Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 maart 2025
In opdracht van het Ministerie van Financiën en het Ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening evalueerde onderzoeksbureau Stichting Economisch Onderzoek (SEO) vier vrijstellingen in de overdrachtsbelasting die verband houden met de woningmarkt. Dit is het vervolg op evaluatie van de Wet differentiatie overdrachtsbelasting en verhoging van het algemene tarief naar 10,4% dat ik op 17 september 2024 met uw Kamer heb gedeeld.1 SEO onderzocht onder andere hoe doeltreffend en doelmatig deze vier fiscale regelingen zijn en noteerde de conclusies in het evaluatierapport «Kopen zonder heffen – deelrapport 2», dat ik u hierbij, mede namens de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, aanbied.
In de evaluatie worden de vier regelingen onder meer beoordeeld op doeltreffendheid en doelmatigheid. In onderstaande tabel worden de resultaten getoond:
|
Vrijstelling |
Onderbouwing overheidsingrijpen |
Doeltreffend |
Doelmatig |
Budgettair belang |
|---|---|---|---|---|
|
Verkoop onder voorwaarden |
Ja |
Ja |
Ja |
Ca. € 50 mln. p/j. |
|
Taakoverdracht |
Ja |
Deels1 |
Deels |
Onbekend |
|
Wijkontwikkelings-maatschappij |
Ja |
Nee |
Deels |
Onbekend, maar verwaarloosbaar |
|
Wooninvesterings-fonds |
Nee, niet meer actueel |
Nvt2 |
Nvt |
Verwaarloosbaar |
Niet alle overdrachten die bijdragen aan het algemeen nut zoals gedefinieerd in de Nationale Prestatie Afspraken tussen het Rijk, woningcorporaties en gemeenten kunnen aanspraak maken op de vrijstelling.
Doeltreffendheid en doelmatigheid kunnen niet vastgesteld worden omdat de vrijstelling niet (meer) wordt gebruikt.
De uitkomsten van het onderzoek worden de komende tijd gewogen. Zoals beschreven in de begrotingsregels van dit kabinet geldt als uitgangspunt dat voor een negatief geëvalueerde fiscale regeling moet worden bezien of de regeling wordt afgeschaft, versoberd, hervormd of gemotiveerd gehandhaafd. Voor het zomerreces volgt een kabinetsreactie.
De Staatssecretaris van Financiën, T. van Oostenbruggen