De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
De begrotingsstaat wordt als volgt gewijzigd:
I
In artikel 1 Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen wordt het verplichtingenbedrag verlaagd met € 4.000 (x € 1.000).
II
In artikel 1 Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen wordt het verplichtingenbedrag verhoogd met € 4.000 (x € 1.000).
Dit amendement stelt voor om voor 2026 4 miljoen euro in te zetten voor duurzame handelsketens die vrij zijn van misstanden zoals kinderarbeid en dwangarbeid. Dit doet het amendement door deze financiering te oormerken voor het Toekomstmodel van de Sociaal-economische Raad (SER) voor sectorale samenwerking tussen het bedrijfsleven, vakbonden en maatschappelijke organisaties in verantwoord ondernemen. Samenwerking van bedrijven met maatschappelijke organisaties en vakbonden – die vaak diep vertakt zijn in productielanden – is essentieel voor bedrijven om hun toeleveringsketens in kaart te brengen. Dit leidt er uiteindelijk toe dat toeleveringsketens niet bijdragen aan misstanden zoals kinderarbeid of dwangarbeid, stabielere handelsketens met minder risico’s, en een gelijk speelveld voor bedrijven. Dit soort samenwerking helpt bedrijven ook om te voldoen aan (aankomende) wet- en regelgeving voor maatschappelijk ondernemen. Met dit amendement worden de verplichtingen op artikel 1.1 duurzame handel opgehoogd met 4 miljoen, zodat de Minister in 2026 deze uitgaven kan doen. De bedoeling van de indieners is dat dit Toekomstmodel in de jaren erna ook financiering blijft ontvangen. Indieners stellen voor om deze dekking binnen artikel 1 te vinden.
Hirsch