegroting 2026 geraamd op de beleidsbegroting XII, artikel 15. De financiering van de exploitatiekosten voor de vrachtwagenheffing van circa € 460 miljoen is niet meer nodig vanuit het MF. Deze kosten worden vanaf 2026 direct verrekend met de ontvangsten die binnenkomen op de beleidsbegroting HXII. In deze ontwerpbegroting is een deel van de minregel daarom al opgeheven met circa € 460 miljoen.
Overboeking Laadinfra voor Schoon Emissieloos Bouwen
Dit betreft een overboeking uit het Klimaatfonds aan het landelijke taken budget van RWS. Dit betreft laadinfra batterijsystemen op de bouwplaats en onderzoekskosten.
Overboeking voor Verkeersveiligheid N18
Het resterende budget van € 5,8 miljoen van het amendement Koerhuis en van der Graaf uit december 2022 (Kamerstuk 36 200 A, nr. 55) wordt geïnvesteerd in de N18. Hierdoor kan het plaatsen van de verkeersregelinstallatie (VRI) op het kruispunt Lichtenvoordseweg gecombineerd worden met het opheffen van het kruispunt Landstraat. Daarnaast worden de resterende delen van de berm veiliger gemaakt. Na deze maatregelen is de N18 volledig veilig ingericht volgens de eisen voor Rijks-N-wegen.
Overboeking naar OV-terminal
Dit betreft een overboeking van de Tunnel en A10 naar deOV-terminal t.b.v de realisatie van het tijdelijke dek Minervapassage Zuidasdok.
Overboeking Herbeplantingsplicht Instandhouding
Dit betreft een overboeking voor de wettelijke herbeplantplicht die RWS heeft voor bomen die gekapt worden op het areaal zowel bij instandhouding als MIRT-projecten.
Overboeking voor Aanpak Draaiend houden Ringen fase 1
Dit betreft de overboeking voor de opdracht aan RWS voor fase 1 van de aanpak voor het draaiend houden van de Ringen Amsterdam, Utrecht, Rotterdam en Den Haag.
Overboeking m.b.t. aansluiting A9/A4 omlegging Badhoevedorp
Dit betreft een overboeking m.b.t. de aansluiting A9/A4 omlegging Badhoevedorp-A9 Badhoevedorp-Holendrecht conform opdrachtbrief van DG Mobiliteit.
Overboeking Slim en Duurzame Mobiliteit
Dit betreft een overboeking vanuit de reserveringen van Slim en Duurzame Mobiliteit naar de regeling Slim Veilig en Duurzaam Mobiliteit.
Overboeking naar NDW
Dit betreft een overboeking voor de uitvoering van risicogestuurd verkeersveiligheidsbeleid van de SPI monitor 2025. Dit is een landelijke monitor voor gemeenten, provincies, vervoerregio’s, waterschappen en Rijk met risico-indicatoren voor verkeersveiligheid. Een deel van het budget is bestemd voor apparaatskosten RWS.
Overboeking correctie Hoevelaken
Dit betreft een correctie van het restbudget A1/A28 Knooppunt Hoevelaken om een negatieve budgetstand op te lossen.
Overboeking Tijdelijke Tolheffing 2025
Dit betreft de opdracht aan RWS voor het afronden van de taken voor de transitiefase per 1-4-2025 en de het uitvoeren van de aan RWS toebedeelde taken tijdens de exploitatiefase over geheel 2025.
Overboeking Vrachtwagenheffing 2025
Dit betreft een overboeking naar RWS voor de realisatie van Vrachtwagenheffing in 2026. RWS krijgt de opdracht voor het uitvoeren en realiseren van wegbeheerderstaken in de periode januari tot en met december 2025.
Overboeking Veiligheid en Goedervervoer: Truckparkings Wegen
Middels Kamerstuk 36725-A-4 is de Kamer geïnformeerd over de reservering van € 150 miljoen voor de Regeerprogramma-ambities bij Voorjaarsnota 2025. Het gaat om maatregelen en projecten voor de verbetering van de veiligheid en goederenvervoer. Het betreft hier middelen voor maatregelen die op korte termijn knelpunten op het gebied van truckparkings aanpakken. Het betreft extra parkeercapaciteit op de korte termijn en realisatie van beveiligde truckparkings. Met deze investeringsoptie stelt IenW financiële middelen ter beschikking aan provincies en gemeenten waarmee zij deze nieuwe veilige en beveiligde truckparkings kunnen realiseren.
Overboeking Verkeersveiligheid Rijks N-wegen
Voor de professionalisering van het programmateam is voor de duur van 5 jaar capaciteit bij RWS nodig.
Overboeking Spitsmijden en Spreiden
Middels Kamerstuk 36725-A-4 is de Kamer geïnformeerd over de reservering van € 50 miljoen voor de landelijke aanpak spitsmijden spreiden bij Voorjaarsnota 2025. Er vindt een overboeking uit 2027 plaats van € 25 miljoen naar artikel 12 om de verplichtingen aan te gaan. Deze worden verstrekt middels een SPUK die onder de VSD-regeling vallen.
Overboeking Weginspecteurs
Dit betreft de overboeking voor weginspecteurs. In de Voorjaarsbesluitvorming 2025 is structureel extra budget vrijgemaakt voor de inzet van extra weginspecteurs (38 fte). De weginspecteur treft veiligheidsmaatregelen bij incidenten en coördineert een veilige en vlotte afhandeling ervan. Het toenemend aantal incidenten heeft als effect dat het langer duurt voordat de weginspecteur ter plaatse is of, bij drukte, niet meer ter plaatse kan komen. Hierdoor neemt het risico op aanrijdingen toe, net als de filedruk. Door inzet van extra weginspecteurs kan dit risico worden beheerst.
Toevoeging CA-middelen Vernieuwing
In de Voorjaarsbesluitvorming van 2025 is besloten om het budgettair niveau van 2032 structureel door te trekken, zodat RWS de ruimte en continuïteit krijgt om de instandhoudingsopgave langjarig samen met de markt en regionale overheden te organiseren. Daarnaast verhoogt IenW in de begroting 2026 vanaf 2039 de budgetten voor Vernieuwing met € 200 miljoen per jaar zodat RWS meer vernieuwingsprojecten kan uitvoeren.
Taakstelling apparaat kabinet Schoof
Dit betreft de invulling aan de apparaatstaakstelling van Kabinet Schoof I bij RWS.
13 Spoorwegen  | Totaal mutatie  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | 2033  | 2034  | 2035  | 2036  | 2037  | 2038  | 2039  | 
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 13.02 Exploitatie onderhoud en vernieuwing  | 2.246.247  | 2.457.555  | 2.528.502  | 2.039.610  | 2.455.225  | 2.522.145  | 2.269.016  | 2.175.598  | 2.103.427  | 2.127.005  | 1.944.370  | 1.921.099  | 2.131.682  | 2.075.050  | 2.073.561  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 544.457  | 17.212  | ‒ 88.887  | 304.514  | ‒ 109.758  | ‒ 270.706  | ‒ 54.478  | ‒ 2.226  | 16.935  | 16.271  | ‒ 4.383  | 101.530  | 3.135  | 335.034  | ‒ 13.300  | |
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 13.02 Exploitatie onderhoud en vernieuwing  | 2.790.704  | 2.474.767  | 2.439.615  | 2.344.124  | 2.345.467  | 2.251.439  | 2.214.538  | 2.173.372  | 2.120.362  | 2.143.276  | 1.939.987  | 2.022.629  | 2.134.817  | 2.410.084  | 2.060.261  | |
Correctie Ontwerpfout HSL-Viaducten  | ‒ 100.000  | ‒ 100.000  | ||||||||||||||
Correctie Spoorstaafschade  | ‒ 24.000  | ‒ 6.000  | ‒ 6.000  | ‒ 6.000  | ‒ 6.000  | |||||||||||
Correctie vergoeding OV-betalen NS  | ‒ 14.700  | ‒ 14.700  | ||||||||||||||
Loon- en Prijsbijstelling 2025  | 604.840  | 44.382  | 47.409  | 45.697  | 45.721  | 44.035  | 43.373  | 42.635  | 41.684  | 42.095  | 38.449  | 39.931  | 41.943  | 46.880  | 40.606  | |
Overboeking Instandhouding ProRail (BKN Spoor)  | 225.000  | 225.000  | ||||||||||||||
Overboeking Instandhouding ProRail (BKN Spoor)  | 112.204  | 112.204  | ||||||||||||||
Overboeking van Geïntegreerde contractvormen/PPS naar EOV  | 8.000  | 8.000  | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | ‒ 112.700  | 38.382  | 41.409  | 39.697  | 45.721  | 44.035  | 43.373  | 42.635  | 41.684  | 42.095  | 38.449  | 39.931  | 41.943  | 46.880  | 377.810  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 13.02 Exploitatie onderhoud en vernieuwing  | 2.678.004  | 2.513.149  | 2.481.024  | 2.383.821  | 2.391.188  | 2.295.474  | 2.257.911  | 2.216.007  | 2.162.046  | 2.185.371  | 1.978.436  | 2.062.560  | 2.176.760  | 2.456.964  | 2.438.071  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 13.03 Ontwikkeling  | 279.771  | 459.505  | 411.052  | 337.242  | 299.432  | 447.851  | 226.331  | 347.076  | 329.174  | 386.847  | 308.625  | 425.166  | 361.387  | 110.175  | 4.000  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ‒ 91.557  | ‒ 189.232  | ‒ 70.745  | 43.798  | 99.897  | ‒ 101.630  | 103.833  | 39.390  | 127.291  | ‒ 90.494  | 141.470  | ‒ 75.685  | ‒ 15.281  | 131.701  | 57.898  | |
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 13.03 Ontwikkeling  | 188.214  | 270.273  | 340.307  | 381.040  | 399.329  | 346.221  | 330.164  | 386.466  | 456.465  | 296.353  | 450.095  | 349.481  | 346.106  | 241.876  | 61.898  | |
Afrekening voorschotten ProRail 2024  | 40.286  | 40.286  | ||||||||||||||
BCF: SPUK Brabant  | ‒ 61  | ‒ 61  | ||||||||||||||
BCF: SPUK vervoerregio Amsterdam  | ‒ 174  | ‒ 174  | ||||||||||||||
Correctie Ontwerpfout HSL-Viaducten  | 100.000  | 100.000  | ||||||||||||||
Kaderruilen 2025  | 0  | 100.000  | ‒ 75.000  | ‒ 60.000  | 35.000  | |||||||||||
Kasschuiven 2025 Ontwikkeling  | 0  | ‒ 152.708  | 130.701  | ‒ 10.997  | ‒ 3.181  | 5.429  | 21.283  | 5.246  | ‒ 3.765  | ‒ 30  | ‒ 798  | ‒ 552  | ‒ 276  | ‒ 334  | ‒ 356  | 10.338  | 
Loon- en Prijsbijstelling 2025  | 57.868  | 494  | 1.821  | 2.742  | 6.303  | 6.072  | 4.532  | 7.923  | 12.229  | 1.964  | 804  | 4.216  | 8.353  | 415  | ||
Overboeking Beter benutten spoor  | 17.000  | 16.000  | 1.000  | |||||||||||||
Overboeking Beveiliging Station Maarheeze  | 4.600  | 4.600  | ||||||||||||||
Overboeking constructiefouten HSL viaducten  | 70.000  | 13.558  | 13.558  | 13.558  | 13.558  | 13.558  | 2.210  | |||||||||
Overboeking Correctie Negatieve Stand 11.04  | ‒ 1  | ‒ 1  | ||||||||||||||
Overboeking Correctie Negatieve Stand 13.08  | ‒ 1  | ‒ 1  | ||||||||||||||
Overboeking Digitalisering spoor  | 2.000  | 2.000  | ||||||||||||||
Overboeking Modal shift OVS  | 2.000  | 2.000  | ||||||||||||||
Overboeking naar HXII Decentraal Spoor  | ‒ 20.900  | ‒ 20.900  | ||||||||||||||
Overboeking van Ontwikkeling naar PHS  | ‒ 215  | ‒ 215  | ||||||||||||||
Overboeking Realisatiepacten OVS  | 16.000  | 16.000  | ||||||||||||||
Overboeking Veiligheid Stations  | 10.000  | 10.000  | ||||||||||||||
Overboekingen Verkenningen Oude Lijn  | 18.016  | 8.000  | 10.016  | |||||||||||||
Toevoeging AP-middelen Flessenhals Meppel  | 100.000  | 5.000  | 5.000  | 10.000  | 10.000  | 30.000  | 35.000  | 5.000  | ||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | 88.495  | 172.095  | 5.303  | 21.679  | 30.059  | 73.410  | ‒ 51.831  | 38.464  | 36.934  | 5.006  | 3.664  | ‒ 51.923  | ‒ 334  | 35.059  | 10.338  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 13.03 Ontwikkeling  | 276.709  | 442.368  | 345.610  | 402.719  | 429.388  | 419.631  | 278.333  | 424.930  | 493.399  | 301.359  | 453.759  | 297.558  | 345.772  | 276.935  | 72.236  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS  | 216.048  | 192.163  | 182.276  | 167.560  | 110.095  | 107.100  | 43.910  | |||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 12.108  | 28.013  | 25.597  | 2.784  | 9.069  | 649  | ‒ 36.513  | |||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS  | 228.156  | 220.176  | 207.873  | 170.344  | 119.164  | 107.749  | 7.397  | |||||||||
Correctie Spoorstaafschade  | 24.000  | 6.000  | 6.000  | 6.000  | 6.000  | |||||||||||
Kasschuiven 2025 Geïntegreerde contractvormen/PPS  | 0  | 15.559  | 7.559  | 7.558  | ‒ 8.000  | ‒ 15.279  | ‒ 7.397  | |||||||||
Overboeking constructiefouten HSL viaducten  | ‒ 70.000  | ‒ 13.558  | ‒ 13.558  | ‒ 13.558  | ‒ 13.558  | ‒ 13.558  | ‒ 2.210  | |||||||||
Overboeking van Geïntegreerde contractvormen/PPS naar EOV  | ‒ 8.000  | ‒ 8.000  | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | 1  | 1  | 0  | ‒ 7.558  | ‒ 21.558  | ‒ 17.489  | ‒ 7.397  | |||||||||
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS  | 228.157  | 220.177  | 207.873  | 162.786  | 97.606  | 90.260  | 0  | |||||||||
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 13.07 Rente en aflossing  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ||||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 13.07 Rente en aflossing  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | |
Mutaties Miljoenennota 2026  | ||||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 13.07 Rente en aflossing  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 13.08 Investeringsruimte  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | ||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ||||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 13.08 Investeringsruimte  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | ||||||||
Overboeking Correctie Negatieve Stand 13.08  | 1  | 1  | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | 1  | |||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 13.08 Investeringsruimte  | 0  | 0  | 0  | 1  | 0  | 0  | 0  | 0  | ||||||||
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2025 Spoorwegen  | 2.742.066  | 3.109.223  | 3.121.830  | 2.544.412  | 2.864.752  | 3.077.096  | 2.539.257  | 2.522.674  | 2.432.601  | 2.513.852  | 2.252.995  | 2.346.265  | 2.493.069  | 2.185.225  | 2.077.561  | |
Totaal Uitgaven stand eerste suppletoire wet 2025 Spoorwegen  | 3.207.074  | 2.965.216  | 2.987.795  | 2.895.508  | 2.863.960  | 2.705.409  | 2.552.099  | 2.559.838  | 2.576.827  | 2.439.629  | 2.390.082  | 2.372.110  | 2.480.923  | 2.651.960  | 2.122.159  | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2026 Spoorwegen  | 3.182.870  | 3.175.694  | 3.034.507  | 2.949.327  | 2.918.182  | 2.805.365  | 2.536.244  | 2.640.937  | 2.655.445  | 2.486.730  | 2.432.195  | 2.360.118  | 2.522.532  | 2.733.899  | 2.510.307  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 13.09 Ontvangsten  | 303.115  | 148.284  | 150.284  | 153.284  | 155.284  | 163.284  | 166.284  | 168.284  | 170.284  | 166.484  | 183.784  | 167.484  | 167.484  | 167.484  | 202.784  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 93.403  | ‒ 5.698  | ||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 13.09 Ontvangsten  | 396.518  | 148.284  | 150.284  | 153.284  | 149.586  | 163.284  | 166.284  | 168.284  | 170.284  | 166.484  | 183.784  | 167.484  | 167.484  | 167.484  | 202.784  | |
Afrekening voorschotten ProRail 2024  | 40.286  | 40.286  | ||||||||||||||
Bijdragen Derden HSL-Heffing  | 40.000  | 40.000  | ||||||||||||||
Bijstelling ontvangsten concessie HSL  | 0  | ‒ 152.714  | 152.714  | |||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | ‒ 112.428  | 152.714  | 40.000  | |||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 13.09 Ontvangsten  | 284.090  | 300.998  | 150.284  | 153.284  | 149.586  | 163.284  | 166.284  | 168.284  | 170.284  | 166.484  | 183.784  | 167.484  | 167.484  | 167.484  | 242.784  | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2025 Spoorwegen  | 303.115  | 148.284  | 150.284  | 153.284  | 155.284  | 163.284  | 166.284  | 168.284  | 170.284  | 166.484  | 183.784  | 167.484  | 167.484  | 167.484  | 202.784  | |
Totaal Ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2025 Spoorwegen  | 396.518  | 148.284  | 150.284  | 153.284  | 149.586  | 163.284  | 166.284  | 168.284  | 170.284  | 166.484  | 183.784  | 167.484  | 167.484  | 167.484  | 202.784  | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2026 Spoorwegen  | 284.090  | 300.998  | 150.284  | 153.284  | 149.586  | 163.284  | 166.284  | 168.284  | 170.284  | 166.484  | 183.784  | 167.484  | 167.484  | 167.484  | 242.784  | 
Toelichting
Afrekening voorschotten ProRail 2024
Het betreft hier de terugbetaling van de te hoge bevoorschotting aan ProRail van het 2e halfjaar van 2024. Dit wordt in 2025 als ontvangst verantwoord. Om het uitgavenbudget in stand te houden zijn tegelijkertijd de uitgaven verhoogd.
BCF: SPUK Brabant
Dit betreft een overboeking omdat er een storting moet worden gedaan in het btw compensatiefonds (BCF) voor de specifieke uitkering (SPUK) Noord-Brabant.
BCF: SPUK vervoerregio Amsterdam
Dit betreft een overboeking omdat er een storting moet worden gedaan in het btw compensatiefonds (BCF) voor de specifieke uitkering (SPUK) vervoerregio Amsterdam.
Bijdragen Derden HSL-Heffing
Vanaf 2039 zijn de HSL-heffing onvangsten jaarlijks structureel € 40 miljoen hoger. Hierdoor worden de uitgaven ook gesaldeerd en worden die ook vanaf 2039, jaarlijks met € 40 miljoen verhoogd op artikelonderdeel 11.04.
Bijstelling ontvangsten concessie HSL
De verwachting is dat de ontvangsten van de concessie HSL in 2025 € 152,7 miljoen lager zijn dan geraamd. De geraamde ontvangsten worden doorgeschoven naar 2026.
Correctie Ontwerpfout HSL-Viaducten
Bij Voorjaarsnota 2025 is er € 100 miljoen toegevoegd aan het EOV budget, voor de kosten van de nieuwe ontwerpen voor 10 viaducten op de HSL sectie Noord. Deze kosten worden echter gemaakt op Ontwikkelingen. Om de kosten op het juiste artikelonderdeel te verantwoorden, worden deze middelen bij Ontwerpbegroting 2026 overgeboekt van EOV naar Ontwikkelingen.
Correctie Spoorstaafschade
Bij Voorjaarsnota 2025 is er € 24 miljoen toegevoegd aan het EOV budget, voor de de problematiek betreffende Spoorschaafschade op de HSL-Zuid. Deze kosten worden echter gemaakt op Geïntegreerde contractvormen/PPS. Om de kosten op het juiste artikelonderdeel te verantwoorden, worden deze middelen bij Ontwerpbegroting 2026 overgeboekt van EOV naar Geïntegreerde contractvormen/PPS.
Correctie vergoeding OV-betalen NS
NS heeft in dejaren 2015-2024 kosten gemaakt voor de invoering van OV-betalen, met als doel om betalen en reizen in het openbaar vervoer gemakkelijker te maken. NS ontvangt hiervoor in 2025 een eenmalige compensatie. De middelen ter dekking van die compensatie worden overgeboekt naar HXII artikel 16, omdat de compensatie vanuit daar als een subsidie aan NS kan worden verstrekt.
Kaderruilen 2025
Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Over alle jaren is dit per saldo budgettair neutraal voor de modaliteiten.
Kasschuiven Spoorwegen
Om binnen een modaliteit tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair neutrale kasschuiven over de diverse jaren noodzakelijk.
Loon- en Prijsbijstelling 2025
Dit betreft de verwerking van de loon- en prijsbijstelling 2025.
Overboeking Beter benutten spoor
Middels Kamerstuk 36725-A-4 is de Kamer geïnformeerd over de reservering van € 150 miljoen voor de Regeerprogramma-ambities bij Voorjaarsnota 2025. Het gaat om maatregelen en projecten voor de verbetering van de veiligheid en goederenvervoer. Het betreft hier een overboeking vanuit artikel 11.04 ter hoogte van € 17 miljoen ten behoeve van Beter Benutten Spoor. Het gaat om maatregelen om het netwerk geschikt te maken voor de inzet van 740 meter treinen (mede aan de hand van aanpassing van spoorgoederen emplacementen conform TEN-T eisen voor 2030), het doorbreken van het technisch monopolie en het meerjarige garantiebehoud van het wagenladingvervoer Kijkhoek en maatregelen waarbij met de inzet van camera’s en sensoren de planbare capaciteit op emplacementen (niet-centraal bediend gebied) kan worden vergroot.
Overboeking Beveiliging Station Maarheeze
Middels Kamerstuk 36725-A-4 is de Kamer geïnformeerd over de reservering van € 150 miljoen voor de Regeerprogramma-ambities bij Voorjaarsnota 2025. Het gaat om maatregelen en projecten voor de verbetering van de veiligheid en goederenvervoer. Het betreft hier een overboeking vanuit artikel 11.04 ter hoogte van € 4,6 miljoen ten behoeve van Beveiliging station Maarheeze. Op station Maarheeze voert NS sinds 2023 100% toegangscontrole uit door middel van vijf beveiligers. Hiermee wordt de overlast op het station en het traject voor reizigers en personeel beperkt.
Overboeking constructiefouten HSL viaducten
Als gevolg van constructiefouten in tien viaducten op de HSL-Zuid zijn er snelheidsbeperkingen van kracht. De geconstateerde constructiefouten moeten worden hersteld, zodat de snelheid weer kan worden verhoogd. Bij het viaduct Zuidweg bij Rijpwetering speelt naast de constructiefout ook de zettingenproblematiek, met verplaatsing van de ondergrond en verminderde baanstabiliteit tot gevolg. Financiering van de werkzaamheden is geraamd op artikel 13.04 maar de werkzaamheden worden uitgevoerd door ProRail via de MIRT-systematiek. Daarom wordt reservering van € 70 miljoen overgeboekt naar artikel 13.03.01.
Overboeking Digitalisering spoor
Middels Kamerstuk 36725-A-4 is de Kamer geïnformeerd over de reservering van € 150 miljoen voor de Regeerprogramma-ambities bij Voorjaarsnota 2025. Het gaat om maatregelen en projecten voor de verbetering van de veiligheid en goederenvervoer. Het betreft hier een overboeking vanuit artikel 11.04 ter hoogte van € 2 miljoen ten behoeve van Digitalisering spoorgoederenvervoer. Meer specifiek betreft het de realisatie van een ‘living lab’ met wayside train monitoring en automatische rem- en treincontrole op de corridor Rotterdam-Venlo-Aachen. Op dit moment wordt gewerkt aan een functioneel ontwerp voor een living lab waarin deze twee innovaties gelijktijdig beproefd worden om vervolgens over te gaan tot uitvoering in de praktijk.
Overboeking Modal shift OVS
Middels Kamerstuk 36725-A-4 is de Kamer geïnformeerd over de reservering van € 150 miljoen voor de Regeerprogramma-ambities bij Voorjaarsnota 2025. Het gaat om maatregelen en projecten voor de verbetering van de veiligheid en goederenvervoer. Het betreft hier een overboeking vanuit artikel 11.04 ter hoogte van € 2 miljoen ten behoeve van Modal Shift (Van weg naar spoor). Het doel is om verladers gericht te stimuleren om te kiezen voor vervoer met spoor- in plaats van vrachtwagencontainers, door middel van een modal shift subsidieregeling en inzet van logistieke makelaars.
Overboeking Instandhouding ProRail (BKN Spoor)
Bij de Voorjaarsbesluitvorming 2025 is besloten om BKN-spoor ook beleidsarm door te trekken naar 2038 en 2039. Bij de Ontwerpbegroting 2026 wordt de looptijd van het Mobiliteitsfonds met een jaar verlengd tot en met 2039. Hierdoor is de mutatie voor 2039 meegegaan met de Ontwerpbegroting 2026. In 2039 wordt daarom € 225 miljoen uit de Reservering instandhouding toegevoegd aan artikel 13.02 voor Insstandhouding Spoor. Daarnaast wordt er € 112 miljoen structureel uit de generieke investeringsruimte toegevoegd aan artikel 13.02 voor Instandhouding Spoor.
Overboeking naar HXII Decentraal Spoor
Dit betreft een overboeking naar HXII van € 20,9 miljoen ten behoeve van de exploitatie bijdragen decentraal spoor in 2025. Dit bedrag zal in 2025 aan provincies worden beschikt via een SPUK. Het gaat om de provincies Overijssel (€ 11,9 miljoen), Drenthe (€ 2,4 miljoen), Limburg (€ 0,3 miljoen) en Utrecht (€ 6,3 miljoen).
Overboeking van Geïntegreerde contractvormen/PPS naar EOV
Een deel van de onderhoudswerkzaamheden op de HSL wordt verantwoord op het EOV budget. Dat deel wordt daarom overgeboekt vanuit Geïntegreerde contractvormen/PPS naar EOV.
Overboeking van Ontwikkeling naar PHS
Dit betreft een overboeking naar artikel 17.10 ter hoogte van € 0,2 miljoen in het kader van de aanvraag Seinenproblematiek. In het ontwerp van de indienstelling tijdelijk spoor is uitgegaan van toepassing van NG-seinen. Door het ontbreken van de vrijgave moest in het ontwerp teruggegaan worden naar VRS-seinen.
Overboeking Realisatiepacten OVS
Middels Kamerstuk 36725-A-4 is de Kamer geïnformeerd over de reservering van € 150 miljoen voor de Regeerprogramma-ambities bij Voorjaarsnota 2025. Het gaat om maatregelen en projecten voor de verbetering van de veiligheid en goederenvervoer. Het betreft hier een overboeking vanuit artikel 11.04 ter hoogte van € 16 miljoen voor Uitvoering realisatiepacten multimodale knooppunten op 9 goederenvervoercorridors. Een pact bevat maatregelen die zorgen voor een grote impuls in de logistiek door het oplossen van knelpunten. Van de negen pacten geldt voor drie pacten dat al aan de uitvoering (fase 1) gewerkt wordt. De overige pacten zijn in voorbereiding en gaan vanaf november 2025 (BO MIRT) in uitvoering. Jaarlijks wordt bij het BO MIRT besloten over de nieuwe uitvoeringsfase en bijbehorende projecten.
Overboeking Veiligheid Stations
Middels Kamerstuk 36725-A-4 is de Kamer geïnformeerd over de reservering van € 150 miljoen voor de Regeerprogramma-ambities bij Voorjaarsnota 2025. Het gaat om maatregelen en projecten voor de verbetering van de veiligheid en goederenvervoer. Het betreft hier een overboeking vanuit artikel 11.04 ter hoogte van € 10 miljoen ten behoeve van Veiligheid Stations. Er zijn momenteel 59 stations die onvoldoende scoren op sociale veiligheid. ProRail krijgt al een subsidie van € 3,8 miljoen waarmee een deel van deze stations veiliger kan worden gemaakt. Met de extra investering van € 10 miljoen kunnen op meer stations camera's worden geplaatst of aanvullende fysieke maatregelen worden genomen.
Overboekingen Verkenningen Oude Lijn
Dit betreffen diverse overboekingen van in totaal € 18 miljoen voor de Verkenning Oude Lijn. De grootste overboeking van € 13 miljoen betreft een overboeking naar artikelonderdeel 13.03.04 ten behoeve van een aanvullende subsidieaanvraag, op basis van het Plan van Aanpak voor de inzet van ProRail, in deze fase van de MIRT-Verkenning Oude Lijn.
Toevoeging AP-middelen Flessenhals Meppel
Als gevolg van de Voorjaarsbesluitvorming 2025 zijn de AP middelen ten behoeve van Flessenhals Meppel overgeboekt naar artikel 99 van HXII. Middels deze overboeking wordt € 100 miljoen naar het MF geboekt en in de jaren 2028-2034 gezet.
14 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's  | Totaal mutatie  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | 2033  | 2034  | 2035  | 2036  | 2037  | 2038  | 2039  | 
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 14.01 Regionale infrastructuur  | 80.970  | 125.147  | 95.809  | 158.991  | 171.014  | 197.789  | 191.531  | 202.330  | 102.000  | 72.000  | 52.083  | 76.780  | ||||
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ‒ 72.490  | ‒ 32.962  | 9.521  | 4.354  | 3.994  | ‒ 687  | 27.500  | 15.263  | 46.820  | ‒ 2.000  | 7.917  | |||||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 14.01 Regionale infrastructuur  | 8.480  | 92.185  | 105.330  | 163.345  | 175.008  | 197.102  | 219.031  | 217.593  | 148.820  | 70.000  | 60.000  | 76.780  | ||||
Kasschuiven 2025 Regionale infrastructuur  | 0  | ‒ 497  | 497  | |||||||||||||
Loon- en Prijsbijstelling 2025  | 2.007  | 5  | 692  | 550  | 539  | 221  | ||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | ‒ 492  | 692  | 550  | 539  | 718  | |||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 14.01 Regionale infrastructuur  | 7.988  | 92.877  | 105.880  | 163.884  | 175.726  | 197.102  | 219.031  | 217.593  | 148.820  | 70.000  | 60.000  | 76.780  | ||||
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 14.03 Bereikbaarheidsprogramma's  | 516.934  | 126.674  | 27.075  | 14.793  | 29.584  | 101.572  | 111.402  | 119.046  | ||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 27.361  | 207.303  | 66.704  | 52.337  | ‒ 29.584  | ‒ 101.572  | ‒ 111.402  | ‒ 119.046  | ||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 14.03 Bereikbaarheidsprogramma's  | 544.295  | 333.977  | 93.779  | 67.130  | 0  | 0  | 0  | 0  | ||||||||
Loon- en Prijsbijstelling 2025  | 18.632  | 18.632  | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | 18.632  | |||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 14.03 Bereikbaarheidsprogramma's  | 562.927  | 333.977  | 93.779  | 67.130  | 0  | 0  | 0  | 0  | ||||||||
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2025 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's  | 597.904  | 251.821  | 122.884  | 173.784  | 200.598  | 299.361  | 302.933  | 321.376  | 102.000  | 72.000  | 52.083  | 76.780  | ||||
Totaal Uitgaven stand eerste suppletoire wet 2025 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's  | 552.775  | 426.162  | 199.109  | 230.475  | 175.008  | 197.102  | 219.031  | 217.593  | 148.820  | 70.000  | 60.000  | 76.780  | ||||
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2026 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's  | 570.915  | 426.854  | 199.659  | 231.014  | 175.726  | 197.102  | 219.031  | 217.593  | 148.820  | 70.000  | 60.000  | 76.780  | ||||
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 14.09 Ontvangsten  | ||||||||||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 0  | |||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 14.09 Ontvangsten  | 0  | |||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | ||||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 14.09 Ontvangsten  | 0  | |||||||||||||||
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2025 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's  | 0  | |||||||||||||||
Totaal Ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2025 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's  | 0  | |||||||||||||||
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2026 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's  | 0  | 
Toelichting
Kasschuiven Regionale infrastructuur
Om binnen een modaliteit tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair neutrale kasschuiven over de diverse jaren noodzakelijk.
Loon- en Prijsbijstelling 2025
Dit betreft de verwerking van de loon- en prijsbijstelling 2025.
15 Hoofdvaarwegennet  | Totaal mutatie  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | 2033  | 2034  | 2035  | 2036  | 2037  | 2038  | 2039  | 
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 15.01 Exploitatie  | 10.528  | 25.221  | 27.539  | 23.829  | 22.161  | 22.060  | 25.241  | 25.006  | 10.517  | 10.517  | 10.517  | 10.517  | 10.517  | 10.517  | 10.517  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ‒ 1.900  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 14.295  | 12.304  | 12.242  | 12.242  | 12.242  | 12.246  | 12.246  | |||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 15.01 Exploitatie  | 8.628  | 25.221  | 27.539  | 23.829  | 22.161  | 22.060  | 25.241  | 25.006  | 24.812  | 22.821  | 22.759  | 22.759  | 22.759  | 22.763  | 22.763  | |
Programma Beter Bediend  | 14  | 14  | ||||||||||||||
Ligplaatsbezettingsvoorspeller  | 105  | 105  | ||||||||||||||
Loon- en prijsbijstelling 2025  | 6.116  | 155  | 452  | 494  | 427  | 397  | 396  | 453  | 448  | 445  | 409  | 408  | 408  | 408  | 408  | 408  | 
Mutaties Miljoenennota 2026  | 274  | 452  | 494  | 427  | 397  | 396  | 453  | 448  | 445  | 409  | 408  | 408  | 408  | 408  | 408  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 15.01 Exploitatie  | 8.902  | 25.673  | 28.033  | 24.256  | 22.558  | 22.456  | 25.694  | 25.454  | 25.257  | 23.230  | 23.167  | 23.167  | 23.167  | 23.171  | 23.171  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 15.02 Onderhoud en vernieuwing  | 798.530  | 834.667  | 780.669  | 709.088  | 690.407  | 664.830  | 665.082  | 673.139  | 373.741  | 459.508  | 430.788  | 430.788  | 430.788  | 430.708  | 430.708  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ‒ 61.260  | 54.577  | 115.872  | 99.561  | 107.475  | 103.566  | 142.165  | 111.530  | 411.772  | 358.148  | 356.778  | 355.199  | 357.131  | 376.377  | 376.377  | |
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 15.02 Onderhoud en vernieuwing  | 737.270  | 889.244  | 896.541  | 808.649  | 797.882  | 768.396  | 807.247  | 784.669  | 785.513  | 817.656  | 787.566  | 785.987  | 787.919  | 807.085  | 807.085  | |
Bijdragen derden  | 2.432  | 114  | 285  | 2.033  | ||||||||||||
EZ: TNO Syntese based Engineering  | ‒ 65  | ‒ 65  | ||||||||||||||
HXII: Amendement Kent  | ‒ 556  | ‒ 556  | ||||||||||||||
Loon-en prijsbijstelling 2025  | 216.436  | 13.824  | 16.805  | 17.747  | 15.778  | 15.560  | 14.924  | 14.477  | 13.334  | 13.546  | 13.217  | 13.226  | 13.191  | 11.859  | 14.474  | 14.474  | 
Taakstelling Schoof. Verambtelijking  | ‒ 17.850  | ‒ 1.275  | ‒ 1.275  | ‒ 1.275  | ‒ 1.275  | ‒ 1.275  | ‒ 1.275  | ‒ 1.275  | ‒ 1.275  | ‒ 1.275  | ‒ 1.275  | ‒ 1.275  | ‒ 1.275  | ‒ 1.275  | ‒ 1.275  | |
Toekomstbestendige kruising Hollands Diep  | 9  | 9  | ||||||||||||||
Vernieuwing. structurele verhoging  | 70.000  | 70.000  | ||||||||||||||
Wind op Zee: MIVSP-2 en scheepvaartveiligheid  | 3.139  | 268  | 699  | 861  | 861  | 450  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
Mutaties Miljoenennota 2026  | 14.036  | 15.787  | 17.618  | 17.397  | 14.735  | 13.649  | 13.202  | 12.059  | 12.271  | 11.942  | 11.951  | 11.916  | 10.584  | 13.199  | 83.199  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 15.02 Onderhoud en vernieuwing  | 751.306  | 905.031  | 914.159  | 826.046  | 812.617  | 782.045  | 820.449  | 796.728  | 797.784  | 829.598  | 799.517  | 797.903  | 798.503  | 820.284  | 890.284  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 15.03 Ontwikkeling  | 108.461  | 217.064  | 203.349  | 270.035  | 225.760  | 60.185  | 104.555  | 309.152  | 305.500  | 170.116  | 237.721  | 280.155  | 212.057  | 21.305  | 56.305  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 52.170  | ‒ 91.221  | ‒ 34.639  | ‒ 87.337  | 37.427  | 168.123  | ‒ 7.118  | ‒ 56.389  | ‒ 34.807  | ‒ 29.079  | 18.905  | 34.664  | 52.899  | 86.797  | 7.690  | |
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 15.03 Ontwikkeling  | 160.631  | 125.843  | 168.710  | 182.698  | 263.187  | 228.308  | 97.437  | 252.763  | 270.693  | 141.037  | 256.626  | 314.819  | 264.956  | 108.102  | 63.995  | |
Bijdragen derden Ontwikkeling  | 13.117  | 13.117  | ||||||||||||||
DEF: Kustwacht Handhavingsvaartuigen  | ‒ 7.000  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | |
EZ: Onderzoeksprogramma SVV Noordzee  | ‒ 1.500  | ‒ 1.500  | ||||||||||||||
HXII: AP FIN Kornwerderzand  | 375.000  | 18.750  | 18.750  | 37.500  | 37.500  | 112.500  | 131.250  | 18.750  | ||||||||
HXII: Houtrakpolder en duurzame topcorridors  | ‒ 90  | ‒ 40  | ‒ 50  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
Kaderruilen 2025  | 0  | ‒ 27.500  | ‒ 25.000  | 10.000  | 40.000  | ‒ 25.000  | 27.500  | |||||||||
Kasschuiven Ontwikkeling  | 0  | ‒ 21  | 40.300  | ‒ 42.820  | ‒ 208  | ‒ 339  | 1.658  | ‒ 160  | ‒ 1.435  | ‒ 390  | ‒ 67  | ‒ 118  | ‒ 224  | ‒ 191  | ‒ 66  | 4.081  | 
KGG: aanvullende bijdrage ERTV's  | 241.500  | 8.692  | 14.808  | 12.900  | 13.100  | 24.000  | 24.000  | 24.000  | 24.000  | 24.000  | 24.000  | 24.000  | 24.000  | |||
Ligplaatsbezettingsvoorspeller  | ‒ 105  | ‒ 105  | ||||||||||||||
Loon-en prijsbijstelling 2025  | 17.887  | 2.658  | 1.309  | 2.446  | 883  | 677  | 114  | 28  | 7  | 733  | 9.032  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
Overboeking Extrapolatie 2039 ten behoeve van ERTV's en Vlootvervanging RWS  | 39.000  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 39.000  | 
Overboeking Veiligheid en Goederenvervoer: Integraal Programma Goederenvervoer Binnenvaart  | 37.000  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 37.000  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
Power2Tow apparaatskosten  | ‒ 1.670  | ‒ 1.670  | ||||||||||||||
Toekomstbestendige kruising Hollands Diep  | ‒ 9  | ‒ 9  | ||||||||||||||
Wind op Zee: Scheepvaartveiligheid Noordzee 2030  | ‒ 4.625  | ‒ 520  | ‒ 999  | ‒ 1.100  | ‒ 1.003  | ‒ 1.003  | ||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | ‒ 15.590  | 15.060  | ‒ 23.282  | 72.730  | 17.585  | 63.672  | 49.968  | 134.572  | 155.093  | 51.215  | 23.382  | 50.776  | 23.309  | 23.434  | 66.581  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 15.03 Ontwikkeling  | 145.041  | 140.903  | 145.428  | 255.428  | 280.772  | 291.980  | 147.405  | 387.335  | 425.786  | 192.252  | 280.008  | 365.595  | 288.265  | 131.536  | 130.576  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 15.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS  | 71.068  | 61.279  | 70.941  | 55.590  | 55.260  | 55.287  | 56.881  | 54.739  | 55.618  | 54.739  | 55.184  | 52.922  | 70.463  | 42.449  | 41.947  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ‒ 1.776  | ‒ 3.215  | ‒ 17.475  | ‒ 1.384  | 8.121  | ‒ 4.586  | ‒ 6.792  | ‒ 5.218  | ‒ 6.550  | ‒ 6.233  | ‒ 7.480  | ‒ 6.362  | ‒ 24.596  | 84.403  | ||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 15.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS  | 69.292  | 58.064  | 53.466  | 54.206  | 63.381  | 50.701  | 50.089  | 49.521  | 49.068  | 48.506  | 47.704  | 46.560  | 45.867  | 126.852  | 41.947  | |
Loon-en prijsbijstelling 2025  | 15.189  | 1.238  | 1.036  | 951  | 966  | 1.131  | 904  | 892  | 883  | 875  | 865  | 851  | 830  | 817  | 2.203  | 747  | 
Mutaties Miljoenennota 2026  | 1.238  | 1.036  | 951  | 966  | 1.131  | 904  | 892  | 883  | 875  | 865  | 851  | 830  | 817  | 2.203  | 747  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 15.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS  | 70.530  | 59.100  | 54.417  | 55.172  | 64.512  | 51.605  | 50.981  | 50.404  | 49.943  | 49.371  | 48.555  | 47.390  | 46.684  | 129.055  | 42.694  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN  | 417.548  | 470.328  | 481.133  | 466.045  | 460.191  | 458.761  | 466.932  | 465.379  | 417.207  | 417.207  | 417.207  | 417.207  | 417.207  | 417.207  | 417.207  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 812  | ‒ 70.800  | ‒ 80.834  | ‒ 65.137  | ‒ 61.693  | ‒ 60.976  | ‒ 75.282  | ‒ 75.311  | ‒ 26.967  | ‒ 26.967  | ‒ 26.967  | ‒ 27.428  | ‒ 27.428  | ‒ 27.428  | ‒ 27.428  | |
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN  | 418.360  | 399.528  | 400.300  | 400.908  | 398.499  | 397.786  | 391.650  | 390.068  | 390.240  | 390.240  | 390.240  | 389.779  | 389.779  | 389.779  | 389.779  | |
HXII: Amendement Kent  | ‒ 286  | ‒ 286  | ||||||||||||||
Power2Tow apparaatskosten  | 1.670  | 1.670  | ||||||||||||||
Loon-en prijsbijstelling 2025  | 237.103  | 16.310  | 15.963  | 15.989  | 16.017  | 15.941  | 15.906  | 15.712  | 15.665  | 15.668  | 15.668  | 15.668  | 15.649  | 15.649  | 15.649  | 15.649  | 
Taakstelling Apparaat kabinet Schoof  | 17.850  | 0  | 1.275  | 1.275  | 1.275  | 1.275  | 1.275  | 1.275  | 1.275  | 1.275  | 1.275  | 1.275  | 1.275  | 1.275  | 1.275  | 1.275  | 
Wind op Zee: scheepvaartveiligheid en MIVSP-2  | 1.486  | 252  | 300  | 239  | 142  | 553  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
Mutaties Miljoenennota 2026  | 18.232  | 17.252  | 17.503  | 17.434  | 17.769  | 17.181  | 16.987  | 16.940  | 16.943  | 16.943  | 16.943  | 16.924  | 16.924  | 16.924  | 16.924  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN  | 436.592  | 416.780  | 417.803  | 418.342  | 416.268  | 414.967  | 408.637  | 407.008  | 407.183  | 407.183  | 407.183  | 406.703  | 406.703  | 406.703  | 406.703  | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2025 Hoofdvaarwegennet  | 1.406.135  | 1.608.559  | 1.563.631  | 1.524.587  | 1.453.779  | 1.261.123  | 1.318.691  | 1.527.415  | 1.162.583  | 1.112.087  | 1.151.417  | 1.191.589  | 1.141.032  | 922.186  | 956.684  | |
Totaal Uitgaven stand eerste suppletoire wet 2025 Hoofdvaarwegennet  | 1.394.181  | 1.497.900  | 1.546.555  | 1.470.290  | 1.545.109  | 1.467.250  | 1.371.664  | 1.502.027  | 1.520.326  | 1.420.260  | 1.504.895  | 1.559.904  | 1.511.280  | 1.454.581  | 1.325.569  | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2026 Hoofdvaarwegennet  | 1.412.371  | 1.547.487  | 1.559.839  | 1.579.244  | 1.596.726  | 1.563.052  | 1.453.166  | 1.666.929  | 1.705.953  | 1.501.634  | 1.558.430  | 1.640.758  | 1.563.322  | 1.510.749  | 1.493.428  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 15.09 Ontvangsten  | 13.161  | 3.085  | 701  | 7.838  | 150  | 763  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ‒ 2.030  | 553  | 1.751  | 5.620  | 9.125  | 9.187  | 394  | |||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 15.09 Ontvangsten  | 11.131  | 3.638  | 2.452  | 13.458  | 9.275  | 9.950  | 544  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | |
Bijdragen Derden Hoofdvaarwegennet  | 15.549  | 13.117  | 114  | 285  | 2.033  | |||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | 13.117  | 114  | 285  | 2.033  | ||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 15.09 Ontvangsten  | 24.248  | 3.752  | 2.737  | 15.491  | 9.275  | 9.950  | 544  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2025 Hoofdvaarwegennet  | 13.161  | 3.085  | 701  | 7.838  | 150  | 763  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | |
Totaal Ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2025 Hoofdvaarwegennet  | 11.131  | 3.638  | 2.452  | 13.458  | 9.275  | 9.950  | 544  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2026 Hoofdvaarwegennet  | 24.248  | 3.752  | 2.737  | 15.491  | 9.275  | 9.950  | 544  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 150  | 
Toelichting
Aanvullende ontvangsten vanuit Vlaanderen in 2025
Voor het project Nieuwe Sluis Terneuzen is in 2025 € 10 miljoen ontvangen vanuit Vlaanderen. Het projectbudget is daarom met € 10 miljoen verhoogd.
Extrapolatie: ERTV's en vlootvervanging
Bij de Voorjaarsbesluitvorming 2025 zijn er vanuit de generieke investeringsruimte middelen vrijgemaakt voor onder andere de ERTV's (€ 25 miljoen) en Vlootvervanging RWS (€ 14 miljoen). Bij de Ontwerpbegroting 2026 wordt de looptijd van het Mobiliteitsfonds met een jaar verlengd tot en met 2039. Hierdoor is de mutatie voor 2039 mee gegaan met de Ontwerpbegroting 2026.
HXII: Amendement Kent
De Kamer heeft het amendement van lid Kent bij de Voorjaarsnota 2025 aangenomen, waarbij medewerkers van sociaal-ontwikkelbedrijven worden gecompenseerd voor de veranderingen bij de arbeids- en algemene heffingskorting en het tarief eerste schijf, die voor een deel van deze groep nadelig uitpakt. Dekking is gevonden door de uitgaven voor externe inhuur in 2026 te verlagen. Met deze mutatie is de taakstelling ingepast. Het gaat om een korting van € 2,7 miljoen in 2026, die verwerkt is op artikel 12 en artikel 15 van het MF.
HXII: AP FIN Kornwerderzand
Als gevolg van de Voorjaarsbesluitvorming 2025 zijn de AP middelen ten behoeve van sluis Kornwerderzand overgeboekt naar artikel 99 van HXII. Middels deze overboeking wordt € 375 miljoen naar het MF geboekt en in de jaren 2028-2034 gezet.
Kasschuiven Hoofdvaarwegennet
Er zijn op dit artikel budgetneutrale kasschuiven ingediend om de programmering sluitend te krijgen.
Kaderruilen 2025
Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Over alle jaren is dit per saldo budgettair neutraal voor de modaliteiten.
KGG: aanvullende bijdrage ERTV's
Voor de vervanging van noodsleepboten (ERTV’s) wordt door KGG aanvullend € 241,5 miljoen overgeboekt in de periode 2027 t/m 2039.
Loon- en prijsbijstelling 2025
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2025 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de generieke investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Overboeking Veiligheid en Goedervervoer: Integraal programma goederenvervoer (IPG)
Middels Kamerstuk 36725-A-4 is de Kamer geïnformeerd over de reservering van € 150 miljoen voor de Regeerprogramma-ambities bij Voorjaarsnota 2025. Het gaat om maatregelen en projecten voor de verbetering van de veiligheid en goederenvervoer. Het betreft hier maatregelen die op korte termijn knelpunten op het gebied realisatiepacten, modal shift en digitalisering verbeteren. Het betreft extra parkeercapaciteit op de korte termijn en realisatie van beveiligde truckparkings. Vanuit artikel 11 Generieke investeringsruimte is € 30 miljoen overgeboekt voor korte termijn maatregelen Integraal Programma Goederenvervoen en € 7 miljoen voor de modal shift weg naar water.
Taakstelling Schoof: Verambtelijking
Om invulling te geven aan de apparaatstaakstelling van Kabinet Schoof I. ziet RWS in lijn met de Kamerbrief Uitvoeringambities regeerprogramma taakstelling Rijksoverheid (Kamerstuk dd 14-03-2025) verambtelijking als besparingsmogelijkheid. Door ommzetten van externe inhuur naar eigen personeel wordt niet alleen een financiële besparing gerealiseerd. ook zorgt dit voor verlaging van het inhuurpercentage.
Vernieuwing structurele verhoging
Dit betreft een structurele verhoging van de middelen voor vernieuwing (€ 70 miljoen) vanaf 2039. Met de verhoging wordt beoogd een deel van de projecten op vernieuwing te financieren.
17 Megaprojecten Verkeer en Vervoer  | Totaal mutatie  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | 2033  | 2034  | 2035  | 2036  | 2037  | 2038  | 2039  | 
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 17.07 ERTMS  | 130.877  | 210.100  | 189.513  | 184.570  | 133.255  | 165.823  | 26.637  | 98.340  | 132.180  | 124.253  | 126.518  | 227.200  | 202.847  | 152.101  | ||
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ‒ 2.633  | 41.157  | 63.234  | 50.993  | 194.492  | ‒ 79.459  | 55.000  | 74.642  | 104.835  | 20.835  | 51.810  | 2.000  | 28.000  | 0  | 27.185  | |
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 17.07 ERTMS  | 128.244  | 251.257  | 252.747  | 235.563  | 327.747  | 86.364  | 81.637  | 172.982  | 237.015  | 145.088  | 178.328  | 229.200  | 230.847  | 152.101  | 27.185  | |
Afrekening voorschotten ProRail 2024  | 5.734  | 5.734  | ||||||||||||||
HXII: ILT  | ‒ 2.536  | ‒ 406  | ‒ 426  | ‒ 426  | ‒ 426  | ‒ 426  | ‒ 426  | |||||||||
Kaderruilen 2025  | 0  | ‒ 67.500  | ‒ 50.000  | ‒ 75.000  | 75.000  | 67.500  | 50.000  | |||||||||
Kasschuiven 2025 ERTMS  | 0  | ‒ 132  | ‒ 951  | ‒ 980  | ‒ 601  | ‒ 629  | ‒ 161  | 254  | ‒ 2.581  | ‒ 741  | ‒ 507  | ‒ 291  | ‒ 286  | ‒ 343  | ‒ 215  | 8.164  | 
Loon- en Prijsbijstelling 2025  | 48.030  | 36  | 129  | 494  | 76  | 72  | 46.152  | 18  | 18  | 18  | 18  | 82  | 917  | |||
Mutaties Miljoenennota 2026  | 5.232  | ‒ 68.748  | ‒ 50.912  | ‒ 75.951  | ‒ 983  | 45.565  | 75.272  | ‒ 2.563  | ‒ 723  | ‒ 489  | ‒ 209  | 67.214  | ‒ 343  | 50.702  | 8.164  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 17.07 ERTMS  | 133.476  | 182.509  | 201.835  | 159.612  | 326.764  | 131.929  | 156.909  | 170.419  | 236.292  | 144.599  | 178.119  | 296.414  | 230.504  | 202.803  | 35.349  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 17.08 ZuidasDok  | 277.782  | 295.429  | 370.388  | 369.153  | 298.439  | 299.871  | 208.274  | 170.861  | 147.012  | 17.529  | 4.121  | 4.121  | 16.483  | |||
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ‒ 29.433  | ‒ 27.009  | ‒ 27.637  | ‒ 66.319  | ‒ 37.127  | ‒ 295.065  | ‒ 74.161  | 178.279  | 102.334  | 246.608  | 45.393  | 25.812  | 477  | |||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 17.08 ZuidasDok  | 248.349  | 268.420  | 342.751  | 302.834  | 261.312  | 4.806  | 134.113  | 349.140  | 249.346  | 264.137  | 49.514  | 29.933  | 16.960  | |||
Bijdragen derden Zuidasdok  | 111  | 111  | ||||||||||||||
Kasschuiven Zuidasdok  | 0  | 249.370  | ‒ 128.065  | ‒ 20.275  | ‒ 45.554  | ‒ 32.323  | ‒ 23.153  | |||||||||
Loon- en prijsbijstelling 2025  | 45.221  | 4.455  | 4.814  | 6.146  | 5.430  | 4.686  | 4.558  | 2.405  | 3.965  | 4.108  | 3.920  | 308  | 122  | 304  | ||
Overboeking Zuidasdok  | 164  | 164  | 0  | 0  | ||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | 4.730  | 4.814  | 6.146  | 5.430  | 4.686  | 253.928  | 2.405  | ‒ 124.100  | ‒ 16.167  | ‒ 41.634  | ‒ 32.015  | ‒ 23.031  | 304  | |||
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 17.08 ZuidasDok  | 253.079  | 273.234  | 348.897  | 308.264  | 265.998  | 258.734  | 136.518  | 225.040  | 233.179  | 222.503  | 17.499  | 6.902  | 17.264  | |||
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 17.10 Programma Hoogfrequent Spoorvervoer  | 108.220  | 224.496  | 216.156  | 257.712  | 247.672  | 269.201  | 120.533  | 105.303  | 168.209  | 248.300  | 285.160  | 183.803  | 24.602  | 185.783  | ||
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ‒ 21.014  | ‒ 88.747  | ‒ 45.892  | ‒ 54.635  | ‒ 43.039  | ‒ 69.320  | 15.000  | 55.348  | 55.348  | 55.348  | 55.346  | 0  | 29.942  | |||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 17.10 Programma Hoogfrequent Spoorvervoer  | 87.206  | 135.749  | 170.264  | 203.077  | 204.633  | 199.881  | 135.533  | 160.651  | 223.557  | 303.648  | 340.506  | 183.803  | 24.602  | 185.783  | 29.942  | |
Afrekening voorschotten ProRail 2024  | 9.110  | 9.110  | ||||||||||||||
Kaderruilen 2025  | 0  | 77.500  | ‒ 77.500  | |||||||||||||
Kasschuiven 2025 Programma Hoogfrequent Spoorvervoer  | 0  | ‒ 104  | ‒ 486  | ‒ 576  | ‒ 450  | ‒ 327  | ‒ 269  | ‒ 336  | ‒ 186  | ‒ 490  | ‒ 927  | ‒ 504  | ‒ 130  | ‒ 29  | ‒ 299  | 5.113  | 
Loon- en Prijsbijstelling 2025  | 39.557  | 190  | 232  | 1.107  | 853  | 5.824  | 14.908  | 16.443  | ||||||||
Overboeking van Ontwikkeling naar PHS  | 215  | 215  | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | 86.506  | ‒ 486  | ‒ 386  | ‒ 218  | 780  | 799  | 5.488  | ‒ 186  | 14.418  | ‒ 61.984  | ‒ 504  | ‒ 130  | ‒ 29  | ‒ 299  | 5.113  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 17.10 Programma Hoogfrequent Spoorvervoer  | 173.712  | 135.263  | 169.878  | 202.859  | 205.413  | 200.680  | 141.021  | 160.465  | 237.975  | 241.664  | 340.002  | 183.673  | 24.573  | 185.484  | 35.055  | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2025 Megaprojecten Verkeer en Vervoer  | 516.879  | 730.025  | 776.057  | 811.435  | 679.366  | 734.895  | 355.444  | 374.504  | 447.401  | 390.082  | 415.799  | 415.124  | 243.932  | 337.884  | ||
Totaal Uitgaven stand eerste suppletoire wet 2025 Megaprojecten Verkeer en Vervoer  | 463.799  | 655.426  | 765.762  | 741.474  | 793.692  | 291.051  | 351.283  | 682.773  | 709.918  | 712.873  | 568.348  | 442.936  | 272.409  | 337.884  | 57.127  | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2026 Megaprojecten Verkeer en Vervoer  | 560.267  | 591.006  | 720.610  | 670.735  | 798.175  | 591.343  | 434.448  | 555.924  | 707.446  | 608.766  | 535.620  | 486.989  | 272.341  | 388.287  | 70.404  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 17.09 Ontvangsten  | 70.735  | 81.708  | 67.168  | 87.088  | 67.405  | 72.895  | 80.783  | 38.071  | 56.071  | |||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 11.793  | 4.168  | 2.026  | 2.016  | 2.630  | 2.082  | ‒ 2.126  | 4.816  | ‒ 1.224  | 1.714  | ||||||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 17.09 Ontvangsten  | 82.528  | 85.876  | 69.194  | 89.104  | 70.035  | 74.977  | 78.657  | 42.887  | 54.847  | 1.714  | ||||||
Afrekening voorschotten ProRail 2024  | 14.844  | 14.844  | ||||||||||||||
Bijdragen derden Zuidasdok  | 111  | 111  | ||||||||||||||
Kasschuiven 2025 Ontvangsten  | 0  | 40  | ‒ 2.929  | ‒ 443  | 740  | 2.592  | ||||||||||
Loon- en Prijsbijstelling 2025  | 11.513  | 1.341  | 1.487  | 1.233  | 1.597  | 1.256  | 901  | 1.411  | 1.754  | 502  | 31  | |||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | 16.336  | ‒ 1.442  | 790  | 1.597  | 1.256  | 901  | 1.411  | 2.494  | 3.094  | 31  | ||||||
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 17.09 Ontvangsten  | 98.864  | 84.434  | 69.984  | 90.701  | 71.291  | 75.878  | 80.068  | 45.381  | 57.941  | 1.745  | ||||||
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2025 Megaprojecten Verkeer en Vervoer  | 70.735  | 81.708  | 67.168  | 87.088  | 67.405  | 72.895  | 80.783  | 38.071  | 56.071  | |||||||
Totaal Ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2025 Megaprojecten Verkeer en Vervoer  | 82.528  | 85.876  | 69.194  | 89.104  | 70.035  | 74.977  | 78.657  | 42.887  | 54.847  | 1.714  | ||||||
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2026 Megaprojecten Verkeer en Vervoer  | 98.864  | 84.434  | 69.984  | 90.701  | 71.291  | 75.878  | 80.068  | 45.381  | 57.941  | 1.745  | 
Toelichting
Afrekening voorschotten ProRail 2024
Het betreft hier de terugbetaling van de te hoge bevoorschotting aan ProRail van het 2e halfjaar van 2024. Dit wordt in 2025 als ontvangst verantwoord. Om het uitgavenbudget in stand te houden zijn tegelijkertijd de uitgaven verhoogd.
Bijdragen derden Zuidasdok
Het betreft hier extra ontvangsten vanuit de gemeente Amsterdam, als gevolg van het verontdiepen van de bodem van de Schinkelbruggen (fase 1). Dit wordt in 2025 als ontvangst verantwoord. Om het uitgavenbudget in stand te houden zijn tegelijkertijd de uitgaven verhoogd.
Kaderruilen 2025
Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Over alle jaren is dit per saldo budgettair neutraal voor de modaliteiten.
Kasschuiven Megaprojecten Verkeer en Vervoer
Om binnen een modaliteit tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair neutrale kasschuiven over de diverse jaren noodzakelijk.
Loon- en prijsbijstelling 2025
Dit betreft de verwerking van de loon- en prijsbijstelling 2025.
Overboeking naar HXII ILT
Dit betreft een overboeking naar HXII artikel 24 in het kader van ERTMS. De uitrol van ERTMS en de digitalisering van het spoor is een complexe veranderopgave die een impact heeft voor de volledige spoorbranche in Nederland. De ILT zal met die veranderingen moeten meebewegen en continue een passende organisatie in stand houden om haar rol als toezichthouder adequaat te blijven vervullen. Daarvoor is aanvullende capaciteit nodig en moeten ICT-kosten worden gemaakt.
Overboeking van Ontwikkeling naar PHS
Dit betreft een overboeking naar artikel 17.10 ter hoogte van € 0,2 miljoen in het kader van de aanvraag Seinenproblematiek. In het ontwerp van de indienstelling tijdelijk spoor is uitgegaan van toepassing van NG-seinen. Door het ontbreken van de vrijgave moest in het ontwerp teruggegaan worden naar VRS-seinen.
Overboeking Zuidasdok
Er vindt een overboeking plaats van de budgetten voor de Tunnel en A10 naar OV-terminal, ter realisatie van het tijdelijke dek van de Minervapassage.
18 Overige uitgaven en ontvangsten  | Totaal mutatie  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | 2033  | 2034  | 2035  | 2036  | 2037  | 2038  | 2039  | 
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 18.06 Externe veiligheid  | ||||||||||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 3.392  | |||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 18.06 Externe veiligheid  | 3.392  | |||||||||||||||
Kasschuif. Externe Veiligheid  | 0  | ‒ 2.492  | 1.000  | 850  | 642  | |||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | ‒ 2.492  | 1.000  | 850  | 642  | ||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 18.06 Externe veiligheid  | 900  | 1.000  | 850  | 642  | ||||||||||||
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 18.08 Netwerkoverstijgende kosten  | ||||||||||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ||||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 18.08 Netwerkoverstijgende kosten  | ||||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | ||||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 18.08 Netwerkoverstijgende kosten  | ||||||||||||||||
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2025 Overige uitgaven en ontvangsten  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | |
Totaal Uitgaven stand eerste suppletoire wet 2025 Overige uitgaven en ontvangsten  | 3.392  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2026 Overige uitgaven en ontvangsten  | 900  | 1.000  | 850  | 642  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | |
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 18.09 Ontvangsten  | ||||||||||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 4  | |||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 18.09 Ontvangsten  | 4  | |||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | ||||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 18.09 Ontvangsten  | 4  | |||||||||||||||
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 18.10 Saldo van de afgesloten rekeningen  | ||||||||||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | 238.729  | |||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 18.10 Saldo van de afgesloten rekeningen  | 238.729  | |||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2026  | ||||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 18.10 Saldo van de afgesloten rekeningen  | 238.729  | |||||||||||||||
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2025 Overige uitgaven en ontvangsten  | ||||||||||||||||
Totaal Ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2025 Overige uitgaven en ontvangsten  | 238.733  | |||||||||||||||
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2026 Overige uitgaven en ontvangsten  | 238.733  | 
Toelichting
Kasschuiven Externe Veiligheid
Er zijn op dit artikelonderdeel budgetneutrale kasschuiven ingediend om de programmering voor Externe Veiligheid te actualiseren naar het meest realistische ritme.
19 Bijdragen andere begrotingen Rijk  | Totaal mutatie  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | 2033  | 2034  | 2035  | 2036  | 2037  | 2038  | 2039  | 
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 19.09 Ten laste van begroting IenW  | 8.917.805  | 10.281.959  | 10.264.164  | 9.957.667  | 10.208.478  | 10.194.900  | 8.672.642  | 8.636.236  | 8.630.110  | 8.563.403  | 8.575.895  | 8.578.198  | 8.439.225  | 8.397.043  | 8.377.493  | |
Mutaties Voorjaarsnota 2025  | ‒ 45.343  | ‒ 450.728  | 150.982  | 200.217  | 149.189  | 121.093  | 523.588  | 579.754  | 366.310  | 220.810  | 145.810  | ‒ 29.190  | ‒ 29.190  | ‒ 29.190  | ‒ 29.190  | |
Stand eerste suppletoire wet 2025 artikelonderdeel 19.09 Ten laste van begroting IenW  | 8.872.462  | 9.831.231  | 10.415.146  | 10.157.884  | 10.357.667  | 10.315.993  | 9.196.230  | 9.215.990  | 8.996.420  | 8.784.213  | 8.721.705  | 8.549.008  | 8.410.035  | 8.367.853  | 8.348.303  | |
BCF: SPUK Brabant  | ‒ 61  | ‒ 61  | ||||||||||||||
BCF: SPUK Vervoersregio Amsterdam  | ‒ 174  | ‒ 174  | ||||||||||||||
Defensie: Kustwacht Handhavingsvoertuigen ovb verhoging tarief KW handhavingsvaartuigen  | ‒ 7.000  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | ‒ 500  | |
EZ: Onderzoeksprogramma Scheepvaartveiligheid Noordzee  | ‒ 1.500  | ‒ 1.500  | ||||||||||||||
EZ: TNO Syntese Based Engineering  | ‒ 65  | ‒ 65  | ||||||||||||||
HXII: AP-middelen Flessenhals Meppel  | 100.000  | 5.000  | 5.000  | 10.000  | 10.000  | 30.000  | 35.000  | 5.000  | ||||||||
HXII: AP-middelen Kornwerderzand  | 375.000  | 18.750  | 18.750  | 37.500  | 37.500  | 112.500  | 131.250  | 18.750  | ||||||||
HXII: AP-middelen N36 Almelo-Ommen  | 115.000  | 5.750  | 5.750  | 11.500  | 11.500  | 34.500  | 40.250  | 5.750  | ||||||||
HXII: AP-middelen Nedersaksenlijn  | 1.912.000  | 10.000  | 10.000  | 10.000  | 10.000  | 20.000  | 20.000  | 20.000  | 267.500  | 367.500  | 359.000  | 409.000  | 409.000  | |||
HXII: Apparaatskosten Woningbouw Mobiliteitsprogramma  | ‒ 100.000  | ‒ 3.188  | ‒ 4.789  | ‒ 19.374  | ‒ 20.686  | ‒ 16.496  | ‒ 17.545  | ‒ 17.922  | ||||||||
HXII: Detachering RWS  | 335  | 335  | ||||||||||||||
HXII: Duurzame Topcorridors  | 10  | 10  | ||||||||||||||
HXII: Extern Inhuur Digitaal Stelsel Mobiliteitsdata  | ‒ 180  | ‒ 45  | ‒ 135  | |||||||||||||
HXII: Extern Inhuur Road Monitor 2  | ‒ 100  | ‒ 40  | ‒ 60  | |||||||||||||
HXII: Extern Inhuur Truckparkings  | ‒ 75  | ‒ 75  | ||||||||||||||
HXII: Extern Inhuur VDI  | ‒ 110  | ‒ 110  | ||||||||||||||
HXII: Extern Inhuur Verzorgingsplaats  | ‒ 195  | ‒ 100  | ‒ 95  | |||||||||||||
HXII: Externe inhuur Fietsveiligheid  | ‒ 155  | ‒ 155  | ||||||||||||||
HXII: HXII: Co2 Prestatieladder 2026-2028  | 325  | 325  | 325  | |||||||||||||
HXII: ILT  | ‒ 2.536  | ‒ 406  | ‒ 426  | ‒ 426  | ‒ 426  | ‒ 426  | ‒ 426  | |||||||||
HXII: Inzet Personeelsraadgever Rijkswaterstaat  | ‒ 2.319  | ‒ 93  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | ‒ 159  | 
HXII: Laadinfrastructuur Schoon Emissieloos Bouwen  | 14.700  | 13.610  | 210  | 220  | 220  | 220  | 220  | |||||||||
HXII: Onderzoek Houtrakpolder  | ‒ 100  | ‒ 50  | ‒ 50  | |||||||||||||
HXII: Opdracht RWS Stimulering Hergeberuik en Recyclaat  | 19.140  | 3.190  | 3.190  | 3.190  | 3.190  | 3.190  | 3.190  | |||||||||
HXII: Problematiek EUMETSTAT  | ‒ 32.929  | ‒ 703  | ‒ 3.069  | ‒ 3.416  | ‒ 2.497  | ‒ 2.714  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | ‒ 2.053  | 
HXII: SPUK Schoon Emissieloos Bouwen  | ‒ 20.000  | ‒ 10.000  | ‒ 10.000  | |||||||||||||
HXII: SPUKS Decentraal Spoor  | ‒ 20.900  | ‒ 20.900  | ||||||||||||||
HXII: Strategisch Plan Verkeersveiligheid  | ‒ 550  | ‒ 550  | ||||||||||||||
HXII: Subsidie MF  | ‒ 14.700  | ‒ 14.700  | ||||||||||||||
HXII: Terugsluis Vrachtwagenheffing  | ‒ 10.816  | ‒ 10.816  | ||||||||||||||
HXII: Veiligheid en Goederenvervoer: Integraal Programma Goederenvervoer Binnenvaart  | ‒ 2.000  | ‒ 2.000  | ||||||||||||||
HXII: Veiligheid en Goederenvervoer: Beveiliging Station Maarheze  | ‒ 2.300  | ‒ 2.300  | ||||||||||||||
HXII: Veiligheid en Goederenvervoer: Bodycams  | ‒ 12.000  | ‒ 6.000  | ‒ 1.500  | ‒ 1.500  | ‒ 1.500  | ‒ 1.500  | ||||||||||
HXII: Veiligheid en Goederenvervoer: Digitale Goederenvervoer  | ‒ 2.000  | ‒ 1.000  | ‒ 1.000  | |||||||||||||
Loon- en Prijbijstelling 2025 Mobiliteitsfonds  | 2.454.789  | 162.625  | 182.486  | 182.018  | 177.150  | 183.536  | 182.293  | 158.267  | 157.069  | 155.658  | 153.204  | 153.697  | 152.805  | 151.715  | 151.019  | 151.247  | 
Opheffing Voedingsartikel 19 Mobiliteitsfonds  | 0  | ‒ 9.989.043  | ‒ 10.572.524  | ‒ 10.335.751  | ‒ 10.562.318  | ‒ 10.542.763  | ‒ 9.412.863  | ‒ 9.544.347  | ‒ 9.370.116  | ‒ 9.266.205  | ‒ 9.245.940  | ‒ 9.058.101  | ‒ 8.968.038  | ‒ 8.925.160  | ‒ 8.496.838  | |
Mutaties Miljoenennota 2026  | 136.855  | ‒ 9.831.231  | ‒ 10.415.146  | ‒ 10.157.884  | ‒ 10.357.667  | ‒ 10.315.993  | ‒ 9.196.230  | ‒ 9.215.990  | ‒ 8.996.420  | ‒ 8.784.213  | ‒ 8.721.705  | ‒ 8.549.008  | ‒ 8.410.035  | ‒ 8.367.853  | ‒ 8.348.303  | |
Stand ontwerpbegroting 2026 artikelonderdeel 19.09 Ten laste van begroting IenW  | 9.009.317  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2025 Bijdragen andere begrotingen Rijk  | 8.917.805  | 10.281.959  | 10.264.164  | 9.957.667  | 10.208.478  | 10.194.900  | 8.672.642  | 8.636.236  | 8.630.110  | 8.563.403  | 8.575.895  | 8.578.198  | 8.439.225  | 8.397.043  | 8.377.493  | |
Totaal Ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2025 Bijdragen andere begrotingen Rijk  | 8.872.462  | 9.831.231  | 10.415.146  | 10.157.884  | 10.357.667  | 10.315.993  | 9.196.230  | 9.215.990  | 8.996.420  | 8.784.213  | 8.721.705  | 8.549.008  | 8.410.035  | 8.367.853  | 8.348.303  | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2026 Bijdragen andere begrotingen Rijk  | 9.009.317  | 
Toelichting
Opheffing Voedingsartikel 19.09 Mobiliteitsfonds
Het gebruik van artikel 19 van het Mobiliteitsfonds opgeheven. Het Mobiliteitsfonds werd tot dusverre gevoed via de begroting van Infrastructuur en Waterstaat. Vanaf 2026 wordt het Mobiliteitsfonds direct gefinancierd vanuit de schatkist en worden overhevelingen van andere departementen rechtstreeks aan de betreffende artikelen op het Mobiliteitsfonds toegevoegd. Hierdoor wordt de administratieve last verminderd en wordt de verdeling van middelen tussen de begroting van Infrastructuur en Waterstaat en het Deltafonds beter inzichtelijk gemaakt. Met deze mutatie wordt het artikel administratief opgeheven.
De minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) is als coördinerend minister voor Noordzee-aangelegenheden verantwoordelijk voor het proces van totstandkoming geïntegreerd beleid voor de Noordzee en het Gecombineerd Jaarplan voor de uitvoeringtaken door de Kustwacht. De minister van Defensie is beheerder van de Kustwacht, wat betekent dat deze medeverantwoordelijk is voor het opstellen van het Gecombineerd Jaarplan voor de uitvoeringtaken door de Kustwacht alsmede voor de uitvoering daarvan met inzet van eigen en toegewezen mensen en middelen. Alle bij de Kustwacht betrokken ministeries behouden hun eigen wettelijke verantwoordelijkheden. Het integrale beleid en het daarvan afgeleide Gecombineerd Jaarplan voor de uitvoeringtaken door de Kustwacht waarover de Ministerraad beslist, worden zodanig concreet dat elke minister zich daarover in het parlement kan verantwoorden en vormen in feite een integraal contract tussen de verschillende departementen en de Kustwacht.
De overzichtsconstructie is gebaseerd op het «Gecombineerd Jaarplan voor de uitvoeringtaken door de Kustwacht» en wordt door IenW gepubliceerd in de rol van coördinerend ministerie. In de overzichtsconstructie wordt een onderscheid gemaakt in de uitgaven van de Kustwacht zelf (exploitatie personeel, exploitatie materieel en investering) en de uitgaven die de deelnemende departementen ten behoeve van de Kustwacht verrichten (kosten).
Defensie / CZSK / Kustwacht Nederland (uitgaven)
– Exploitatie personeel: Betreft het uitgavenbudget in beheer van de Kustwacht voor salarissen en overige personele uitgaven van alle Kustwacht medewerkers in dienst bij Defensie / CZSK.
– Exploitatie materieel: Betreft het uitgavenbudget in beheer van de Kustwacht. Defensie is beheerder van het Kustwachtcentrum (KWC). Het Kustwachtcentrum is het informatiecentrum van de Noordzee, waar het actuele beeld van (scheeps-)activiteiten, (veiligheids-)incidenten en verontreinigingen op de Noordzee beschikbaar is.
– Investering: Betreft onder andere de investeringen voor het Maritiem Operatie Centrum (MOC).
Uitgaven bij departementen (kosten):
Justitie en Veiligheid
– De inzet van de Politie (personeel) bestaande uit; liaison, boarding officers, medewerkershandhavingsdesk, medewerkers Maritiem Informatie Knooppunt en Analisten.
– De inzet van Politie helikopters (materieel) op planning of afroep voor luchtwaarneming en spoedeisende zoekvluchten. De bedragen zijn afkomstig uit de begroting van de Nationale Politie.
Financiën
– De inzet van de Douane (personeel) bestaande uit; liaison, boarding officers, Aerial officers, medewerkers handhavingsdesk, medewerkers Maritiem Informatie Knooppunt en Analisten.
Defensie
– De inzet van de Koninklijke Marine (personeel) bestaande uit; medewerker Maritiem Informatie Knooppunt, beheerskosten van Defensie en inzet (materieel) Mijnenbestrijdingsvaartuigen.
– De inzet van de Koninklijke Marechaussee (personeel) bestaande uit; liaison, boarding officers, Aerial officers en medewerkers Maritiem Informatie Knooppunt.
– De inzet van de Defensie Commando Materieel en IT (materieel) bestaande uit; exploitatiebudget voor ICT-middelen van de Kustwacht.
Infrastructuur en Waterstaat
– De inzet van ILT (personeel) bestaande uit; liaisons en handhavers.
– De inzet van Rijkswaterstaat (personeel) bestaande uit; liaisons, Aerial officers en Ananlisten.
– De inzet van Rijkswaterstaat (materieel) bestaande uit; in standhouden vaarwegmarkering, ERTV en betonningsvaartuigen, C2000/P2000 t.b.v. KNRM, BroNs/Pre-SAR. De bedragen zijn afkomstig uit de begroting van Rijkswaterstaat.
– Bijdrage voor Scheepvaartveiligheid Windenergie op Zee (materieel) om de veiligheid te waarborgen in en om de windenergieparken op de Noordzee.
Klimaat en Groene Groei
– De inzet van Staatstoezicht op de Mijnen (personeel) bestaande uit; Liaison, inspecteurs en Analisten.
Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
– De inzet van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (personeel) bestaande uit; liaison, boarding officers, Aerial officers, medewerkers handhavingsdesk en medewerkers Maritiem Informatie Knooppunt.
Diverse departementen:
– Om na de inhuur van een extra Handhavingsvaartuigen ook de Handhavingsvaartuigen van de Rijksrederij te kunnen betalen is er in 2024 door de Raad van de Kustwacht besloten dat een aantal departementen het tekort aan budget zullen aanvullen. In het GJP van 2026 staat dit in de kostentabel. Het budget zal overgeboekt worden naar Defensie/CZSK/Kustwacht.
Departement  | Begroting  | Activiteit  | Doel  | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | ||||
DEFENSIE / KUSTWACHT (Uitgaven):  | ||||||||||
Defensie / Kustwacht  | X  | Uitvoering Kustwachttaken (exploitatie personeel)  | Centrale coördinatie Kustwachttaken  | 11.481  | 16.272  | 16.183  | 16.189  | 16.195  | 16.202  | 14.453  | 
Defensie / Kustwacht  | X  | Uitvoering Kustwachttaken (exploitatie materieel)  | Centrale coördinatie Kustwachttaken  | 72.160  | 60.202  | 60.259  | 60.259  | 60.259  | 60.257  | 60.150  | 
Defensie / Kustwacht  | X  | Uitvoering Kustwachttaken (investering)  | Investeringen, o.a. t.b.v het MOC (COMMIT/JIVC en DLP)  | 14.023  | 55.891  | 53.418  | 18.487  | 17.541  | 17.429  | 12.368  | 
Subtotaal eigen uitgaven Kustwacht  | 97.664  | 132.365  | 129.860  | 94.935  | 93.995  | 93.888  | 86.971  | |||
UITGAVEN BIJ DEELNEMENDE DEPARTEMENTEN (Kosten):  | ||||||||||
Politie  | VI  | Inzet Politie personeel & helikopter  | Algemene handhaving / wetgeving scheepvaartverkeer / bemanningcontrole  | 1.911  | 2.274  | 2.547  | 2.547  | 2.547  | 2.547  | 2.547  | 
Financiën  | IX  | Inzet Douane personeel  | Fraudecontrole  | 1.561  | 1.545  | 1.631  | 1.631  | 1.631  | 1.631  | 1.631  | 
Defensie  | X  | Inzet KM personeel, beheerskosten, KMar personeel, ICT uitgaven bij COMMIT/JIVC en mijnenbestijdingsvaartuigen  | Uitvoering grensbewaking / beheerskosten Defensie / mijnenbestrijding  | 6.886  | 7.202  | 7.202  | 7.202  | 7.202  | 7.202  | 7.202  | 
Infrastructuur en Waterstaat  | XII  | Inzet ILT personeel, RWS personeel, RWS materieel, ERTV/betonningsvaartuigen en Windenergie op Zee.  | Bijdragen aan veilig vaarwater, handhaving via luchtsurveillance  | 6.195  | 29.286  | 32.102  | 31.278  | 31.588  | 31.738  | 13.244  | 
Klimaat en Groene Groei  | XXIII  | Inzet SodM-personeel  | Staatstoezicht op de Mijnen  | 26  | 167  | 176  | 176  | 176  | 176  | 176  | 
Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur  | XIV  | Inzet NVWA-personeel  | Visserijcontrole  | 622  | 746  | 746  | 746  | 746  | 746  | 746  | 
diverse departementen  | inzet handhavingsvartuigen  | 24/7 handhavingsvaartuig op zee  | 3.100  | 3.100  | 3.100  | 3.100  | 3.100  | |||
Subtotaal uitgaven bij deelnemende departementen  | 17.201  | 41.220  | 47.504  | 46.680  | 46.990  | 47.140  | 28.646  | |||
Totale uitgaven ten behoeve van de Kustwacht  | 114.865  | 173.585  | 177.364  | 141.615  | 140.985  | 141.028  | 115.617  | |||
Het Ministerie van IenW is verantwoordelijk voor de ontwikkeling en instandhouding van het hoofdwegennet, hoofdvaarwegennet, hoofdspoorweginfrastructuur en het hoofdwatersysteem. De netwerken beschermen ons tegen het water, dragen bij aan de economische ontwikkeling van ons land en zorgen ervoor dat mensen elkaar kunnen ontmoeten, goederen en diensten kunnen worden vervoerd en dat Nederland in verbinding staat met de rest van de wereld. In deze bijlage wordt voor zowel Rijkswaterstaat als ProRail ingegaan op de werkwijze voor instandhouding en welke prestatieafspraken en beschikbare middelen tot en met 2039 hieraan gekoppeld zijn.
Instandhouding van de netwerken
Een goede instandhouding van de netwerken is een randvoorwaarde voor de veiligheid, bereikbaarheid en leefbaarheid van Nederland. Om dit zo te houden, borgen het kerndepartement en de uitvoeringsorganisaties Rijkswaterstaat (RWS) en ProRail systematisch de instandhouding van de netwerken over de gehele levenscyclus. De netwerken worden, naast het intensieve gebruik, gekenmerkt door inpassing in een sterk verstedelijkte delta. Daardoor omvatten de netwerken voorzieningen als beweegbare bruggen, tunnels, op- en afritten, geluidschermen, sluizen en stormvloedkeringen. Deze elementen zorgen voor netwerken met een hoog serviceniveau, maar ook voor een grote instandhoudingsopgave. Figuren 7 en 8 illustreren de omvang van netwerken.
Figuur 7 Netwerken Rijkswaterstaat

Figuur 8 Netwerk ProRail

Scope van instandhouding
Bij instandhouding gaat het om het behouden van de huidige functie van de infrastructuur. De begrippen die hierbij in het Mobiliteitsfonds en Deltafonds worden gehanteerd zijn: exploitatie, onderhoud en vernieuwing infrastructuur:
– Tot het domein van de exploitatie behoren activiteiten (voorheen ‘beheer’) die gericht zijn op het reguleren van het gebruik: verkeersleiding en capaciteitsmanagement, verkeersmanagement en watermanagement;
– Onderhoud betreft de activiteiten die erop zijn gericht de beoogde (ontwerp)levensduur van de infrastructuur te realiseren;
– Vernieuwing (voorheen ‘vervanging en/of renovatie’) is gericht op het begin van een nieuwe levenscyclus van een nieuw object of het verlengen van de levensduur van het bestaande object. Het gaat bij vernieuwing expliciet niet om activiteiten die gericht zijn op toevoeging van functies of om aanleg van nieuwe of uitbreiding van bestaande infrastructuur (ontwikkeling).
Netwerken Rijkswaterstaat
Prestaties en basiskwaliteitsniveau
Bij de instandhouding van de RWS-netwerken staan de prestaties die deze netwerken moeten leveren en de doelmatigheid van instandhoudingswerkzaamheden centraal. Het zijn de prestaties – de beschikbaarheid, betrouwbaarheid, duurzaamheid en veiligheid van de infrastructuur – die de gebruikers direct ervaren. Over de te leveren prestaties en de bijhorende budgetten maakt het kerndepartement van IenW afspraken met RWS. Deze afspraken vormen de basis van de instandhoudingswerkzaamheden die door RWS jaarlijks wordt uitgevoerd.
De prestaties van de infrastructuur worden gemeten en uitgedrukt in indicatoren. Over de indicatoren met bijbehorende (streef)waarden worden prestatieafspraken gemaakt met RWS en hiervoor worden budgetten beschikbaar gesteld.
Met ingang van 2024 werkt RWS met een meerjarige instandhoudingsopdracht met een basiskwaliteitsniveau (BKN) als uitgangspunt. In het BKN is voor de netwerken van RWS uitgewerkt waar een weg, vaarweg, of waterwerk in de basis aan moet voldoen om de gebruikers en belanghebbenden goed te kunnen blijven bedienen. Een robuust mobiliteitssysteem met basale voorzieningen passend bij de functie van de verschillende netwerken. Zo bieden we in het hele land een toekomstvast fundament dat zekerheid geeft aan gebruikers en marktpartijen die betrokken zijn bij instandhouding en aanleg. De betrouwbaarheid uit zich door te groeien naar een beter voorspelbare situatie m.b.t. storingen en een vermindering van het aantal ongeplande storingen. De maakbaarheid van de opgaven - samen met de ontwikkelsnelheid van nieuwe technologieën - bepaalt de snelheid waarmee het BKN kan worden bereikt. Het BKN kent daarmee een ingroeitraject.
Voor de netwerken in beheer van RWS moeten de afspraken over het basiskwaliteitsniveau (BKN) worden vertaald naar nieuwe indicatoren en streefwaarden. Voor het vegetatiebeheer in de uiterwaarden wordt in 2026 de prestatieafspraak ‘voldoen aan de vegetatielegger uiterwaardengebied’ toegevoegd4. De overige prestatieafspraken worden nog verder in lijn gebracht met het BKN. Tot die tijd zijn de huidige prestatieafspraken uit tabel 78 van toepassing. Toelichting op de indicatoren en de gerealiseerde prestaties zijn te vinden in de Instandhoudingsbijlage bij het Jaarverslag.
Indicator  | Streefwaarde 2022-20261  | Realisatie 2021  | Realisatie 2022  | Realisatie 2023  | Realisatie 2024  | 
|---|---|---|---|---|---|
Hoofdwegennet  | |||||
Beschikbaarheid  | |||||
Technische beschikbaarheid van de weg  | 90%  | 99%  | 98%  | 99%  | 99%  | 
Files door Werk in Uitvoering als gevolg van aanleg en gepland onderhoud  | 10%  | 7%  | 3%  | 4%  | 7%  | 
Levering verkeersgegevens  | |||||
Beschikbaarheid data voor derden  | 90%  | 94%  | 93%  | 91%  | 91%  | 
Veiligheid  | |||||
Voldoen aan norm voor verhardingen  | 99,7%  | 99,8%  | 99,7%  | 99,6%  | 99,4%  | 
Voldoen aan norm voor gladheidbestrijding  | 95%  | 99%  | 99%  | 99%  | 99%  | 
Hoofdvaarwegennet  | |||||
Beschikbaarheid / Betrouwbaarheid  | |||||
Stremmingen gepland onderhoud  | 0,8%  | 2,0%  | 1,0%  | 0,6%  | 0,7%  | 
Stremmingen ongepland onderhoud  | 0,2%  | 1,0%  | 2,4%  | 1,2%  | 1,2%  | 
Tijdig melden ongeplande stremmingen  | 97%  | 98%  | 98%  | 97%  | 98%  | 
Vaargeul op orde (% oppervlakte op orde)  | |||||
– Toegangsgeulen  | 99%  | 100%  | 100%  | 100%  | 100%  | 
– Hoofdtransportassen  | 90%  | 92%  | 93%  | 93%  | 96%  | 
– Hoofdvaarwegen  | 85%  | 80%  | 82%  | 84%  | 83%  | 
– Overige vaarwegen  | 85%  | 83%  | 83%  | 95%  | 96%  | 
Veiligheid  | |||||
Vaarwegmarkering op orde  | 95%  | 92%  | 88%  | 94%  | 96%  | 
Hoofdwatersysteem  | |||||
Waterveiligheid  | |||||
Handhaving kustlijn  | 90%  | 90%  | 91%  | 93%  | 94%  | 
Beschikbaarheid stormvloedkeringen  | 100%  | 83%  | 83%  | 100%  | 83%  | 
Waterhuishouding op orde in alle peilgereguleerde gebieden  | 100%  | 100%  | 75%  | 100%  | 100%  | 
Betrouwbaarheid informatievoorziening  | 95%  | 96%  | 100%  | 99%  | 96%  | 
Voldoen aan de Vegetatielegger uiterwaardengebied2  | 95%  | ||||
Bron: RWS  | 
In afwachting van nieuwe indicatoren en streefwaarden wordt nog uitgegaan van de prestatieafspraken vanuit de Beheer en Onderhoud (BenO) overeenkomst 2022-2023.
Werkwijze instandhouding
Exploitatie en onderhoud
Rijkswaterstaat benadert de exploitatie- en onderhoudsopgaven door rekening te houden met de volledige levenscyclus van de infrastructuur. Als eenmaal wordt besloten tot de ontwikkeling van infrastructuur, is op basis van ervaring al bekend wat voor instandhoudingswerkzaamheden aan de diverse objecten gemiddeld per jaar nodig zijn. Dit is vastgelegd in de instandhoudingsregimes. De instandhoudingsregimes, die de jaarlijkse onderhoudsbehoefte per object vastleggen, vormen de basis voor de programmering van de werkzaamheden.
Middels een jaarlijkse programmeringscyclus werkt RWS de instandhoudingsopgave uit in een programmering en planning van de werkzaamheden voor de komende jaren. Dit betreft een voortrollende programmering. Elk jaar wordt de programmering geactualiseerd en een jaar verder uitgewerkt op basis van de meest actuele inzichten en ontwikkelingen in de instandhoudingsopgave. Zo kan het voorkomen dat een bepaald schadebeeld of een ongeplande gebeurtenis vraagt om tussentijds ingrijpen (bijvoorbeeld de overstromingen in Limburg in 2021 of de versterkingsmaatregelen aan het vaste deel van de Haringvlietbrug in 2023). Tussentijdse maatregelen die niet in de totale programmering kunnen worden ingepast, krijgen dan prioriteit boven reeds geprogrammeerde maatregelen. Het onderhoud dat als gevolg daarvan wordt uitgesteld, dient vervolgens opnieuw een plek te krijgen in de instandhoudingsprogrammering.
Afstemming van de programmering met de medeoverheden en ProRail om hinder te beperken en meekoppelkansen te identificeren, is een integraal onderdeel van de programmeringscyclus. Door toepassing van Life Cycle Costing (LCC) streeft Rijkswaterstaat naar de laagst mogelijke kosten over de gehele levenscyclus van de infrastructuur, met zo min mogelijk verstoringen en hinder voor de gebruikers.
Tot slot is het zo dat de keuzes die worden gemaakt tijdens de ontwikkeling van nieuw areaal het meest bepalend zijn voor de benodigde budgetten en capaciteit op de lange termijn — zowel voor de aanlegkosten als voor de structurele instandhoudingskosten in de daaropvolgende decennia.
Vernieuwing
De objecten en onderdelen zoals sluizen, bruggen en tunnels, hebben een beperkte levensduur en dienen aan het eind hiervan te worden vernieuwd. Door grootschalige aanleg, met name vanaf de jaren 50 van de vorige eeuw, en het intensievere gebruik is er sprake van een flinke vernieuwingsopgave.
Om de veiligheid en de beschikbaarheid van de netwerken in stand te houden, wordt voor alle netwerken en onderdelen daarvan de opgave in kaart gebracht. Allereerst wordt op basis van het ontwerp ingeschat wanneer vernieuwing aan de orde zal zijn. Daarnaast worden de objecten onderworpen aan inspecties en berekeningen. Dit leidt tot het inzicht in, en een prognose van, een termijn van vijf tot vijftien jaar waarin vernieuwing nodig is. Zo worden, steeds vooruitkijkend, objecten en onderdelen geïdentificeerd waarvoor een planfase wordt gestart. In de planfase wordt de uiteindelijke opgave vastgesteld en daarna volgt een definitief besluit over de aanpak van het betreffende object. Het vernieuwingsprogramma (voorheen: Vervanging en Renovatie) kent een technische aanleiding, namelijk het einde van de technische levensduur van onderdelen en objecten in het hoofdwegennet, hoofdvaarwegennet en het hoofdwatersysteem. Vanuit dit perspectief hoeven geen aanvullende wensen of functionaliteiten te worden toegevoegd. Een-op-een vernieuwing is het uitgangspunt. Omdat het echter om relatief grote ingrepen in het netwerk gaat, wordt waar nodig en mogelijk ook gekeken naar verstandige aanvullende investeringen in het kader van beleidsdoelstellingen zoals bereikbaarheid, duurzaamheid en klimaatadaptatie. Het primaire doel blijft het borgen van de beschikbaarheid en veiligheid van de Rijksnetwerken. Door het vernieuwen van objecten en onderdelen worden de beschikbaarheid en veiligheid van de netwerken op lange termijn geborgd.
Vergroten productievermogen
Meerjarenafspraak instandhouding
Met de Kamerbrief van 17 juni 2024 is de Kamer geïnformeerd over de aanpak van IenW om het productievermogen op instandhouding te vergroten5. Zo is onder meer de sturing verder geoptimaliseerd. In de nieuwe aansturing is er sprake van een meerjarige opdracht tot en met 2030 voor alle instandhoudingswerkzaamheden van RWS. Een meerjarige opdracht in combinatie met verdere optimalisatie van de agentschapssturing, maakt het mogelijk om efficiëntievoordelen te realiseren. RWS is hierdoor beter in staat om kosten efficiënt over de gehele levenscyclus (LCC) voordelen te behalen, slim werk-met-werk te maken en effectievere contractvormen in de markt te zetten. Hierin moeten ook de effecten van reeds ingezette verbetermaatregelen zichtbaar worden.
Meerjarenplan Instandhouding Rijkswaterstaat-Netwerken 2025-2030
Het meerjarenplan instandhouding6 geeft inzicht in de maatschappelijke impact van achterstanden op instandhouding. Ook zet meerjarenplan uiteen hoe Rijkswaterstaat de productie op instandhouding verhoogt naar ruim 3 miljard euro per jaar in de periode tot en met 2030, in lijn met de groeiende budgetten. Daarbij roept het plan op tot een productieverhoging in de gehele keten. In de kern komt de aanpak neer op een omslag van projectmatig naar programmatisch werken. De aanpak houdt daarbij rekening met de hoeveelheid beschikbare arbeidskrachten en de capaciteit in de markt. Dit sluit aan op de adviezen uit het rapport Instandhouding voorop! van de Adviesgroep ontwikkeling en instandhouding van infrastructuur in beheer bij IenW. Het werk wordt integraal geprogrammeerd, er wordt langjarig en efficiënt samengewerkt met de markt, er gaat meer capaciteit naar het primaire productieproces en er wordt geïnvesteerd in vakmanschap en innovatie. De schaal- en efficiëntievoordelen die door deze aanpak ontstaan, maken het mogelijk om meer werk te verzetten.
Ontwikkelplan Assetmanagement
In 2020 is de instandhoudingsbehoefte gevalideerd7. Dat heeft ertoe geleid dat naast financiële maatregelen, er ook maatregelen genomen worden om het assetmanagement voor het hoofdwegennet, het hoofdvaarwegennet en het hoofdwatersysteem te verbeteren. Daartoe is het Ontwikkelplan Assetmanagement IenW opgesteld. De Tweede Kamer is in december 2020 hierover geïnformeerd8.
Het assetmanagement wordt zodanig ingericht dat RWS op ieder moment in samenhang inzicht kan bieden in de staat en het presteren van de netwerken, de risico’s en kosten en op een veilige, betrouwbare en voorspelbare wijze diensten aan de maatschappij kan blijven verlenen.
Met het Ontwikkelplan Assetmanagement professionaliseert IenW op alle stappen zijn assetmanagement om de netwerken in lijn te brengen en te houden met het kwaliteitsniveau zoals afgesproken met de Kamer voor een veilig, leefbaar en bereikbaar Nederland. De ambitie is dat RWS in lijn met de internationale standaard, de ISO-55000 norm, gaat werken. In lijn betekent op niveau van certificeerbaarheid. Dat is geen 10, maar goed genoeg en klaar voor continue verbetering.
In 2024 heeft Rijkswaterstaat externen ingeschakeld om de voortgang richting ISO-certificering te beoordelen, met als uitgangspunt dat het in staat is om een achtjarige onderhoudsprognose op te stellen langs een gestructureerd, beschreven en beheerd proces. De beoordeling heeft aangetoond dat in 2024 nagenoeg alle geplande activiteiten zijn uitgevoerd, maar dat naast de al ingezette verbeteracties aanvullende maatregelen nodig zijn om aan de ISO-certificering te voldoen. Gesprekken met andere organisaties die een vergelijkbaar traject hebben doorlopen, hebben waardevolle inzichten opgeleverd over wat er nodig is om de verbeteringen duurzaam te implementeren en in samenhang te laten werken. De planning richting ISO-certificeerbaarheid wordt daarom momenteel herijkt en zal eind 2025, samen met de Staat van de Infra rapportage, aan de Tweede Kamer worden gepresenteerd9.
Budgettair beeld netwerken RWS
In de periode tot en met 2039 zijn de volgende budgetten op de fondsen beschikbaar voor instandhouding van de RWS-netwerken. In de tabellen 79 en 80 zijn de budgetten (exclusief inzet deel balanspost Saldo op Ontvangen Bijdragen exploitatie en onderhoud en ontvangsten) op de fondsen weergegeven. Tabel 81 geeft de gereserveerde budgetten voor instandhouding weer.
Artikelonderdeel  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | 2033  | 2034  | 2035  | 2036  | 2037  | 2038  | 2039  | 2025-2039  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Hoofdwegen  | |||||||||||||||||
MF 12.01  | Exploitatie  | 8.022  | 12.750  | 13.284  | 13.488  | 9.143  | 8.603  | 7.964  | 7.908  | 8.108  | 7.884  | 7.765  | 7.517  | 7.395  | 7.271  | 7.715  | 134.817  | 
MF 12.02.01  | Onderhoud  | 1.126.977  | 1.156.035  | 1.189.546  | 1.161.697  | 1.155.440  | 1.099.391  | 1.104.101  | 1.105.686  | 1.138.050  | 1.137.616  | 1.137.735  | 1.136.682  | 1.124.589  | 1.141.000  | 1.140.556  | 17.055.101  | 
MF 12.06.02  | Overige netwerkgebonden kosten  | 137.088  | 58.754  | 56.296  | 56.296  | 51.816  | 51.816  | 27.767  | 26.606  | 26.606  | 26.606  | 26.606  | 26.606  | 26.606  | 26.606  | 26.606  | 652.681  | 
Totaal budget Exploitatie en Onderhoud Hoofdwegen  | 1.272.087  | 1.227.539  | 1.259.126  | 1.231.481  | 1.216.399  | 1.159.810  | 1.139.832  | 1.140.200  | 1.172.764  | 1.172.106  | 1.172.106  | 1.170.805  | 1.158.590  | 1.174.877  | 1.174.877  | 17.842.599  | |
Hoofdvaarwegen  | |||||||||||||||||
MF 15.01  | Exploitatie  | 8.902  | 25.673  | 28.033  | 24.256  | 22.558  | 22.456  | 25.694  | 25.454  | 25.257  | 23.230  | 23.167  | 23.167  | 23.167  | 23.171  | 23.171  | 347.356  | 
MF 15.02.011  | Onderhoud  | 552.095  | 627.736  | 532.110  | 531.632  | 525.861  | 520.754  | 561.347  | 562.401  | 563.215  | 565.242  | 565.305  | 564.138  | 566.106  | 558.027  | 558.027  | 8.353.995  | 
MF 15.06.02  | Overige netwerkgebonden kosten  | 34.710  | 16.720  | 16.831  | 16.788  | 15.851  | 16.085  | 13.587  | 12.772  | 12.947  | 12.947  | 12.947  | 12.947  | 12.947  | 12.947  | 12.947  | 233.972  | 
Totaal budget Exploitatie en Onderhoud Hoofdvaarwegen  | 595.707  | 670.129  | 576.973  | 572.676  | 564.269  | 559.294  | 600.628  | 600.627  | 601.419  | 601.419  | 601.419  | 600.252  | 602.220  | 594.145  | 594.145  | 8.935.322  | |
Hoofdwatersysteem  | |||||||||||||||||
DF 3.01.01  | Watermanagement  | 8.558  | 14.649  | 17.663  | 17.400  | 17.193  | 17.538  | 20.049  | 20.543  | 20.250  | 18.856  | 18.878  | 18.157  | 18.157  | 18.271  | 18.271  | 264.433  | 
DF 3.02.01  | Onderhoud Waterveiligheid  | 354.613  | 318.095  | 275.033  | 277.095  | 279.441  | 275.182  | 293.872  | 289.836  | 289.997  | 307.927  | 310.517  | 298.602  | 299.635  | 301.467  | 301.467  | 4.472.779  | 
DF 3.02.02  | Onderhoud Zoetwatervoorziening  | 34.549  | 115.193  | 106.926  | 106.258  | 103.993  | 104.530  | 127.358  | 130.900  | 131.901  | 122.412  | 122.051  | 134.284  | 134.284  | 132.336  | 132.325  | 1.739.300  | 
DF 5.02.01  | Overige netwerkgebonden kosten  | 72.335  | 28.909  | 27.395  | 27.396  | 27.395  | 27.395  | 18.833  | 18.833  | 18.833  | 18.833  | 18.833  | 18.833  | 18.833  | 18.833  | 18.833  | 380.322  | 
Totaal budget Watermanagement en Onderhoud Hoofdwatersysteem  | 470.055  | 476.846  | 427.017  | 428.149  | 428.022  | 424.645  | 460.112  | 460.112  | 460.981  | 468.028  | 470.279  | 469.876  | 470.909  | 470.907  | 470.896  | 6.856.834  | |
Totaal budget Exploitatie, Onderhoud en Watermanagement netwerken RWS  | 2.337.849  | 2.374.514  | 2.263.116  | 2.232.306  | 2.208.690  | 2.143.749  | 2.200.572  | 2.200.939  | 2.235.164  | 2.241.553  | 2.243.804  | 2.240.933  | 2.231.719  | 2.239.929  | 2.239.918  | 33.634.755  | |
Artikelonderdeel  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | 2033  | 2034  | 2035  | 2036  | 2037  | 2038  | 2039  | 2025-2039  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Hoofdwegen  | |||||||||||||||||
MF 12.02.04  | Vernieuwing  | 290.838  | 427.068  | 547.254  | 570.173  | 717.167  | 621.873  | 704.928  | 708.561  | 505.423  | 524.659  | 318.081  | 277.801  | 315.754  | 316.548  | 587.184  | 7.433.312  | 
Hoofdvaarwegen  | |||||||||||||||||
MF 15.02.04  | Vernieuwing  | 194.042  | 276.771  | 381.630  | 294.099  | 286.578  | 261.228  | 259.091  | 218.290  | 218.488  | 217.582  | 218.131  | 217.684  | 216.316  | 246.176  | 316.176  | 3.822.282  | 
Hoofdwatersysteem  | |||||||||||||||||
DF 3.02.03  | Vernieuwing  | 25.570  | 38.991  | 73.233  | 112.544  | 119.383  | 60.207  | 129.439  | 226.622  | 199.817  | 217.216  | 222.668  | 223.577  | 227.712  | 227.712  | 178.448  | 2.283.139  | 
Totaal budget Vernieuwing netwerken RWS  | 510.450  | 742.830  | 1.002.117  | 976.816  | 1.123.128  | 943.308  | 1.093.458  | 1.153.473  | 923.728  | 959.457  | 758.880  | 719.062  | 759.782  | 790.436  | 1.081.808  | 13.538.733  | |
Artikelonderdeel  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | 2033  | 2034  | 2035  | 2036  | 2037  | 2038  | 2039  | 2025-2039  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Mobiliteitsfonds  | |||||||||||||||||
MF 12.03.02  | Reservering areaalgroei hoofdwegen  | 0  | 6.751  | 8.080  | 26.304  | 32.314  | 32.347  | 32.531  | 40.269  | 42.051  | 42.700  | 50.200  | 49.933  | 52.406  | 44.935  | 45.806  | 506.627  | 
MF 15.03.02  | Reservering areaalgroei hoofdvaarwegen  | 0  | 0  | 20.001  | 38.302  | 38.302  | 38.302  | 38.302  | 38.302  | 38.302  | 38.302  | 38.302  | 38.302  | 38.302  | 34.181  | 34.181  | 471.383  | 
MF 11.03.031  | Reservering instandhouding  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 31.529  | 30.043  | 0  | 162.260  | 223.832  | 
Totaal reserveringen Mobiliteitsfonds  | 0  | 6.751  | 28.081  | 64.606  | 70.616  | 70.649  | 70.833  | 78.571  | 80.353  | 81.002  | 88.502  | 119.764  | 120.751  | 79.116  | 242.247  | 1.201.842  | |
Deltafonds  | |||||||||||||||||
DF 1.02.01  | Reservering areaalgroei hoofdwatersysteem  | 3.540  | 1.770  | 1.770  | 1.770  | 1.770  | 1.770  | 1.771  | 1.771  | 1.771  | 1.771  | 1.771  | 1.771  | 1.771  | 1.771  | 1.771  | 28.329  | 
DF 5.04.01  | Reservering instandhouding  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 0  | 
Totaal reserveringen Deltafonds  | 3.540  | 1.770  | 1.770  | 1.770  | 1.770  | 1.770  | 1.771  | 1.771  | 1.771  | 1.771  | 1.771  | 1.771  | 1.771  | 1.771  | 1.771  | 28.329  | |
Totaal reserveringen  | 3.540  | 8.521  | 29.851  | 66.376  | 72.386  | 72.419  | 72.604  | 80.342  | 82.124  | 82.773  | 90.273  | 121.535  | 122.522  | 80.887  | 244.018  | 1.230.171  | |
De reservering Instandhouding op MF artikel 11 is bestemd voor zowel de netwerken van Rijkswaterstaat als het netwerk van ProRail.
Het instandhoudingsbudget (exclusief reserveringen) van ongeveer € 2,8 miljard in 2025 groeit naar gemiddeld ongeveer € 3,1 miljard per jaar. De budgetten voor exploitatie en onderhoud bedragen gemiddeld ongeveer € 2,2 miljard per jaar. De toename in instandhoudingsbudgetten richt zich met name op vernieuwing, waarbij we toegroeien naar gemiddeld ongeveer € 0,9 miljard per jaar. In dit kader geven we in 2026 onder andere uitvoering aan de vernieuwingsprojecten Papendrechtsebrug, het Krammersluizencomplex en Tilburg 3.
Bij de Voorjaarsbesluitvorming 2025 is besloten om het budgettair niveau van 2032 structureel door te trekken, zodat RWS de ruimte en continuïteit krijgt om de instandhoudingsopgave langjarig samen met de markt en regionale overheden te organiseren. Zo kan RWS werk slimmer en efficiënter vormgeven waarmee de productie kan worden verhoogd. Een voorbeeld hiervan is een portfolio-aanpak waarbij RWS langjarige raamovereenkomsten met de markt aangaat. Met deze aanpak probeert RWS gehoor te geven aan de aanbevelingen uit het rapport «Instandhouding voorop!», dat in juni 2024 aan de Kamer is aangeboden10.
Daarnaast verhogen we vanaf 2039 de budgetten voor Vernieuwing met € 200 miljoen zodat we meer vernieuwingsprojecten kunnen uitvoeren. De vernieuwingsopgave is namelijk groter dan oorspronkelijk gebudgetteerd. Niet alleen nadert veel infrastructuur het einde van de technische levensduur, ook de acute problematiek met de tand-nokconstructies van bruggen en viaducten, evenals waterstofverbrossing, vergroot de vernieuwingsbehoefte. Een verdere productievergroting blijft dus noodzakelijk om de vernieuwingsopgave de komende jaren beheersbaar te houden. Daarom blijft de focus liggen op het vergroten van de maakbaarheid en productie, zodat het beschikbare budget optimaal kan worden ingezet ten behoeve van de instandhoudingsopgave.
Tot slot is er bij de Voorjaarsbesluitvorming 2025 structureel budget vrijgemaakt voor de inzet van extra weginspecteurs (38 fte). De weginspecteur treft veiligheidsmaatregelen bij incidenten en coördineert een veilige en vlotte afhandeling ervan. Het toenemend aantal incidenten heeft als effect dat het langer duurt voordat de weginspecteur ter plaatse is of, bij drukte, niet meer ter plaatse kan komen. Hierdoor neemt het risico op aanrijdingen toe, net als de filedruk. Door inzet van extra weginspecteurs kan dit risico worden beheerst.
Netwerk ProRail
Prestaties en basiskwaliteitsniveau
BKN Spoor
Net als de RWS-netwerken wordt er voor het ProRail netwerk gewerkt met een stabiele langjarige programmering waarin een basiskwaliteitsniveau (BKN) is geborgd. In 2023 en 2024 heeft het ministerie samen met ProRail gewerkt aan een nieuw BKN voor de hoofdspoorweginfrastructuur (hswi). In het voorjaar van 2024 is de Kamer geïnformeerd over de denkrichtingen voor het BKN spoor11. In juni 2024 is het BKN Spoor inhoudelijk vastgeklikt12. Hierbij resteerde nog een dekkingsopgave die bij de ontwerpbegroting 2025 is ingevuld en waarmee het BKN Spoor definitief is vastgesteld. De Kamer is hierover separaat met een brief geïnformeerd13. Met het BKN Spoor is een stabiel, langjarig en robuust onderhoudsniveau geborgd. Vanaf 2026 worden de instandhoudingsactiviteiten conform het in 2024 vastgestelde BKN uitgevoerd.
Het is van belang te beseffen dat veiligheid de belangrijkste randvoorwaarde is voor spoorvervoer. Het is daarom van belang dat de geldende eisen en protocollen worden nageleefd en onveilige situaties direct worden hersteld. Indien geconstateerd wordt dat de veiligheid voor de gebruikers, eigen medewerkers en opdrachtnemers in het geding is, dan worden er direct maatregelen genomen om het gebruik van de infrastructuur weer binnen de geldende kaders plaats te laten vinden. Voorbeelden van dergelijke maatregelen zijn (tijdelijke) snelheidsverlagingen ter plaatse, (tijdelijke) gebruiksbeperkingen of fysieke infrastructuurondersteunende maatregelen. Om de systematische werkwijze op een hoger niveau te brengen worden externe toetsingen ingezet. Deze leveren waardevolle inzichten op voor zowel de interne processen als het in beeld hebben van de opgave buiten.
Prestaties
De prestaties van de infrastructuur worden gemeten en uitgedrukt in indicatoren. Over de indicatoren met bijbehorende (streef)waarden worden prestatieafspraken gemaakt tussen IenW en ProRail, en hiervoor worden budgetten beschikbaar gesteld.
Deze prestatieafspraken zijn opgenomen in de beheerconcessie14 en de (twee)jaarlijkse beheerplannen. In tabel 82 staat een overzicht van de prestatieafspraken opgenomen. Toelichting op de indicatoren en de gerealiseerde prestaties zijn te vinden in de Instandhoudingsbijlage bij het Jaarverslag.
KPI  | Bodemwaarde1  | Streefwaarde  | Realisatie 2023  | Realisatie 2024  | 
|---|---|---|---|---|
Klantoordeel reizigersvervoerders  | 6  | 7  | 6,9  | 6,8  | 
Klantoordeel goederenvervoerders  | 6  | 7  | 4,9  | 5,8  | 
Reizigerspunctualiteit HRN (5 min) (met NS)  | 88,9%  | 91,5%  | 89,7%  | 89,4%  | 
Reizigerspunctualiteit HRN (15 min) (met NS)  | 96,7%  | 97,4%  | 97,0%  | 97,1%  | 
Reizigerspunctualiteit HSL (5 min) (met NS)  | 82,1%  | 84,2%  | 73,6%  | 69,0%  | 
Betrouwbaarheid regionale series (3 min)  | 90,7%  | 93,7%  | 88,6%  | 90,7%  | 
Impactvolle verstoringen  | 520  | 450  | 475  | 507  | 
Bron: ProRail  | 
Toelichting bodemwaarde: waarde voor het jaarlijks minimaal te realiseren prestatieniveau op een prestatie indicator. In het geval van de prestatie indicator ‘Impactvolle storingen op de infra’ geldt een maximum.
Budgettair beeld netwerk ProRail
Met het BKN Spoor zijn de budgetbehoefte en de beschikbare middelen langjarig tot en met 2037 met elkaar in evenwicht gebracht. Inmiddels is de dekking beleidsneutraal verlengd tot en met 2039. Sinds de vaststelling van het BKN hebben zich enkele exogene ontwikkelingen voorgedaan in wet- en regelgeving en zijn bepaalde risico's gematerialiseerd waar eerder geen rekening mee kon worden gehouden. Bij de voorjaarsbesluitvorming 2025 heeft dit geleid tot besluitvorming over aanvullende budgettaire kaders. Dit is toegelicht in de 1e suppletoire begroting 2025 van het Mobiliteitsfonds15.
Artikelonderdeel  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | 2033  | 2034  | 2035  | 2036  | 2037  | 2038  | 2039  | 2025-2039  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Hoofdspoorweginfrastructuur  | |||||||||||||||||
MF 13.02  | Exploitatie  | 389.600  | 419.859  | 407.427  | 356.149  | 356.381  | 334.278  | 324.415  | 328.531  | 323.443  | 335.638  | 343.630  | 328.043  | 313.895  | 316.812  | 311.607  | 5.189.708  | 
MF 13.02  | Onderhoud  | 919.391  | 871.068  | 812.619  | 807.325  | 840.883  | 825.128  | 851.189  | 839.330  | 821.361  | 846.983  | 850.224  | 879.861  | 877.444  | 859.961  | 880.403  | 12.783.169  | 
MF 13.02  | Vernieuwing  | 1.133.608  | 1.088.216  | 1.045.642  | 1.105.565  | 1.080.158  | 1.019.245  | 979.192  | 939.436  | 890.673  | 876.742  | 658.415  | 749.162  | 871.902  | 1.174.999  | 1.125.722  | 14.738.678  | 
MF 13.02  | Overige netwerkgebonden kosten  | 690.525  | 629.261  | 709.885  | 609.399  | 608.392  | 611.509  | 597.912  | 602.663  | 620.554  | 619.993  | 619.759  | 599.086  | 607.111  | 598.783  | 613.931  | 9.338.762  | 
MF 13.02  | Gebruiksheffing vervoerders  | ‒ 455.120  | ‒ 495.255  | ‒ 494.548  | ‒ 494.618  | ‒ 494.626  | ‒ 494.685  | ‒ 494.796  | ‒ 493.954  | ‒ 493.985  | ‒ 493.985  | ‒ 493.592  | ‒ 493.592  | ‒ 493.592  | ‒ 493.592  | ‒ 493.592  | ‒ 7.373.531  | 
Totaal budget Exploitatie, Onderhoud en Vernieuwing netwerk ProRail  | 2.678.004  | 2.513.149  | 2.481.024  | 2.383.821  | 2.391.188  | 2.295.474  | 2.257.911  | 2.216.007  | 2.162.046  | 2.185.371  | 1.978.436  | 2.062.560  | 2.176.760  | 2.456.964  | 2.438.071  | 34.676.786  | 
Overig
DBFM
Een deel van de instandhouding van de netwerken gebeurt via DBFM-contracten (Design-Build-Finance-Maintain). Bij DBFM is de opdrachtnemer niet alleen verantwoordelijk voor het ontwerp en de bouw van het project, maar ook voor de financiering en het totale onderhoud. Het is dus een geïntegreerde contractvorm. Bij traditionele contracten koopt het Rijk een product in: bijvoorbeeld een rijksweg met 2x2 rijstroken. Bij een DBFM-contract neemt het Rijk echter een dienst af: een beschikbare rijksweg, sluis, dijk of spoorweg.
Het benodigde budget komt uit drie bronnen: (i) het ontwikkelingsbudget, (ii) het beschikbare exploitatie en onderhoudsbudget van reeds aanwezige infrastructuur en (iii) het budget voor areaalgroei voor dat deel van de infrastructuur dat nieuw wordt aangelegd. Ten behoeve van de aanbesteding van een DBFM-contract wordt een referentieraming opgesteld voor de te verwachten ontwikkel-, exploitatie- en onderhoudskosten bij traditionele uitvoering. Deze referentieraming wordt gebruikt om de plafondprijs (het acceptabele maximum) voor de bieding te bepalen. Deze ramingen worden op dezelfde wijze uitgevoerd als de ramingen die voor LCC worden uitgevoerd. De aanbesteding verloopt in een aantal stappen. Na de laatste stap vindt ook de budgettaire verwerking in de begroting plaats. De beschikbare middelen vanuit ontwikkeling en exploitatie en onderhoud (incl. areaalgroei) worden overgeboekt naar het GIV/PPS-artikel. De middelen worden met eenzelfde «netto contante waarde» omgezet in een langjarige reeks ter betaling van de beschikbaarheidsvergoedingen. Dit is de zogenaamde financiële inpassing of DBFM-conversie. Er wordt hiermee geen budget toegevoegd aan het project, de kasreeks wordt alleen aangepast aan de contractvorm. De prestatie-eisen en uitrustingsniveaus van de infrastructuur binnen het DBFM-contract zijn dezelfde als die aan RWS worden gesteld. Op het moment van aanbesteden wordt bij de M (maintain) van DBFM, een serviceniveau uitgevraagd dat past bij het onderhoudsregime wat op dat moment van toepassing was. Dat niveau geldt voor de looptijd van het contract en is daarmee niet budgettair flexibel.
Bij DBFM geldt dat voor een periode van 20–25 jaar het consortium verantwoordelijk is voor het onderhoud van infrastructuur. Na afloop van het DBFM-contract valt dit deel van het areaal weer binnen het reguliere exploitatie en onderhoud van RWS. De mutaties tussen het exploitatie-, onderhoud- en vernieuwingsartikel (voor wegen artikelonderdeel 12.02, vaarwegen artikelonderdeel 15.02, voor het hoofdwatersysteem artikel 3.02) en het DBFM-artikel (voor wegen artikelonderdeel 12.04, vaarwegen artikelonderdeel 15.04, voor het hoofdwatersysteem artikel 4.02) zijn zichtbaar in de begroting en worden toegelicht. Na afloop van een DBFM-contract wordt het exploitatie- en onderhoudsdeel weer aan de reguliere exploitatie- en onderhouds-budgetten van RWS toegevoegd. In onderstaand overzicht is aangegeven voor welke projecten DBFM-contracten zijn afgesloten. Voor de financiering van deze projecten is het genoemde exploitatie- en onderhoudsbudget (per jaar) ingezet. Dit komt na afloop van het DBFM-contract weer beschikbaar tegen het dan geldende prijspeil.
In tabel 84 is een overzicht van de DBFM projecten weergegeven.
Project  | Areaalinformatie  | Einde DBFM-contract  | Uitgenomen BenO-budget/jaar  | ||
|---|---|---|---|---|---|
Hoofdwegennet  | Baanlengte1  | Grote kunstwerken  | Wegconfiguratie in M-fase  | ||
A12 Lunetten–Veenendaal  | 65 km  | 2x4, 2x3  | 2033  | 5,9 mln.  | |
A10 Tweede Coentunnel  | 39 km  | 1ste en 2de Coentunnel  | 2x3+2x2, 2x4  | 2037  | 12,0 mln.  | 
N33 Assen–Zuidbroek  | 105 km  | 2x2  | 2034  | 2,8 mln.  | |
A15 Maasvlakte–Vaanplein  | 129 km  | nieuwe Botlekbrug, Thomassentunnel, Botlektunnel  | 2x3+2x2, 2x3, 2x2  | 2035  | 31,7 mln.  | 
A1/A6 Diemen–Almere Havendreef (SAA)  | 72 km  | Aquaduct Muiden, verbrede Hollandse Brug  | 2x5+2, 2x4+2  | 2042  | 11,9 mln.  | 
A12 Veenendaal–Ede–Grijsoord  | 50 km  | 2x3  | 2032  | 2,2 mln.  | |
A9 Holendrecht–Diemen (Gaasperdammerweg, SAA)  | 41 km  | Gaasperdammer-tunnel  | 2x5+1  | 2038  | 14,2 mln.  | 
N18 Varsseveld Enschede  | 70 km  | 2x2+2x1  | 2043  | 1,8 mln.  | |
A27/A1 Utrecht Noord - knpt. Eemnes - Bunschoten  | 53 km  | 2x3+2x4  | 2043  | 3,9 mln.  | |
A6 Almere (SAA)  | 39 km  | 2x5  | 2039  | 3,3 mln.  | |
A24 Blankenburgverbinding  | 35 km  | Maasdeltatunnel, Hollandtunnel  | 2x3  | 2044  | 10,1 mln.  | 
A16 Rotterdam  | 37 km  | Rottemerentunnel  | 2x2+2x3  | 2044  | 7,2 mln.  | 
A9 Badhoevedorp – Holendrecht (Amstelveen)  | 52 km  | Verbrede Schipholbrug, tunnelbakken verdiepte ligging  | 2x4+1  | 2040  | 2,6 mln.  | 
A15/A12 Ressen - Oudbroeken (ViA15)  | 87 km  | Brug over het Pannerdensch kanaal  | 2x3 + 2x2  | n.t.b.  | n.t.b.  | 
Hoofdvaarwegennet  | Vaarweglengte  | Grote kunstwerken  | |||
Keersluis Limmel  | Nieuwe Keersluis Limmel, incl. verkeersbrug over sluis  | 2048  | 0,4 mln.  | ||
Beatrixsluis 3e Kolk  | 4 km  | Complex Prinses Beatrixsluis incl. baggeren, onderhoud oevers en ligplaatsen langs Lekkanaal  | 2046  | 2,8 mln.  | |
Zeetoegang IJmond  | Nieuwe zeesluis en sluiseilanden  | 2045  | 2,5 mln.  | ||
Sluis Eefde  | Nieuwe schutsluis inclusief onderhoud voorhavens (bestaande schutsluis tot 2021)  | 2047  | 1,0 mln.  | ||
Hoofdwatersysteem  | Grote kunstwerken  | ||||
Afsluitdijk  | Afsluitdijk, spuicomplexen en keringen Den Oever en Kornwerderzand  | 2047  | 9,3 mln.  | ||
Hoofdspoorweginfrastructuur  | Spoorweglengte  | Grote kunstwerken  | |||
HSL  | 85 km  | Tunnel Groene Hart, Doorgaand Spoorviaduct Bleiswijk, Tunnel Rotterdam Noord, Tunnel Oude Maas, Tunnel Dordtse Kil, Brug Hollands Diep  | 2031  | N.v.t.  | |
Kenmerken DBFM-contracten
Een DBFM-contract is een geïntegreerde contractvorm, waarbij de opdrachtnemer verantwoordelijk is voor het ontwerp (design), de bouw (build), financiering (finance) en het onderhoud (maintain). De opdrachtgever gaat binnen een DBFM-contract een langlopende verplichting aan met een consortium van private partijen. Gedurende een periode van 20–25 jaar betaalt het Rijk een vergoeding aan het consortium voor de beschikbaarheid van de infrastructuur (beschikbaarheidsvergoeding). Voorts is een kenmerk van DBFM-contract een langjarig en vlak betalingsritme.
Verwerking potentiële DBFM-projecten in de verkenning- en planuit-werking
Bij de DBFM-projecten in voorbereiding wordt in de begroting op voorhand geen rekening gehouden met dit afwijkende betalingsritme dat kenmerkend is voor DBFM-contracten. Net als voor andere MIRT-projecten wordt bij de betreffende modaliteit het volledige bedrag voor aanleg geraamd op het artikel voor verkenning en planuitwerking en wordt een reservering voor het onderhoud gemaakt binnen de reguliere onderhoudsbudgetten en/of de investeringsruimte. Mocht in een later stadium een aanbesteding in DBFM-vorm toch niet mogelijk of opportuun blijken, dan blijft een meer klassieke aanbesteding via deze werkwijze altijd mogelijk.
Verwerking DBFM-contracten na overgang in de realisatie- en exploitatiefase
Bij de afronding van de aanbesteding van een DBFM-contract is de exacte omvang van de langjarige verplichting bekend. In de eerstvolgende begroting worden in samenspraak met het Ministerie van Financiën de klassieke reserveringen op de IenW-begroting gecorrigeerd voor het afwijkende kasritme van het DBFM-contract.16Een betaling aan een DBFM-consortium is een gecombineerde vergoeding voor onder meer de aanleg en het onderhoud van de infrastructuur, daarom wordt het volledige budget vervolgens geplaatst op het artikel voor geïntegreerde contractvormen bij de betreffende modaliteit.
Figuur 9

Scope
De Wet Tijdelijke Tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15, die op 15 maart 2016 in werking is getreden, bevat het wettelijk kader om voor de projecten A24 Blankenburgverbinding en A12/A15 Ressen-Oudbroeken (ViA15) tol te heffen. In de wet is opgenomen dat het tolsysteem verder wordt uitgewerkt in een uitvoerings- en een handhavingsplan die aan de Staten-Generaal worden overlegd voordat de tolheffing van start gaat. Het uitvoeringsplan gaat nader in op de wijze waarop het passerende verkeer wordt geregistreerd, de betalingsmogelijkheden en de wijze waarop weggebruikers en kentekenhouders in contact kunnen treden met vragen en klachten over het betalen van tol, herinneringen of boetes. Het handhavingsplan bevat een omschrijving van hoe het toezicht is georganiseerd, de wijze waarop een boete wordt opgelegd en hoe deze wordt geïnd.
Het uitvoerings- en het handhavingsplan zijn in het najaar 2023 aan de Kamer voorgelegd. Dat was ruim voor de openstelling van de A24 Blankenburgverbinding en de start van de tolheffing op 7 december 2024. De precieze start van tolheffing op de ViA15 is afhankelijk van de Raad van State-uitspraak over het Tracébesluit ViA15. Vooralsnog wordt niet uitgegaan van ingebruikname ViA15 en start tolheffing voor 2030.
Financieel
In 2011 zijn de voorbereidingen voor de tolheffing op de A24 Blankenburgverbinding en de ViA15 gestart. Er is gekozen voor een tijdelijke vorm van tolheffing vanwege budgettaire uitdagingen op het Mobiliteitsfonds: zonder tolheffing was er onvoldoende financiële dekking voor de aanleg van deze verbindingen. Met de tolheffing wordt een financieringsbehoefte gedekt van € 405 miljoen voor de A24 Blankenburgverbinding en € 366 miljoen voor de ViA15 (prijspeil 2025).
De Wet Tijdelijke Tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15, die op 15 maart 2016 in werking is getreden, bevat het wettelijk kader om op de A24/ Blankenburgverbinding en de ViA15 tol te heffen.
In de wet is opgenomen dat het tolsysteem verder wordt uitgewerkt in een uitvoerings- en een handhavingsplan die aan de Staten-Generaal worden overlegd voordat de tolheffingvan start gaat. Het uitvoeringsplan gaat nader in op de wijze waarop het passerende verkeer wordt geregistreerd, de betalingsmogelijkheden en de wijze waarop weggebruikers en kentekenhouders in contact kunnen treden met vragen en klachten over het betalen van tol, herinneringen of boetes. Het handhavingsplan bevat een omschrijving van hoe het toezicht is georganiseerd, de wijze waarop een boete wordt opgelegd en hoe deze wordt geïnd.
Organisatie
Tijdelijke tolheffing wordt door het ministerie van IenW samen met de uitvoeringsorganisaties RDW , CJIB, RWS en ILT onder de naam e-TOL uitgevoerd. De RDW is de centrale uitvoeringsorganisatie en stuurt de andere betrokken uitvoeringsorganisaties aan.
Specificatie inkomsten en uitgaven
Onderstaande tabellen laten gedetailleerd de verwachte uitgaven en ontvangsten voor de tolheffing op de A24 en de ViA15 afzonderlijk zien.
Artikel  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | 2033  | 2034  | 2035  | 2036  | 2037  | 2038  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Rijksbijdrage voor invoering tolheffing  | 90.388  | 9.787  | ||||||||||||||
Rijksbijdrage voor exploitatie tolheffing  | 9.785  | 53.353  | 44.174  | 38.813  | 31.633  | 31.549  | 30.829  | 24.033  | 22.675  | 22.740  | 22.441  | 22.191  | 22.062  | 21.134  | 21.022  | |
-Bijdrage RDW  | 7.704  | 31.235  | 26.117  | 23.292  | 18.125  | 18.009  | 17.829  | 13.224  | 12.380  | 12.649  | 12.612  | 12.426  | 12.339  | 11.586  | 11.512  | |
-Bijdrage CJIB  | 451  | 11.407  | 9.610  | 8.086  | 7.279  | 7.325  | 6.956  | 6.010  | 5.732  | 5.507  | 5.298  | 5.280  | 5.263  | 5.246  | 5.230  | |
-Bijdrage RWS  | 0  | 318  | 265  | 230  | 222  | 222  | 222  | 222  | 222  | 222  | 222  | 222  | 222  | 222  | 222  | |
-Bijdrage ILT  | 265  | 265  | 265  | 265  | 265  | 265  | 265  | 265  | 265  | 265  | 265  | 265  | 265  | 265  | ||
-Uitgaven IenW  | 1.236  | 554  | 470  | 470  | 470  | 420  | 307  | 297  | 306  | 303  | 299  | 296  | 293  | 290  | ||
-Nog toe te wijzen  | 1.631  | 8.892  | 7.362  | 6.469  | 5.272  | 5.258  | 5.138  | 4.006  | 3.779  | 3.790  | 3.740  | 3.698  | 3.677  | 3.522  | 3.504  | |
Totaal geraamde uitgaven:  | 100.173  | 63.140  | 44.174  | 38.813  | 31.633  | 31.549  | 30.829  | 24.033  | 22.675  | 22.740  | 22.441  | 22.191  | 22.062  | 21.134  | 21.022  | |
Geraamde bruto-ontvangsten:  | 478  | 74.718  | 87.113  | 75.184  | 61.774  | 62.825  | 63.893  | 64.102  | 64.311  | 64.521  | 64.730  | 64.939  | 65.149  | 65.359  | 65.567  | |
-Invoering tolheffing  | 5.964  | 5.581  | 5.581  | 5.581  | 5.581  | 5.581  | 5.581  | 5.581  | 5.581  | 5.581  | 5.581  | 5.581  | 5.581  | 5.581  | ||
-Exploitatie tolheffing  | 478  | 62.661  | 44.174  | 38.813  | 31.633  | 31.549  | 30.829  | 24.033  | 22.675  | 22.740  | 22.441  | 22.191  | 22.062  | 21.134  | 21.022  | |
-Aflossing tolopgave  | 6.093  | 37.358  | 30.790  | 24.560  | 25.694  | 27.482  | 34.488  | 36.055  | 36.200  | 36.708  | 37.168  | 37.506  | 38.644  | 38.964  | 
Artikel  | t/m 2024  | 2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | 2033  | 2034  | 2035  | 2036  | 2037  | 2038  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Rijksbijdrage voor invoering tolheffing  | 400  | 6.769  | 7.821  | 10.679  | ||||||||||||
Rijksbijdrage voor exploitatie tolheffing  | 5.473  | 17.816  | 16.805  | 13.736  | 12.655  | 12.908  | 13.221  | 13.042  | 13.338  | |||||||
-Bijdrage RDW  | 2.674  | 9.329  | 8.909  | 7.484  | 7.030  | 7.155  | 7.331  | 7.097  | 7.260  | |||||||
-Bijdrage CJIB  | 1.217  | 4.773  | 4.485  | 3.362  | 2.911  | 2.993  | 3.075  | 3.156  | 3.237  | |||||||
-Bijdrage RWS  | 620  | 316  | 173  | 173  | 173  | 173  | 173  | 173  | 173  | |||||||
-Bijdrage ILT  | 265  | 265  | 265  | 265  | 265  | 265  | 265  | 265  | ||||||||
-Uitgaven IenW  | 50  | 163  | 173  | 164  | 167  | 171  | 174  | 177  | 180  | |||||||
-Nog toe te wijzen  | 912  | 2.969  | 2.801  | 2.289  | 2.109  | 2.151  | 2.204  | 2.174  | 2.223  | |||||||
Totaal geraamde uitgaven:  | 400  | 6.769  | 7.821  | 16.152  | 17.816  | 16.805  | 13.736  | 12.655  | 12.908  | 13.221  | 13.042  | 13.338  | ||||
Geraamde bruto-ontvangsten:  | 4.103  | 45.722  | 57.437  | 43.598  | 38.755  | 40.306  | 41.857  | 43.409  | 44.960  | |||||||
-Invoering tolheffing  | 1.608  | 1.287  | 1.287  | 1.287  | 1.287  | 1.287  | 1.287  | 1.287  | ||||||||
-Exploitatie tolheffing  | 4.103  | 19.185  | 16.805  | 13.736  | 12.655  | 12.908  | 13.221  | 13.042  | 13.338  | |||||||
-Aflossing tolopgave  | 24.929  | 39.345  | 28.575  | 24.813  | 26.112  | 27.350  | 29.080  | 30.336  | 
De uitgaven zijn uitgesplitst naar de uitgaven voor invoering en voor exploitatie van het tolsysteem op beide verbindingen.
De bruto-ontvangsten betreffen het totaal aan geraamde ontvangsten uit tolheffing. De bruto-ontvangsten worden vervolgens uitgesplitst naar de ontvangsten voor dekking van de uitgaven voor invoering en exploitatie van het tolsysteem, en naar de ontvangsten voor aflossing van de tolopgave.
Deze ramingen volgen uit de basecase TTH. Dit is een rekenmodel dat de kosten en opbrengsten van tijdelijke tolheffing raamt en dat in eigendom is van de betrokken organisaties bij TTH (DGMo, RDW, CJIB, RWS en ILT) bij tijdelijke tolheffing en waarvan het beheer bij DGMo ligt. De basecase wordt jaarlijks geactualiseerd.
De ramingen zijn gegeven de prille periode van tolheffing nog volledig gebaseerd op veronderstellingen over het verwachte gebruik en betaalgedrag van de weggebruiker voorafgaand aan de start van de tolheffing op de A24.
Opbouw ontvangsten tijdelijke tolheffing
De tolheffing op de A24 en de ViA15 vindt plaats op een basis van een free flow-tolsysteem. De weggebruiker hoeft tijdens de rit niet bij een tolplein te stoppen om te betalen. In plaats daarvan worden voertuigen geregistreerd via automatische nummerplaatherkenning en vindt betaling separaat plaats. De houder (de kentekenhouder van het voertuig) moet voor deze betaling zelf actie ondernemen. Hiervoor zijn twee opties:
– De eerste optie is om een dienstverleningsovereenkomst te sluiten met een private dienstaanbieder, waarmee tolbetalingen automatisch plaatsvinden. Dat biedt gebruiksgemak voor de weggebruiker.
– De tweede optie is een betaling via de website www.e-tol.nl. Indien de betaling via deze website niet binnen 72 uur na passage plaatsvindt, ontvangt de houder van het voertuig een betaalherinnering. Met ingang van 7 december 2025 zijn hier administratiekosten aan verbonden. Als de herinnering niet tijdig voldaan is ontvangt de houder een bestuurlijke boete, eventueel gevolgd door aanmaningen hierop.
De ontvangsten uit tolheffing zijn de ontvangsten uit de tolgelden, plus de ontvangsten uit de administratiekosten bij een betaalherinnering en de ontvangsten uit bestuurlijke boetes.
Onderstaande tabellen laten in meer detail de verwachte ontvangsten voor de tolheffing op de A24 en de ViA15 afzonderlijk zien, inclusief de indicatoren hierbij:
2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Aantal passages  | 17.753  | 18.055  | 18.362  | 18.674  | 18.991  | 19.314  | 19.386  | 19.457  | 
Ontvangsten tolgelden  | 37.594  | 37.449  | 39.007  | 39.714  | 40.389  | 41.075  | 41.199  | 41.323  | 
Aantal verzonden betaalherinneringen  | 3.839  | 2.760  | 2.014  | 1.237  | 1.258  | 1.279  | 1.284  | 1.289  | 
Ontvangsten administratiekosten  | 22.285  | 16.260  | 9.976  | 10.145  | 10.318  | 10.357  | 10.396  | |
Aantal verzonden boetes  | 1.211  | 870  | 635  | 390  | 397  | 403  | 405  | 406  | 
Ontvangsten boetes  | 37.124  | 27.379  | 19.916  | 12.085  | 12.290  | 12.499  | 12.546  | 12.593  | 
Totaal bruto-ontvangsten  | 74.718  | 87.113  | 75.184  | 61.774  | 62.825  | 63.893  | 64.102  | 64.311  | 
2025  | 2026  | 2027  | 2028  | 2029  | 2030  | 2031  | 2032  | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Aantal passages  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | 2.258  | 10.308  | 11.352  | 
Ontvangsten tolgelden  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | 4.103  | 24.151  | 26.689  | 
Aantal verzonden betaalherinneringen  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | 481  | 1.992  | 1.708  | 
Ontvangsten administratiekosten  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | 2.234  | 13.792  | 
Aantal verzonden boetes  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | 152  | 628  | 539  | 
Ontvangsten boetes  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | 19.338  | 16.956  | 
Totaal bruto-ontvangsten  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | ‒  | 4.103  | 45.722  | 57.437  | 
Voldoen van tolopgave
Als de tolopgave, inclusief de uitvoeringskosten van tolheffing, is voldaan, zal de tolheffing worden beëindigd. Naar verwachting wordt op beide verbindingen voor een periode van maximaal 25 jaar tol geheven.
Voorgaande uitgaven en ontvangsten kennen echter de nodige onzekerheid en zijn sterk afhankelijk van het gebruik van de tolwegen en het betaalgedrag van de weggebruiker. Eind 2025 bestaat een beduidend aangescherpt beeld van de kosten en opbrengsten van tolheffing. De resultaten hieruit worden opgenomen in het jaarverslag van 2025 en in de ontwerpbegroting van IenW voor 2027.
Afkorting  | |
|---|---|
AOV  | Achterstallig Onderhoud Vaarwegen  | 
AMvB  | Algemene Maatregel van Bestuur  | 
APB  | Activiteitenplan en Begroting  | 
ATB-Vv  | Automatische Treinbeïnvloeding – Verbeterde versie  | 
BBV  | Blankenburgverbinding  | 
BCF  | Btw-compensatiefonds  | 
BenO  | Beheer en onderhoud  | 
BKN  | Basiskwaliteitsniveau  | 
BNG  | Betalen naar gebruik  | 
BO MIRT  | Bestuurlijk overleg Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport  | 
BRG  | Bestaand Rotterdams Gebied  | 
BroNs  | Brandweer op Noordzee  | 
BZK  | Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties  | 
CA  | Coalitieakkoord  | 
CID  | Central Innovation District  | 
CJIB  | Centraal Justitieel Incassobureau  | 
CZSK  | Commando Zeestrijdkrachten  | 
DBFM  | Design, Build, Finance and Maintain  | 
DF  | Deltafonds  | 
DLP  | Defensie Lifecycle Plan  | 
DMO  | Defensiematerieelorganisatie  | 
DUMO  | Duurzame Mobiliteit  | 
DVM  | Dynamisch Verkeersmanagement  | 
EOV  | Exploitatie, onderhoud en vernieuwing  | 
EPK  | Externe productiekosten  | 
ERTMS  | European Rail Traffic Management System  | 
ETV  | Emergency Towing Vessels  | 
EU  | Europese Unie  | 
EZ  | Ministerie van Economische Zaken  | 
FES  | Fonds Economische Structuurversterking  | 
FIN  | Ministerie van Financiën  | 
GF  | Gemeentefonds  | 
GIV-PPS  | Geïntegreerde contractvorm - Publick Private Samenwerking  | 
HBR  | Havenbedrijf Rotterdam  | 
HLA  | Hoofdlijnenakkoord  | 
HOV  | Hoogwaardig openbaar vervoer  | 
HRN  | Hoofdrailnet  | 
HSL  | Hogesnelheidslijn  | 
HVWN  | Hoofdvaarwegennet  | 
HWN  | Hoofdwegennet  | 
HXII  | beleidsbegroting XII Ministerie van Infrastructuur en waterstaat  | 
IBO  | Interdepartementaal Beleidsonderzoek  | 
IenW  | Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat  | 
ILT  | Inspectie Leefomgeving en Transport  | 
IMA  | Integrale Mobiliteitsanalyse  | 
IRM  | Integraal Riviermanagement  | 
JIVC  | Joint Informatievoorziening Commando  | 
KGG  | Ministerie van Klimaat en Groene Groei  | 
KM  | Koninklijke Marine  | 
KNRM  | Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij  | 
KPI  | Kernprestatie indicatoren  | 
KWC  | Kustwachtcentrum  | 
LCC  | Life Cycle Costs  | 
LVVN  | Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur  | 
LTSa  | Lange Termijn Spooragenda  | 
LVO  | Landelijk Verbeterprogramma Overwegen  | 
MF  | Mobiliteitsfonds  | 
MIRT  | Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport  | 
MJPG  | Meerjarenprogramma Geluidsanering  | 
MOC  | Maritiem Operatie Centrum  | 
NaNov  | Na Noord-Oostelijke Verbinding  | 
NDW  | Nationaal Dataportaal Wegverkeergegevens  | 
NoMo  | Nota Mobiliteit  | 
NOVEX  | Nationale Omgevingsvisie Extra  | 
NOVI  | Nationale Omgevingsvisie  | 
NS  | Nederlandse Spoorwegen  | 
NSL  | Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit  | 
NSP  | Nieuwe Sleutelprojecten  | 
NST  | Nieuwe Sluis Terneuzen  | 
NUTW  | Nog uit te voeren werk  | 
NVGS  | Nota Vervoer Gevaarlijke Stoffen  | 
NVWA  | Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit  | 
OCW  | Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap  | 
OV  | Openbaar Vervoer  | 
OV SAAL  | Openbaar Vervoer Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad  | 
OVS  | Openbaar Vervoer en Spoor  | 
OVT  | Openbaar Vervoer Terminal  | 
PB  | Projectbesluit  | 
PEGA  | Parlementaire Enquêtecommissie aardgaswinning Groningen  |