Voorgesteld 25 november 2021
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de boa's opkomen voor onder meer de openbare orde en als zodanig namens de overheid in het openbaar optreden;
constaterende dat in diverse steden wordt opgeroepen tot het toestaan van religieuze uitingen bij het dragen van het boa-uniform;
constaterende dat de Minister van JenV verantwoordelijk is voor het stelsel van boa's;
van mening dat de neutrale uitstraling van boa's niet samengaat met het dragen van religieuze uitingen, zoals het dragen van een hoofddoek;
verzoekt de regering in landelijke regelgeving regels over de uniformering van boa's op te nemen waarbij neutrale uitstraling van het uniform het uitgangspunt is, en de Kamer hierover begin 2022 te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Michon-Derkzen
Van der Plas