Ontvangen 4 juni 2025
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel D, worden in het voorgestelde artikel 273fa «zes jaren» vervangen door «acht jaren».
II
In artikel I, onderdeel D, worden in het voorgestelde artikel 273fb «zes jaren» vervangen door «acht jaren».
III
In artikel II, onderdeel B, worden in het voorgestelde artikel 286fa «zes jaren» vervangen door «acht jaren».
IV
In artikel II, onderdeel B, worden in het voorgestelde artikel 286fb «zes jaren» vervangen door «acht jaren».
Dit amendement beoogt het strafmaximum voor de strafbaarstelling van voordeeltrekking te verhogen van zes naar acht jaar. Deze bepaling ziet op het opzettelijk profiteren van uitbuiting via mensenhandel, kinderhandel of ernstige benadeling, zonder dat de dader het hoofdelict zelf pleegt.
Indiener acht deze strafverzwaring gerechtvaardigd omdat het (financieel) voordeeltrekken uit mensenhandel of ernstige benadeling vaak een structureel en essentieel onderdeel is van criminele netwerken. Voordeeltrekkers maken het verdienmodel van mensenhandel rendabel en dus levensvatbaar.
Daarnaast acht de indiener acht jaar beter volstaan tegenover de 12 en 15 jaren die gesteld staan op het hoofdelict.
Omdat «ernstige benadeling» in de wet strafbaar is gesteld met zes jaar is de indiener van mening dat dit strafmaximum ook mee dient te stijgen aan het strafmaximum op voordeeltrekking. Het delict an sich dient geen lager strafmaximum te hebben dan wanneer er voordeel uit getrokken wordt.
Wijen-Nass