Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 december 2024
Sinds begin 2021 wordt door Aruba, Curaçao en Sint Maarten in nauwe samenwerking met de Tijdelijke Werkorganisatie van mijn ministerie gewerkt aan de implementatie van hervormingen zoals vastgelegd in de Landspakketten. Over de voortgang van de implementatie van de Landspakketten wordt de Kamer periodiek geïnformeerd. Hierbij bied ik u de nieuwste editie aan van de Uitvoeringsagenda’s en Uitvoeringsrapportages voor de landspakketten Aruba, Curaçao en Sint Maarten. De rapportages zien op de periode tot en met 31 augustus 2024. Ik beschouw hiermee het verzoek van de vaste commissie voor Koninkrijksrelaties om de Uitvoeringsrapportages landspakketten tweede en derde kwartaal 2024 (36 410-IV-69/2024D39059) zo spoedig mogelijk naar de Kamer te sturen, als afgedaan.
Waar de Uitvoeringsagenda en Uitvoeringsrapportage voorheen twee aparte documenten waren, zijn deze vanaf nu gecombineerd in één document. Op deze manier wordt de planning en de voortgang in één oogopslag duidelijk. Daarnaast zijn de thema-specifieke doelstellingen uit de Landspakketten meer geconcretiseerd per land, zodat duidelijk wordt welke effecten nagestreefd worden.
De maatregelen zoals opgenomen in de Landspakketten zijn vertaald in beoogde lange termijn resultaten. Ook wordt inzicht verschaft in de samenhang met nationaal beleid van Aruba, Curaçao en Sint Maarten en de Sustainable Development Goals. Verder is er voor elk thema een historisch overzicht met reeds behaalde resultaten opgenomen, want er is immers al veel werk verzet in de afgelopen jaren.
Tijdens mijn recente reizen heb ik kennis genomen van de uitdagingen die elk van de drie Caribische Landen kennen. Zo hebben de huidige politieke situaties aldaar momenteel invloed op de voortgang die gemaakt kan worden met de Landspakketten, omdat de hervormingen vaak besluitvorming eisen die in verkiezingstijd lastiger tot stand komt. Desondanks zie ik overal de ambitie om door te zetten, ondanks de complexiteit en het beslag dat wordt gelegd op de capaciteit van het ambtenarenapparaat.
Uiteraard blijf ik de voortgang nauwgezet volgen en treed daarover in gesprek met de Minister Presidenten, mocht de situatie daarom vragen.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, F.Z. Szabó